Het nieuws van den dag : kleine courant

„Ni©uwe, Shoogst gewichtige maatregelen zijn door Zijne Keizerlijke Majesteit 'den. Sultan uitgevaardigd om het evenwicht tusschen de Staatsinkomsten en uitgaven te Verzekeren. Nieuwe voorschriften zijn gegeven 'met betrekking tot dé inrichting der Staatsbegrooting; en dringend zij het elk ambtenaar aanbevolen er voor zoover het tot.zijne bevoegdheid behoort', 'zoTg voor te dragen dat de daarin vervatte, ramingen, geëerbiedigd worden". Zoo luidde, dezer dagen weer eens voor de zoöveelste maal den aanhef van eene lange officieeie kennisgeving aan de pers en aan het publiek, waarin verder alle om tot dat doel te geraken strekkende wijzigingen eü verordeningen worden opgesomd, om te eindigen met den gebruikelijken lofzang op de onuitputtelijke wijsheid en den onmetelijken vaderlijken voorborg voor het welzijn yan hét rijk en van zijne onderdanen van den Padisjah, „wien Allah aog vele, lange jaren moge schenke.n" I ' Inderdaad zijn al de bevolen maatregelen, al de voorgeschreven 'verbeteringen alleszins dienstig om. orde en regelmaat in de staatshoudihg te brengen en te bewaren, en met oprechten góéden wil; en medewerking van alle zijden, zonder uitzondering, zouden ze ook zeer wel uitgevoerd en toegepast kunnen worden tot heil van het land, en tot groot geluk en vreugde van allen, die aan den staatsruif eten of van de schatkist te vorderen hebben. Maar.... zooals in alle Oostersch. landen, waar de Vorst oppermachtig gebieder en Heer en Meester over allen en alles }a — voor zoover het zijne eigen onderdanen, betreft, wel-te verstaan —, gaan boven de behoeften en de eischen der staatshouding die .van het. Hof.

CSk_.tah.tin.opel, November 1907,

■Wel is er ook, in navolging der andere landen van Europa, voor den Sultan van het Ottoroanschie Bijk een Civiele "Lijst vastgesteld, welke 600,000 Turksche ponden (bijna 6% millioen gulden) bedraagt, behalve de miUioenen, $_lke de taljooze landgoederen, hoeven, fabrieken eh andere nijverheidsondemerningen opbrengen, die tot de Kroondomeinen behooren cm door het Departement der Civiele Lijst worden beheerd, en moet daarvan de geheele Keizerlijke familie onderhouden worden; maar die reeds zeer eerbiedwaardige sommen zijn daartoe lang niet voldoende, en steeds weeir moet de schatkist bijspringen om de. ontzaggelijke kosten van het Keizerlijke Hof te kunnen_ bestrijden. sOm daarvan eehigzins een denkbeeld te geven, zij hier omtrent des Sultans huishouden het, een en ander medegedeeld, wat voorzeker niet van algemeene bekendheid is. .", _ Aan het hoofd er van staat'de kil ar d s j i bas s j i of opperhofmeester, die meer in 't bijzonder de verantwoordelijkheid draagt voor Shot voor den Sultan bereidde voedsel. Hij üxoet het den Meester aanbieden en het in zijn bijzijn eerst proeven, ofschoon voor die hoogst gewichtige functie nog een speciale ÉS9 jesjnids ji bas s je, opper voorproever, Sanwezig is. ■ Plet aantal der spfradsji's of tafelbedienden voor den brjzonderen dienst van den Sultan bedraagt tegenwoordig veertig. , Süie kawedsji bassji of eerste koffieschenker heeft bovendien nog twintig helpers Onder zijne orders. . Om alle magen, en het zijn er meer dan tienduizend, die in het Paleis of de vele er toe behoorende gebouwen hongerig en dorstig worden bij den arbeid, in dienst of bij nietsdoen, te "bevredigen, beschikt men te Jildiz Kiosk over drie keukens. met reusachtige inrichtingen. 'De eerste keuken kookt uitsluitend voor den Sultan. Zij bevindt zich vlak bij den SHSarem en wordt streng bewaakt. Als teeken zijner zeer bijzonderen gunst veroorlooft de Groote Heer somwijlen een enkele

