¦» Abonnementen worden aangenomen bij onze Agenten in verschillende plaatsen hier te lande en overigens bq alle Boekhandelaars en Brierengaarder». In het Buitenland bq de Postkantore». Cïtrioitende Agenten voor Advertentiën Toor Frankrijk, Engeland, Duitschland en Oostenrijk-Hongarije, België, Italië en Zwitserland i Johh W. Jon_s te. Cv., Parijs, 81b__ Faub. Montmartre, Louden en overige filialen. Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124).
Het nieuws van den dag : kleine courant
- 10-07-1907
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrecht onbekend. Het zou kunnen dat nog auteursrecht rust op (delen van) dit object.
- Krantentitel
- Het nieuws van den dag : kleine courant
- Datum
- 10-07-1907
- Editie
- Dag
- Uitgever
- Steendrukkerij Roeloffzen en Hübner;NV De Kleine Courant
- Plaats van uitgave
- Amsterdam
- PPN
- 83249562X
- Verschijningsperiode
- 1870-1923
- Periode gedigitaliseerd
- 1870 t/m 1914
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- KB C 226
- Nummer
- 11513
- Toegevoegd in Delpher
- 18-11-2014
Advertentie
PERS-OVERZICHT. De Politiek van den Dag.
Werkstaking van overheidsarbei- Öers. —
Van het artikel, dat onlangs de Heer Van öer Goes in het Volk wijdde aan het stakingsrecht van ambtenaren, gaven we, zooals ide lezer zich herinneren zal, een overzicht.
Over genoemd opstel schrijft de Amsterdamsche correspondent van de N. Rott. Ot. een «sn ander. JDe stelling van den Heer v. d. Goes: het stakingsrecht geldt voor alle arbeiders en het feit, dat de kooper van de arbeids- Jkracht een Gemeentebestuur of een Rijks, legeering is, verandert daaraan niets, — deze Btelling, schrijft de correspondent, kan beaamd (worden ook door den niet-sociaal-democraat. Onze kapitalistische maatschappij waarborgt een dergelijke mate van vrijheid, dat niemand Wettelijk kan gedwongen worden te arbeiden. Maar een niet-sooialist zou daaraan de waarschuwing k&bben toegevoegd: behoudens Bijn eigen verantwoordelijkheid. {Zeker kan niemand u beletten te staken, ook piet in gemeentedienst, maar denk wel aan Üa straf, niet aan eenige, die de overheid u S6ou willen opleggen — maar aan die, welke grjsself u berokkent, doordai gij den band verbreekt, die u aan uw overheidsbetrekking bindt! Het zou niet onverstandig zijn gefweest hierop met nadruk te wijzen, ook omdat (nog gedurig in onzen Itaad, door v. d. Goes' partijgenooten in de bree gesprongen wordt ivoor wat zij noomen de slachtoffers der staking van 1903 en voor dezen alsnog op genade Koor recht wordt aangedrongen.
f Die Heer v. dL Goes spreekt van een voorfc(durenden oorlogstoestand tusschen de Ifcwee groote klaasen, waaruit „aJthans voor pnaa klasse" de dwingende noodzakelijkheid (voortvloeit in bepealdïa omstandigheden een oorlogsreoht in vollen omvang te laten Belden. Zooveel woorden, zooveel holle klanken, met het mislukte opzet, aan de werkstaking den gloriesc-hijn te geven van een door socialistisch nuearg gevoeden beginsel- Strijd, terwijl zij doorgaans eenvoudig is eene poging om eenig materieel voordeel, bijv. een gulden meer in de week, te behalen of om (adres te verkrijgen van meer of minder ernstige grieven — maar toch zeker niet zóó (ernstig, dat men ajs menschen de verant- K»voo_<___ijkheid zou op zich mogen laden van (zelfs de zieken in dja gasthuizen aan hun lot pypr te late».
