Lelden, U JnnL
In groeier getale dsn ia lle laatste jaren aaasohonwü was, stroomden beden da leden vaa Letterkunde samen. De belangrijke bestnnraveeiateUen, welke een heele verandering zulk* kunnen brengen ia bet «be» drijf en daardoor ia bet aspect der «Maatschappij*, hebben blijkbaar velen nit hun tent gelokt Maar de strijd ia nog aiet begonnen. Met gewone biaaeastroe» men in de zaal ia even paisibel ala altijd, en wat de opening'betleft althans gelden nog de «me gewoonten. Te klokke elf uren bestijgt de voorzitter, ditmaal Prof. Dr. F. Hnlzinga, het spreekgestoelte, voor het houden van de door de gewoonte geboden ope» „wie tan' mijn voorganger», roe begon spr, beeft niet geacht, mocht ik bet «ija, dle veer bet eerst weer de ldeslelijke bijeenkomst onzer Mij. mog openen in den ljnbeltoon over den herwonnen vrede l Maar nog wil de jnichkreet spr. niet van da liepen. HVij hebben deze verwante wereld wederom te kinderlijk willen vereenvoudigen, nis wij vrede verwachtten wanneer een oorlog eindigde. Nog zucht Europa; maar toch ia voor ons veel van de beklemming nlree geweken. Gs» duld en goeden» moed, en, hoe moeilijk bet valt, «enig vertrouwen in de wijsheid der menschen, Wio stnnt durft maken op bet geluk, dat de welvaart biedt, zal mogelijk eerlang .Vondera .Vredezong kunnen meo» singen» > «. lfeerlng loggende on haer sterven ' .'.. ¦&>ï Lnriagt ten bedde nit» ca oaUuiekt. ..¦. - Ut • ft!!- ' Met dat zij de teorvlam miekt. !*» i '¦¦*' '• Bouw nu zolders boven zolders.... > ' Die Julchtooa'wil spr. niet verzwijgen, maar hg moest hem ontleenen aan een die beter en bluder juichen kon dan hot ons lont geslacht gegeven is l De afgestorvenen herdenkend, gevoelt men do veelzijdigheid der Mij. De eerste plaats zij «egoTen aart htNl. mot wien de Mil. door nauwe en langdurig© betrekkingen verbonden was» Louis D. l?oti>> de engeevenaarde bibliothecaris, -verleden Haar noL gehuldigd, een.nuldlgin'», dio belaas een afscheid was. Treffender fi^unih dan het echtpaar Van Duvl—Schwaltze. «lknn«ler zoo spoedig in den dood gevolgd, hebben de verga» deringen zelden gezien. Met diepen eerbied godenkt épr. Mt», F. N. van Hall, de», man. die de kentering van het getij onzer letterkunde het smartelijkst heeft on» dervonden, en bij het veranderen van eigen inzicht in volkomen waatdigheid zichzelf gebleven is. Op hoogen leeftijd ontvielen ons drie mannen! st«r we« meest op staatkundig gebied lag» A. baron .Schimmel pen» mcl:, mr. W. van der Ilaav en mr. A. N. E ridder lt» stners. Do w«rl-»»amhe!d van den ver» relden kenleliellenaar 3. van Loenen Hlarlino^ dekt ren heel tijdpctk van onzo geestelijke gcschiedenia. Talrijk zijn «ie namen van hen, die een plaats open» lieten in «.'e beoefening onzer gewestelijke, en plaat«olijke geaehiodcnl»: 1». D. J. van Lchevichaven, mr. .1. J. 6. baron sleet, beide Geldersche geschiedkenners; <«. van Arkel» beminnaor van Xoord^llollands oud» heidkutule: mr. TV. l'ol«.an,lslUseman en 11. IL Xes» leloo, d»e hun liefde aan Zeeland gaven; mr. J. Ila»»» in j-a. Dilterdijk, oud»arehivaris van Kampen. De ge» «llieiikuudo van >Ve»t-Iueoefenaars I. IL L Hamelberg. , • F. H. Boogaard en G. L. liepper hebben zich nit hei. militair beroep tot letterkundigen arbeid gewend,; in de onderwijswereld werkte A. Vf. Vtellwagen, in de jonrnnllltiek behalve van Du.vl ook Ohr. Nu/s. In mej. Adè>o Godov is cm der al le «chaar«che verte» gentrooldlrers vai» do Bpaau»cbo taal en letterkunde heengegaan. Menig bezoeker der maandvergaderingen l»cwaart bewonderende herinneringen nan >len «oven ¦«.e^lzijiK'ïcn al» beeeheiden taalkundige F. G. Kramp, Ilijzcu^r en «er eerbiedwaardig waren ook do ver'!ie.^«tep «n G. J. Kolf f dio zooveel, dééd voor de bo» lllu^-cn. zijner lat'-enooten. do blinden. >og resten dc nlande«l kriedrich I,'lppold, trede in iV.olss.elcn, brieven aan Huet herhaaldelijk „.et wanrdcl:it»- genoemd; Jl. A. van VFyek en Andr. I>. AVhilo virn!''«!u hnnden met Amerika. 3. V. van «'«ldt.roe. 'f.. Afrika. Nn z-cchieilenis van bet drama» tracht IV. «b'ro!2c.lae!l in aanraking met onze letter» i.ündoz üo liaUaLü L. ttixio <>rl!de»i?o was een der reinigen die _ '^cle^liu -l. ?l:o peöiio in vreemd ge» i. .lad hobb» 'l-cl»lll»'ht der p!ë!<»!!.
Ilccwcl «lc tij.l driegt om over to gaan tot de be» Ilandcllilg van do be-tuun»voor«tel!.'n kan spr. toch «!c tiaditie riet ontrouw zijn om dit woord van opening te doen zijn iets meer dan «en opening eu ecu ge» «lachten»^ Ie t s meer. l karakter behoort te zijn, vil «pr. zoo kort mogelijk over drie dingen tegelijk «preken: o»cr do ondoelmatigheid van hei woord lettcrkirr'^e, «vel" de verhhudiug van schoppende en ir<-tcns«7ha->p-«lijke beoefening «lernelve en over het ilil>l<4>Hnnd<-. Do 16do eeuw. had letteren als eene vH.-duitlching van 1 iterao reeds in druk gebruik; l>t!<>.l.uu'4 of Kunde was eigenlijk de vertaling vsn K mannin tic s, doch ».«» omvatte meer dan de spraakkunst in enteren zin. Naast 1 iterao stond de vollevo vorm, litoratura. Terwijl nn «le verbit> >!ing met grammatica verloren ging kwam letter» hinde naast letteren als vollediger vorm- en zoowel lileratllla al» letterkunde bloven langen tijd een reeks van uiil»e «ol«idla« tusschen' «K!«lb,»rl>en»l knadewa» «n nog onderling vnrwisselbsarl se wekmxlbappsn zelf bebooidet» eertijds oader de ar.t«». In bet voortbrengen van het wntstig aebooae «a» men nog ««at de kuagtvlutidizheldl de eerbied voon de overlevering in dé Inmat waa veel grooter dan nn, heul insloht ia de Hensle eenheid van al bet geestelijke nog enbederrea. Maar de scheiding moest komen; het waa noodzakelijk ca nuttig, dat de scheppende werker met het woord d«» IMelnlunrweteaschap meed; maar doe» haar te minachten toont bil slechte de beperktheid van »^n blik. Vaat «r ia in de diepere lagen veel meer wat don weteaschappelijken en «len scheppenden beoefenaar bindt, doa wat bea «beidt. Liefhebbende ver» sering van het wonder der taal, en der verbeelding, 't oesef van de'onvolmaaktheid vaa bet voortgebrachte, vereenigt ben. Zij. hedbea verschillend gezicht en de letterkunde. Bij het dilemma bijv. dat bijna elk dichtwerk, uit het verleden stelt» oorspronkelijkheid of onUeening, «l elk van beiden naar een andere zijde nolgen. De onderzoeker vindt overal verwantschap; de dichter, zelf eponüloa, zol ook het bewonderde werk ia de eerste nlaaO, als oorspronkelijk zien. Het Ol»ne'.rea der oatlecningen kwetst hem. De wetenschap vergeet soms, dat de vormen waarin do menscbheid zich kan uitdrukken^ beperkt zijn; Onafhankelijk van elkaar modtet, dozo-fck> gestaltealleen telkens terugkomen. ' ."^ Doch ook de andero zijde dwaalt. De wereld le^t op enkele gedachten, ene Aoto planten zich door do tij» den heen voort Onnaspeurlijk overgebracht, telkens weer nieuw gelooid met do bloemen van één dag, schijnbaar zoo nieuw en zoo onderst Totdat de af» •Mand Kloot genoeg wordt om de erfelyke kenmerken dio ben verbinden te onden«heiden. Do Nederlandsche student heeft kortelings de taal verrijkt met het «takenend en waarschuwend woord«gezwam in de ruimte, Het is een onvol, dnt spr. dermate vreest, dat bij het dilemma noodwendige gelijkenis of ontleening met één voorbeeld moet iUus» treercn.
