Wijziging verschijndagen. In het tijdvak) van 21 Dec. 1931 tot en met' 2 Januari 1932 zal deze courant tweemaal verschijnen n.1. op Woensdag 23 December en op Vrijdag 1 Januari. De nrs. van Dinsdag 22, Vrijdag 25 en Dinsdag 29 December 1931 vervallen. Copy en ad.vertentie-op drachten voor de nrs. van 23 Dec. en 1 Januari moeten uiterlijk in ons bezit zijn, re-sp. Dinsdag 22 December, des namiddags 3 uur en Donderdag 31 December, des voormiddags per eerste post. AL WAT LATER KOMT, MOET TERZIJDE GELEGD WORDEN.
In het Nieuwjaarsnummer kan ieder, die dit wenscht, aan Familie, Vrienden
en bekenden zijn Nieuwjaarsgroet brengen. De prijs van zulk eene advertentie, niet grooter dan 6 regels, bedraagt f 1.—; voor iederen gewonen regel meer wordt 25 cents biïberekend. Men wordt beleefd verzocht er voor te zorgen, dat de advertentiën uiterlijk in den rtiorgen van 30 December in ons bezit zijn. Zoo mogelijk ontvangen wij de opgaven gaarne vroegtijdig. HH. Brievengaarders, Correspondenten en advertentie-bureaux nemen ook bestellingen aan.
"Advertentie". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1931/12/15 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000506154:mpeg21:p00001
"Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1931/12/15 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000506154:mpeg21:p00001
De huidige moeilijkheden in verschillende landen vragen van de bestuurders krachtige daden, en nu co.nstateeren we juist een zeker soort schichtigheid voor radicale maatregelen, liefde voor een soort schipper-politiek en een afwachten of de toestand uit zich zelf niet beter wordt. Een gunstige uitzondering vormt in dit opzicht de Duitsche rijijkskanselier dr. Brüning, wiens jongste radiorede getuigde van een groote zelfbewuste kracht en een sterken wil om den toestand te kunnen beheerschen. Nu is de toestand i.n Duitschland ontzaggelijk veel erger dan bij ons te lande, en daar zijn dan ook veel radicaler maatregelen noodig dan 'hier, maar Duitschland heeft vóór Brüning bestuurders gehad die zich juist kenmerkten door een buitengewone slapheid van handelen. De rede die dr. Brüning heeft gehouden was allereerst voor Duitschland zelf bestemd, maar in ons land bestond toch ook een zeer groote belangstelling voor liet woord van den Duitschen rijkskanselier. En die is heel natuurlijk. Wij zijn een buurstaat van Duitschland en de gebeurtenissen in het groote la.nd aan onze Oostgrens kunnen ons niet onverschillig laten, al was het alleen maar omdat de chaos die mogelijk in Duitschland zou uitbreken zeer waarschijnlijk niet aan onze grenzen zou blijven staan. Het Duitsche volk moge wat meer gedisciplineerd zijn dan wij vrije Nederlanders, in wezen verschillen beide volken niet zoo van elkaar, en( daarom kunnen wij ons zeker spiegelen aan het-' geen in Duitschland gebeurt. Trouwens we hebben veel geleerd van Duitschland en bijna geheel onze sociale wetgeving is van Duitsche makelij. Maar laten wij dan nu ook eens van de Duitschers leeren dat in dezen tijd een krachtige sterke regeering, die weet wat zij wil, ons volk moet leiden. Aan groote brallende redevoeringen en dagenlang gepraat in het parlement hebben we geen behoefte. De ervaring heeft geleerd, dat al dat gepraat ons niet helpen kan. Slechts daden kunnen helpen, maar dan krachtige doelbewuste daden. Geen laveeren van links naar rechts, geen achterna loopen van de feiten, maar een regeeren door vooruitzien. En in dit opzicht kan dr. Brüning ook ons Nederlanders nog wel een. en ander leeren.
