Eerste Blad.
De positie dier minderheden. — Ook ditmaal op dit punt te Genève niet venter gekomen. — Herriot wordt er wanhopig onder. — Hitler’s optreden verwekt sensatie en onrust — De politieke fouten van het Vredesverdrag van Versailles beginnen zich te wrekea — De toestand in Spanje. — Werkstakingen en botsingen met de politie. — Vreest de Spaansche regeering het ergste? — Twijfel omtrent de betrouwbaarheid van verschillende militaire corporaties. De strijd om de positie der minderheden is één van de dingen, waarmede men te Genève ook ditmaal niet verder gekomen is. En die voor een verwezenlijking van Briand’s plan eener Europeesche federatie in den oorsprookelijken gedachtenvorm een zeer groote moeilijkheid zal blijven opleveren, zóó groot, dat zelfs Henderson, de Britsche minister van Buitenlandsche Zaken, elk vooruitzicht omtrent een politiek resultaat onder dit opzicht heelt prijs gegeven, en nu alleen nog maar hoopt op een wijziging ten goede In de bestaande internationale handelstoestanden in dier voege, dat de economische wereldcrisis daardoor zou worden teruggebracht tot een minimum. Hiertoe zou dan het ideaal van Coudenhove Kalergi zijn ingekrampenl Herriot wordt er wanhopig onder. Europa, weliswaar arm, maar door de natuur zoo rijk begiftigd, dat het veeleer een arsenaal dan een reservoir is, dit Europa, verzucht hij, weigert zich aaneen te sluiten. Ja, het stelt een program van aaneensluiting op, maar de schijn daarvan verbergt de meest onbegrijpelijke werkelijkheid. Wat is er terecht gekomen van het planWilson? De Vereenigde Staten staan buiten de organisatie, die Wilson wilde scheppen. Zij staan er .politiek en economisch buiten. En hoe denikit men zich een internationale economische entente zonder de macht van dit werddcen* trum van actie? „Arm, dom Europa, dat niet begrijpt en blijkt niet te willen begrijpen, ondanks de Engelsche werkloosheid, ondanks de Duitsche werkloosheid^ ondanks de stakingen in Noord-Frankrijk en dè onthullingen welke deze hebben gebracht over den toestand in eenige der Fransche industrieën, hoe het, gedrongen tusschen de Ver. Staten en een thans reeds dreigend Rusland, gevaar loopt tusschen de bekken van een geweldige bankschroef te! worden verpletterd. Dat kan voorkomen worden, orakelt Tardieu — in zijn Zondag ‘te Alengon gehouden rede — als men bij de pogingen tot ontwapening maar niet raakt aan de volgorde: veiligheid, arbitrage, ontwapening. „Frankrijk heeft op ontwapeningsgebied genoeg blijk gegeven van goeden wil en het mag voor zijn veiligheid waarborgen eischen met strafbepalingen tegen degenen, die eventueel zijn veiligheid zouden bedreigen.” • • • Men weet dat Engeland van geen garanties hooren wjil en dat Washington in dezen eisch niets anders ziet dan een poging om de Fransche militaire suprematie in Europa te verzekeren. Hermann Muller, de Duitsche Rijkskanselier, meende te Zürich, veeleer een soliede samenwerking tusschen Frankrijk en Duitsohland als de beste garantie — óók voor Frankrük’s veiligheid — te moeten aanprijzen. En wat nier vroeger een klove was, kan thans een brug worden — zoo luidt zijn oordeel. Duitschland zal den Elzas nooit vergeten, maar wanneer de , Fransche regeering aan de bevolking van den Elzas toestaat haar eigen landaard te behouden, kan deze zelfde Elzas de verzoeningsbrug wor- . den tusschen Frankrijk en Duitschland. En dit rou Europa èn op politiek èn op economisch gebied ten goede komen. Die toenadering tusschen Frankrijk en Duitschland mag niet worden bemoeilijkt door het succes van Hitler en de groeiende macht van de nationaal-parïemen- , taire verkiezingen en het verloop van het Hiller-proces hebben in heel de wereld sensatie en ■ onrust verwekt. En zelfs uit den spot, welken j de Fransche en Amerikaansohe pers uitstort over < de college’s, die Adolf Hitler aan de heeren 1 rechters te Lelpzig heeft gegeven, zelfs die spot ademt ongerustheid. Want hij is gekleed in den i vorm van een geargumenteerde waarschuwing ■! aan het adres van Duitschland. Men ontkomt niet aan den indruk dat de „belachelijke leider”, < die „den weg heeft gewezen niet naar een betere toekomst maar naar den ondergang" en dien < men in een gekkenhui» weaecht te wen opge- (