SDe tweede keuken van Jildiz-Kiosk bereidt 'de spijzen voor de prinsen en princessen en en d hoogwaardigbekleeders. Uit die keuken worden ook de Konaks van eenige hooge staatsambtenaren verzorgd. Zij bestaat uit zeven lange gebouwen van twee verdiepingen, waarin ook de> „administratie van den geheelen keukendienst" en de groenten- en botermagazijnen zijn ondergebracht. Veertig koks zijn daar werkzaam; terwijl, ieder hunner minstens twee of drie helpers heeft,, behalve de talrijke leerlingen. Twee maaltijden, per dag jvorden er toebereid en door meer dan zeshonderd dragers rondgebracht. ledere drager plaatst het nagenoeg driekwart meter middellijs hebbende, doorgaans met bloemen beschilderde etensblad, dat tot den rand toe met de verschillende schalen en schoteltjes . gevuld is, vrij op het hoofd. Tegen etenstijd ziet men ze bij honderden, als eenden achter elkaar uit de 'keukenpoorten trippelen, hetgeen vooral voor vreemdelingen, die dat voor 't eerst, zien, een zeer eigenaa,rdig gezicht oplevert. Opdat de spijzen niet te snel zullen afkoelen, wordt alles in een dikken zwarten doek gepakt.

Heta ontal en de soort der gerechten zijn bijna altijd dezelfde: soep, doch slechts des winters, gekookt, of gebraden vleesch, kippcnof schapenvleesch, groenten, beu s e k-pasteitjes met vleesch of kaas gevuld, groenten in gehakt vleesch gekookt, een zoetje, dan weer groenten met vleesch, en tot slot de nationale pilaw.— in bouillon gekookte rijst. Als toespijs een soort vruchtenmoes, Skaas, salade en versche vruchten. Wijn, en zelfs bier, zijn natuurlijk verboden. Als drank wordt water en sorbet verstrekt.

Dc derde keuken,, in welke de spijzen voor het bedienende personeel worden toebereid, bevindt zich niet op den Jildizheuvel zelf, maar in een eigen groot gebouw, tien minuten van het Paleis in de voorstad SBesjiektasj gelegen. De provisies voor de drie keukens worden door het departement der Civiele Lijst bij openbare inschrijving aangeschaft. Ofschoon zoodoende tamelijk billijk wordt ingekocht en bovendien bij wijze van tiendbelasting kolossale hoeveelheden levensbehoeften om niet worden geleverd, bedragen de uitgaven in baar geld voor de drie keukens jaarlijks niet minder dan 400,000 ponden, dat is ruim vier millioen gulden! Dagelijks worden er minstens duizend maaltijden, elk voor tien a twaalf personen, des moigens en des avonds uitgegeven. Bovendien worden gedurende de „Bamazan", de vastenmaand, des nachts aan duizenden personen te eten gegeven of voedsel verstrekt.

Tot kort geleden werden de 'overblijfselen uit de Keizerlijke keukens door winstzuchtige hofbeambten in de bazar van Besjiektasj openlijk aan den meestbiedende verkocht. Die markt wgrd echter opgeheven, zoodra de Sultan er van vernomen had en sedert worden de resten onder de armen, instellingen van weldadigheid en de hospitalen verdeeld.

Na dien voor de keukens is de zwaarste post op het budget der Keizerlijke huishouding dien der „s ik i a t". De Koran schrijft voor, dat ieder Moslem verplicht is, ten minste een veerstigste van zijn vermogen voor weldadige doeleinden te bestemmen. Dergelijke schenkingen worden sikiat genoemd. Voor de sikiat en andera werken van weldadigheid is bij de „Generale administratie der kosten van het Hof" een specialen dienst ingesteld, die der „Privaatkas van dén Sultan". Aan het hoofd er van staat een der hoogste tolbeambten, wien twee generaal- en vijf secretarissen ter zijde staan. Aangezien in den Jaatsten tijd de uitgaVeh voor het Hof op onrustbarende wijze stegen, zoodat het departement der Civiele Lijst reeds meermalen in even groote geldverlegenheid verkeerde als de schatkist, heeft de Sultan öp voorstel van zijn Minister en van den beheerder der Privaatkas eene cömSmissie van drie Sleden benoemd, die alle uitgaven moet nagaan, en ten spoedigste de noodige voorslagen moet doen om het budget van het Keizerlijke huishouden sluitende te maken. .

Dat die commissie aan die opdracht zal kunnen voldoen gelooft niemand. Zij zal evenmin iets wezenlijks kunnen uitrichten als de tallooze commissies reeds ingesteld om orde in de staatshuishouding te brengen de uitgaven ven van den Staat in overeenstemming met de inkomsten te brengen.