"Slechts daden worden gevraagd.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1931/12/15 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000506154:mpeg21:p00001
De jongste Duitsche noodverordening. — ue dictatuur feitelijk ingetreden. — Wat zullen de sociaal-democraten doen? — Zamora tot president van de Spaansche republiek gekozen. — Een sprong van de cel naar den troon. — Zal hij zijn radicalen strijd tegen de godsdienst-orden wat temperen, of niet? — De Volkenbondsraad en het conflict in het Verre Oosten. — Een bijzonder elegante oplossing is niet gevonden. — De moreele nederlaag van Japan. — Het recht heeft in geen geval gezegevierd. De jongste noodverordienii-ng van dr. Brüning nidl voor DuifeeMand fëiteldjk de dictatuur in. Bij vorige noodverordeningen van veel minder ngrijpenden aard, liep die rijkskanselier weliswaar den Rijksdag voorbij, maar tenslotte wilde ihij in lOctober j.1. toch de sanctie van het parlement .hebben voor zijn nieuwe, versterkte kabinet en zijn krachtige politiek. En Brüning behaalde een overwinning in den vorm van. een meerderheid van 25 stemmen. Na aldus zich van den steun, der volksvertegenwoordiging te hebben, overtuigd,, zond hij den Rijksdag weer naar huis en regeerde met zijn minister kalm en vastberaden, en zwijgend verder bij noodverordening. Ondcrtusschen steeg de vloed van het btationaa 1 -social-is-me en het brakwater der economische crisis, den rijkskanselier tot aan de lippen. Maar juist op het moment, dat Hitler in de voorbarigheid van zijn verlangen dr. Brüning reeds zag verdrinken, deed: deze een, verbazingwekkend,en zwemslag, waardoor 'hij plotseling weer met kop en schouders boven de troebele politieke en economische wateren er? boven de kleine schreeuwleelijkers der Nazi’s uitsteekt. Zoo,als te begrijpen, was, verdroot het de extremistische elementen in Duitschland zeer, dat een stervend gewaande een zoo kerngezond sportsman bleek. En de communisten dienden een voorstel tot bijeenroeping van den Rijksidag in, om het parlementarisme dat de SovjetTsaren in Rusland verachtelijk van zich hebben geworpen, den koenen, zwemmer als een, doodelijk blok aan het been te binden, dat hem zou moeten meesleuren naar de diepte. Het senioren-convent zal dezer dagen over dit voorstel der communisten, moeten beslissen, hoe zal de houding der sociaal-democraten in dit convent zijn? We gelo-oven: niet dat zij Hitler en de anti-Marxistische rechts-radicale partijen een kans- zullen geven,, om de regeeringBrüning om hals te brengen. Zij zuilen wel eieren kiezen voor ihun tengevolge van de nood verordening koopkrachtiger geworden marken, en voortgaan met hun duldingspolitiek ten aanzien van Brüning. Het Centrum zal zich natuurlijk achter den rijks,kanselier scharen en van de Beiersche Volkspartij mag men dit ook wel verwachten. Twijfelachtiger, maia'r ook van minder belang is, wat die (labiele Economische Partij en het landvolk zullen doen,, al zullen dezen moeten erkennen, dat d!e nieuwe noodverordening hun verlangens in tal van opzichten tegemoet komt. Alleen van de communisten, de Hugen-bergran,en, de Nazi’s staat het vast, dat zij vóór het bijeenroepen van den Rijksdag zullen stemmen om dictator Brüning te onttronen. Waar de zaken zoo staan, is het nauwelijks te verwachten, dat het voorstel der communisten in het seniorenconvent kans op aannemen heeft. Doch mochten de verwachtingen worden beschaamd en het voorstel worden aanvaard, dan zal d'e eik-oude rijkspresident Hindenburg zijn jongen kanselier machtigen den Rijksdag te ontbinden, nog vóór deze bijeen is gekomen. Door een eventueele Rijksd-agontbinding zouden' natuurlijk nieuwe verkiezingen noodig worden, doch in dit avontuur mag de Duitsche rijkskianselier zich niet begeven. 0,m daaraan te' ontlformen, staan hem verschillende middelen ten dienste. Ten eerste telkens herhaalde Rijksd a go nitfo in dingen, en ten tweede afkondiging van den staat van beleg, waardoor vanzelfsprekend het houden van- algemeene verkiezingen onmogelijk wordt. Welke wijze dictator Brüning eventueel zal kiezen, zal de tijd1 leeren. * * * Met 362 van de 410 stemmen kozen de Cortez Alcala Zamora tot eersten president van de Spaansche republiek. De nieuwe president werd 6 Juli 1877 te Pice -go geboren,. Hij studeerde rechten1 en toonde zulk een rhetorischen en politieken aanleg, dal hij al spoedig een rol begon, te s-pelen op het politieke tooneel van Spanje waar het in zijn
