Eerste Blad.
De meest ernstige belemmeringen voor den vredesengel op zijn weg door de wereld. — Een diepingrijpende wijziging in de tractaten tusschen China en de mogendheden. — Die aan China’a verhouding tot de mogendheden het karakter van politieke Inferioriteit ontneemt — De moordaanslag op den leider der Macedonische Komltadjl’s. — Raditsj’ reis over het Kroatisch grondgebied. — De gebeurtenissen In Egypte. — Een terugblik op de geschiedenis der laatste tien jaren. „Toenadering tusschen de volken" — verster king van den geest van Locarno, deze beide leuzen blijven gelukkig, ondanks de ontzaglijke moeilijkheden waarop de verwezenlijking ervan stuit, leven in de harten en in den mond van tallooze invloedrijke personen In alle landen. En zelfs schijnbaar weinig beteekenende dingen dragen er voortdurend toe bij dien geest van Locarno aan invloed te doen winnen — niet zoozeer in de hoogere regionen, waar de beroepspolitici tronen, als wel in de kringen des volks. Een „ijzeren Gustaaf” die met zijn oudBerlijnsch bakje en dito trouwen 'klepper het volk van de straat in heel Parijs tot enthousiasme, brengt; de Fransche dame, die naar de Spree rijdt op haar elegant ros; de Duitsche en Fransche journalisten, die broederlijk eenzelfden tocht volbrengen in ’n Peugeot-auto; de opvoeringen en uitvoeringen door zangers en musici en tooneelspelers van Franschen en Ger» maanschen bloede gegeven in eikaars landen en waarvan door overheidspersonen gebruik wordt gemaakt om te wijzen op de wenscheli kheid van een nauwer toehalen der internat onale cultureele banden — deze en dergeüjke dingen vormen een verkwikkende en weldoende tegenstelling met zooveel dat er op het gebied der eigenlijke politiek nog niet in orde is. En dit laatste is heel watl ! ^ * • • We behoeven niet eens te herinneren aan 'de schuldenquaestie, aan die der bezetting van het Rijnland, aan de posities der minderheden in zooveel door de verdragen van Versailles, St. Germain, Trianon enz. nieuw gevormde staten; aan de schijnbaar onverzoenüjke tegenstelling tusschen Sowjet-Rusiand en de overige wereld, aan Italië’s niet onbedenkelijke buitenlandsche expansie- en penetratie-politlek; aan den voort durend rommelenden Balkan-vulcaan enz., onze lezers kennen die ernstige belemmeringen voor den vredesengel op zijn weg door de wereld voldoende. Vandaar ook dat het bijv. zoo lang duurt vóórdat men te Londen en te Parijs ertoe meent te kunnen besluiten een arbitrageverdrag te onderteekenen zooals de Amerikaansche minister Kellogg er een ontworpen heeft — omdat men vreest, dat de daarin neergelegde schoone algemeéne beginselen in de praktijk on vereenigbaar zullen blijken met de bijzondere nationale belangen. Uitsluitend met die nationale belangen heeft ksaing Amanoelah van Afghanistan rekening gehouden bij zijn bezoek aan Europa. De verklaring in zijn onlangs bij zijn terugkeer te Kaboel tot het volk gehouden redevoering Is duidelijk. Hij ging op reis om Afghanistan bekend te maken en om zaken te doen. Doch heeft dit laatste doel blijkbaar alleen bereikt te Angora bij Kemal pasja, met wien hij een vriendschapsverdrag sloot benevens een overeenkomst tot het leveren van intellectueel krachten, van specialisten op het gebied van land- en mijnontginning, en voor de ievering — over en weer — van materialen. Noch Engeland, noch Sovjet-Ruslandi, noch Duitschland — die er blijkbaar het meest op gerekend hadden — zullen van Afghanistan’s bodemrijkdom en van zijn emancipatiezucht op Intellectueel ge bied profiteeren. Wel heeft de koning verklaard, dat tal van landen met zijn land vriendschappelijke betrekkingen willen onderhouder en heeft hij zelf in een officieel telegram bedankt voor de hem in Duitschland ten deel gevallen ontvangst, op de wenschelljkheid eenei versterking van de vriendschappelijke betrekkingen tusschen Duitschland en Afghanistan ge wezen, doch daarbij schijnt het voorfoopig te zullen blijven, daar Amanoelah het — in Oostei sche beeldspraak uitgedrukt — venmoedelijï veiliger vindt dat het eene lam zich verbind met het andere, liever dan met eea wolf. • . *
