,11?) Uit de navolgende voorschriften kan nader blijken hce de toak dei p.ilitje te Londen wor-dt opgevat. De constable is verplcht, sinaasappelschillen, op de straat geworpen, weo- teiuimen, daar men anders licht er op uitglijden kan Hy meet zTgen, dat er niet wordt gehoepeld en geen vliegeis worden opgelaten in de straten, vermits dit ongelukken kan veroorzaken; dat er geen barde voorwerpen worden gewerpeu door de roosters der riolen; dat kelderluiken in detrotioi s behoorlijk ge.-loten zyn; dat er geen vuilnis enz. in de brievenbussen wordt geworpen; dat het plantsoen niet beschadigd wordt; datin drukke buurten geen lange ijzeren staven en dergelijks gedra-en werden over de trottons; dat er inde straten niet geworpen wordt met stetjnen, vitriool enz, dat er niet uieer eau noodig geschreeuwd wordt bij het drijven van \ee naar de beestenmarkt; dat nergens dc passage onnoedig ges'remd wordt; dat er geeen steenen worden geworpen op de spoorwegen en vau de bruggen ovei den Teems iv het water; dat er geen vuurwerk wordt algesteken of te koop gesteld, waar dit gevaarlijk is te ach ten, en zonder de noodige vergunning, enz. Des nachts moet de constable cok tegen straatschenderijen waken en, indien hij terneene woordeu ep deuren of muren ziet, dis ongemerkt uitvegen. Meermalen daags worden aan de chefs uit de verschillende divi_ë.R door middel vau den druk de noodige mededeelingen gedaan. Zij worden ter kennis van de constables gebracht, wanneer dezen in het station aangetreden zyi, om naar hun wijken af te marcheeren. In korten tijd ueteu zoodoende alle dienstdoende constables, op wien of waarop zij bijzonder te letten hebben, Des nachts worden de berichten schriftelijk gegeven en verspreid. Voer die verspreiding, hetzij des daags, hetzij des nachts, bestaat een behoorlijke dienstregeling. Het tehoeft nauwelijks gezegd te worden, dat een politieblad (Police gazette) niet ontbreekt. De c ommissione r pleegt constables, die belast geweest zijn met de opsporing van daders van diefstallen en andere belangrijke misdrijven, 'persoonlijk te ondervragen, teneinde zich te overtuigen, dat zij het noodige hebben gedaan. Hun wordt voorgehouden, dat het meer of m:n beFaugrrjke van een diefstal niet afhaugt van de waarde van liet ontvreemde, en dat het beste middel, om groote diefstallen te voorkomen, hierin bestaat, dat men de dieven pakt vóórdat zij zich verder geoefend hebben Ingeval ecu onderzoek most worden ingesteld in een huis, waarin een moord of diefstal is gepleegd, mag de con stable uiet handelen «onder vooraf door den superintendant te zij.i iugeliiln. Een nuttig voorschrift is dit, dat de constable alsdan nauwkeurig de plaats moet opnemen, opdat hij later als getuige voor dtn rechter volledige veiklaringen kunne afleggen. Niet minder nuttig en eigenaardig is het volgende voorschrift-, ingeval er een onderzoek moet geschieden naar de overeenkomst van de schoenen of laarzen van een verdachte met gevonden voetsporen, mag de schoen of laars nie; iv die sporen gelegd worden, naardien deze daardoor onduidelijk zouden kunnen worden, maar moet de schoen of laars naast het voetspoor in den grond worden gedrukt, waarna men het spoor tn het nieuwe indruksel nauwkeurig behoort te vergelijken. Alle beambten, die dienstverrichtingen te vervullen hebben, welke hen verhinderen vóór etenstijd of vóór det nacht terug te zijn genieten geldeljke schadeloosstelling volgens een tatief. Zien wij thans, welke bevoegdheden aan den constable zijn toetekeud, Wij zullen de w^orlen felony en misdemeanor moeten gebruiken, welker beteekenis aan velen onzer lezers wel onbekend zal zijn. Men wete daarom, dat, gelijk onze Code Pe'nal onderscheid maakt tusschen crimes, délits en con tra vent ion s (misdaden, wan! edrijven en pjlitieovertiedingen), het Engelsch rer-hi felonies en misdemeauors onderscheidt. Tot de ieloiiies behooren dl zwaarste misdrijven, strafbaar met deu dood of pen ai servitude, een gevangenisstraf, in gevoeld ter vervanging van de snaf van deportatie. Moord, aood-ilag, d.