Want inderdaad,' zoolang het den Oosterling aangeboren blijft te geven zonder te rekenein, en geen zorgen te hebben voor den dag van morgen, zal het voorzeker nagenoeg onmogelijk wezen voor den Beheerschër der Geloovigen, den Heer en Meester en onbeperkten gebieder over en in het Ottomansche rijk zich in zijn opwellingen van milddadigheid, van grootmoedigheid en vrijgevigheid te laten beperken door de zoo.alledaagsche overweging of ter voldoening er van wel de noodige middelen aanwezig zijn en steeds voorhanden zullen blijven. SSEn alzoo zal het verschaffen van de ontzaglijke sommen, welke het Hof en de Keizerlijke huishouding kosten en verslinden, steeds het grootste beletsel blijven voor eene afdoende regeling der Turksche financiën.

Hetdure Moederschap, door Augusta de Wit. Amsterdam, P. N. van Kampen & Zoon. Lente, door Cyriel Buyss_ Bussurn, C. A. J. van Dishoeck. Hoe eene arme moeder zich het bloed uit de nagels werkte voor haar kind, en tóch door hare armoede gedwongen werd, dit éénige jongslijn, haren oogappel, af te geven in de handen van vreemden, — dit vertelt ons 4-ügusta de Wit in deze kleine geschiedenis. Het geval is, om zoo droevig te yerloopen, Jvél ietwat abnormaal gesteld. De vader van Fokjo Vos had immers niet zoo vroeg aan tering behoeven te sterven; hij. hadde even fezond als vlijtig en oppassend kunnen zijn. in Fokje Vos zelf zou niet als zulk een onf" éwoon fijn en tenger ventje, maar, gelijk de onderden arbeiderskinderen om hem heen, als een gewoon arbeiderskind hebben kunnen zijn ter wereld gekomen. Onder deze meer gewon, omstandigheden zou eene zekere mate van bescheiden geluk ook het deel hebben kunnen s^ijn van dit nederige huisgezin. Maar een bescheiden geluk biedt nu eenmaal geen belangwekkende stof tot vertellen — om welke reden het dan ook, hoewel het toch in dit tranendal volstrekt niet tot de zeldzaamheden behoort, door dichters en vertellers bijna stelselmatig wordt gei'gnoreerd. Ea overigens staat het buiten kijf, dat de verteller de souvereine vrijheid bezit om zijne gegevens t© kiezen binneji de grenzea van het hest.aaftbare'. Onbestaanbaar is er zeer seker ook niets in deze kleine tragedie van Marretje Vos en haar zoontje. Wat zich hier toedroeg, kan eiken dag in de werkelijkheid zich herhalen. Eiken dag kan, tusschen het meer algemeene in, het moederschap .eener vrouw zich ontwikkelen tot iets zoo bezaligends en toch zoo teleurstellends, zoo smartenrijks en zoo duurs. Wie voor goede verhalen een geheugen heeft, herinnert zich zeSker nog den „Orphens in de dessa", geboortig uit deze zelfde phantasie. Daar was Java Shet tooneel der handeling hier ie het de noordelijke Veluwe. SDaar werd met fijnheid van kennis het Javaansche dorpsleven geschetst — en hier borduurt de verhaaleter haar verhaal op het stramien van eene niet minder opmerkenswaardige vertrouwdheid met de natuur en het menschenbedrijf aan den zoom der Zuiderzee. Het is wel iets zéér ongemeens, dat iemand over Javaansche dessalieden en over Veluwsche boeren en wevers spreken kan met gelijke zekerheid, spreken als een kind van Sbeider bodem, als opgegroeid en tehuis zoowel in het heide kruid en op de koeweide, als onder de klapperboomen en achter de karbouwen.