\ De openbare gezondheidsdienst danJkt zijn )cait_itaan — betoogde de Heer v. d. Goes — pan Jbet "feit, dat in al te ongezonde buurten' licht besmettelijke ziekten ontstaan, die ook üb rijken niet versc-hoonen. Die dienst is gelheel en a_- een schepping van de tegenwoxxr|&igö regße___ude Jklaese. Men zou toch inderdaad mogten vragen, zegt daartoe de N. Rott. Ot., van wie die dienst pjuders eene schepping zou kunnen zijn en -of idoor haar fcorg in deze de regeerende klasse pieftl i__-___daad getoond Jheeft op de hoogte tet zijn van haar taak. Maar de zaak zit anders. JDe hygiëne is eene schepping, niet' van Ide heeorschende j^^se, die daarbij het belang van de upper ten thousand op het oog had, maar van de aach van eeuw tot eeuw en zeiker niet het minst in onzen1 tijd zioh ontwikkelende wetenschap Het zoeken maar die oorzaJkan der ziekten, pest, termg1, enz. «a de *voarbehoedmiddelon daartegen* is geenssins ontsproten uit zelfzucht, uit een streven naai* persoonlijk zelfbehoud — maar oorspronkelijk uit zuiver wetenschappeiijken drang, die tot uitkomst heeft gokad de vesrhooging van het algemeen, welzijn. Eta. als tem bewijze van heit klasse-kaxakter der maatschappij, gericht louter op het bc* lang der „heerschende" klasse, de Heer Van deer Groes ook nog wijst op hét onderwijs èn het voorbeeld stelt van een wethouder van onderwijs, di© zich vrijwel onmogelijk zou makan, ?aJls hij op 1 Mei vacantie gaf, of een ciroulaiie richtte tot de schoolhoofden, waarin hij hen uitnoodigde den revolutionnairen datum va__ 18 Maart met de leerlingen te gedenken", dan maakt hij zich schuldig aan het verkondigen van niets minder dan een enormiteit, voortvloeiende uit een sokier hopelooze begripsverwarring. Niet immers omdat da le Mei of do 18e JMaart den sociaaldemocraten een feestdag is, zai een wethouder van onderwijs 'zich van zulk eene handeling onthouden, maar omdat de openbare dienst, met da behartiging waarvan hij beJlast is, niet in hest leven is ge-roepen ten bate alleen van de socialistische gemeente, maar van de.... gemeenschap in haar geheel, welke de samenvatting is van aller belang. Bedoelde wethouder zou zich evenzeer onmogelijk makein, ajs liij een daigelijke circulaire uitvaardigde ter viering van 's Piaupen of van Cajvjjns Wjaardag.
„Wij willen — dus schreef nog de Heer v. d. Goes — niets liever dan een snelle, vroodzame oplossing. Ons programma wijst den weg, noemt de middelen, biedt vrede en verzoening aan. Jrfet verlangt geen volledige revolutie binnen vier-en-twintig uur. Het bevaA voorzorgsmaatregelen. Het wil hervormingen, die niemand ongelukkig zouden maken. Het socialistisch program eischt de geleidelijke verbetering van den toestand der arbeidersklasse en de geleidelijke onteigening van het particuliere kapitaal." De N. lt o 11. Ot. is van oordeel, dat ieder dien pisch van geleidelijke verbetering zal aanvaarden. Maar, zegt zij, die voltrekt zich gedurende eeuwen. 01 men zich daarbij ook als ideaal stelt: de geleidelijke onteigening; van het particuliere kapitaal, is daarvan onafhankelijk. Het kan gelden als een ideaal, gelijk elk ander. Maar wie haar in ernst voedt, geeft toch blijk van een jotaal gebrek aan historisch, aan wijsgeerig inzicht, door tegelijk te meenen, dat een maatschappelijke orde, die zelve het product is van eeuwen, zij 't dan piet in vier-en-twintig uur, dan toch snel tot eene andere, een aan de tegenwoordige gansch tegengestelde, zich zal kunnen vervormen, zóó snel, dftt men er op> kan gaan zitten wachtenl
j Pessimisten «tf'n als doüe honden, eg deelen attgd
j Pessimisten «tf'n als doüe honden, eg deelen attgd 1 hunne ziekte aan anderen mee. wn >"ii i"i» wy-
FEUILLETON. De Kolonel en Jerry.