<-f=tal, loof, brandstichting, zakkenrollerij en iieli.g zijn felonies. Tot mi sd; me auors rekent men minder zware misdrijven, zooals _eineed, laster, vech eiij, oproenge beweging en poging tot feiony. Intusscheu wordenr„__'ge misdemeauors evenzeer als felonies met levenslange penal servitude gestraft, waarbij nog, vrouwen uitgezonderd, zweepslagen gevoegd kunnen worden. Daarentegen behiorcn tct de misdemeauors vele misdiijvtE, welke naar ons recht politieovertredingen zijn. De cou stable is bevoegd tot het arresteeren van een ieder, die op heeterda.d betrapt is bij het plegen van felonies en van een aanial misdemeanors, bij de wet aaogeduid. Maar dit niet alleen Hy is daartoe ba voegd ook. wanneer hij voldoende redenen meent te hebben om het er vcor te houden, dat iemand felony zal plegen; bijv., als hij iemands leven door een beschonken persion bedreigd acht; als hij iemand aantreft met loopers, bre, kijz.rs enz., welke vermoedelijk zuilen d:enen om in te buken, of met wapenen, waarschijnlijk bestemd om iemand aan te vallen; ' als hij iemand op een plaats, in een stal of koetshuis, in een pakhuis enz. vindt, vermoede.yk met kwade bedoelingen daar verscholen. De instiuc tic leg! wijselijk: ..Irr 3l zulke gevallen moet de con sta bI e uit den tuestar d en .het gedrag van deu persoon zijn bedoelingen opmaken. Iv «omm;ge gevallen kan geen tuijlel bestiao, bijv., wanneer de persoon een b, kende dief is of 'stmeuweikt met lieten, die als dieven bekend ziju; wanneer men iemand in het gedrang de hand ziet steken ia eens anders zak, cf iemand pogingen ziet doen om m te breken of eenig goed aan den eigenaar te ontfutselen. De constable moet, wanneer de k-ade bedoeling met duidelyk b'ijn, nooit ha.et.g zijn, maar er zich toe bepaleu om dm veidachte heimelyk na te «aan, ten einde zoodoende d.ens plannen gewaar te worden." Heeft de constable iemsud gearresteerd, die naar hy meende, felony had g plee>'d doch lateronschuldig bleek, dan behoeft hy.zich niet oujreVast'te maten. „Al is er geen aangifte geschiedt", zoo luidt de mstucrie, „zoo moet de cou stable niettemin dtn persoon, dien hij vau felony veidacht houdt, anes leeren; en als hij redelijktn grond tot. verdenking had, zal hij zich ditaTniede rechtvaardigen al blijkt naderhand, da, er geen felony is gepleegd. Maar de constable moet bij het algaan ep eigen vermoedens vooiziehtig zijn. In net algemeeu mag de constable op de bescherming der wet rekenen, als hij bij de vervolging van een overtreder inu'chtig en eerlijk en niet uit bijz ndere beweegredenen cf kwaüjkgezindheid heeft gehandeld". Ock het vermoeden vau derden wettigt de arrestatie. „De constable moet deu persoon arresteeren, dien hij een felony ziet liegen, of fUca ecu auder bepaaldelijk van felony beticht of deu een ander verAeakt van felony te hebben gepleegd, wanneer dat veimc-edeu den constab Ie gegrond schijnt en de klager of aangever met den constab Ijs en den verda-hte wil „edetaan (naar het politiestation) . Il ieniaDd, die vermoedelijk gestolen goed te koop of'ter beleening sanbood, aangehouden, dan is de constable, die ter assistentie geroepen wordt, verplicht, wanneer de veidenking hein gegrond schijnt, den verdwsbte over te nemen en op te brengen. De constable mag eenieder, die vermoedelijk gestolen vervoert, of voertuigen, vermoedelijk gestolen «oed bevattende, aanhouden en doorzoeken, ve rronstable arresteert akijd personen, die hij eeuige overtreding ziet plegen en wier naam sa woonplaats hem onbekend zijn. Vmdt hy tusschen zonsondergang en 8 uur in den morgen op den opeubaren weg, een erf of eeoige andere plaats iemand liggen of toeven, die geen behoorlijke ophelderingen kan geven cmtrent zijn persoon en zijn tegenwoordigheid aldaar, dan is reeds hierdoor de arrestatie van zoodanigen persoon gewettigd. Aan superintendants, inspectors en se rjeants is het recht verleend om, zoo dikwijls zij gegronde reden hebben om het er voor te houden, dat f e 1 on y is gepleegd of zal gepleegd worden op een schip of in een vaartuig, liggende iv de Teems of een der dokken, te allen tijde, by nacht of bij dag, zich te begeven op het scbip of vaartuig, daar alle maatregelen te nemen, welke tot voorkoming of ontdekking van het misdrijf kunnen leiden, en de verdachten te aTresteeren. Meent de const a b 1 e tot een arrestatie verplicht te zyn, dan moet die ook tot eiken prijs uitgevoerd worden. Gaat de van felony verdachte op de vlucht, dan moet de constable hem overal vervolgen; neemt de verdachte de wijk in een huis, dag mag de constable de deur openbreken, wanneer hem die, na bekendmaking van zijn qualiteit en van het doel zijner komst, niet wordt geopend. Op die wijze kan de constable zich ook toegang ver chaffen tot een huis, waarin wel geen felony is gepleegd, maar bijv., geweldig gevochten wordt of waar personen binnengegaan zijn, die daar vermoedelijk felony zeilen plegen, terwijl de zaak spoed vereischt en er geen ander middel is om in zulk een huis te komen. Roept de constable de hulp van and.ren in tot het bewerkstelligen van een arrestatie, dan is een ieder verplicht hem bij te staan.