Misschien herinnert men zkh de aardige brtefwi». seling tusachen Constantijn Huygens en Dorothea van Dorp, van zoo speelscho hartelijkheid en omslulerna roterende teerheid, dat het moeilijk is aan de correspondentie van.twee' «-verloofden te denken. Zoo ja, don weet men ook het naampje waarmede «ij elktn» der woderkeerig aanspreken» Song, Songctje. «Vergeet den Song mot, Song, aal je Song", luidt hot 1 fee die jonge men«heu aan «fit woord komen ka», «nr. evenmin als vroegere Huygens kennen» verkht» ren, maar hü heeft een parallel van dit geval dat oen Du,t««h filoloog terFoud zon doopen». „das Motllv da» gcgensoitigcn Gletchbeneunnng'. «et komt herhaal» «lelijk voor bij de Provcncaalscne troubadours der INe eeuw. Wel zijn het daar vrienden die elkaar gelijk noemen» maar er is ook eea geral «lat do dichte, de dame eu «les dichten» vriend elkander alle drie Bertraa sonnet. Trouwens Cen»la«»yn en {DoicAtica waren geen gelieven meer maar vrienden. Spr. ziet II den man, die aantoont langs welkedwaal» paadjes dit motief van de troubadours op Constanter gekomen isl Maar als hü het bewezen heeft hemt een ander op psycho-, ethno- en erotologische gronden verklaren, dat het een ingeschapen behoefte is van dca menschelijkea geest cm elkaar ondor vrienden en ge» lieven met denzelfden naam aan to spreken, reeds go» woon bij Botokoedon of bü de holbewoners in het palaeolilhiseho tüdperk. Daar zit men dus alweer met het dilemma. En misschien komt er dan een derde, die zegt» maakt het eigenlijk wel veel verschil! Hebt gij voor de droge bloemen «van Dorothea's liefde niet» betera dan ben» zelochtige nieuwsgierigheid! Hem antwoorden wij: j», het maakt inderdaad ontzaglijk verschil. Want de vraag of zulk een overeenkomst berust op overlevering of niet raakt welbeschouwd in den grond de diep» ste vragen aangaande het wezen der cultuur» en wij zullen altijd opnieuw gedwongen zün, zulke vragen te stellen. Voor het overige willen wij n geluk geven» en van Dorothea's brieven schelden, niet in de weetgierigheid voor het litterair-historisch geval, maar in het zuiver meevallen van haar in «achten lach vor, hulde teederheid. , j(^_ Spr. verklaarde de vergadering voor geopend. H!«! Do rede wordt met applaus begroet. ',m' Medegedeeld wordt dat tot nieuwe leden der Maal» schappij rijn gekozen.: Jhr. Mr. E. A. van Beresteyn, s-Gravenhage: Dr. J. Berg» Amstonlam; Dr. 11. Bol» kestcin, Utrecht; C. J. A. van Bruggen, Amsterdam; Dr. A. W. Bijvanek. 's-Gravenhage; Mr. A. le Coaoul» no do Bussy» Utrecht; J. D. C. van Dokkum, Am^erdam; A. 11. van der Feen. Sas-van-Gent; G. D. G»n» lama, Haarlem; Frits Hopman, Leiderdorp; Joakvr. Dr. C. H. do Jonge, Utrecht; Dr. G. G. Kloeke. Lei*, den: Moj. Dr. Annie C. 5. de Koe; Dr. L. M. G. Koo» iierlxvig, s^lravenlmge; Mr. J. Loosjee. B«smn; Jac. van Ix»v, Haarlem: IL Poort Groningen: Jonkvr. Lila «le Bnnlta. 'sGravenbage; Mei. Cothenna vaa Bennes, Utrecht; Mevr. IL Boland Holst—van der Schalk, Zundert (N^-ll.); Mr. C. P. van Bossen». Huia ¦Mr Heide; Dr. Feil». Button, Geulle: Dr. A. Smit Amersfoort; Mevr. A. J. M. Tartend— Botter, dam; J. Teratccg, Leiden; Dr. W. 8. Unger. Middel. en'tot bultenlaudlch lid: Gust S. Pr«»Uer Sa Pretoria. Op voorstel von den voorzitter wordt besloten om de verslagen van secretaris, penningmeester, bibliothecaris en do vaate conimissikn, welke den leden in druk zulle,» liereiken, niet'voor te lezen, ten einde zooveel mogelük tijd to winnen voor de behandeling van da bclangrijko liestuursvooralellen, namelijk» a. tot instelling van een vaste commissie voor schoone letteren; -li. tot instelling van een driejaarlvkschen pms voer een werk op het gebied der Nederlsndscbe schoone letteren; . .-..,. e. tot afschaffing van de uitgave der Levensberichten.
Na do pauze kreeg de spreker van den dag, Johan de Meester, hot woord over. «let, over.Vrijheid en Letterkunde."