U) —— Op een paar pas afstand bleef sij staan en vroeg: „Wat wil je .* Het was of Jerry een koud bad kreeg bij die vraag, maar hij hield zich goed. „Dr. Brewster is er geweest." „Dat weet ik. Het is afschuwelijk en voor mij eene groote teleurstelling.*1' „Wat? Waarom, moeder?* „Je vader wil de operatie niet, dus blijf je je gansche leven kreupel. Nooit zul je kunnen loopen als anderen, je zult altoos behooren onder hen die medelijden opwekken en beklaagd worden." „Hoe zoo, moeder? Waarom... ?" De heftigheid waarmede zijne moeder sprak, ieed hem opspringen en rechtop staan, hoewel de pijn in de heup zóó hevig was dat hii het had kunnen uitschreeuwen. JHaar het Engelsch van L. T. MEAD&
„Ik *wil geen kreupele blijven \" riep hij. „De knappe dokter kan mij genezen. Ik weet dat hij dat kan. Waarom is u zoo bedroefd, moeder? Houdt ge n goed om niet over mij te schreien? JMaar u moogt wel huilen. Vrouwen en meisjes mogen dat gerust, mannen en jongens niet. „Kniel eens bij mij moesje ?•* „JNeen, knielen doe ik niet, schreien ook niet, al heb ik reden genoeg voor tranen. En noem mij geen moesje. Mijn meening was dat de proef moest genomen worden, maar je vader denkt er anders over. Als je mij genoegen doen wilt, dan onderwerp je je. Begrijp mij goed. Gebruik jo invloed; die man is onverstandig als het jou geldt; ik kan het niet langer verdragen! Beter was het dat je gebleven waart waar je was. Nu, ik moet naar huis.' Zij gleed heen, de bevallige dame met witte vleugels; neen, Jerry vond haar nu niet meer zoo mooi als straks en de achterwaarts gehouden witte parasol geleek niet meer op vleugels. Hij verborg süjn gelaat onder de hangmat en trok die over zich heen ; schreien wilde hij' niet — neen — hij wilde niet, al zaten de tranen ook hoog, héél hoog.-
HOOFDSTUK XL BRIEF NUMMER NEGEN.
Lang bleef Jerry nog liggen; het scheen dat ieder hem vergat; zelfs Mabel kwam niet. Betreuren deed hij dit niet, want hij had behoefte om alleen te zijn en te denken. Een groot verdriet was hem aangedaan, een veel erger dan toen Zaidee hem zoo ruw de waarheid zeide in Folkestone. Zaidee was maar een bediende — maar nu had moeder hem zoo groot leed gedaan! Zouden alle moeders dat doen? Zouden vele moeders hun kleine jongens versmaden? Neen, neen — dat deed de zijne niet, dat was niet mogelijk. Hij moest zijn verstand gebruiken — hij trachtte haar woorden zoo uit te leggen, dat ze geen schade deden aan het ideaal. Hij streed en streed weer om dat ideaal ongeschonden te houden. Wel was zij in geen enkel opzicht zijn droommoeder, maar zijn moeder was en bleef zij toch, dus natuurlijk hield zij van hem. Het lag nu eenmaal niet in haar aard om hem telkens te kussen en te liefkoozen, haar hart zat diep O, wat wenschte hij soms vurig dat een puntje van dat hart voor hem te zien aou komen I Als dat gebeurde, wat zou hij gesterkt worden, wat zou hij zich kunnen aangorden in den Btrijd tegen pijn, vrees en lijden. Jerry peinsde wat te doen. Ja, hij moest haar hart winnen — de weg bestond. Zijn moeder wilde geen kreupelen »oon. Wel waren de woorden hard geweest, want rijn schuld was het niet; hij zelf vond het even vreeselijk als zij om gebrekkig te zijn. Jerry had in zijn jonge leven reeds geleerd dat een mensch niet geven kan wat hij niet bezit. Zijn moeder was niet teer en medelijdend, dus kon zij hem niet anders toespreken. Onbewust gevoelde Jerry eene waarheid die niet te loochenen was, maar hij sprak die niet uit. Neen, zijn lieve, mooie moeder mocht niet worden veroordeeld. Langzaam aan werd hij kalmer en namen zijn overleggingen een vasten vorm aan. „Ala je mij genoegen doen wilt, onderwerp je* had zij gezegd. „Je vader wil de operatie niet* — waarom deed zijn moeder hem verdriet om den kolonel zijn vader te noemen? Die gedachte bracht hem op een denkbeeld. Wat zou zijn eigen vader in dit geval wenschen? O, als de majoor eens een oogenblik' den hemel kon verlaten, al was het maar voor enkele uren; ala zijn vader eens even naaat hem kan gaan zitten en met zijn hand indezijne hem kon toespreken, zooals hij in zijn brieven altoos gedaan had Maar dat kon niet — Hoe meer Jerry nadacht, hoe kalmer hij werd. „JQc heb toch vaders brieven* dacht hij, „die zullen me wel vertellen wat ik doen moet Zon vader geweten hebben dat hij naar den hemel ging en daarom vooruit zulke lieve brieven hebben geschreven? Ik heb er negen; ik zal ac overlezen, ik begrijp die brieven veel beter dan de Bijbel. O, *wat zou ik graag bij vader in den hemel zijn, maar ik moet op aarde blijven voor moeder. Voor haar moet Ik leven."