Arrestatie is ook plicht in geval van vechtpartijen en ongeregeldheden, onder het cog van den cons t able gepleegd. Bij amgiftevan lichte aanrandingen, waarvan de constable zelf niets gezien heeft, mag geen arrestatie geschieden, dan op rechterlijk bevel; zijn zij van ernstigen aard (aggravated assaults), danis de bloote aangifte voldoende, mits het feit paj gepleegd zy. Het spreekt vanzelf, dat de constab 1 e ock bevoegd is om een ieder te arresteeien, die zich schuldig maakt eenig feitelijk verzet tegen hem, hetzij bij een anestatfe, hetiy' in de waarneming vau zyn dienst in let algemeen. Aan den constable is uitdiukkely'k de bevoegdheid toegekend om ook hem te arresteeren, die een misdemeanor pleegt, welke aan de kennisneming van den police magistrate, die oordeelt over tal van lichte overtredingen, is onderworpen. Evenzeer mag de constable door arrestatie zulk een misdemeanor beletten; bijv., als lieden een vechtpartij willen beginnen, hetzij op straat, hetzij binnenshuis. Ook in zoodanig geval mag hij de voor hem gesloten blijvende deur openbreken. Voor de uitvoering van de arrestatie heeft de constable bij misdemeanors dezelfde bevoegdheid, als wanneer het de zwaarste felonies geldt. Ten aanzien van straatslijpers en gemeen volk (loose, idle and disorderly persons) heeft de constable de ruimste bevoegdheid. Zulke lieden kunnen wegens elke oveitreding of verstoring van de openbare orde, en zelfs bij het vermoeden, dat zij zich daaraan willen schuld'g maken, gearresteerd worden. Bedelaars mogen niet geduld worden. Heeft de constable iemand gearresteerd, dan is hij verplicht, hem, geboeid of niet, vast te houden en zoo te geleiden naar het station. Het is hem ten strengste verboden, onnoodig geweld te gebruiken. Aan het station wordt van de zaak een proces-verbaal opgemaakt en aan den bevoegden rechter gezonden. Gdldt het zaken, welke tot de kennisneming van de poli ce - magi str ates te Londen behooren, dan wordt de aangehoudene, wanneer de zitting nog niet gesloten is, onm ddellijk voor den rechter gebiacht. Is de arrestatie echter na dien tijd gedaan, of ontbrak den rechter de noodige tijd om de zaak af te doen, dai wordt de gevangene in een der cellen van het station opgesloten, om den volgenden dag, of des Maandags, wanneer de volgende dag een Zondag is, voor deu "reuter te werden geleid. Bij lichte misdrijven en overtredingen is de inspector aan het sta'ion bevoegd, wanneer hij dat goedvindt, den aangehoudene onder borgtocht te ontslaan; geldt het echter misdrijven van meer beteekenis, dan ma» hy hem die gunst niet toestaan. Dit ahes geldt ook voor het geval, dat iematid door een bijzonder persoon is gevat, of wel ep diens verzoek door een constable, zonder dat deze getu.ge is geweest van het feit, deu verdachte telastgelegd. Doch dan is de klager of aangever ook verplicht, het procesverbaal, dat de inspector opmaakt, te ondeiteekenen. Weigert hij dit, dan mag de verdachte n^t in hechtenis gehouden worden. Wordt de aangehoudene door den aan-ever van f e lony of een zwaar misdemeanor beticht, en geschiedt de aangifte na de sluiting van de terechtzittingen dei mag'strates, dan kan de inspector vorderen, dat de aangever zich schriftelijk verb nde tot het verschijnen voor den rechter tegelijk met den verdachte,' en, bij weigering daarvan, den aangehoudene in vrijheid btellen, met of zonder borgtocht, al naardat hij dit noodig acht. Het gebeurt menigmaal, dat de strafrechter de verdere behandtling eener zaak schorst, teneinde gelegenheid te geven tot het nader opsporen van bewijzen. In dat geval wordt de aangehoudene niet naar het politiestation teruggebracht, maar in een gevangenis opgesloten. Zoolaig de aangehoudenen inde cellen van het politiestation worden bewaard, moeten zij om het halfuur door een co u s t a b 1 e bezocht en van het noodige voorzien worden. liet is streng verboden, hun ia dien tijd bekentenissen af te persen of, onversjhUl'g wie daartoe aanzoek doet, hen lichamelijk te tuchtigen. Doordien het tot de eerste plichten van den c onstab Ie behoort, zich bekend temaken met de ges'eldheid van zijn wijk en met al wat er in omgaat, en verdachte personen in het oog te houden, is het publiek menigmaal in de gelegenhe d, de vruchten van de werkziamheid te zien. Niet zelden verneemt, men van een s upe ri n ten dant (waut de constab Ie moet zich bepalen tot het rappor - teeren van hetgeen hij te dien opzichte te weten komt), dat men een persoon in dienst heeft genomen, voor wien men zich wel gewacht zou hebben, indien men mat zyn antecedenten bekend ware geweest.