Spr. begon met even de aandacht ie vragen! voor een «persoonlijk feit, zü -"* dan ook een per>«onl«jk feit op zijn kop. Immers het was niet over een grief hem aangedaan, maar over iets grievends dst hn der Mij. gezegd had, dat hü het hebben moest: do uitlating van Hendrik Lampo nir spr.'s roman Canncn, die spottend afgegeven had op de patriotache plechtigheid «ler ver» kiezing van leden van «Letterkunde,? en den draak had gestoken met het van -Letterknade"^reest doordrongen Xed. Taal en Lettcrk. Congres. Al ia Henk Lamp» «l»'» «li» ego aw»» hij beeft da grief overgebracht, en het is Het oprecht daarvan than» ta «wilgen, vooral niet nn ar bestnnntvoorstelln, liggen, «Be hopen bet gebouw s» Mij. -roer.verder verlakken te behoeden. . . , . Oadtijda had reeds da Mi., haar klasse voor Ned. dichtkunst en welsprekendheid, maar langzamerhand drong de wetenschappelijke beoefening der letteren zich op den voorgrond Maar de naam bleef, zelfs ge» meenzaam «Letterkunde." Zien "il de jongste uitga» ven» Vosalit», ia wel oudheidkunde- Evehaert ia letter, kunde «onder twijfel, maar de inleiding; waarvoor wij geld sollen voteeren ia «uiver wetenschap; ook Aleide Nvlanda boek handelt «ver litteratuur, over Bellaar. t Dr. Lamp» meende, 'met zijn »«ul»sU»enl«ch« en sehrijve»-natunr, dat in «Letterkunde?' de woordkunst in het gedrang kwam en «ij» kunstenaar»» iire»uol.t houdt vast «aa de rechten vaa het juiste inzicht, waarmede alle «kaast ataat of valt. Eb hij klaagt ever het onderwijs, dat de ziel van do litteratuur» het mooie van klank en rhvtnme en kleur achter» stelt bij het „wetenswaardige": het aantel regels, dea dichter» buitenplaats. Ia dat afgunst van den knuste» naar, jalousie «ie métier! De lieoordeeling —ook door en bü het onderwijs —• heeft die wel de Ned. schrijvers verwend! Maar mag hüverwennen cisehen! Vraagt hij niet wat veel! Hoe «on een schrüver ia eea klein land verwend kunnen worden* Ona landje dat tooh eea stapelplaats ia van boeken — ook van Vlaamsche. Maar waar blijven die boeken! Wie lezen ze! De mannen niet; zeker nietl Nn niet en vroeger niet Lozen zü Pet.' gieter! Ona volk is vervreemd van de litteratuur: wie las werkelijk Vondels Adam, wio Lucifer! Do Camera, ja dat eet» boek. maar hoelang wachtte het op zijn zesde drukt 25 jaar sa beleefde Brusso'a Boefje er niet al veel meer! Ea aa Pallieter* herdrukken! Maar daartegenover, zelfs met de blijmoedige titel »,Feestcn" ging Vsn Loov's zooveel inniger bliMocdighcid or niet in. Toch hoeveel boeken brengt de Wereldbibliotheek, hoeveel maal gaan stukken van Hevennans! Dus toch... verwend! Schrijft niet prof. Kalf f vol waardeering over een opbloei der letterkunde «als ro de 17do eeuw" op de voorlaatste pag. van zijn Geschiedenis der Ned. Letterkunde! Hbo betreuren wij het, dat do hoogleeraar zich op deze boogie gekomen to weinig onbevangen acht om verder te gaan: do stof der nieuwere letterkunde te zwaar acht voor bewerking t als aiozes blijft hij builen het beloofde land. Wij betreuren dnt ook voor hem. hij is on dien berg» top in leuterend gezelschap: prof. lo Winkel kreeg er iaat van duizelingen en verloor er zijn l«zinnlngl Zeker zal dezo laatste hoogleeraar zonderling zijn aangedaan door do huldiging, officieel door een lid vnn een clericaal kabinet, aan Illoos gebracht, waarbij terkend werd wat de-e voor ons volk is, hetgeen oen echo vond in Maasbode en Nederlander l Da prijs van / 1000 on 6 Me» voor den'dag gekomen kaa een zi.ino> beeld zijn: men begint dit nieuwe voor do letteren met hem» zoolde do nieuwe leticren-zelf beginnen bü Twee prij«t< du* en nog niet verwend! 'Ach do litteratuur ia (als do wetenschap) oen beatgenoot» schap, maar niet beperkt, een, wijde camarnderie en na den officieel gevienlen landgenoot moet ik den officieel verguisden BarbusM» noemen. Wat baat het «verwennen» als het verwensenen volgt, als men een vnn' ons stelt op do kaak! ' spr. denkt aan Quasimodo nit Victor Vnge'a None Dame do Paris, aaa de kaak gesteld op hetzelfde plein, waar men hem eerst had uitgeroepen tot «pape et prince des fons". Quasimodo waa geen schrüver, msar met schrijvers gebeurt hetzelfde. Van Barbnsse. wiens Le Fen bij honderdduizenden i» verkocht vrii het officieoio Frankrijk niets weten. Zola's oude vriend, do stichter van iHomme enchalné, muilbandt de l»ci». Barbnsse, Zola's leerling, herhaalt-diens fiere leuze nit I'Oenvre „Dim tont luwt teut ce o.u'on pense". ondanks ichn ziekte en zwakheid. Lo Feu heeft ia Neder, land «en aftrek gevonden ala bijna geen Nederlandach boek. Dat is verwennen; maar nn is ons landje als db Place de Grbve nit Hugo's roman, als Quasimodo wordt de toegejuichte Barbnsse op de kaak gesteld, porno^ graaf gescholden. Zoo wisselvallig is des schrijvers bestaan. Handelt hü ernaar! Neen, zijn lot hangt niet van hem af, maar van den politieman» dle nooit kwam opdagen als door op sehobberdebonk loopende tooneeltroepen He-sermans' Op Hoop van Zegen „gewijzigd" ca zonder verlof of betaling spelen, maar het bevel opvolgt van elke klelno autoriteit om opvoeringen le verbieden, of litteratuur te keuren l Wio nu Barbusso's I/Eafcr gekeurd heeft, weet spr. nie». maar het oordoe.l van den anbaltemen politieman gaat toch niet uit boven dat van spr, den letterkundige, die in 1903 lid van Letterkunde geworden, in 1001 zün «Leed van «lei» Hartstocht" uitgaf, dat geheel hetzelfde heeft liedoeld ala Barbnsse, alleen had spr. daarin slechts gestameld, wat een geniaal pn»»dlchter liier prachtig uitzingt. lm wiinderschênen Mouat Mai! In dc maand van Maria, de maand van de poürie, wordt zóó het fatsoen van een dichter geloochend. De letteren rijn nog niet „verwend"', zoolang ze met onvri|heid blij» ven bedreigd. Voor ons was deze Meimaand de maand van Klooa, die. zooals spr. in de Oude Gids, ditmaal de Nieuwe Gids begroetend, gezegd heeft, nooit iela anders bedoeld heeft dan: *de mensch in volle vrije oprechtheid". Voor alles vrijmakend was «ijn werk» ruim-baan makend voor en moed gevend aan allen om zich ie geven gelijk zü waren.
Van overheidswege is Kloos geLeid, vsn overheidswege is Bsrbusso gehoond en met hem onze landgenooten» do litcrairgezlnde vertaler, en de uit» gever, zelf kunstenaar als schrijver van liet geslacht der Kanteljano'sz Allebei dn «le maand Mei. de maand van Oldenbarneveldt's dood. de man. die «alti)t is een vyand geweest van allen dwanek der conacientie". Als een vrijmaker rocmde.spr. Kloos. Kenschetsen,! is «laarvoor Emants' dankbaarheid dat Kloos het ia» dertijd opnam voor zijn Lilith tegen Boisaevaina kritiek. Die kritiek deed. wat do Xieuwe Gids kwam lee» ren, dat de criticus niet «leen moet: n^d. wegens des criticus «igen levensopvatting bil verschil met die van den dichter, het kunstwerk als «oodanig vereerdoelen. De criticus mag voorbehoud maken waar hü zijn eigen meening over «vat de geest vaa het werk is vaststelt, desnoods bepleit, een pleidooi daarin to vinden tegen do kunstwaarde is absurd, niet andera dan vrijheidsberooving. De goede, echte criticus leeft zich in in den geest van dan dichter, en blijft objectief, hoo eubjcctiof de dichter ook zij. Subjectief en vrijheidUevend immer» ls de dichter vóór alles. Denkt «na aan den Góethe van 1616 van Christiane. Was de Herr Geheimrath niet altijd geve» Die de gouden ketenen (LM LehSnemann 177») wee», werpt» «Die goldna KeUe gieb mir. nicht l" . Wij gedenken in Maart den geus Multatuli. Ook he« «laakt mea'voor do vrijheid véél. meer dan vaak erkend wordt. Ia wat to koéae beeldspraak hebben de Tachtigers Emant» den zohannea de Dooper der nieuwe litteratuur genoemd, maar daarin doorgaande «ou men kunnen «eggen, dat te weinig erkentelijkheid betoond is aan Joeaja. Want als reeds Allard Piersou het wezen der Tochtige» onderkende en waardeerde als „individualisme", — stuit dan met Multatuli vooraan! Zal deze Mij. hem danken! Thana nu men blijken» de bestuursvoorstellcn de gedachte weer aadero wil