Polly kwam den tuin in, een aardig, zonnig jong meisje, dat altoos lachte en veel van Jerry hield. Zij kwam de laan op en riep:
„Wel, jongeheer, u ziet er slecht uit. Ik hoop toch niet dat die dokter met zijn onderzoek u te veel pijn heeft gedaan."
„Neen, Polly, de dokter deed niet meer pijn dan noodig was, wij moeten niet kleinzeerig zijn, hè?" „JNou," antwoordde Polly, „als ik kiespijn heb, dan zou ik wel kunnen schreeuwen; dikwijls huil ik er van." „Je bent ook een vrouw, dat mag je gerust doen."
;/Wilt u de lunch hebben, jongeheer?" „Graag, ik heb honger. JM.ag ik in den tuin ©ten? Het is hier zoo heerlijk."
„Dat wilde ik juist vragen. De kolonel is terug en met Mevrouw en Miss Mabel in de binnenkamer. Zij praten zoo luid en ik geloof dat Miss Mabel schreide."
„Waarover ?" dacht Jerry, maar zei niets. Hij wilde niet over zijn familie spreken, al was Polly ook een vriendelijk meisje. Zij bracht de lunch buiten, dat met smaak door Jerry genuttigd werd, waarna hij vroeg of zij hem het houten kistje wilde halen. Hij beduidde haar precies waar het stond. Zij moest het heel voorzichtig dragen en hem dadelijk brengen. ,/JMag ik u komen voorlezen ?" vroeg Polly. „Dank je wel,* antwoordde Jerry met groote -waardigheid. vlk heb iets heel bijzonders te doen en *wil niet graag gestoord "worden." „Heel goed, jongeheer."
JPolly deed wat haar gevraagd was. Toen zij met het kistje in de hand door de hal liep, stond zij plotseling voor Mevrouw Digby, die haar vroeg wat zij uitvoerde. „De jongenheer vroeg of ik dit kistje voor hem halen wilde; hij ligt in de hangmat" ;/Wat een monsterlijk ding!" zei JMJevrouw Digby, aarzelend of zij het kistje van Polly zou overnemen; maar zij bezon zich en liep de trap op naar haar eigen kamer. Jerry ontving het kistje zonder te vermoeden aan welk gevaar dat ontsnapt was: het had best kunnen gebeuren, dat hij zijn schat nooit meer teruggezien had. Hij nam het aan alsof het iets breekbaars was en legde het naast zich in de hangmat. „Je kunt heengaan, Polly, en zeg als iemand naar me vraagt dat ik liever alleen blijf vooreerst." JBost, jongenheer." Polly verdween. De. omgeving was stil; zelfs de vogeltjes zwegen op dat uur van den dag. De natuur scheen in slaap. De atmosfeer ademde vrede. Jerry haalde het eleutelje voor den dag dat hij op zijn borst droeg en opende het kistje met de negen kostbare brieven. Hij telde ze en spreidde ze uit. Welken zou hij lezen? Den laatsten? Noodig was het niet, hij kende dien van buiten; de woorden waren in zijn ziel gegrift. Die laatste brief was hem heilig; hij opende dien nooit anders dan als hij alleen was, meest des Zondags of als de pijn in de heup hem des nacht uit den slaap hield; dan las hij geknield voor de vensterbank het schrijven dat hij van buiten kende, in h<*t licht van maan of sterren. Welken brief zou hij nu kiezen? Nummer 9 legde hij terug in het kistje, sloot de oogen en koos blindelings een brief. De overige werden bij nummer 9 gelegd. Dit schrijven was nummer 8. Het luidde: «Mijn beste zoon! Ik ben in de bergen met moeder, die is niet sterk. Dikwijls verlang ik dat zij in Engeland was bij jou. Jij bent te teer om naar hier te komen en je lieve moeder zou het niet kunnen uithouden zoo ver van mij verwijderd te wezen. Niets liever zou ik wenschen dan alle drie samen