De bibliotheken in de politiestations en de opleidingsklassen, waarvan wij hebben gesproken, bewijzen genoegzaam, dat men voor het politiepersoneel zorg draagt. Dit blijkt ook uit bepalingen als deze, dat, wanneer een constable, van den nachtdienst teruggekeerd, rapport maakt zelfs van een felony, en een nader onderzoek noodig i^, lu m geen werkzaamheden mogen woiden opgedragen, opdat hij rust kunne nemen, ter wille waarvan zelfs uittel van de behandeling der zaak aan den Techter kan worden gevraagd; dat den constable ook na den dagdienst, wanneer hij iv reserve moet blijven, zooveel mogelijk rust behoort te worden gegund; dat in geval vau^ overlijden van een constable een Inschrijving voor de achtergelaten betrekkingen mag worden geopeud onder de kamt racen, met bepaling ecuter, dat ieder niet meer dan een stuiver mag bijdragen. Dat het publiek de diensten der politie weet te waardeeren, blijkt uiteen dagorderals deze-. „De c ommissi o ver smaak' de voldoening van ter kennis van de politie te kunnen brengea, dat hy van heeren en respectable personen vele goede getuigenissen heeft ontvangen ten aanzien van den meed en het beleid, door haar Donderdag 11. bettoiad, bij gelegenheid dat zy in verscinllendt; wijken werd aangerand; en~dat hy' hiervan mededeling heefo gedaan aan den minister van binnenlandsche zaken, die hem heeft opgedragen, aan de pol.tic kenbaar te maken, dat hij dit rappoit met veel genoegen heeft ontvangen". Hierop volgde era pcar dagen later de mededeeling, dat de commissioner van yslen geld had ontvangen, voor die constables bestemd, die zicj} bijzonder onderscheiden hadden, welke giften liij het best oordeelde, onder hen, die gekwetst waren, te verdeelen.
"Politie te Londen.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1873/09/23 00:00:00, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 17-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010297720:mpeg21:p002
"De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1873/09/23 00:00:00, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 17-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010297720:mpeg21:p002
De dood van den rooverhoofdman Scaliae, heeft de provincie Calabrie niet veel voordeel aangebracht, daar de bende een nieuw opperhoofd heeft gekozen en het roovers bedrijf met niet minder vermetelheid voortzet. Dezer dagen drong zy zelfs tot onder de muren van de hoofdstad der provincie Catanzaro door. De vrouw van Scaliae bevond zich bij de bende, toen hy werd doodgeschoten. De roovers besloten daarop ook haar te doodeu, maar de troonopvolger van haar man Gesualdo Donato, beschermde haar en stelde haar in de gelegenheid naar Castagna te vluchten. Daar werd zij echter herkend en gevangen genomen. Het is een robuste vrouw, die deelgenomen heeft aan de koenste ondernemingen van haTen man, o. a. aan de verwoesting van eenige dorpen, landhuizen en wijnbergen. Gok uit Hongarije en Slavonië worden tegenwoordig de avontuurlijkste rooverontmoetingen gemeld. Eene familie die den 7 Juli van Bastari naar Daruvar reed, werd door zes goedgewapende roovers aangehouden. Zy eischten de overgave van geld Toen het hoofd der familie verklaarde, dat zy' geej geld bij zich hadden en de roovers zich van de waarheid daarvan overtuigd hadden, zeide de aanvoerder-, dan hebben wij ons vergist, wij wachten iemand anders. Zy' achtten het niet der moeite waard een gouden horo.oge en een ketting mede te nemen, alleen de tabak en sigaren werden geconfisceerd. Zij vergden de belofte dat het gebeurde niet zou worden verraden en lieten toen het rijtuig ongehinderd vertrekken. De doodelijk verschrikte familie haastte zich, te Daruvar aangekomen, om de gendarmerie te waarschuwen, ten einde te pogen den persoon op wien de aanval gemunt scheen, te redden. Deze vond echter geen spoor van de bende.
"Rooverbenden.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1873/09/23 00:00:00, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 17-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010297720:mpeg21:p002
30 Juli. In den gemeenteraad heeft een merkwaardige quaestie de gevoelens zoo zeer veideeld, dat men er gisteren geen beslissing in heeft kunnen nemen. De zaak is deze: Sedert i Juli 187 f bestaat hier een Vereeniging van de officieren onder bescherming van de ministers van oorlog en van marine. Die Vereeniging welke zich gemeenschapj.elijken arbeid en jtezellig samenzijn ten deel stelt, is tot nu zeer armoedig gehuisvest, want even als de Oostenrijker, die iv de Opéra comique zingt: dans Ie service de V Aulriche Ie mililaue n' est pas riche, kan ook de Fransche officier niet bogen op m.me verdiensten. Daarom heeft de bewuste Vereeniging zich gewend tot de stad Parijs met verzoek dat haar gratis weide afgestaan het gebouw, waarin voorloopig de kanselarij van het Legioen van Eer is gevest gd en dat weldra weer keg zal komen. Dit gebouw, staande op het plein Veudome, zou voor een officieren sociëteit uitstekend zijn. De rapporteur, het raaiisbd Thuhé, heeft iv gunatigeu zin geadviseerd, maar de prefect heeft de petitie bestreden, op groud dat oflioierengezelschappen gelyk staan met alle mogclyke burgersociëteiten. Andereu hebben op Ryssel, Reuaan, lyon en Streatsburg gewezen als voorbeelden. Ook daar hebben de gemeenteraden sommen beschikbaar gesteld, te Straatsburg o. a. 400,000 fr, of gebouwen afgestaan voor clficierssocieteiten. De pers 's over het algemeen het verzoek der officieren gunstig gezind, op giond vooral dat het nuttig voor hen is, indien zij zuoveel mogelyk bijeen blijven. Generaal baron Mautuutfel, kommaudant van hetDunsche bezettiugsleger in Frankryk, heeft, vóór dat hij Naucy Vciliel, aau den m_re voor de ga-.thu.Lzeu dier stad fr. üO,(JUU getchoukcu. JSauwelijks was dit ter corc gekomen vau de maatschappij vau bescherming der Elzassers en Lothxringers of zy heett liaien president, graaf d'llaussouville, gemachtigd eveneens fr. 20,000 aau den maire vau Naucy te zenden, opdat deze die som aau den gemeenteraad te Metz zou doen toekomen, met verzoek ze ouder de ongelukkgvu in die fctad ie verdeelen. Op deze wijze werd het Naucy gemakkelyk gemaakt het gescher k van deu Duitscher "aau te nemen, dewyl nu aan de Duitsche stad Metz werd teruggegeven wat de Fianscae stad Naucy ontvangt. Wanneer de rivaliteit tusschen twee volken zich slechts openbaart in het welJoen aau de armen, zal zeker niemand den wensen uiten dat zij spoedig ophoude.