Als wolven stonden tot dusverre de nationa- < listen — ook de niet-communistisch gezinden t - tegenover de buitenlanders in China. De re- i geering te Nanking heeft thans een besluit ge- | publiceerd, reglementen behelzende voor een 1 vergelijk, dat zal worden toegepast op de bui- r tenlanders in China gedurende de voorloopige ï periode tusschen het afloopen van de oude ver- i dragen en het sluiten van nieuwe. c Deze reglementen zullen allen worden toege- 1 past op de onderdanen van staten, waarvan de i verdragen afloopen. Zij bepalen in hoofdzaak, j dat de behandeling van de diplomatieke en con s sulaire vertegenwoordigers zal geschieden over i eenkomstig het internationaal recht. Buiten- 1 landers en hun goederen rullen door de Chl- 1 neesche wet beschermd worden en bultenlan- j ders zullen onder Chineesche jurisdictie staan. ] Alle belastingen en inkomende rechten, die de Chineezen moeten betalen, zullen ook buiten- , landers moeten betalen. Dus: een diepingrlj- < pen'de wijziging in de tractaten, die aan China’s 1 verhouding tot de mogendheden het karakter van politieke inferioriteit ontneemt. Zal de regeering te Nanking haar besluiten — dit en de andere — rustig kunnen doorvoeren? Er wordt ( uit Moekden weer gemeld van een uit het Noor den Nanking bedreigend gevaar. Naar verluidt i zou Tsjang Hsoe Llang, een der vele roover- , hoofdlieden-„generaals” begonnen zijn met het , formeeren van een leger van 50.000 man, hetwelk gebruikt zou worden tegen de troepen i van de regeering te Nanking. Bij dit leger ; moeten zich ook voormalige Russische soldaten bevinden onder aanvoering van Russische ge- , neraals. De troepen zouden aangevoerd worden door generaal Joean, een van de meest vertrouwde medewerkers van wijlen Tsjang Tsao Lin. De toestand op den spoorweg Moekden— Tientsln wordt als ernstig gekenschetst. Intusschen blijkt de grootste tegenstand der Noordelijken nu toch wel gebroken sinds Tsao Lin verzameld werd tot zijn vaderen. • • • Na den politieken moord In de Skoeptsjina te Belgrado, thans een dergeüjke misdaad op de openbare straat te Sofia: de leider der Macedonische Komitadji’s, generaal Protogerof, is in het nachtelijk duister doodgeschoten. Protogerof was oud-bestuurslid van het centrale Macedonische revolutionaire comité, en reeds tweemaal wetd in acht maanden tijd een aanslag op hem gepleegd. Ofschoon de generaal zich In den laatsten tijd uit de Macedonische organisatie had' teruggetrokken wegens meeningsverschillen met de andere bestuursleden, beschouwde de Joego-Slavische regeering hem toch nog als een zóó gevaarlijk element in de vrijheidsbeweging voor de losscheuring van het ’ aan Joego-Slavlë na den oorlog toegewezen gedeelte van Macedonië, dat zij onlangs een half : millioen dinar als prijs op zijn hoofd had gezet. : Dit feit schept dus een nieuw Buigaarsch-Joe■ go-Slavisch Incident. Een nieuwe moeilijkheid, : waardoor de te Belgrado te vormen regeering ; haar taak verzwaard zal zien. Intusschen heeft : Raditsj voor de hem door den koning gedane ; formatieopdracht bedankt, wijl Alexander tot ■ een ontbinding der Skoeptsjina met een daarop • volgende grondwetsherziening, die in het koi ninkrijk van de 'Kroaten een geheel andere i rechtspositie verzekeren zou, niet wil overgaan. ! Met het moeilijke werk