gesteldheid toch zeer gevaarlijke dingen zegt en doet. En er nog sneer doen zal! En vandaar i de waarschuwing tot Duitschland, dat ’t, indien ’t aan de adviezen van Hitler, namelijk om de herstelbetalingen te staken, gevolg mocht wüi len geven, meer te lijden zou hebben, dan waleneer het aan zijn veplichtingen voldoet Immers, zoo gaat de redeneering dan voort, in het eerste geval kan de derde Rijnlandzone onmlddellijk weer bezet worden (dat is te zeggen: na een beslissende uitspraak^van het Haagsche Hof ■ in zake het al- of niet vrijwillige van Duitschi land’s tekortkomingen. Red.). „Het is te be. treuren, dat Hittere uitlatingen, die voornamelijk voor Duitschland zelf bestemd waren, zooveel verwarring hebben gesticht en het Duiteche cre1 diet in het buitenland in zoo hevige mate hebben geschokt.” Dit is een der Fransche persstemmen, Die natuurlijk nog alarmeeremder zullen gaan klinken nu Hitler zoo openlijk — men zou bijna zeggen: zoo brutaal — heeft verklaard wat mlllioenen van onze Oosterburen denken, dat men mi. dient te begrijpen, dat Duitsohland, na twaalf jaar te hebben doorgebracht in het tuchthuis van Versailles, opkomt voor dezelfde reohten als de andere landen hebben, en dat, indien men Duitschland tot levenslange tuchthuisstraf wil veroordeelen, men ook rekening dient te houden met het gevaar, eener verbitterde natie, vertwijfeld tot den rand der misdaad, rijp voor het Bolsjewisme. Er werken op dit ©ogenblik — nog heviger dan vóór den wereldoorlog — allerfel elementen in den Europeeschen chaos: ’t Duitsch Nationaal Socialisme, ’t Fransche militarisme en zijn vazaltenstelsèï, het Britsche egoïsme, de terugslag van Amerika, antipathie tegen een ver deeld Europa, het Bolsjewisme, het fascisme, het pacifisme. En al dteze geueesheeren met hun verschillende diagnosen en medicamenten, staan kibbelend rondom de lijdemssponde van de oude verzwakte moeder Europa. * * • Nu het kabinet-Brünimg foi Duitschland gereed is met z’n regeeringsprogram is het de moeilijke periode van onderhandelen met de partijen begonnen, teneinde vóór 13 October verzekerd te kunnen zijn van ’n meerderheid in dén Rijksdag. We zijn zeer pessimistisch gestemd ten aanzien van Brünings welslagen, immers zoowel de Duitsche Volkspartij als de Economische Partij (te zamen met 52 zetels) weigeren samen te werken met de sociaal-democraten. En zonder die twee partijen kan Brüning geen meerderheid vinden! Bij voorbaat zijn dus den Rijkskanselier de handen gebonden! Het zal ons ten zeerste benieuwen, hoe BrQning zich uit die moeilijkheden zal redden. In dit verband krijgt groote beteekenis hetgeen Hitler in de Amerikaansche bladen van het Hearst-concern schrijft. De uitslag der Rijksdagverktezingen noemt Hitler een signaal voor de naderende opstandigheid der Duitsche ziel. Duitschland is in een koortstoestand en de koorts zal noodzakelijkerwijs moeten stijgen. De repblikeinen trachten het steeds sterteer wordendie gevoel van verontwaardiging bij het volk te onderdrukken. Maar dè slag, dien deze partijen bij de aifgeloopem verkiezingen gekregen hebben, is nog niets, vergeleken bij den slag, die hun nog te wachten staaf. Hitler geeft als zijn overtuiging te kennen, dat op zijn laatst binnen anderhalf jaar nieuwe verkiezingen zullen plaats vinden. Hij verwacht dan wederom een geweldige toeneming van het aantal nationaal-soclalistlsche stemmen, zoodat men niet zijn toevlucht tot gewelddadige maatregelen zal behoeven te nemen om de macht In en over de regeering in handen te krijgen. „Anderen mogen misschien geweld gebruigen om ons het overnemen van de macht te beletten” — schrijft Hitler — „maar wij denken aan geen staatsgreep. De verkiezingen hebben ons den weg naar de macht gewezen.” Het natlonaal-socialisme heeft niets ulfsïaande met het Marxisme, aangezien het de waarde van de individueele persoonlijkheid erkent. Ten slotte wijst Hitler er óp, dat Europa zich thans in de ernstigste crisis bevindt, die zij in haar geheele historie heeft gekend. Dergelijke uitdrukkingen bewijzen wel, welk een moeilijken tijd Duitschland tegemoet gaat. De politieke fouten van het Vredesverdrag van Versailles beginnen zich te wreken. De strijd vóór of tegen de handhaving der verdragen van 1919 zal in de naaste toekomst het ' lot van Europa beheerschen. Dat Hitler in dezen onverzoenMjken strijd tegen het Versailler verdrag de hulp der Sovjets ; ingeroepen heeft, is zeker niet onwaarschijnlijk. ( Maar dat beteekent een nieuwe Europeesche i oorlog! i In dit verband is hef eigenlijk niet te verwon- i deren, dat te Oeaève die ontwapening weer uit- ! BWteid in.