Het schijnt dat de inanneu der commune, die in den beginne onvindbaar waren, van lieverlede boven water komen, maar zij vergissen, zich als zy meenen dat het oog der politie van hen is afgewend. Gisteren is weder een be langrijk personaadje uit dien tijd de tiisle tnémóire gearresteerd, namelyk zekere Joly, die zich met den nederigen post van düekteur der tabaksfabrie ken had tevreden gesield, misschien wel om gratis te kunnen rooken. De man had zich nu als zaakwaarnemer gevestigd in een buurt, waar hij zich onbekend waande. Aau de school voor schoone kunsten heeft de heer Morot, leerling van Cabanel, den grooten prijs van de schilderkunst gekregen, de heer I'onsau, eveneens leerling van Cabanel, den eersten tweeden grooten prijs en de heer Itixens, leerling vau Geiöme, den tweeden tweeden prijs. Het onderwerp was het eerste deel van den psalm : Super fiumina Babylonis. Mtn zal nier de voortreffelijke Brusselsche manier van het nummeren der huizen gaan invoeren.
Den 1 September a. s. zal te Parijs een oriëntalistenkon"i'es bijeenkomen, waaraan zulieu deelnemen gedelegeerden van Frankrijk, Engeland, Nederland, België, Pruissen, Noord Amerika, Italië, Spanje, Portugal en Zwitserland. De rechtbauk te Castelnaudaiy heef; dszer dagen een ingezetene vau la Be'cède Lauiagnais (bij Carcassonne) veroordeeld tot eeue boete van 10 fr., omdat hij, bij het voorbijtrekken eener processie, geweigerd heeft het hoofd te ontblooteo, waartoe ecu keikelyk beambte hem had aangemaand.
"Nieuwtjes uit Parijs.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1873/09/23 00:00:00, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 17-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010297720:mpeg21:p002
]\lad. Jeannette itobin, eeue schooue blondine van 20 a 2 5 i,aar, voer onlangs met de stoomboot van Calais naar Dover. Haar lijdend voorkomen' wekte de bezorgdheid van de overige passagiers en men vreesde dar. de zeeziekte een crisis zou verhaasten, die, te oordcelen naar het uiterlijk voorkomen van de dame, bovendien niet lang meer op zich zou laten wacliteu. De overtocht geschiedde tchter gelukkig nog konder ongeval en zoodra zij aan land stapte, zette men haar voorzichtig in een armstoel, terwijl men diep medelijden had met de arme vrouw, die jammerlijk steunde. E.n op deu havendam staande beambte scheen zich echter bijzonier voor de scnoone Fraacaise te interesseeren. Hij naderde haar, bood haar heel beleefd zijn hulp aan terwijl hy verklaarde eenge geneeskundige kennis te bezitten, eu ofschoon de dame hem verzekerde dat zij zich weer beier gevoelde en dringend verzocht haar naar een hotel ie diaken, zoo wist hij haar toch te overreden, dat dit niet zonder gevaar kon geschieden. De lijderes, zwichtende voor die philanthropische autoriteit, werd nu in een z.ijkamer van het tolkantoor gedragen en onverwijld werd een baker ontbuden. En geen kwartier verliep er, of de dame was "elukkig verlost van twee mautilles, vijftien kanten sluiers, zeventien stuks kostbare kant, twaalf paar zijden kousen, zeventien stuks baud en vier doiijn zy'den zakdoeken. Moeder en kinderen zijn naar omstandigheden welvarende. '£e jjerlijn is de nieuwe lijst der Duitsche marine uit"e— In den nacht van 21 op 22 Juli is in het dorpje Giersleben bij Dessau een afgrijselijke misdaad gepleegd. Zekeren kastemaker aldaar, Albrecht genaamd, bewoonde als huurder met zjjn gezin het boyengedeelte van het huis van den timmerman Wallach. In genoemdei nacht heeft Ab brecht zijne woning in braud gestoken, en nog vóór dat de vlam uit het dak sloeg zich in veiligheid gebracht, zonder zich te bekommeren over de redding van zijn gezin — vrouw en zes kinderen — die sliepen. Ecu werkman, onder de eersten op de plaats des cnheils, beproefde driemalen tot de kamer, waarin zij lagen, door te dringen, maar de heftig uitslaande vlammen eu verstikkende rook dreven hem terug, en kort daarna stortte een deel van het dak in. In de meening dat de ongelukkigen reeds waren omgekomen, daar op zijn herhaald roepen geen antwoord volgde, gaf hij zijn pogen op. Na eenigen tijd echter vernam men hulpgeschrei, en door daar ter plaatse aangebrachte ladders bereikte men toch de ongelukkigen. Doch de vrouw stierf onder de handen der redders, en na eenige uren ook twee der kinderen: de anderen verkeeren nog in levensgevaar. Albrecht is onder vermoeden vau opzettelijke brandstichting en voorbedachten moord, in hechtenis gebracht en aan het kreitsgericht te Bernbrug overgeleveid.