is thans de Sloveen dr. Anton Koresetsj belast, die trachten zal een t zaken-kabinet te vormen, steunend op dezelfde ; meerderheid die de vorige regeering had, dus ■ met de oude Skoeptsjina. Hij moet nu op de ■ allereerste plaats trachten de oneenigheden tus• schen Serviërs en Kroaten uit den weg te rui■ men en d'e gevolgen van de bloedige Incidenten i in de Skoeptsjina van 20 Juni j.1. weg te net men —• een Hercules-arbeid — men zou bijna t zeggen: meer dan dat. ■ Het feit 'dat een Grle'ksch-Orthodoxe koning : in een land met Grieksch-orthodoxe meerdert heid zich voor ’t vormen van een college mede; helpers-in-het-landsbestuur wendt tot een lid - der oppositioneele minderheid, en nog wel een I katholiek lid, spreekt boekdeelen. Intusschen - voorspelt de houding van Raditsj voor het rei sultaat der pogingen van den nieuwen formae teur niet veel goeds. Raditsj heeft zich voor - een tiental dagen naar Zagrel (het vroegere - Agram) begeven (In gezelschap van de bij de s Skoeptsjina-schletpartij gewonde Kroatische af - gevaardigden Pernar en Grandia) om daar een - betooging bij te wonen van de minderheidsparr tij uit de Skoeptsjina, die der boeren en demo- craten. e De reis van Raditsj en zijn partljgenooten e over het Kroatisch grondgebied Is een ware zer getocht geworden, die eigenlijk elke verdere k betooging tegen de regeering te Belgrado reeds t overbodig maakt. In een der te Zagrel verschijnende groote bladen verklaart Raditsj, dat het tegenwoordige bestuursregiem te Belgrado niet meer te redden' is. Zelfs waaneer de radiale partij niet de misdaad had begaan, die hans gepleegd is, zou 'haar aanblijven aan de egeering een Ineenstorting van het land ten ;evolge hebben. Het handhaven van het parement in zijn tegenwoordige samenstelling, naakt een katastrophe onafwendbaar. Voor de Croaten bestaan er slechts twee factoren: de :oning en het volk. 'Deze beide factoren zullen le orde en het grondwettige leven redden. Mits ' Croatië anders bestuurd worde, volgens zijn kaakter, oude rechten en vrijheden en niet met [eweld Servisch wordt gemaakt (zooals Mus- ! olinl Tlrol tracht te ver-Itallaniseeren). Doch ndlen de koning de partij der radicalen blijft dezen en dus In 'de samenstelling der volksveregenwoordiging en den Inhoud1 der grondwet ;cen verandering brengt ten gunste van het Croaten- en Slowenen-Iand — zullen er 'dan roor Raditsj en zijn partljgenooten nóg altijd ,slechts twee factoreni” blijven bestaan en zal le „katastrophe” niet spoediger „onafwendjaar” blijken dan nu algemeen gedacht wordt? • • De gebeurtenissen in Egypte vragen op ’t >ogenblik weer de aandacht. Het is goed in verband daarmee, even een erugblik te werpen op de geschiedenis der laat ïte tien jaren. In 1918 eischte Egypte zijn ontvankelijkheid. Het land trad een nieuwe pe-iode In. Schijnbaar hervond het volk zijn eenheid in de organisatie van de Wafd, maar in werkelijkheid overbrugde deze organisatie een verschil, dat niet goed te overbruggen viel en lat zich telkens en telkens weer op de een of indere wijze in een crisis zou openbaren. In een correspondentie in de Frankf. Zeitung wordt deze antithese duidelijk blootgelegd. Het is de strijd tusschen de leiders, die uit de intelligente bourgeoise opgekomen zijn, advocaten en journalisten, die oorspronkelijk arm waren, doch voor wie de politieke carrière plotseling nieuwe mogelijkheden schiep — en de partij der aristocraten, alsmede de kleine groep uit de patricische burgers, die zich in hoofdzaak consolideerden in de constitutioneeWiberaiOT * Oorspronkelijk vereenigde alles zich In den Wafd, maar de scheur openbaarde zich steeds sterker, zoodat al heel gauw de regeering van Egypte een afwisselend