Maar er is méér en beters in dit boekj* dan zulk bewijs van veelzijdigheid. Dit kleine verhaal zou een mirakel kunnen zijn van land- en volkerenkennis, van opmerkingsgave en aanpassingsvermogen, — en toch zou het iemand bij het lezen zoo koud kunnen laten als een steen. Indien het nu echter warmt en ontroert — en dit zonder éénige opschroeverij van pathos, zonder een spoor van uitbundigheid, ia een stijl die niets zswierigjs of sierlijks, veeleer iets stroefs en nuchters heeft, — indien dit kleine verhaal warmt en ontroert, dan is dit omdat er uit spreken., een diep inzicht en een innig meegevoel. Niet door groote woorden, zwalpende volzinnen en legio van uitroepingsteekens, maar eenvoudig door de waarlieid eener in eigen gemoed doorvoelde; voorstelling dwingt Augusta de Wit ons deernis af, en tevens eerbied, voor die arme, brave, kloeke moeder. En zoo mag men op de vraag, waarom dit verhaal tot harten gaat, ten antwoord geven: Omdat het yaju pen, h&r% is uitgegaan. **• Van iemand, die de snaar van echt' gevoel weet te doen trillen, ook nog humor te verlangen, zou tegenwoordig zijn als het vergen van vijf pooten aan een schaap. Vroeger dacht men daar anders over, in den gelukkigen tijd, toen gezond gevoel vanzelf met oprechten humor samenging, gelijk oprechte humor met gezond gevoel. Maar die goede dagen zijn in onze litteratuur voorbij, en wij mogen al blij zijn wanneer er uit Vlaanderen nog eens een lach van hartigheid tot ons komt, over al het gezeur en gesnork en gekraak van onze land- en tijdgenooten heen. CyrieO. Buysse's ontwikkeling" van naturalist tot humorist ïs even verblijdend als merkwaardig. Niet dat Shij de naturalistische ader reeds geheel zou hebben afgebonden, uitgesneden en v.n zich geworpen. O neenl Zijn werk getuigt daar nog niet van. En de operatie i. van den man ook niet te verlangen, want een groot deel ya» «ga eohriJveisbSLoed circuleert door die ader. Maar dat ihij eenmaal de gouden tinteling van humoer uit zijne pen zou laten vloeien — dit zou twaalf of vijftien jaar ' geleden, toen hij naam begon te maken, iemand evenmin van hem hebben durven hopen, als dat hij nog een zoo goed als onvesrfranscht Hollandsch zou leeren schrijven. Verheugen wij ons daarom te meer nog pver deze evolutie 1 Een groot boek, als „Het leven valt Rozeke van Dalen", droeg de heer Buysse ditmaal nieb aan. Maar als humorist trad hij misschien nooit zuiverder en gelukkiger op, dan in deze vertelling „Lente". SJSÏoe de lente kwam in het Vlaanderland, met zachte luchtjes en bloesems en vogelgezang, dat Skan Buyese's talent als natuurschetser ons jveêr doen voelen en ruiken en hooren. En hoe de lente kwam, onder eene andere gedaante, op het hoeveken van de drie oude vrijere, en hen alle drie, Belzemien,; Cohen en Standje, in lichtelaaie zette van verliefdheid, — dit is nu juist de humor van het ding, dien de fijnproever voor zi_hzelf moet smaken en genieten. Tot vulling van den bundel di__eh' eem negental korte stukjes, die zija sa_mgevat onder den zeer gezochten titel van „Obsessies". Hef. zijn fragmenten uit Shet VlaamscShe volksleven, die allen den stempel dragen van JBuysse's originaliteit. ISn .allen zit leven, in enkele. gevoel, in sommige een realisme, dat reeds het tegendeel is van hoofsch, ca een geest, die met humor even weinig gemeen heeft, alsS Arend EofcSkse. 3jjb_os;s me(t' Charles Diekens,,' J. v. d. OUDE. '

De heerenTerLaan, Helsdingen, Sohaper en Troelstra hebben drie amendementen inge. diend met de bedoeling, de voorgestelde weddeverhooging voor de inspecteurs van het lager onderwijs, de districts-schoolopzieners en den directeur van de Normaalschool voor Teekenonderwijzers niet toe te staan.

In eene Nota van Antwoord op het Afdeeiingsverslag der Tweede Kamer geeft de Minister te kennen, dat de commissie van deskundigen, die bekend is met het tegenwoordig standpunt der bestrijding van tuberculose onder het vee, en de tot dusver verkregen uitkomsten — medegedeeld in de antwoord-memorie betrekkelijk de nieuwe begrooting — een aanwijzing ziet om op dien ingeslagen weg voorloopig voort te gaan. De maatregelen komen zoo algemeen mogelijk in practijk en, niettegenstaande het Kon. besluit van 2 SNovember 1904, geen dwingende bepalingen bevat, is de medewerking der veehouders zeer groot.

De commissie van deskundigen heeft gemeend, dat het best zou zijn in zake de tuberculosebestrijding niet met dwingende bepalingen te beginnen, doch aan te vangen met de voorlichting van de veehouders en het inroepen van hunne vrijwillige medewerking. Dit is geschied, en inderdaad met gunstig gevolg. De Regeering houdt een wakend oog op de wijze van toepassing en op de naleving van de vastgestelde voorschriften, teneinde, zoodra het haar noodzakelijk voorkomt, voorstellen te doen met dwiugende bepalingen. Tegen • overijling moet hier echter gewaakt worden. Met hoeveel zorg bij het overnemen van aangeboden runderen wordt te werk gegaan, kan hieruit blijken, dat van de 18,846 runderen, welke aangeboden zijn door de veehouders, 8137 dieren, op grond van de verkregen adviezen als nietlijdende aan tuberculose, ziju afgewezen. Bovendien blijkt^ dat in de laatste maanden bijna 85 pCt. der overgenomen dieren met tuberculose behept was.