"Gemengde Berichten.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1873/09/23 00:00:00, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 17-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010297720:mpeg21:p002
NLI. (Slot.) „Weet ge wel," zei Kapitein Courtland tot zijn vrouwtje, toen zij na hun huwely'ksreisje eens op een mooien dag naast elkander zaten boven op een piramide van rotsblokken, die de een of andere reus van voor Adam's tijd aan het strand van Devonslire spelenderwijs op elkander had gegooid;—„weet ge wel, dat het mij niets verwonderen zou, als die Heaihcote verliefd was op Anna?" „Och," riep Linda voorbarig uit, „Anna is geboren om als een oude jongejuffrbuw te sterven." „En waarom?" vroeg Courtland levendig, alsof hij daar iets verschrikkelijks in vond. „Anna is te goed voor een man" preekte zijn vrouwtje, waarop Frank hartelijk begon te lachen en haar ten antwooTd gaf: „Dan mag ik n wel dankbaar zijn, dat gij over u zelve een ander oordeel hebt gehad." „Och neen" ging Linda voort, terwijl zij ernstig bleef; „ik heb het ook wel eens gedacht, dat zy' verlield op elkander waren; maar, als 't zoo is geweest, dan is er iets verkeerd geloopen; en ik ben het met hem eens, dat als de wielen, zooals hij dikwijls zeide, eens uit hun spoor geloopen zijn, het niet zoo gemakkelijk is ze er weer in te krijgen. . )ja> — maar ik weet het toch nog niet; —ik geloof, dat hy' wel de man is om voet bij stuk te houden." „Anna zal nooit trouwen," zei Linda weer beslissend. „Nu, om wat gewed?" vroeg Courtland, die even als alle gelukkig getrouwde mannen den ongehuwden staat verschrikkelijk vond. „Om wat ge mar.r wilt," antwoordde Linda, verzekerd de weddenschap te zullen winnen. „Nu, dat is goed; — als ik het win, dan neem ik de langs'e krul van uw haar." „O, ik ben er niets bang voor ; ge zult het toch niet winnen," en Linda liet er niets vau meiken, dat de zaak haar nu tcch wel wat te ernstig werd.— „Eu Hariy met Ombra? — daar schijnt ook nog maar niets van te komen," — vervolgde Frank — „het is alsof die lucht van Strathgyle niet heel goed is voor die soort van zaken; ik heb het er gelukkiger afgebracht." „Ombra is n;et zooals andere meisjes" melkte Linda op. „Eu Anna, die te goed is voor een man, is ook al niet zooals andere meisjes; hoe moet ik dat nu begrijpen?" „Ja, maar Anna en Ombra verschillen hemelsbreed van elkander," was Linda's antwootd. „Dus moet ik daaruit opmaken, dat de zaakjes voor llarry neg zoo kwaad niet staan?" „Ja, — maar hij zal nog wat geduld moeten hebben, denk ik." „Arme llarry!'' En nu wandelden zij naar huis, of laat ons liever zeggen met het oog op de gesteldheid van het terrein, klauterden zij naar huis en vonden den postbode voor de deur. „Brieveu!" riep Linda met blijdschap uit, nieuwsgierig om te weten, hoe liet op Strathgyle ging. Zij zette haar hoed af en ging voor het open venster zitten lezen. Courtland had slechts even de korte brieven ingezien, die aan hem waren gericht, en zat nu geduldig te wachten ep het nieuws, dat zijn vrouw hem vertellen zou. „O, Frank" — riep ze eensklaps vrcolijkuit;. — „alles is in orde!" „Wat is in orde?" vroeg hy haastig. „Wel, Anna en Mr. Heaihcote! O! ik ben zoo blijl zij hebben al lang elkauder lief gehad, schrijft tante Alison, eu ze zijn er allen zoo mee ingenomen, — ook die goede papa!" En L;nda was uitgelaten van blijdschap,— maar sprak geen woord van de weddenschap, die ze verloren had. Zij g'ng voort met lezen, terwijl haar man dood bedaard en heel voorzichtig haar werkmandje ten onderste boven haalde. „Niet doen;" zede zij, hem angstig afwerende, toen hij vlak voor haar kwam staan. „Ik heb de weddenschap gewonnen" en hy toonde haar de schaar, die hy uit het mandje had genomen. „Och Frank, wat zijt ge wreed! — is het net al mooi genoeg voor u, dat ge gelijk hebt gehad?" „Beken dan nu ook, dat gij zoo dikwijls ongelijk hebt," eischte hij, en hield haar de schaar dreigend boven het hoofd. „Ja, ja," gilde zij; „ge hebt gelijk en ik heb ongelijk ; en ik ben er heel blyde om." ..Zie zoo." eu hij ging weer zitten; nu mijn oppergezag we.li voor altijd is hersteld, zal ik maar eens edelmoedig zijn, en niet nemen, waar ik recht op heb." „Ze zullen spoedig trouwen," las Linda verder voor; de "dokters hebban Mr. Heathcote aangeraden