beeld Vertoonde, en nu weer de demokreten van de Wafd door het volk aan ’t bewind werden gebracht, om gewoonlijk kort daarop tengevolge veelal van buitenlandsche invloeden vervangen te worden door de constitutioneel-liberale oppositie. Een derde faktor mengde zich in het geval, namelijk de koning die uit de hofgunsteiingen een nieuwe partij formeerde: de Ittlhad-partij, die eigenlijk geen aanhang bij het volk heeft, maar dank zij de gratie van den vorst, die allesbehalve grondwettelijke neigingen vertoonde eenigen tijd aan ’t bewind kon zijn. Eindelijk, November 1925, werd onder leiding van Saad Zaghloel een groote coalitie gevormd, die met uitzondering van de Ittihad alle Egyptische partijen omvatte en de geheele bevolking tot voor korten, tijd vereenigde. Met den dood' van Zaghloel vreesde men een verbrokkeling van de coalitie. Staatslieden met een ruimen blik poogden ten koste van alles de coalitie bijeen te houden zoowel om Egypte’s positie tegenover het buitenland en GrootBritannië, als om een Inmenging van het hof te voorkomen, en de grondwet ongeschonden te bewaren. Het was redelijk dat inplaats van den liberalen premier de leider van de Wafd aan het hoofd van het ooalitie-kabinet kwam te staan: deze partij had immers meer dan driekwart van de zetels in het parlement. Maar het was niet redelijk, dat de nieuwe premier Moestafa Nahas Pasja een autocratisch regeerbeleld volg de, en eigenmachtig handelde vaak zonder zijn collega’s in het ministerie te raadplegen. Dit gaf aan een aantal andere ministers stuk voor stuk aanleiding aif te treden, en het conflict kreeg een ernstig aanzien toen tot de ministers ook vertegenwoordigers van de Wafd behoorden. Deze verwarde toestand werd door twee sensationeele gebeurtenissen nog ingewikkelder. De bladen van de oppositie beschuldigden niet minder dan den minister-president, den voorzitter vaiTdé Kamer en een afgevaardigde van de Wafd, van zwendeL Zij zouden hun hooge positie misbruikt hebben, om een proces over de bezittingen van prins Seif ed Bin, wiens verdedigers zij waren, te winnen. Overtuigend zijn die beschuldigingen tot dusver niet. De brief van den afgevaardigde, waarop de kranten zich beroepen wordt door deze als vervalscht gekwalificeerd. De tweede sensatloneele gebeurtenis bleef niet uit: de koning maakte gebruik van een staatsgreep. Hij ontsloeg het ministerie op grond van het feit dat de coalitie waaruit het zicJi gevormd had niet meer bestond, Inplaats
van nu een nieuwe opdracht tot kabinetsvorming te verstrekken aan de leiders der Wafd, heeft de Koning den vorigeni minister van financiën Mohammed Mahmoed Pasja constitutioneel-liberaal, met deze taak belast. Het nieuwe kabinet bestaat uit drie vroegere leden der Wafd, die door de partij uitgezet zijn, een lid van de Itti'had-groep en overigens uit leden van de constitutioneel-liberale partij. Toen de Wafd gevraagd werd haar medewerking te verleenen heeft zij zulks afgeslagen. Geen wonder, waar zij kort te voren in het parlement nog een motie van vertrouwen had doen aannemen voor den afgezetten premier Nahas Pasja. Een protest aan het volk was haar antwoord. De toestand in Egypte is niet zeer opwekkend. Wanneer de nieuwe regeering de Kamer ontbindt, zal zij toch weer een overgroote meer derheid van de Wafd tegenover zich vinden. Het is mogelijk dat het nieuwe kabinet pogen zal zonder parlement te regeeren, om in den tusschentijd te trachten, de Wafd té désorganiseeren. Wat echter wel niet lukken zak De verwikkelingen zullen het land niet ten goede komen, noch In zijn positie tegenover ! Engeland, noch in zijn bemoeiingen om cul1 tureel en sociaal betere toestanden onder de eigen bevolking te scheppen. I *’