Gedurende de eerste acht maanden van 1907 werden circa 837 runderen voor het gebruik afgekeurd en vernietigd: De keuring geschiedt met de grootste zorg.

De Gemeenteraad van Bussurn heefl besloten aau de Hollandsche IJzeren Spoorweg- SMaa tschappij toe te staan deu Parallelweg bij verlegging te brengen op 8 SMS., mits de gemeente dan ook ontslagen worde van da jaarlijksche betaling van f 250 voor den overweg Vlietiaaa en da ,H. IJ. S. M. de afrastering langs de Vlietiaaa opknappe. . i De Bussumsch© Waterleiding-Maatschappij zal eventueel water mogen leveren aan. 's-Gravenland, SESSortenhoef en Ankeveen, mits deze respectievelijk fISOO, f 750 en f 750 betalen aan Bussurn, en de Maatschappij aan de gemeenle toestaat 2 pCt.: van de brut.o-ontvangsl

In meerdere mate dan vroeger achten zij het belang der gemeente betrokken bij het behoud van gronden, wedke met voordeel door haar te ontginnen zijn, mi voor dio ontginning deskundige en geldelijke hulp van staatswege op zeer aannemelijke voorwaarden wordt aangeboden.

De heer S. Hemminga, te Heerenveen- Engwirdeo, hoopt dsn 1 Januari a.s. te herdenken, dat hij 40 jaren geleden de betrekking van secretaris der gemeente Engwirden aanvaarde. .Vóór dien tijd was hij 11 jaar fcla_E ter secretarie aldaar, soodat hij 54 jaar in dieasb van deze gemeente heeft gewerkt.

De vereeniging tot sticht in g van een nieuw R.-KSath. ziekenhuis te SBnscbede toeft van iemand, die onbekend wenscht' te blijven, weder eene som van f 1000 ontvangen.

In de najaarsvergader in g der „3 Octob e r-ve reeni g i n g" te Leidon, is o.a. tneseld, dat ofschoon de feestelijkheden op 3 October goed geslaagd waren, het minden gunstige weder hij de avondfeesten ongunstig heef f gewerkt op den toestand van de geldmiddelen der vereeniging. Ondanks bet -gemeente-subsidie van f 1000 en een batig saldo van f lilt van het vorig jaar is het saldo nu geslonken tot ruim f 33. Tot leden vaa het bestuur werden herbenoemd de heeren W. P era, P. F SRoHaadet en F Dvie-sen.

Wcs-ens hei bedanken vin den hee- Vos werd tot bestuurslid gekozen de heer H V. C-thea. De heer VO3 werd benoemd tot eerelid van het bestuur.

Te Assen heeft de oommissie voor de feestelijke herdenking van het honderdjarig bestaan van Assen als zelfstandig;' gemeente hare laatste vergadering gehouden. Medegedeeld werd, dat de ontvangsten f 32,875.631/2 en de uitgaven 15553.39 hebben bedragen, zoodat, er voor het te stichten ziekenhuis f 27,322.241/2 over blijft. Besloten werd eene vereeniging „Wilhelmma- Ziekenhuis" te stichten. In het voorloopig bestuur daarvan zijn gekozen de heejen dr. A. SH. de Boer, J. Smallenbroek, T. Boonstra, Jhr. mr. IL G. van Holthe tot Echten, K. SL. Bambonnet, A. Dozy en O. van Gorcum. De feestcommissie werd vervolgens ontbonden.