riohten. Zijn eeuwfeest zou vroegere «a nieuwe praktijk kunnen binden. Er bluft over Dek» kar nog ie onderzoeken, er is materiaal voor studie; trekt de Mij. het huldebetoon bij haro taak. daa dekt zij bet, ook met haar gezag. En dat ia noodig. Want eischt de kunst volle vrijheid, do handhaving daarvan eischt gezag. Is dat van dezen tijd niet do les! Hoe mett ook do woelingen, het dringen en drijven van dezen tijd aanziet, ieder voelt behoefte aan leidiag. Een lichaam als dere Mij-, indien het weder directe bevordering der schoone letteren verricht, kon het niet blind blijven voor do nooden. die deze bedreigen. Ziet men, zooals spr» do kunst i n het Ie» ven, dan voelt men ook dat zij daar gemakkelijk onder den voet komt. onpraetisch sis «ij is» «simplicito naivo", — des dichters droom veld! Maar velen zijn uit den dr00m.... «eholnen. zooals mc« helpt naar de andere wereld! Bpr. denkt niot aan de mensihen, maar aan bun werk. de vrije gedachte van do vrijheid ie vaak geknecht. De mogelijkheid, dat bij het opschuiven der werkliedenstoeten en «len weerstand van het kapitaal, «et intellect als buffer dienst doet. raakt do wetenschap en do kunst. Ook materieel. Zeker or Lijn grooter belangen dan belletrietische vragen, maar het overhoor» schen die? grooter belangen is. niet zonder gevaar. 3pr. herinnert aan do nieuwe stroomingen in Duitschland thans te» opzichte van do verhouding van kunslenaa» en socialisme. «_«.-.., j 3pr. dacht aan een artikel van 0. E. vphoff in do Cicerone. De» enthousiaste voorstander van socialisatie verwacht alleen daarvan bevrijding van do kunst uit de macht van den mammon. Voorloopig geen steun van staatswege! Er is io grooto kunstproductie! Daarom geen halve kunstenaars meer, geen academies, geen conservatoria, geen kunstnijverheidscholen, /oo slleea blijft er ruim baan voor do besten! Maar waarvan zullen die bestaan! Och. troost do schrijver, nooit zijn do kunstenaan» rijk geweest: ze zullen zich wel welen te redden, totdat de gemeenschap ovor voldoen» dn middel»!» zal beschikken om hun onderdak, gereed» schap en brood te verstrekken. Meer hebben zij niet noodig en zullen zü niet verlangen ! Lpr. had er van gedroomd, dat nutodafó der geroepenen, het achterblijven der selccten. En dan «uitverkorenen vóór"! Maar de droom bracht spr. NO jaar terug: hij zag die uitver» korcnen op spr.'s Duitscho school het woord «maszrogein" schrijven! Toen hü ontwaakte, wist hi! waarover hü in Letterkunde zon spreken. Het zon zün over do spreuk van den Oostenrükschcn dichter: «Freiheit »st dio grosze Lêsnng, doren Klang durehjanehzt dio Welt!" De met aandacht gevolgde lezing werd linde ioegojuicht. Aangenomen werden de voorstellen: 1 . om een subsidie van ten hoogste / 400 te geven voor den druk der Inleiding en dor Aanteekeningen op do Spelen van Corn. Everacrt, uitgegeven door Dr. F. W. Muller en Dr. L. Scherpe, en 2*. om een subsidie van ƒ lO gedurende 4 jaar to verlccnen aan do uitgave van do «Fabrica" van Ve sa line, met do platen, vertaald ia een der wereldtalen. ' . . t , .. Ten slotte waren nog enkele benoemingen te doen. Tot bestuurslid .i&tf li.lX&tÜm,. -iv^VT?.?' X»nlakt,na-»«rl<. auVittgASjfiag Mejuffrouw Eliae M. Kogge schrijft ons: ~! ;**'*"'' In do zaal Hevstee— le Amsterdam «poseert mej. W. Testes baar prestaties van bordnurkunit Nanldhandwerk noemt zü haar arbeid. Het woord l»or> «luren zou er ook moeilijk op zün too to passen. Bor» «.uurwerk toch «luit in: een kunst, gebaoecnl op een zuiver doorgevoerde nnaldwerklcchnlek. Hoo vollediger do vakkennis, hoo vaardiger en geoefender do hand. des to fraaier zullen do resultaten zün met borduurwerk, in don echten zin des woords. bereikt. Borduren en techniacho bekwaamheid zijn onafscheidelijk. Mej. Tes^as heeft echter estt geheel andere visio bp do naaldkunst. Zü Raat van een gonseh ander standpunt nit. Zü wil niet kopieeren. wil niet op de meest minutiense wijze uitvoeren een vooraf goed doordacht ontwerp. Zü schept naar den drang van het oogenblik kleure»marmou.c?n en kleurfantnsievn ia verfijnd' bonte pracht. . . . ... Mej. Testes heeft daarom haar eigen werkwijze, J waaraan zij zich houdt, zü k-ert «en a a» deel ia vorltregan mal een «aedrtdlge «eka klerirtiuiT' en kleurtonen. Er ia «eer fijn ontwikkeld! Ua»»» voel en veel goede -uaaal. no^diF, o» d«*«alijkQ -m, doeken flat -«and to brengen. Ze onlleenen bun «-triselU waarde aan do juist gekozen klmiran, bar. va*l»adi*iZ en bun onderling e-renwiobt. Eer» bijzondere **oorlleH de wordt getoond voor bet rozerood in een zsaoas gamma van tinten. ¦ T De benaming der w«*l»«lnkken< duidt aan. Hak üss natuur op de lue»i*i*t«pir»tia van grootan invloed -SM Wij alen bijv. een .^luwoelm. kleedje in n«-q*a*iUe» ren." Op nevelig rozerood fluweel teekenck zac», - llier zijn hol uitgesproken kleuren, gewerkt op aael» lila ratand stof. Wij willen lijnen, vormen in bel kle» rencompier alen. En 1 ia of in 1 nilddan as» vogel zich aiteekent in de Uearafat*»üer»da ttitta van a» zomerdag. Zoo zijn ar meer lappen: alle va-OeliiU-s» in kleurnspeet naar de iruiplratie, die ac bet aaaalj»< schonk. < Merkwaardig van wark«>»«a*»Ua «a AMiMiF^M do groot© wnnukleeden en de portiera. Ook bi» e»m-» de eompoaitio der versiering op de ingeving vaa. bat oogenblik. Do naald, het ia duidelijk waar ta nemen, teekeut in kleur op do atof den denksfeer, aoader ail»iz, vooral beraamd ontwerp. Do draden van «ilwar» ei. goudbrillantino verwikkelen en warren ala kinwen in» «en. Zo geven, geaeeentueerd door enkele felklattri-M kralen, een vel-lwonnl midde»ilnotief. Daarna loaaoaj ze weer alteen en «pelen in alingora over bol l»Va> vlak van bet glimmend keraroodo oppervlak, d-,1 del eentonigheid van een vaal effen muurvlak moot **ar«i breken. » Kaast die groote stukken ligt klein werk. alar tam sehon. kindcrmutajo», kleedje*. Doch do kunst van n»z, "leataa ia meer aangelegd op decoratieve» araoid, baarz naald werkt to groteer voor dio fijne gebrtiil-eatak,», keu. Zo kunnen ona niet voldoen. »i Net naaldhandwerk: van moj. I'ostaa geofl nieuwe» klanken in onze «er-vompoaltios. liet sluit «leb as»,' bij do moderne nittng op elk gebied van kunst. Zal het een toekomst bebbenl Zal bet den «vergang vol»: men tot een nieuwe richting in onzo n«ldkunat, «oo» als ook bet werk van Nell» Ilodenbeim «ca belofte: inhoudt voor do toekomst en Christin*» van Zeegen'a, kunst van het allcdaagacho afwijkt» Wij moeten dit as< wachten. , ? " l.venala men alles, wol nieuw la. moet lieren l>a^ grijpen en verstaan, zoo moei men ook do kleurfanto», -.IcOn van mej. festaa Icercn wanrdeeren. In den aan-* vang staat men er vreemd voor. liet oordeel zal in den meexlo gevallen scherp eritiseh zijn. Doch bij her».', haalde beschouwing komt do macht van de kleur oven? «na. Wij vo
"Avondblad, B. Letteren en kunst. Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde.". "Nieuwe Rotterdamsche Courant". Rotterdam, 1919/06/11 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010036760:mpeg21:p009
"Nieuwe Rotterdamsche Courant". Rotterdam, 1919/06/11 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010036760:mpeg21:p009