eugd- nog niet zoo -rumoerig toeging, als thans, j Al gauw ve-reen-igden ©enige officieel,e f-unc- \ ies zich in zijn persoon. Hij slaagde er in 1906 c n tot lid van de Cort-ez te worden geboren, t torst was Zamora liberaal-monarchist en als 5 :oodanig werd hij de vertrouwde van den lei- j Ier der liberalen, die he-m eemige malen in het 1 tabinet bracht als minister van oorlog. ( Langzamerhand zocht Zam-o-ra het hoe ,lan- < jer hoe meer aan de linkerzijde, wat hem, in t December 1930, bij de bekende -mislukte revo- 1 utiepoging, -in de „gevangenis” bracht, een gevangenis echter, waar het erg gemoedelijk toe- i jinig. : Midden Maart 1931, bijna drie weken voor i Vfonso’s-val, werden de revolutionaire heeren, 1 v.o. ook Zamora, tot 6 maanden gevangenis- J draf veroordeeld (wegens hoogverraad). Het 1 D. M. had nota bene 15 jaar geëischt! 14 Mei van, dit jaar echter werden, -de gevan- 1 jen-en in- vrijheid gesteld en kort daarop was Za-m-ora de samensteller van het vorige kabi- 1 iet. i Om een sprong van de cel naar den,, zij het 3ok rood-en, troon te maken,, moet men in Spane zijn! In ieder geval, Zamora vond ‘het optreden j.er nieuwe regeering tegen den R.K. godsdienst ü te kras. Met hand en tand verzette hij zich tegen de in beslagneming der kerkelijke bezettingen, en tegen- de ontbinding van sommige relegieuse orden, die door artikelen in de nieuwe grondwet geregeld werden. Tevergeefs. Zam-o-ra kreeg zijn zin niet, en trad daarom verstoord af als lid van de grondwetscommissie, overal publiceerend, dat hij den, strijd tegen die anti R.K. grondwetsartikelen nooit zou opgeven. 5 November bleek echter, dat het presidentschap voor Zamora a'1 te verleidelijk was! Hij wilde het baantje niet -laten glippen, gaf zijn tegenstand op en — is nu president van Spanje! Zal -hij, nu -hij eenmaal o-p he,t kussen zit, den radicalen strijd- tegen de godsdienst-orden wat temperen, of niet? Afwachten. Zamo-ra is wel iemand, die d-e spreuk: „Als het getij verloopt, verzet! men d-e bakens”, huldigt. Anders was hij nu geen president. * * * -Na zich drie en een halve week met het Mansjoerijsche conflict te hebben bezig gehouden is de Volkenbondsraad aan het einde der vorige week, nadat vooraf met algemeene stemmen een resolutie werd aangenomen, die althans voorloopig de kans op het uitbreken van een oorlog eenigszins verkleint, uiteen gegaan. Een bijzonder elegante oplossing is niet gevonden, maar we! stemt het tot voldoening, dat de talrijke verklaringen, die in laatste bijeenkomst van den Raad zijn afgelegd, alle een veroordeeling inhielden van Japans gedrag, zoodat Tokio in elk geval een ernstige moreele nederlaag heeft geleden en in den vervolge rekening zal moeten houden met de opvattingen, die in laatste instantie nog eens duidelijk tot uiting zijn gebracht. Nadrukkelijk is betoogd, dat men ditmaal een speciale oplossing heeft gevonden voor een speciaal conflict. Zooals men weet, wordt in paragraaf 2 der resolutie bepaald, dat noch China, noch Japan tot nieuwe stappen mogen overgaan, welke kunnen uitloopen op verliezen van menschenlevens en ernstige botsingen. Inmiddels heeft Japan zich het recht voorbehouden om in uitzonderingsgevallen lijf en goed der Japanners te verdedigen tegen Chineesche bandieten, terwijl China van zijn kant duidelijk heeft gemaakt, dat de Japansche troepen onder geen beding zich de politiemacht der Chineesche overheden mogen toeeigenen. Het stemt in elk geval tot eenige tevredenheid, dat Briand bij de toelichting van de resolutie niet heeft nagelaten erop te wijzen, dat in de vervolge ook andere staten, die een conflict hebben met een ander land, op gewelddadige wijze mogen trachten zich recht te verschaffen. Ook de andere gedelegeerden gaven te verstaan, dat de resolutie geenszins als een precedent mocht worden opgevat. Vooral enkele