M. Brouwer. — Uit Den Haag wordt ge- | meld, dat dezer dagen de bevoegde autoriteit beslist heeft op een verzoek van de naaste familie van den indertijd wegens den moord op een dame in de Soheveningsche Boschjes ontoerekenbaar verklaarden, maar voorloopig in een krankzinnigengesticht geplaatsten M. Brouwer, om hem uit dat gesticht te ontslaan, opdat hij het gezin, waartoe hij behoort, en dat naar Amerika gaat verhuizen, daarheen zal kunnen volgen. Het bedoelde verzoek moet, na ingewonnen geneeskundig advies, van de hand gewezen zijn. Dierenbescherming. — Het Hoofdbestuur der Nederl. Vereeniging tot bescherming van dieren heeft te 's-Gravenhage eene vergadering gehouden, onder voorzitterschap van Jhr. Mr. B. A. Klerck. Bij het bespreken van de maatregelen tegen het gebruik van den opzetteugel bij paarden werd gewezen op het verbod te Aken bij paarden van huurkoetsiers, wijl deze paarden den geheelen dag in touw zijn en voor hen dus die teugel een groote foltering moet zija. Besloten werd om een poging te doen tot bescherming van den sterna, een kleine zeemeeuw, welke thans met uitroeiing bedreigd wordt. Ook zulien opnieuw pogingen worden aangewend om dat lot af te wenden voor den zoo schoonen paradijsvogel in Indië. Het voornemen om bij de Regeering op te komen tegen het ontnemen van de veevin aan ter poting bestemde jonge zalmen, kon worden opgegeven, omdat deze methode tot onderkenning van «epote zalmen niet aan de verwachting heeft voldaan en dus voortaan zal worden nagelaten. Met waardeering werd gesproken over de aanbeveling van den Paus aan de geestelijkheid in Italië om de dierenbescherming te bevorderen, in navolging van ean aantal voorgangers der Kerk, die als Heiligen worden vereerd. Wijlen Jonkvrouwe Agnes Maria Quitttus, dezer dagen te Groningen overleden, heeft vermaakt: aan het Groningsche Museum van Oudheden f 10,000; — aan het Kinderziekenhuis, het Doofstommen-Instituut en de Vrouwen vereeniging, elk f 5000; — aan het Toevluchtsoord en do Ned. Hervormde armen aldaar elk f 2000. Het Museum van Kunstn ij verheid te Haarlem, werd gedurende de maand November bezocht door G 52 belangstellende-. Uit de aan het Museum verbonden bue_erij werden 283 Sboek- en plaatwerken naar verschillende plaatsen in ons land in bruikleen gebonden. SLa de aan het Museum verbonden School voor Kuiistnijverheid waren 219 vrouwelijke en mannelijke leerlingen uit verschillende pStaatseu van ons land werkzaam. De nieuwe cursus begint met Januari; er kunnien zich weder leerlingen voor den dagcursus aanmelden. Het leerplan wordt op aanvraag bij den dinectwix kosteloos toegezonden. Zeventien leerlingen van de tweede klasse der Kijks-SLandbouwwinterschool te Schagen hebban een tocht' gemaakt naar het kooldistrict Langendijk. Bij de heeren K. en S. Oppeidoes, te Noord-Scharwoude, werden drie koolschuren bezichtigd, teneind, de leerlingen door eigen aanschouwing te doen zien, hoe de roode, gele en witte kool gedarende langen tijd bewaard kan worden, waarvoor de Langendijk zulk ean goeden naam bezit

Daarna weirdem, door bemiddeling van dsn heer A. Slot-, burgemeester der gemeente Broefc-op- Langeindijk, het veilingsgebouw en de ladingsplaafcs bij het station Broek-op-SLange_dijk bezichtigd. Het practische afslag- en mijntoestel wekte in hooge mate de belangstelling, gelijk trouwens do geheele inrichting dar markt. Do bocht werd geleid door den heer O. A. J. M. de Gier, leeraar aan bovengenoemde sohool. Ruim 5 uur 's namiddags keerde het gezelschap te Schagein tering.