i, In dien alrhooncn In-lisehen Archipel, wil als do Tuin van «lo Wereld geroemd, waarin elke plek haar eiMno schoonheid heeft, is er toch een allerschoonst «iland, vaa allo anderen zoozeer onderscheiden door lic» karakter, lichamelijk, zedelijk, verstandelijk en «aatlehsppelijk van het eilondcrvoik. dat niet andera 'lan als iets geheel op zichzelf staands het beschouwd kan worden. Dit is Bah, «lo lastate wijkplaats, waar An oudo Hindoe-beschaving veiligheid vond, toen do veroverend» I-lam haar van Java verdrong en waar »ij zich gehandhaafd heeft ook onder de overhoor»c!,in? vau «lo Westerscho kolonisatoren, dio op die V»«te«l>'io volgden. Edeler van gestalte en van gedachte is hier dan elder, het volk, zijn arbeid draagt een rijker oogst van vreugde, zijn welgevallen aan het loven uit zich in 'en weelderiger schoonheid van architectuur en heel'!?ad>, kunsten en feesten, waarin een dichterlijke vergelding «le verrichtingen van het dagolijkach bestaan ;«rhecri:jkcnd herschapen heeft tot «laden van goden. Xiet uit gunatigcr «osteldheid van grond of lucht «n ««ut uit een gelukkiger bloedmenginst in do aderen van hot volk. laat.zich dio voortreffelijkheid verklat»!U. Do aaide, «lo rêgenbrengende winden eu do zonuo» "thija zijn dezelfde on zoovele eilanden, waar het loven van den iul>oorl,ug armelijk, ah» hier op Bali 5.u.r het rijk is. D« oorspronkelijke BaliLra, de niet««hindoelseerdo Bali Agü zij» Maleien» als do ovor«rente uieerdelbcid van «W» overige orclupelbetvoners; -n do hen overheerschondo Hindooßoliêrs. die do anlieko k-üten-indceling nog handhaven van Brahmanen, Xaitryos en >V>«««ys, noemen ziel» met trots «heden »l^n Moljopahit", atütammolingca van de Javanen uit den «rootcli lijd van Java. Wat echter op Bali allöcn bataat, — althans in zulk «en volkomenheid alleen hier —^lat ir. een maatschappelijke inrichting, waar'lcor nit «lezelfdo elementen, waaruit eldera het mi«l» dal-natlgo slechte ontstaat het voortreffelijkste Wordt voortgebracht Op Bali alleen ia in stand «e- U«an de landbouwers-organisatie, die onder eenerlei ongelijken bindt tot bereiking van een gemeenschap» pelijk doel: de grondbezitters-coöperatie, die de Sekaha Loebaq heet, oen overblijfsel uit primitief-oom» munistisebo tijden, waardoor, aan een «kei der bevel» king althans, do overvloed verzekerd wordt die vroeger uitstroomde over allen, «lo opbrengst van den Hroad, die elders, als con rivier in de beete maanden verdroogd en geslonken tot eenige weinige troebele plassen, «en enkele slechts verrijkt en ook san dien enkel»» slechts een ongerust eu onzuiver genot geeft Van deze inrichting zal ik u nu verhalen. •» Het voornaamste middel van bestaan is de laadbouw, die, als op Java, in ds eerste plaats rijatbouw is en waarbij dezelfde metbode gevolgd wonlt als op Java. echter roet nog beter gevolg. Tijdens mijn verblijf op Bal» hel» ik getracht zooveel mogelijk «laar» van to zien en te weten to komen. Dit was maar weinig in vergelijk met het vele, dat er van te woten valt. En ik heb mijn onvoldoende kennis aangevuld uit do litteratuur over hot onderwerp te vinden in de verschillende» tijdschriften, asn koloniale zaken gewijd, voornamelijk uit de daarin gepubliceerde artikelen van Liefrinel^ Aangenomen wordt, dat do moeras»r,jsicultnur ep Bali van lndi«hen oorsprong is: Hindoe-kolonisten zouden haar hebben ingevoerd. Do Baliërs zijn vaag op het punt van hun «utren geschiedenis: maar ook zij kennen aan den landliouw en de daarmee samenhangend» inrichtingen een hoogen malerden» toe. De hoofdopziener van het nkkorbouwwezen, «Ie ücdabsn Agoeng. dien ik daarnaar vroeg, antwoordde trolsch: „Onzo ijoebaks rijn maar weinig jonger dan do we» «hl zelve!" Zijn rijstveld is den BaliKr het kostelijkste wat hü heeft Om dat to welen, ia hst genoeg zulk een akker io bezien; hü is verzorgd als -oen lusthof, als oen bloemtnin. Dat is goen bezit mCer, dat is een persoon» lijl:e verhouding geworden, waarin do man zün arbeidskracht geeft zija zorgc-ijl-e gedachten, zijn toewijding; en het veld antwoordt met glans en geur, met den gullen groei van zün rijst de zoete levens- Zekerheid voor den bouwer en zün gezin, mot do volle oogstpraoht onder de verguldende zon, die den rechts «HA», Ah jMtetoekt.to het k*i*,-an >jto werkje.
Op reis door het eiland kwam ik in een dorp. waar mis van al!, hij heeft niet de zichtbare, tastbare zekervan bostuuiawege een ni«uw»verdee!ihg «ler rijstvel- heid, dat zijn kindoren na zijn dood hun dagelijksch bedep was begonnen, in verband met een nieuwe water- hoef zullen hebhen en «lat voor hemzelven het feest van leiding. Tengevolge daarvan was aan een ouden boer, «la lijkverbranding zal worden gevierd, het kostbare, in' plaats, van zijn sawoh, «e» andere gegeven. Do dat do van aardlcho smetten gelouterd» ziel in vlamcontroleur, die «ag hoo de verandering den man be- men naar lndra's hemel draagt «om daar te loven voor drocfde, legde hem do volstrekte noodzakelijkheid er eeuwig, zooals op Bali. maar dan zonder cenige zorg." vsn eog eens in alle uitvoerigheid nit en toonde hem Al dio schoone en waardig© dingen moet ontberen aan, «lat hü. ten «lotte, meer tem» kree»-aan vrucht» wio land ontbeert. baren en welgelegen grond, daa hij verloor. Maar de Ea daarom begeert «le Ballee boven alle dingen ecu oude, dio zwijgend als een inlander «int doet. had ge- veld en acht hij boven allo werk ©dol het werk van luisterd, hief eindelijk zijp bekommerd gericht op. den landbouw. züo dat ook een man van do hoogsto «Heer! mijn sawah weent!" kaste, «en priester, met welgevallen zijn han6 aan den Hoo immers zal een mcn«h ook ooit gelooven dat lichten houten ploeg sloot, wat hij zoo lief beeft, bern niet wederbemintl Do seksha 3oobay nn is: de vereeniging van rijst- En hij heeft wel reden, do Balisr, om vau zijn veld veldl»c-itten». wier gronden besproei,! worden door to houden: oen man zonder land is «niemand liier. «en en dezelfde waterleiding; do tegenhanger van ons Een «John Lsekland" op Bali, wat ongelukkig wezen l Holland«ehn waterschap zou men het mof-en noemen. Nergens telt bij mede. Hij gaat niet als of fer»l'reneende Do sekaha soel»ai vangt het water; het waterschap moH, in den grooten stoet, «lic do prachtige landbouw» loost het feesten viert in den tempel het feest waarbij do go» -),-; j^ jn j 0 'anpo prachtige reeks kruinen van een den in hun gouden zetels naar hot «oestrand worden onderzeese!» gebergte, dioden Archipel vormen, een gedragen om te baden» het feest waarbij «le kleme |,-,«d<» bergtop. llet water, het loven ,'er planten meisjes met bloemen bekranst en omliangen en terwijl stroomt «lo steiltcn af in driftige beken, dio met hun zij hun zilveren enkelluinden liebt tegen elkaar laten kracht en vaart hot gestunt* diep hebben uit<<-c»leicl!: klinken, hun liofclijken «la»» «jansen op de muziek van duizelig do kloof, waarin «lo verlangende akkerman den gamelan in «len tempelbof: het feest wnarnü do nederstaart naar dien haastigen, witten water» vrouwen, in kleurigen stoet uit het dorp gekomen met ,«henvr. En al do overvloed wordt uitgestort in de do hoogo offermanden op het hoofd, het kostelijkste «>genmaaudcn. Dan is de smalle vlakte, do rand von hun teelt en kweek op het zorgvuldigst toebereid. >><,ndom het heuvelland. «Iras en groen. Maar de zonnc» don goden komen aanbraden, dat dio den geur er von maanden hebben haar in <>,>ko.o weken leeg en bruin genieten en zij zei ven met man kind en buur het --«dronken: er.4 in de grijze rivierbedding niot zoovroalijke maal; het feest waarbij, prachtig in rood en Veel water meer. «lat «en mier vermag er haar dor»t goud, speerdragers den grooten wapendana, «lic een te l««>chen. nis het Oaliacho spreekwoord zegt Te>»eu krult «ds van goden en demonen verbeeldt dansen. Hij zuikn krachten der natuur vermag «lo enkele niets, doet niot modo mot hei fceslploegen, nis de ploegers Maar «llen tezamen, allo hoofden, alle handen, allo roet hun span dat een tooi van verguld en uitgeslagen g-het dio vermogen het: do natunr^zelvo leert aldus leder, op het uitvleugelende sieraad van oen wayang» «>». inlander «lo noodzakelijkheid van broederlijken figuur gelijkend, om kop en schoft draagt en een be- arbeid: da Eendracht moet d«»n zwakke machtig schilden!* bouten klok, broeder dan hnn breede borst waken. asn den hale, onder het toejuichende geroep van het De veirn voorouders al hebhen de les verstaan. De g«heelo dorp. den wedren houden ovor het bumkstasn» gedachten hebben zij bijeengedaan en hebben een wet do veld. Hij heeft geen stem in de vergaderingen, waar opgesteld voor het nieuwe werk. De banden hebben zij Kaoel» naast Weasya en Brahmaan rit ala een mensch bijeen»edsan «n hebben volgens die wet gearbeid.