te zijn. Eens zal dat gebeuren. Beste vent, ik wilde dat ik je kon beschrijven hoe mooi je moeder is en hoe goed. Als je haar leert kennen zul je zien dut zij bijna volmaakt is. Nu moet ik je eens wat vertellen. Morgenochtend vertrek ik naar een afgelegen gedeelte van Indië. Ik ga met een aantal soldaten om de vijanden van den Koning te bevechten. Het kan zijn dat ik in dat gevecht gewond word. Het kan zijn dat God mij tot zich neemt in den hemel. Wat die hemel is kan ik je niet vertellen, de Bijbei zal je den besten uitleg geven. Mocht ik sneuvelen, wees dan zoo goed als je kunt voor je moeder; laat geen opoffering voor haar je te groot zijn. Als ik jou voor ga, beste jongen, draag ik haar op aan jouw zorgen « De brief was nog langer, maar Jerry had genoeg gelezen. Hij vouwde dien dicht, kuste zacht het papier en borg hem op in het kistje. Het sleulelje huisde weer boven zijn hart. Juist was alles afgeloopen, toen de kolonel verscheen. ffHallo, vent! Hoe gaat het?" wHeel goed," antwoordde Jerry, die zich gesterkt gevoelde door den brief en het vaste besluit dat hij stilzwijgend genomen had. /,Je hebt een kleur, kerel \" Digby viel neer in een tuinstoel en stak een pijp aan. Geen van beiden scheen lust tot spreken te hebben. Jerry begreep dat iets den kolonel hinderde. Dieos roode gelaat was nog rooder dan anders en de oogen hadden iets strengs en minder vriendelijks. Jerry dacht intusschen na over zijn vader, over brief 8 en over zijn moeder „Waaiaan denk je, lieveling?" „Ik dacht er aan, kolonel, dat er niets is wat ik niet voor moeder zou willen doen."'
Posterijen en Telegraphie.
Benoemd: 16 Juli, tot hrievengaarder te Mid__ai__. J. Roo3 en te Boekeloo G. Leferwk. Tijdelijk belast met het beheer: 1 Juli, van het bijpasten telegraafkantoor »van den Bosobstraatt te 's-Gravenhage, de commies der telegraphie le klaas* H. M. Hqlkema, onder eervolle ontheffing van het beheer van het bijpost- en telegraafkantoor »Loo_duins.he Weg», aldaar j 1(5 Juli, van het bijpost- en telegraafkantoor (Veerkade* te Rotterdam de hoofdcommies der telegraphi» F. J. Ti M. Smit, onder eervolle ontheffing van het fc beheer van het bijpost- en telegraafkantoor »Twjjn¦traatf te Utrecht. Verplaatst: 1 Juli, de commies der postergen en telegraphie 4e kl. J. A. Oskam, van Delft (postkantoor) naar Haarlem (postkantoor) ; — de adspirantcommies der posterijen en telegraphie J. van Dijk, Van Rotterdam (postkantoor) naar Leeuwarden (postkantoor) ; — de verplaatsing van de klerken der posterijen en telegraphie le kl. P. O. Braam, van het bijpost- en telegraafkantoor _Balistraat« naar het hoofdtelegraafkantoor te 's-Gravenhage, en W. O. Bteendijk, van Amsterdam (bijpost- en telegraafkantoor »Mercurius«) naar 's-Gravenbage (bijpost- en telegraafkantoor «Balistraatc), is ingegaan 1 Juli in plaats van 16 Juni.
Posterijen en Telegraphie.
Het hulptelegraafkantoor te Rolduo zal vaa 16 dezer al tot 2 Sept. a.s. gesloten zijn. Van 9 Juli af tot lfi Aug. ajs. zijn de openstellingsuren op werkdagen van het hulptelegraaf- en telephoonkantoor te Rijnsburg tijdelijk vastgesteld op 7.30—3, 5-9.30 (Greenwichtqd). Met 16 Juli a_s. zijn de openstellingsaren, op werkdagen, van het poot-, telegraaf- en telephoonkantoor teßeekenDonk, vastgesteld op 7.30—12.30,1.30— 3, 6.30—7 (Greenwiohtijd).