Te Winterswijk is eene uitmuntend geslaagde pluimvee-tentoonstelling gehouden. Meer dan. 500 inzendingen vulden liet ruim© fee&tgebouw. Vooral onder de Plymouth Reeks en de Wyandottes werden prachtexemplaren aangetroffen. Door de hevige regens was het bezoek niet bijzonder groot. DeteWinsohotengehoudentooneelwedstirijd vanwege den rederijkea's bond „Oldambt e_ Westerwoide" is thans geëindigd. Opgevoerd werden 1 November „Wittebroodsweken, door „Concordia", uit Oostwold; „Zangvogeltje", door „Wester", uit Oude-Pekela; en „Sport", door „Ontwikkeling", te Winschoten; — en op 29 November „De Werkstaking", door „De Honigbij", uit SBeerta; „Een nieuwe leus", door „De Vriendschap", uit SFinsteovoide j en „De knappe vrouw", door „De Rozeknop", uit Nieuw- Beerta. De gouden, zilveren en bronzen medaille werden achtereenvolgens toegekend aan „De Rozeknop", „Wester", en „De Vriendschap". Do personeele prijzen — twee gouden medailles — behaaldeiu mej. P. J. Ebeis, lid van „De Rozeknop", en de heer J. J. Teune, lid van „Wester". Meer dan duizend toeschouwers waren in de groote zaai van hei. hote. Wis.-emuuu aanwezig. Suikerbieten. — üit Westelijk Zeeuwsch- Vlaanderen schrijft men ans: Met de s; oom tram Bs.«tike_—SMaldeghem zijn weder de laatene suikerbieten va.n de los- en laadplaatsen naar de plaats hamer bestemming vervaard, waarmede voor dit gedeelte van Zeeland deae suikerbieten-campagne geëindigd is. De opbrengst is over het algemeen den landbouwers tegengevallen. Wel waren er enkelen, die ean opbrengst hadden van 23,000 K.G. per gemet, maar de meestem konden hej maar brengen busschen de 15 5, 17,000 K.G. par gemet. De geziarnem! ij ke uitvoer uit dsze streek wordt voor dit jaar op ruim 100 millioen. kilogram geechat. Het meerendeel daarvan werd verzonden naar SBelgië. Roggestroo. — De handel in roggestroo ia op de Veluwe totnogtoe niet bijzonder levendig; men bedingt thans f 11 a f 13 per 600 K.G. ÏÏ 00}. — i>e handel in Kampereilander hooi staat hijna geheel stil. In eene week tijds werd er j niets verkocht; ook de verzending per scheepsgelegenheid is van geen beteekenis. Buitenhooi is te koop voor f 15—f 15.75, binnemdijksch. van j f 12—f 13.50 de 500 K.G. flooi. — In de Langstraat (N. B.) bleef de handel de laatste dagen tamelijk levendig. Verscheidene partijtjes werden tegen i 13 per 500 K.G. verkooht. Compost. — Op de te Veendam gehouden veiling van Groninger compost en ier zijn verkooht 43 vrachten compost, de 10 last a f32en 9 vrachten ier a f 7 50. Wild en gevogelte. — Te Leeuwarden zijn de prijzen der hazen van / 1.25 tot 2.—, patrijzen van ƒ 0.80 tot 1.10, houtsnippen van ƒ 1.75 tot 2.—, korhoender van ƒ 1.60 tot 2.10, fazanten van ƒ 1.40 tot 2.—. eendvogels van ƒ 0.60 tot 0.90. pijlstaarten van ƒ 0.G5 tot 0.70. smienten van ƒ 0.55 tot 0.80, talingen van ƒ 0.65 tot 0.60, watersnippen van ƒ 0.46 tot 0.55, pluvieren van ƒ o._) tot 0.55. jonge hanen van ƒ 0.70 tot 1.10. kippen van ƒ 0.40 tot 0 75, kuikens van ƒ 0.7 U tot 1.30, piepkuikens van ƒ 0.40 iot 0.75, vetgemeste ka>koeoen van f 4 tot 7.—, ion^e duiven van ƒ 0.20 tot t .30, wilde ganzen van ƒ 0.80 tot 1.25, alles per stuk. Veel aanvoer, vooral van hazen en pluvieren, veel vraag. Pat rij zen. — SMSeai schrijft ons uit Hunsiagoo (Gr.): Het is opmerkelijk, dat hier aoo weinig patrijz_i worden aangetroffen. Kon een jager voor 20 jaren nog eens dagen hebben, waarop hij 10 è. 15 stuks thuis bracht, _u gwbeurt hiel. dat hij 's avonds huiswaarts keert zonder een enkelen patrijs te hebben gezien. In dan paartijd vestigen zich hier wel enkel© van dcc© vogels. Vooral droge zomers z;ijn gunstig ■vnooi het broeden. Maar zelfs als me_ met zekerheid west, dat zich op zeker veld 3.4 paar gehuisvest hebben, bomt bet voor, dat men in den herfst geen enkele meer vindt; ook de ouden zijn daa verdwenen. Men denkt, dat het veelvuldig voorkomen van zekere kleine roofdieren, misschien de bunzing», de oorzaak daarvan moet zijn. Haz_n warden nog al aangetroffen, doch minder dan vroeger. Bot. — Men schrijft ons uit Zeeland: Volgens de bepalingen van het Schelde-reglememt is de visscherij op bot in de Z&euwsche Stroomen voor dit jaar geëindigd. Over het algemeen is men over deze vangst zeer tevreden. Wei hebben de visschers dezen zomer veel list gehad van het koude en schrale weder, dooh het najaar heeft nog veel vergoed. In de laatste weken was de vangst soms overvloedig. SDat er tegenwoordig zooveel bot in de Zeeuwsche Stroomen is te vangen, wordt hoofdzakelijk toegeschreven aan het dooden van de zeehonden, welke sinds 1900 aanmerkelijk in aantal zijn verminderd ; de overgeblevenen zijn verdreven naar de mondingen der zeegaten waar zij aan de botvisscherij geen schade berokkenen.