weest zijn. een Grondwet van het Watersehapswekon. Maar dio is verloren gegaan, naar gezegd wordt bü een brand in do poer» van den vorst van Boeleleng. En nu ziin er enkel nog maar nieuwe afzonderlijke wetten, die, op lont.irhlad j-oschroven. do hoofdtrekken vaa do oorspronkelijk» herhalend beware»». Dil nu is het eerste gebod dor wet: alle leden van do sekalia soebat zijn voor haar gelijk. i Zoo aanzienlijk het voorrecht is van de Triwangss, de drie edele kasten, do tweemaal-geborenen, die na do liehamelijko een geestelijke geboorte hadden, boven het onadellijko gemeen dor Vccdra's» der Kaoela>, den slechts Eenmaal, naar het lichaam alleen geborenen, voor de Lckaha Boel>a«i vervalt het Hier zijn nlet! adellijken en gemeeneu, in priesterlijke kennis wijaan rn onwetenden, hier zijn werkers, menschcn die van aarde. water en gewas menschelük leven -«Alen maken. „, ..,..j-*. i Ea dit is hei twoede gebod: •" ... •'¦-"•*-t Lid van «Io tickaha BocbaE»n menael» «lic he» boon wil, zal niet kunnen samenwerken met menschen die het goede willen. En «va man dio geen vrouw heeft of kind, hoe zal die met liefdo zijn werk doen" Wie zal zich inspannen, als alloen om zijn zelfs wil hij het moet doen 7 En dit is het derdo gebot: '**' Do leden van do Sokaha Soebaq moeten met elkander omgaan als broeders.
Dat kan immers niet anders lnascbcn wie hetzelfdo» willen: «lan ia do een den ander hulp en bijstand schuldig. Als do eon reden van klagen heeft tegen den ander, dat dan «lo Lekalia aolve recht spreke tusaehe» hen. En «lio recht spreekt, die moet het doen zonder to laten wachten en ronder aanzien «les persoons oSk. Dit aijn do «rondtrekken van do Sima, het wezen j dat tot uiting luimt in allo nadere bepalingen en rota* schriften. Haar doel is: aan eiken enkeling te doen '"> il«n goede komen da krachten van allen. Allen Vóór , sen, éen voor allen, lh een maatschappij waar die oude communistische deugd al laag «ook is, vonntz -aft. ? «o een kleine afzonderlükheld, «en lnaatschs»»oijtja .in de maataahappZ, te vergelijken waarlijk! nies ««ZZ «_»« «r<^„ttima-ALBidde^lff»^ .m^m^tfi grauwen alang alang te eener rljdo en gevaarlijke woud-wildernis ter andere.
lAat ons toezien hoo het zon gaan bij do oprichting van een Loobaq-vereeniging, zoo sis bijvoorbeeld ge» beuren «on als do toenemende bevolking van ««. dorp niet genoeg voedsel meer kon winnen nit de oude velden. De mannen hebben gezocht hier en ginder naar woestsn grond, waarheen het mogelijk zou zijn water t* brengen van do naastbii stroomende rivier nit, en tan alone heeft een gevonden. Hij komt hot vertellen. Da raad van het dorp wordt bijeengeroepen en de mannen, die arbeid en geld over hebben voor de po» idng, v«reenigen rieh, terwijl «ij een woordvoerder .«aan, die naar do hoofdstad gaat, om vergunning te .-*» gen vnn hem, wien het water vnn het eiland behoort, den Vorst, wiens plsatsvervnnz-er nn is bot Ne» derl-mdsohe Bestuur. Deze fictie van liet recht van «lon rotst ovee het water, «nderliul» genoeg aandoend in het volkomen democratische Locbaq-^tclscl. hooft baar practisch nut» in geval vsn de noodzakelijkheid van scheidaréchterMe uitspraak tusschen soebaga, en bij moeilijkheden tot oplossing waarvan Nu ia dit wel te begrijpen: niet als krenkwl? van zulk «ebt geldt het wanneer do nieuwe leiding moet loopen «ver eens bezitten» land. Neen. AI wnre het grond van een tempel, het heiligste wnt de Laliür kent l Voer don eisch von bot leven wijkt nlko andere Nn is verlof gegeven. De Vereeulging bessint hnar arbeid. Zij roept weder een ver-adcrin? samen, 'lot onderpand van hnn wil en eerlijk l»e«loel«n storten »lle leden een som geld«; daarvan «tullen de eerste litgnven bestreden worden. Een hoofd wordt «e» innen, «a» helper» hem Nn kon dan de arbeid beginnen. De leiding wordt gegraven. Dat ia werk waarvoor vaak, vooral wanneer groot» moeilijkheden zijn lo overwinnen als door gesteente go!»oord of dwars door «w» heuvel heen gegraven moet wonlen, volk uit üarang AMen» geroei>cn wordt — dat a»jn do meealors in he» vskl Zij keuen, mot hun gereedschap, «en met ijzeren i«nt voorzicnen gmofstok over «len schouder, do smid voorop die in zijn vuurtje de afslijtende spitsen telkens heneneedi. En zil wroeten, «l« de muilen zoo vlug en handig, do leiding klanr. Olxlat niet do guuwo watcrdieven later er het ko»to> li)ko water uit wegstelen wonlt zij hier «n door wel ondergrond-»!, geimmkt waar de gesteldheid van den balein er niet toe nou dwingen. En zij duikt onder wegen door, <»„ springt ovor dc heuvels en legt ziel» to liuiten eindelijk in oen oohoono wijde wrl-nnrkom, waar het nnnbruiacndo sinter gruizol «n takken en wat het venle^lneexleunlo von do helling zal laten zinken en zijn drift verleent, effen weg zal vloeien ovor een zorgvuldig venleclenden dam. Do IlarnnNu hebben de mannen --e«tel«l. En dnt (taan zij nn afmeten, gaan het om zoo »e zeggen uitbouwen, in dan levenden stroom-zelf. Zjj nemen een l-oomstam, on daarin kappen zij glduven vsn nauwkeurig berekende maat en fatsoen. Ala die aüduitboom op den na»»ai«^ dm» ia da bedding gtboaïi* kaa h«« Mawl niet anders doorslroomsn dan in de verhoudingen door die gleuven bepaald; en de kleine leidingen nit de groote gemeenschappelijke voerend naar ieder» veld, krijgen elk het haar toegedachte deel van water, niet minder ca niet meer.