Een sterke weermacht is nog steeds noodlg om Midden en West-Europa te vrijwaren voor een overrompeling door de bolsjewistische horden uit Rusland 1 • • • De verwachting van vele republikeinen in Spanje, dat de vervanging van wijlen Primo de Rivera —• den generaal, die als dictator geruimen tijd in Spanje met nog al straffe band het bewind heeft gevoerd — door Berenguer, een volkomen staatkundigen ommekeer tengevolge zou hebben en aan de Spaansche burgers die vrijheid terug zou geven, is geenszins werkelijkheid geworden. Er mag in sommig opzicht hier en daar een verlichting worden vastgesteld, doch normaal, in den West-Europeeschen zin van het woord, is de toestand in Spanje nog niet. Van den economischen gezichthoek uit bekeken, ziet het er in Spanje ook nog steeds zeer bedenikelijk uit en de ontevredenheid der arbeiders heeft zich de laatste tijden meer dan eens geuit in werkstakingen en botsingen met de politie. De republikeinsche partijen bepalen zich echter niet tot geduldig afwachten, maar zijn Zondag in groote scharen de straat op gegaan, teneinde door dit machtvertoon indruk op de overheden te maken. Zondag zijn zij te Madrid, met uitzondering van de sociaal-democraten, bijeengekomen en de berichten, waarin hun aantal wordt geschat, gewagen van twintig duizend deelnemers, die, naar algemeen wordt opgemekt, een voorbeeldige tucht aan den dag legden. Het trok de aandacht, dat, hoe verschillend de woordvoerders ook overigens georiënteerd mochten zijn, allen eisebten, dat de koning zou aftreden. Bovendien dreigden zij met revolutie en het leger werd ertoe aangespoord de zijde van de republiek te kiezen. Zooals te verwachten was, had de politie op zeer groote schaal voorzorgsmaatregelen genomen en overal waren dan ook machinegeweren in gereedheid gebracht, terwijl de hoofdstraten krioelden van politieagenten. Merkwaardigerwijze is heel de betooging afgeloopen, zonder dat ook maar één enkele botsing met de handhavers der orde plaats vond. Vreest de Spaansone regeering inmiddels het ergst? Wanneer de geruchten, die een Spaansche communistische krant verspreidt, juist zijn, zoo lezen we in het „U. D.”, moet de regeering in afwachting van politieke gebeurtenissen, die voor de deur staan, den gouverneurs van alle provincies en den bevelhebbers van bepaalde eenheden der gewapende macht bevolen hebben de strengste maatregelen te nemen, opdat de openbare rust niet worde verstoord. Goto wordt verklaard, dat er ernstige twijfel is gerezen aan de betrouwbaarheid van verschillende militaire corporaties, die nu beroofd zijn van de middelen, die zij zouden kunnen aanwenden voor aanval of verweer. Hieraan wordt nog toegevoegd, dat de elementen van uiterst links, omtrent wier gezindheid men geen algeheel© zekerheid heeft, zeer nauwkeurig worden nagegaan. Op een afstand is natuurlijk moeilijk na te gaan, wat er van al deze beweringen aan Is. Volledigheidshalve vermelden wij dan ook, dat generaal Berenguer verklaard' heeft, dat er geen aanleiding is voor de bestaande nervositeit, die het gevolg is van vrees voor onverwachte gebeurtenissen. Volgens hem zijn de elementen, die aan deze of gene sociale beweging den vereisohten nadruk kunnen geven, op de hand van hen, die de orde willen handhaven. Het lijdt geen twijfel, of Berenguer heeft met deze elementen het leger bedoeld.