Verschenen is de memorie van antwoord op het voorloopig verslag der Tweede Kamer betreffende, intrekking van art. 31 tweede lid der Ongevallenwet 1901 en in verband daarmede vervanging in die wet van de uitdrukkingen: »gevarenpercent« en «gevarenpencentagea door de uitdrukking: »gevarencijfer«, zoomede wijziging van de artikelen 37, eerste lid en 45 dier wet. SDe Minister geeft gaarne de verzekering, dat niet bedoeld is niet de verhooging der premiën voor het bootwerkers bedrij f ook de mogelijk bij andere bedrijven geleden verliezen te dekken. Het is nog niet bekend welke andere bedrijven een tekort en welke een verlies hebben opgeleverd. Het verwijt dat door den Min. reeds lang tot verhooging van de indeeling yan het bedrijf van laden en lossen van schepen had behooren te zijn overgegaan, acht de Min. niet gegrond. SEr bestond geen aanleiding die verhooging te bevorderen, zoolang de noodzakelijkheid daarvan hem onbekend was. Het bestuur der Bank acht de afwijkingen voor andere bedrijven te gering om op grond daarvan reeds thans een gewijzigde classificatie te bevorderen. Het bankbestuur heeft voorshands evenmin aanleiding gevonden in overweging te geven, verhooging der premiën voor nauw aan het bootwerkersbedrijf verwante bedrijven te bevorderen.

De voorgestelde wijzigingen van enkele artikelen kunnen geen uitstel lijden, wil men ten spoedigste het toenemen van het tekort, veroorzaakt door het bedrijf van laden of lossen van schepen, voorkomen. Om deze redenen heeft de Minister het niet raadzaam geacht deze wijzigingen op te nemen in het wetsontwerp tot technische herziening der Ongevallenwet, dat spoedig de Kamer zal bereiken. In laatstbedoeld ontwerp zijn verschillende wijzigingen opgenomen, welke van belang zijn voor werkgevers en werklieden. Dé bewering dat er audere oorzaken voor het tekort zijn dan de talrijkheid van ernstige ongevallen, kan ten deele worden toegegeven, maar de beteekenis dezer oorzaken is niet van overwegenden aard. Op de controle der loonlijsten werd gewezen. Een behoorlijke controle daarop zal zeer. bevorderd worden, indien art. 45 der wet, dat aan den [ werkgever de verplichting tot het houden van loonlijsten oplegt, nauwkeuriger dan thans het geval is, diens verplichting omschrijft. Om daartoe te geraken heeft de Minister een wijziging in het ontwerp gebracht, waardoor de verplichtingen van den werkgever ten aanzien van het houden der loonlijsten nauwkeuriger zijn omschreven.

Dat cumulatie van renten tot uitkeeringen leidt, welke het loon overtreffen en dat dit verschijnsel zich in het bijzonder voordoet bij het bedrijf van laden en lossen van schepen kan niet worden ontkend. Het maakt dan ook een punt van overweging uit op welke wijze door wetswijziging eene billijke oplossing in deze aangelegenheid mogelijk is. Als derde oorzaak van het tekort was genoemd de hooge rekeningen van geneeskundigen en apothekers. De rekeningen van de apothekers zijn zelden hoog, die der geneeskundigen dikwijls betrekkelijk hoog. Het Bankbestuur waakt tegen opdrijving. Het maakt thans nog een punt van overweging üit, of ook ten aanzien van andere bedrijven dan dat van iaden of lossen van schepen eene indeeling in gevarenklassen moet worden ingevoerd, waarbij het midden-percentage van elke klasse weergeeft het normale gevaar van elk bedrijf, dat in die klasse valt, zonder het aantal gevaren - cijfers binnen elke klasse te beperken. Nog heeft de minister een wijziging aangebracht van het eerste lid yan art. 37 der wet, welke vooral zal ten goede komen aan een betere indeeling van ondernemingen, waarin het bedrijf van laden of lossen van schepen wordt uitgeoefend en dientengevolge er toe zal bijdragen dat de financieële nadeelen, welke uiti de thans gevolgde wijze van indeeling voor de; Bank voortvloeien, zooveel mogelijk worden] weggenomen. »