De beambten van «lon Boeboq vergewissen er «ieh van, dat do verdeelingsblokken zuiver bewerkt en zuiver geplaatst zijn. precies waterpas overal. En alle Voebsqlede» vergaderen in den lompe! om voor het aangezicht der Godheid elkander te beloven, met een plechtige» eed, dat niemand «enige verandering in het lotatandgehraehte zal aanbrengen, anders dan met welen en goedvinden van het gekozen bestuur. De Boebaq»wct dreigt geatronge straffen tegen wie die belofte »ehendt. En de toorn der goden wordt afgeroepen op het hoofd van den beambte, die in cenig opzicht zijn plicht zou «benden.
Do stand van het Zevcngealernle, of van den 1100-' ger, dien WesterUngen Or,on noemen, wijst den tijd «an, om met den bouw te beginnen, eu de gerand» pleegde priester den gelukkigen dag, don goden wel» gevallig voor den aanvang van eenigo belangrijke zaak. Do lil.au Locbaq, net hoofd, geeft het voor» beeld met beginnen», binnen uiterlijk vijftien dag->n moeten al de leden het gevolgd hebben. Den nalatige treft boete: en sla tengevolge van zijn nalatigheid zijn oozst mislukt, straf. Hij zal dan voor dien, door zijn aehuld te geringen oogst, de volle som der belas» ting moeten betalen, die l»«rekend ia over de redelij» kerwijzo to verwachten opbrengst.
De groole ««enspannc.» plonsen door bet blonk» slaande vold, den ploeg trekkend dien de medepion» scndo akkerman bestuurt. Dan gaat do og er over, dien de l»oer op bst smalle ritje gezeten met zijn eigen g»wieht neerdrukt op den klonterlgen gromt. Dan loont het water af; en als de bodem voldoende is uitgedampt, worde-», de rljstplantjca vsn de kweekl^dding er in overgeplsnt, die tijd krijgen om zich wortclvost te maken en don weer overstroomd worden met het voelende water nit do leiding.
De 3oobaq»l«i>-» zorgen dst alle» daarin in goeden stand blijve. De beschoeiing van den vergsarvij» vor» de alecnen rooster dis takken en rotsblokkon tegenhoudt, He dam waarop het verdeelblok rast, hnn .«eigen l«idinhz«« e» dAmme-jee- dat het veld ««slo^ wordt, dat geen onkruid het edel gewas. verdringa. En de beambten van den Loebak doen hnn opricht»»» plleht.
Do oogsttijd nadert eindelijk: het loon voor den velen arbeid wordt geplukt. Het veld ligt ledig, de rljstsehovon «ijn geborgen in de schuur. Na ia de tijd van mat en vsn feestvieren.
Ontbinden nu de Noebsq-leden hnn bond, nn het doel vin het verbinden bereikt is» Neen. Vont altijd weer opnieuw ral voor het altijd weer hernieuwde werk de gezamenlijke kracht en Inspanning neerlig zijn. En ook, nu «Ie gezamenlijke arbeid is geweest, znl de gezamenlijke vreugde zijn, de feestvreugde »n den tam» pel: -zant een anderen vorm dan dien alouden gods» diensligan kent de llaliör voor rijn vrcugdbetooa niot. Daarom heeft hij ook, nnnslonda bij de oprichting van de keboka Boébaq gedacht op do. stichting van oen soobaklempel, en de plaats er voor bepaald. En zoo baset de winst nit den grond gehaald voldoende is. weidt dio tzftipel gebouwd, dien, zoo sierlijk mogelijk lo maken do eerzucht vm» alle Boebao,>leden is. Gelukkig zijn zij als zij dien hoog en statig kunnen opbouwen van glnd-behduwen steen, met schoon beeklhouw.werk van gebloemle en monsterkoppen en draken ve«dcnl nan poort en muren, en overschaduwd van karnbodja, den gewijde» boom die een geur den goden welgevallig opzendt nit zijn wK-en-gouden kelken. . Daar zal met offers, muziek, dansen en gebed de gunst worden ingeroepen van Dewi Vil, de Hijst» godin, en vnn den geest van het water en van alle de hetOvlacbe beacbermora van den landbouw. En daar zull»n ook do vergaderingen worden gebonden van de Loebsq-leden. Alle dingen, op don akker betrekking hebllcndo, zullen dus onder do bescherming der goden staan, de «beid. de voorzorg, het beleid en de vreugde bij het bekroonde einde.
! Hiermede heb ik n nit de merkwaardige aa» menleving der Volillra iets vsn het allermerk» waardigste «n zeker wel ook het allerachoonsle verteld. Het is mijn doel niet geweest een waanbeeld on te roepen van «ve samenleving» als zonde zij een locale zijn. Zij volgt oen wet van hei vaneden. En het ideale ligt in het verleden niet. De tijd vaa het -pjuttttn «n«iu,l«a« fc .voorbij, «a nl ac-oaia -»»» derkeeren ds «enig ander dfarg dat voorbij ls. X aan datgene wat, coo aehoen nog altijd an aehhnha» nog noo hecht, sla deze Valisehe Soeballorgenissti» i een veranderde omgeving dia eiken dag het helder « nart. «lch handhaaft ook daaraan hangt veel er schoons nit dienselfden verren tijd, onalacheidelii asmengegro^d met het edelere. Sr rijn haalbede* i sommige bepalingen Tan se Boebal.»w»ch wa»tee> ena gevoel ln opstand komt en gijn «echt «werat « «oh? aoo dikwijls het met den aehnldige onsein! digen treft. Ook ia da «oeban^vereeniglng niet da ban en de velU-rheid die een geheel yolk omvat. Yen * sehthond«Hnl2and inwonera van 2ali sijn het toe maar «en dccl die grond bceütten en ik vrees te «c» ten aannemen dat het een betrekkelijk gering dccl i» in allen gevalle een te gering. wanneer we i>N" we»ehen moeaten dat niet een dccl. maar het Ache»
bbel-»rtsto«>ht alt uitgedreven, of hot wedden bij hal»egeveehte-»>, ha« nog niet de ziekten gebannen vaa cholera ca beo» koorts*! of de veracla-ikke'ljke melaataeltbeld. Ook 4
Soebaqleden zijn niet de waardige bewoners vaa cc Paradijs dat da lloebaq niet van hna aflaad heeft P maakt. En het allerbeste» de Lekaha Soahaq ik geen aaneen bare sterkte voor het geluk ven toMomenda tijde, Zoo behoedzaam het N«de»laadsehe Veatuar de e« waardige instelling beschenk de machten afin ve» schenen dia »a eeniger tijd, haar eloopea twVel». Echter zoo verre van vohnnakt, zoo ve»e vsa air meen. zoo verre vsa toekomst-belovend, het «ij»
"Over de Sekaha Sochaq van de Baliërs.". "Nieuwe Rotterdamsche Courant". Rotterdam, 1919/06/11 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010036760:mpeg21:p009