Zuid-Amerikaansche vertegenwoordigers, de afgevaardigden van Peru en Guatemala, dus van twee kleine staten, hebben het in Japan gelaakt, dat dit land gebied van een anderen staat, militair heeft bezet, teneinde de tenuitvoerlegging van bepaalde verdragen af te dwingen. In het algemeen werd het in Japan gegispt, dat dit land niet op vreedzame wijze het conflict heeft trachten te regelen, maar zich als eigen rechter heeft opgeworpen, waardoor het in strijd handelde zoowel met het handvest van den Volkenbond als met het negenmogendheden verdrag en het pact van Kellogg. Ofschoon niet op officieele wijze de neutrale zone is afgebakend en evenmin een bepaalde datum is genoemd, waarop de laatste Japansche soldaat Mandsjoerije moet hebben verlaten, koestert men de hoop, dat het uitzenden, door den Volkenbond, van een studiecommissie op Japans verdere 'handelingen een matigenden invloed zal uitoefenen. Wel mag de commissie in de krijgsverrichtingen niet ingrijpen, maar zij zal toch geregeld rapport uitbrengen over den toestand, zooals deze zich ontwikkelt en vooral nagaan, of Japan de ontruiming inderdaad verwerkelijkt. Op de handelingen van Tokio zal dus nauwlettend worden toegezien en reeds deze controle, die als een moreele rem werkt, kan ertoe bijdragen verdere Japansche buitensporigheden te verhinderen. O.ndertusschen dient nog eens te worden vastgesteld, dat bij de behandeling van het Mandsjoerijsche conflict het recht in geen geval heeft gezegevierd en dat, al moge Briand hebben betoogd, dat de thans gevonden noodoplossing niet een precedent mag worden geacht, het gevaar blijft bestaan, dat naderhand andere staten -het Japans,che voorbeeld zullen, volgen en, zich even eens zullen beroepen op het except-ioneele, het uitzonderlijke, van het geschil, waa-rin zij met een anderen staat zijn gewikkeld. Vooral kleine staten- kunnen hiervan ihet slachtoffer worden en daarom was ‘het ook verklaarbaar, dat de Z u iid-A-me rikaansche vertegenwoordigers hun bezorgdheid- te kennen gaven over de thans getroffen regeling, die het rechtsgevoel geenszins bevredigt. Het is thans slechts te hopen, dat J-apan, nu bijna -hee-l de wereld de houding van dit land heeft veroordeeld, eindelijk eens goede manieren, leert. Overigens — de Spaansche vertegenwoordiger vestigde hierop de aandacht — zou -het tevens van- belang zijn, wanneer de Volkenbond de beschikking kreeg over effectieve machtsmidd'elen, teneinde onwillige leden met sanctiemaatrgelen tot rede te brengen,.
"Buitenlandsch Overzicht.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1931/12/15 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000506154:mpeg21:p00001
De Middenstand en de vertegenwoordigende lichamen. — In verschillend verband werd de Middenstand bij de jongste Tweede Kamerdebatten met name genoemd. — Het vraagstuk der prijsaanpassing. — De hooge eischen, welke de verbruiker pleegt te stellen. — Waardoor de distributiekosten sterk worden opgevoerd. — De gang van zaken in het economische leven en het aantal faillissementen. Het is e,en, verheugend, verschijnsel, dat de stem van den midden-stand zoo langzamerhand meer en duidelijker in de vertegenwoordigende lichamen gehoord wordt. Het jongste debat in de Tweede Kamer over die beigrooting van Arbeid, Handel en Nijverheid is daarvan een sprekend bewijs,. Voorioopig Verslag en Memorie van Antwoord deden reeds veronderstellen, dat er over de Middenstand nog wel ©en woordje gewisseld zou worden,. In, verschillend verband werd toch de middenstand met name genoemd, waarbij het vraagstuk d.er prijs aanpassing wel het belangrijkste was. Interessant was hetgeen door dr. 1. H. J. Vos in dit verband werd gezegd. Dooir dezen woordi voerder werd' o.m. gewezen op de hooge eiiseh-en, welke de verbruiker pleegt te stellen, waardoor die distributiekosten sterk worden opgevoerd. In, het bijzonder de thuisbezorging van waren speelt .hierbij een'rol. Niet alleen de beter-gesitueerden-, maar ook- de arbeidersklasse werkt dit in de hand-. In- Amsterdam, waar de gemeente aan werkloo-zen brandstoffenbons uitgeie-ft, komt het mee-r dan, eens voor, dat aa,n