De diensttijd op Zon- en feestdagen bljjft onveranderd.
Faillissementen.
Failliet verklaardi 1 Juli. G. Richter, herbergier en voerman, te Ste» vensweert; — r.-o. Mr. baron E. de Bieberstein; cur. Mr. Faul Trippels, St. Christoiïelstraat 12, beiden ta Eoermond. 3 Juli. J. Stobbe, aannemer te Leeuwarden; — r.-o. Mr. D. _. van Duyl; cur. Mr. S. Vellenga, beiden ta Leeuwarden. 5 Juli. J. H. du Tour, bierhuishouder te «-Gravenhage (Korte Houtstraat 35); — r.-o. Mr. A. E. Groockewit; cur. Mr. 11. O. Takken, Ged. Burgwal 8a, beiden te 's-Graveuhage. 22 Juni. A. M. van de Repe, winkelier, laatst ta Goeg, thans buitenslands; — r.-c. Mr. J. H. van Belj cur. J. J. Heyse, beiden te Middelburg. 5 Juli. Th. J. Lwten, tinimerfabrikant ut aannemer te Naaldwijk; — r.-o. Mr. J. F. van der Lek de Clercq; cur. Mr. A. O. H. Teilegen, Piet Heinstraat 1U2, beiden te 's-Gravenhage. Geëindigde faillissementen. H. J3o«r, hakker te Nieuw-Buinen; — M. Bishoop, broodbakker en winkelier te Gouda j — ___, VAUkavp, bakker te Sohiedam; — O. B. Lokle, manuiacturier te Haarlem (allo door het verbindend «orden dar uitdeelujgsiijst).
BINNENLANDSCH NIEUWS. 9 Juli. UIT DE STAATS-COURANT.
Spoorweg op de Eilanden ia Zuid-Holland. — De tweede nadere overeenkomst betreffende den spoorweg op de eilanden in Zuid-Holland tussohen den Staat der Nederlanden en de Rotterdamsche Tramweg-Maatschappij, te Rotterdam, is medegedeeld in de Bt.-Ct. No. 158.
Op dien spoorweg is, met ingang van den dag, ¦waarop de versnelde dienst, in werking treedt, het Vereenvoudigd Locaal-spoorwegreglement van 1902 van toepassing verklaard.
De Minister van Financiën verleent Donderdag a.s. geen audiëntie. 3jj den Minister vanFinanoiënis, ten behoeve van 's Rijks schatkist, van een onbekende uit s-Gravenhage, onder het motto tSteenrotsf, ontvangen /5, wegens te veel aan bet Rijk in rekening gebracht. Blijkens bericht bij het Dep. van Marine ontvangen is Hr. Ms. instructieschip Nautilus, onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee K. J. Karse. boom, 5 dezer van Las Palmas vertrokken. Draadloozè Telegraphie Ned.-Indië. — De Min. beschikking, waarbij aan de heeren Th. F. A. Delprat en L. H. F. Wackers, te Amsterdam, vergunning is verleend tot het oprichten en exploiteeren van stations voor draadloozè telegraphie binnen Nederlandsch-Indië, ten dienste van het telegraafverkeer met schepen in zee, is medegedeeld in de St.-Ct. No. 158. Op 6 J u 1 i j. 1. was bjj de betaalmeester* in kas ƒ2,611,415.81. Op denzelfden dag was door de Ned. Bank, ingevolge art. llbis der Bankwet, aan 'a lands kas een voorsohot verstrekt van ƒ11,961,972.82. Op den genoemden datum waren geen schatkistpromessen in omloop. Veevervoer. — Met 9 JuU is het vervoeren of doen vervoeren van herkauwende dieren en varkens verboden uit, naar of binnen een kring in de gemeente Mijdrecht, omvattende den polder Blokland. De statuten der volgende Naamloos e vennootschappen zijn medegedeeld in de St.