Het phAoaonhiseh Genootschap voor 2ni^ vere Bede-heeft Maandag en Dinsdag in do Inter-A nationale School voor Wijsbegeerte bi) AmerslXort^ ouder voorzitterschap van den heer J. Heeaing, zijuu jaarlükaeho vergadering gehouden. Er was een ne»D trekkelijk talrijke opkomst, waaronder ook.gewx^rb digden. * -?,.. r Do volgende sprekers hebben over 2e daarbij ge», noemde onderwerpen het woord gevoerd: , . . . Mr. S. A. van Luntercn: De Geest des Tiide; NM_ Dr. J. Clav: Do Dialectische Methode; ,'lMa- Prof. dr. J. A. Schouten» Bnimto en Tiid, -T W J. Hossing: Herdenking van de Aristotelische-lee« dor „oorzaken,'' . lz Mevr. dr. J. v. d. Berg v. Eyamga-Ehaa. die »o»,' spreken over het verband der historische wetens schappen en de enoyclopacdie dor wijsgeerige welen-r? schappen, w-s door ongesteldheul verhinderd. l. De stemming wna geanimeerd, wat o.a. tot njbing^ kwam in het «lobat > . ' ._!,' Do ' «do vaa den heer van. Louteren opendoe, een duister perspectief voor de Europeeaoho besohs»,^ ving, waarin hü zoowel op het gebied dor kunst, alm, «lat der religie en look der phllosophle symptomen van» verval aanwees. Neemt men de tbeosophio niet in d^ tegenwoordig gangbare, engere beteekeni« van d«^ bckendo levenabesehouwing en de haar aanhangend,» j groeF, maar in dien algemeenen zin, waarin.dot. waarheid in den beporVen vorm Va» «le voorsteßin»^ wordt opgevat zoo verwachtte spr. een lheeaophise» > tijdperk, waarin de diepere bezinning van het phUo-^ sopliiseh inzicht slechts san enkelen gegeven ko» zijn. Dit reeds aangevangen tijdperk werd door hen» • ook wel als liet «topistlsche aangeduid. Nadat me« het fc-cluk vóór hot optreden van het Cb!t»end««m^ hier op aarde, daarna gedurende do middeleeuwen! «l het hiernamaals gezocht had» brak de tijd aan, waardin men het stool» meer zou zoeken in het hier M»v der hot nn (socialisme en communisme) of in het mr-» zonder het hier (thoosophie), zooals spr. op scherf po eu lielangw-kkende wnzo typeerde. . «j De gclachtenwisseling over «leze rede richtte «i>o» . in hoofdzaak tegen het eiclusivistische bestanddeel daarvan, in zoover uit de vergadering verscheidene stemmen opgingen tegen «le uitsluiting van de samen»' leving. het volk en do werkelijkheid in het algemeen! van do behoudende en opbouwende kracht der geesle» lijke evolutie. Zoo werd van verschillend»» «üde opg«x merkt dat liet huidige tijdperk eer een synthese be-i loofde to worden van do twoo vorige, door den spre» ker genoemde perioden, in zoover het hier en het n« door den geest zonden worden doordrongen. Ook be« volk in zün breed* lagen zon aan die ontwikkeling! door do verheldering van zijn inzicht steeds meer deelnemen. Men wraakte ook principieel do vergelijking, van onzen tüd met den laaollomeinschcii vóór het be» gin «ler Christelijke jaartelling, in zoover in beide een! geheel onder beginsel wenl aangewezen, dat, in aan» leg reeds in het Christendom aanwezig, in het bijzon» der door do Hegcl'cho philoeophie tot verwezenlijking was gebracht en dat men do «-««landing van de werkelijkheid zelve in de» geest zou kupnen noemen. Al konden do minder lx>mocdigen«lo leekenen voor een groot deel niet worden ontkend en al werden de kansen op een verval van de beschaving in Europa zelfs toegegeven, zo« meende men onder do debaters, dat prineipiëel en empirisch ook andere mogelijkheden mochten wonlen opgemerkt, waaraan de beer Van Lunteren niet voldoende recht zon hebben laten we» dervaren. .., Een nog levendiger gedachtenwisselmg ontspon ziel» ' aa^r aanleiding van de rede van dr. (Hav, privaat-do» ! «altt aa» da Technische Iloogesehool, over de dlaleotl» atha methode, waaromtrent voor «en algemeenen le» «NlkllnU wet winder bij»«d«ri.oden kan worden vol» : «taan. Va haar vlay deed een meer ondernomen, waar lh dit milieu -nm een Negellaansoh genootschap «er ¦Mmt hoogst verraasenden aanval op dia methode, van i welker verwerping hlj een toenadering tot de beoelo» naara «nm da bijaondere natuurwetenschappen vei> ' wnahtta^ spr. betoogde in een onderhoudende ImprovloaUtv waarb^ ook het experiment ontbrak, dat Ho«l (m ook prof. Bolland) eigenlijk tegenstelling had«e» moeten «eggen daar waar hij het woord tegenstrijdigheid gebruikte. Do tegenstelling was aanwe» aIZK da lunerUjko tegenstrijdigheid nlet I n het ael fda opsloot kon iets niet tegelijk hot eene en het . daaraan tegenovergestelde «ljn, wat hij met verschilland» voorbeelden nlt do natuur, als «len magneet Moord» en Zuidpool), do beweging (met haar compenanten ruimte en tijd) e. a-, trachtte aan te toonen. Ve«rijpelljkerwij»e reea in «Ie vergadering een breed verast» waaraan «Ze heer Clay met temperament het hoofd bood» «zoowel tegen spr.'s begrip van de logica al, tegen de juistheid der genoemde voorbeelden, De aanwealge vertegenwoordigers der natuurwetenschap» pc» waren echter verdeeld, in «over de spreker van een hunner, nL van pro/. Schouten, steun kreeg. In ' oppositie kwam o. m. tot uiting, dat de heer Clay een «eer weaonlljk bestanddeel van het deuken uit bet oog aon hebben verloren, waardoor aan de noodtvea» , dlghald daarvan afbreuk waa gedaan, vit werd hier» aan toegeschreven, dat de beoefenaar van do bijzondere . natuurwetenschappen nn eenmaal gewoon is, en voor liln werkwijee tot zekere hoogte wel genoodzaakt . is, da momenten van het begrip uiteen te houden, wat de natuur «ilve — in haar onmacht — ook doet Men meende, dat de heer Clay daardoor in «Min eenzijdigheid was vervallen, die practisch haar — hoewel ' aear betrekkelijke — reden van bestaan had. Zoowel met betrekking tot den magneet als tot de beweging werd aangevoerd, dat onderscheidenlijk Noord» en Zuidpool ca ruimte eu tijd dan ook niet zoo eenzijdig streng te scheiden waren, maar hun tegendeel aan en in «lch hadden. Vooral do discussie over ruimte en tijd nam een grooten omvang aan. Zoo werd reeds vooruitl-eloopea op het eccsto onderwerp van «len volgenden «lag, toen prol. Schouten daarover heelt jiestirokcn en «laaibij do relativiteitstheorie l»ehaii
Te Londen zal op 24 Jnni een Internationale llydro«-rl»fiscll<, Conferentie word»» geopend, llet doel lz, te komen tot «.onheil! op het gebied van do vervaardiging van zeekaarten en «lc publicatie van reei vaarlkumligo werken. Do conferentie zal waarschijnlijk, plaats vinden in het gebouw van dc Royal Geograpllieal Society. ' Zij zal worden bijgewoond door vertegenwoordigors vnn alle zeevarende naties, uitgezonderd de Ceu' trale Mogendheden, Turkije en Rusland. " .'t* Londen' ls een bijeenkomst gebonden van per» ' sunen. dle helibeu bijgedragen voor het Rhmsay» heriuuerlngsfond,. lil «ilt fonds zal allereerst een - labonNoriun» Wonlen l>cko«tigd voor toegepaste schel» kunde aaa do Universiteit Collego (Londen). Tot dit deel»ls vnn «le tot duiver ingekomen £ 40,000 ecu bedrag van £ 25.000 bestemd. Om liet llilioratorium tot rijn volle ontwikkeling to brengen zuilen echter nog wel £ 50,000 noodig zijn. Voor het Ilamsa.v.fomls waren ook ult het buitenland, bijdragen ingekomen, n.l. uit Zwitserland £ 817, uit do Ver. staten - £ f.20. Japan £ 000. lta1!« " £ INN, BrilschlndiV £ 301, Vcnemnrl?en £ 2^'.'>, .doorwegen jC.ISC, Chili t.' 128. Nederland £ «8. i Ailldrall» £ 27 en Xieuw»?.eelnnd «e 21. De inzameling blijft geopend.
"Wetenschappelijke Berichten.". "Nieuwe Rotterdamsche Courant". Rotterdam, 1919/06/11 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010036760:mpeg21:p009