om zes volle maanden lust te houden; twee zijn er al van om; nu wil hij voor de rest van den tijd op reis gaan en zijn vrouwtje medenemen, — dat vind ik wel aardig. " „Als ik er goed over nadenk," — merkte Courland op, met een gezicht alsof hij de erstigste zaak van de wereld te bespreken had, — „dan moet ik toch zeggen, dat ik niet gaarne in de plaats van Heathcote zou willen zyn. Ik zou liever niet getrouwd zijn met een vrouw, die altijd zoo voorbeeldig goed is Ik houd meer van een vrouw, die van tijd tot tijd, al is het maar een enkele keer, ook eeus ongelijk heeft, — zooals mijn vrouwtje bijvoorbi elll" „En ik" — gaf Linda op hare beurt te kennen — „ik b;n blij, dat ik niet Anna ben. Ik zou niet gaarne een man hebben, die eerst eens een been moet breken, en dan daarna nog een tijdlang ziek moet liggen, voordat hij merkt, dat hy' verliefd is. Maar alle gekheid op een stokje, — ik vind het een heel goed paar." „Dat vind ik ook" stemde Courland toe. „Vaar zeg nu. aan de meid, dat zij de koffers pakt, warit we zullen ecu
reisje naar Schotland te maken, om hun onze opinie eens mondeling meê te deelen."—
Tien dagen later kwam HeatLcote in Londen terug, om de papieren voor het huwelijk in orde te brengen. Toen hy op zekeren morgen in zijn „cab" stapte om naar zijn kantoor te rijden, kwam er juist iemand zijn deur voorby.
„Holla, Mitcheil!" riep onze advokaat hem toe ;—want hij had den ho-chwachter op het eerste gezicht herkend; — „wat duivel komt ge hier in Londen doen?"
„Goeden morgen, mijnheer," groette Mitcheil; „ik wil u even spreker, mijnheer. Tk 'oen hier gekomen met den pleizier trein naar Crystal palace en dacht, dat het een goede gelegenheid was om eens bij n aan te komen. In het logement te Dover, waar u hebt overnacht, heeft men mij uw adres opgegeven uit. een dik boek, waariu de na men staan van al'e menschen, die in Londen wonen; — dat zeiden ze mij ten minste. En als ik u voor een paar minuten spreken mag, dan zal ik maar met u meerijden naar het kantoor." Hij gaf den Koetsier een wenk, en ging op het achterbankje staan.
„Neen, Mitcheil, kom liever binnen zitten" zei Heathcote, en liet dan koetsier uitstappen, van wien hij de teugels overnam. „Wel, wat hebt ge mij nu te vertellen? Hebt gij in het een of onder gevalletje mijn hulp soms noodig?"
„O, neen, dank u wel mijnheer; maar ik heb iets op mijn hart, dat er af meet; want het hindert me; — en nu dacht ik, dat ik 't best deed mij tot u te wenden." „En dat is?" *^
..Mijn vrouw" — gmg Mitcheil voort — „wilde liever hebben, dat ik er maar van zweeg — „hoe meer men zwy'gt, hoe minder men te verantwoorden heeft", zegt zij; en „die zijn brood met hard werken moet verdienen, die doet beter zijn mond ie houden eu zijn oogen dicht te kny'pen. De zaak is al lang vergeten en waarvoor is het noodig oude koeien uit de sloot te halen; ge zult er maar moeilijkheden mee krijgen en anders niets." — Dat kan mij niet schelen, zei ik; recht is recht, en voor een jonge dame komt bet er veel op aan. Ik heb geen rust voordat ik gezegd heb, wat ik weet; -— en daarom ben ik hier gekomen, mijnheer?"
„Maar wat is dat dan, Mitcheil" herhaalde Heathcote een weinig verstrooid, want hij had rraar half geluisterd naar die langdradige in'eiding.
„Wel mijnheer, het was Miss North niet, die ikdikwyls heb zien wandelen met den hr. Percy Amyand; ik heb het vroeger wel gezegd, omdat ik toen ook dacht dat het zoo was. Maar nu ben ik te weten gekomen, dat. ik mij vergist heb — ik mag niet vertellen hoe. Het was die andere jonge dame."
Wie dan?" vroeg Heathcole nu met de meeste belangstelling.
„Miss St. John, mynheer; — u weet, dat zij beide een gryzen mantel droeg:n, zy en Miss North, en Miss North was meestal uit; en daardoor komt het, dat ik my vergist heb. En dat spijt mij genoeg, mijnheer."
Nog nooit in zijn leven was Mitcheil met zooveel on derscheiding behandeld geworden als dien margen. Hij had met Mr. Heathcote aau de luneheon-tafel gezeten in de grjote Club; daa-na had de advokaat zelf hem in de cab naar Cryatal Palace gebracht, en hem toen nog vijf pond voor zyn kinderea in de hand gestopt Maar etn paar weken later toen de kerkklok geluid werd voor de afkondigingen van Anna's huwelyk, toen werd het Mitcheil duidelijk, waarom Mr. Heathcote zoo vriendelyk voor hem was geweest.