brandstoffenhandelaren; gevraagdwordt diie brandstoffen, in ontvangst te gaan nemen en aan -huis te bezorgen, tegen f 0.25 per mud. In, Den Haag bestaat de mogelijkheid om na 1 uur n.m, aan de broodfabrieken brood af te halen-, tegen belangrijk lageren prijs (toen de -broodprijs f 0.22 was, tegen f 0.17), doch 'hoewel de meeste broodfabrieken in de volkswijken gelegen zijn, wordt hiervan heel weinig gebruik gemaakt. Een bekend feit is ook, dat de arbeidscoöperatie haar wagenpark geregeld moeten, uitbreiden, omdat men ook in die kringen- me-er en meer op zijn gemak gesteld is en daarvoor blijkbaar een hoogeren prijs over heeft. Minister Verschuur was het in deze volkomen met den spreker eens en -wees erop, dat het alleszins gewens-cht is, dat de Nederlandsche huismoeders de gewoonten van de buitenlandsche wilden volgen m-et -haar inko-open te doen op de markten. Maar -hier werd de minister door scherpe interrupties van mevr. Suze Groeneweg en mevr. Bakker—No,rt onderbroken. De Nederlndsche -huisvrouwen zouden, nooit, zooals de buitenland-s-che, haar inkoopen bui-
tenshuis kunnen gaan doen! Daar had de minister toch geen verstand van! De minister verklaarde zich niet deskundig, maar heel bescheiden meende hij toch nog de schuchtere opmerking te mogen maken, dat, wat in het buitenland kan, hier toch óók moet kunnen. Het zal natuurlijk wel aan onze mannelijke ondeskundigheid liggen, maar ook wij kunnen niet inzien, waarom het elders-mogelijke en -gebruikelijke in Nederland niet mogelijk zou zijn. Hebben de huisvrouwen in het buitenland géén gezin te verzorgen? Hebben deze géén kinderen, waarop gepast moet worden? Doen zich in het buitenland bij het gaan „markten” niet precies dezelfde moeilijkheden voor als in ons land? Wij zijn van meening, dat ook in Nederland de meeste huisvrouwen, die zoozeer prijs stellen op goedkoopere artikelen, zich heel goed konden aanwennen, de huishoudw'aren bij den winkelier — of op een markt — te gaan (of te laten) halen. Met ’n beetje overleg en met inachtneming van een zeker systeem, zouden zij ’t o.i. ver kunnen brengen in de goede richting. • »‘ * De gang van zaken in het economisch leven pleegt ook in het aantal faillissementen tot uitdrukking te komen. Wij geven daarom hier de laatste cijfers, welke door het Centraal Bureau voor de Statistiek werden gepubliceerd. Het aantal faillissementen bedroeg: per 100.000 der gemiddelde bevolking in 1920 21.7 1921 33.0 1922 46 4 1923 55.3 1924 59.8 1925 55.9 1926 49.8 1927 46.4 1928 41.7 1929 35.1 1930 38.8 Van 1929 tot 1930 is dus slechts een geringe stijging ingetreden. Toch wijst dit er niet op, dat de crisis in 1930 nog niet zoo ernstig is geweest. De ervaring leert, dat het aantal faillissementen pas snel toeneemt, wanneer de crisis ©enigen tijd heeft geduurd. Dat is alleszins begrijpelijk. Zaken, die door economische moeilijkheden worden getroffen, trachten zich eerst op allerlei manieren nog zoo lang mogelijk staande te houden. Eerst als alle pogingen te vergeefseh zijn geweest volgt een faillissement. De bovenstaande cijfers uit de jaren 1920—1925 bevestigen de juistheid van dit standpunt. De jaren 1920 1921 kenmerkten zich door een grooten economischen teruggang. Toch is het aantal faillissementen in die jaren gering. Pas eenige jaren later m 1924, werd het hoogste punt bereikt. Maar in dat jaar Was reeds weer een aanmerkelijke economische verbetering ingetreden. Een der meest getroffen bedrijven is in deze crisis zeker wel de akkerbouw. Het aantal faillissementen in dat bedrijf steeg van 111 in 1929 tot 143 in 1930. Om bovengenoemde reden leidde men hieruit niet , af, dat het met den toestand in den landbouw wel medevalt. Het laat zich helaas aanzien, dat de volgende jaren heel wat droeviger cijfers zullen te i zien geven. De faillissementsstatistiek geeft belangrijk ma- ; teriaal. Maar dat materiaal spreekt meer over de ' achter ons liggende jaren dan over het oogenblik i van vandaag.
"Uit eigen land.". "Nieuwe Vlaardingsche courant". Vlaardingen, 1931/12/15 00:00:00, Geraadpleegd op Delpher op 25-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSAVL02:000506154:mpeg21:p00001