-Ort. No. 168 : Cacaofabriek Holland, voorheen Janse S( 00., te Amsterdam. — Kapitaal ƒBü,ooo (waarvan ƒ32,300 geplaatst.) Technisch directeur Th. Janse, te Hilversum; handelsdirecteur R. H. E. P. W. T. Ortmann, te Amsterdam. Commissarissen! J. B. Kamperdjjk, te Hilversum, en L. A. Butöt, te Amsterdam. Suikerfabriek voorheen van der Linden 4* Cie., te Bergen op Zoom. (Wijziging, waarbij o. a. het kapitaal wordt bepaald op ƒ510,000, waarvan de eerste aandeelen-serie ƒ304,000 geheel is geplaatst.) Maatschappij tot exploitatie van Hottl-Peturion Oud Derg-tn-Dal, gevestigd te Amsterdam. — Kapitaal ƒ 9ü,G00 (waarvan ƒ 62,500 geplaatst). Directeur "... I. Geel, te Groesbeek; comin. F. A. v. d. Bosch te Amsterdam; Th. J. v. Stipriaan Luïacius, te Nqmegen, en E. C. H. Riesener, te Beek. Maatschappij tol exploitatie van het sloomjacht tSiroccot, te Rotterdam. -— Kapitaal ƒ 20,000 (geheel geplaatst). Directeur B. E. Ruys, te Rotterdam. Feestgebouw, te Aalten. — Kapitaal ƒ 7500 (waarvan ƒ 1800 geplaatst). Bestuursleden: Th. A. M. Driessen, J. Peters, J. J. M. Müttar, H. J. Vaags, J. A. Obrink, M. Voorderman, H. J. Lindenhovius, H. te Ilennepe, L. A. van Gelder, D. Hakstege, G. W, van Eerden, H. J. Odé, allen te Aalten. Buffet Maatschappij sVictoria,* te Amsterdam (wijzigingen). Stoombootonderneming t Telegraaf 8, £ te Rotterdam. — Kapitaal ƒ 64,000 (geheel geplaatst). Directeur H. J. Klüssener; comm. D. Th. Ruys en W. Ruys, allen te Rotterdam. Maatschappij tot Exploitatie van Rubber concessies «n dan Staat Matto Grosso, Brazilië, te 's-Gravenhage. — Kapitaal ƒ 2,000,000 (waarvan ƒ 860,000 geplaatst). Raad vaa beheer: F. W. M. Raben, te Sao Paulo; F. Roest, te 's-Gravenhage; P. L. 0. Le Sueur, te '«.Gra venhage. Maatscliappij tot Exploitatie van onroerende goedere» tVlissingsch de Ruylerpark,* te 's-Gravenhage. — Kapitaal ƒ 60,000 (waarvan ƒ 40,000 geplaatst), Directeur W. F. Noman; comm. J. Julaing, G. P. C. Krayenbrink enW.K. 11. Eversen, allen te 's-Gravenhage. Maatschappij »de Toekomst», tot exploitatie van huiten en gronden te 's-Gravenhage, te Haarlem (wijzigingen). De Stearine Kaarsenfabriek tApoüot, te Schiedam (wijziging en verlenging van den duur der vennootschap tot 31 Deo. 1933). Amsterdamsche Rijtuig-Maatschappij (wijzigingen waarb|j o. a. het maatschappelijk kapitaal wordt bepaald op ƒ 500,000, in 4 seriën van 600 aandeelen ieder groot ƒ 250). Maatschappij tot exploitatie van ds bouwhosve sLandlustt, te Amsterdam. Kapitaal ƒ350,000 (geheel geplaatst). Raad van beheer, P. C. André de la 'Porte, C. André de la Porte, beiden te Amsterdam; W. Th. ü. Zimmorman te Bloemendaal en J. J. S. R. Zinimerman, te Amsterdam. Koloniale Bank, te Amsterdam (wijzigingen). Credietvereeniging, te Amsterdam (wijzigingen). Holland Chili Mijnbouw Maatschappij (Holland Chili Mining Company), te 's-Gravenhage. Kapitaal ƒlBO,OOO (waarvan ƒ 90.0C0 geplaatst)-Raad van beheer: H. J. Knottenbelt Az., te Rotterdam; J. Kolfi!, te Rotterdam; A. Heldring, te Hilversum; Mr. C. H. Guépin, te Amsterdam, en J. W. van Aalst, te 's-Gravenhage.
D* bloetnbolleavereani&lng „We«t».
D* bloetnbolleavereani&lng „We«t». Ifjfc Schouwen" heeft besloten d« veiling _BR dj-oga boüan te houden op. 27 Juli a-»