Het huwelijk zou te Ediuburg voltrokken woiden, uit tante Alison's huis, waar Anna haar kinderjaren had door gebracht; — (ante Alison en Anna hadden het zoo gewild. Lady Amabel Egerton. die toevallig door Edinburg moest, om naar de jachtgronden van haar man te reizen, kon wel een paar dagen overblijven, en noodigde zich zelve op het huwelijksfeest.
Ombra had er veel op tegen, toen Harry Dawson's naam — wiens regiment toen juist te Stirling stond — op de lijst der gasten werd geschreven; maar Anna beweerde stok eu styf, dat _ij het recht had om voor haar eigen huwelijk over de uitnoodigingen te beschikken zooals zij het verkoos, en dat die goede Hany — een van haar liefste en trouwste vrienden — toch niet* gedaan bad om by zoon gelegenheid vergeen te worden. „Zjj vertrouwt zich zelve niet; zy' gevoelt zich niet sterk genoeg om Harry nog langer weerstand te bieden," dacht Anna. Toen de groote dag was aangebroken, legde de oude Jane het wit satijnen bruidskleed klaar, en stortte tranen van geluk; maar ook van verdr.et, dat zy van „haar kind" moest scheiden. En ze beweerde, lot groot vermaak van Mevrouw Courtland, „dat Anna de mooiste bruid was, die ze ooit gezien had, eu dat Miss Linda niet in haar schaduw kon staan — o neeu!" En Lady Mabel Egerton, die later aan Lady Sarah veTtelde, hoe het op het feest was toegegaan, was het volkomen eens met de oude Jane. „Nooit heb ik een mooier bruid gezien" verklaarde zij. „Ik begrijp niet, tante Sarah, hoe ge haar een slons kunt noemen; zij heeft zoon lief, zoon openhartig gezicht. Ge weet, dat ik haar altijd mooi gevondtn heb, maar nu is ze nog veel mooier, omdat ze gelukkig is." Ja, het was gedaan met Anna's lyden!
Door onvooiziene omstandigheden werd Sir James Dolson genoodzaakt om de huur van „de Chace" vroeger op te zeggen, dan bij contract was overeengekomen; en daar de donkere dagen, die vroeger over dat schoone buitenverblijf een somber waas hadden verspreid, nu reeds lang vergetei waren, zag de oude heer North er geen bezwaar meer in, om er nu andermaal te gaan wonen. Hij en zijn zuster Alison Carnegie zy'n nu de eigenlijke bewontrs van het buitengoed; maar zy' hebben dikwijls kleinere huis. genootjes, wier trappelende voetjes en vroolijke stemmetjes hun tls muziek in de ooren klinken. Want die kleine, snaken zijn zoo gaarne op „de Chace," waar zij in dien prachtigen tuin en in dat uitgestrekte park, zoo prettig spelen en heerlyke bloemen plukken kunnen; — o, zij zyn er oneindig liever dan in hun groote woning in de stad. Eu de „Attorney general" — hun papa — is ook zeer vergenoegd, wanneer hij van zijn druk werken eens uit kan rusten in dat lieflijk: oord, waar zijn schoonvader hem dan zoo hartelijk welkom heet. De oude Jane is zoo trotsch als een pauw, als zij dat derde geslacht op haar knieën laat paardje rijden, en zoo gaarne zou zij dan alle ouders bij elkander willen roepen om eens naar haar lievelingetjes te komen zien.
Kapitein Courtland en zijn vrouw, die een klein maar allerliefst landgoed in cussex bewoonden, sedert de kapitein zijn ontslag uit den dienst genomen had, komen ook heel dikwijls ep „de Chace" en brengen dau een kleine bleekneus en een popperig nufje meê, die aan Anna's jong volkje al heel gauw hadden geleerd om als gehoorzame slaafjes voor hen het hoofd te buigen. Toen de familie op zekeren morgen rustig aan de ont bijttafel zat, bracht eensklaps de komst van den postbode een algemeeue opschudding te weeg. „Brieven uit Indie! — brieven van Majoor Dawson en zijn vrouw I" „Ik ben zoo blij" — schijft Omb-a — „dat de tijd van het regiment in het volgende jaar al om is, want voor de kinderen wordt het tijd terug te keeren, en het zou mij niet mogelijk zijn Harry alleen achter te laten. Ik kan n niet zeggen, hoe ik er naar verlang u allen te omhelzen, en mijn kleine Frank en Anna met uwe lievelingen te zien spelen!" „Wy verheugen ons al in het vooruitzicht," schryft Harry — „om elkander als oude papa's en mama's weder te zien; hoewel het ons toch spijten zal onze vele en goede vrienden van hier te verlaten. Ge moest eens kunnen zien, hoe de „Prinses' zooals ze Ombra noemen, door iedereen wordt geëerd en gevierd. Op het oogenblik is ze bezig haar toilet 1e maken voor ecu partij, die wij geven ter eere van onzen ouden vriend Douglas Graut, die eerst van geen trouwen wilde weten, en van zijn aanstaande, een allerliefst en heel mooi meisje, dat wy by ons in huis genomen hebben, nadat haar moeder, de vrouw van den kolonel, op de reis naar Indië was overleden. Ombra had het zich nu eenmaal in het hoofd gezet, dat het meisje een goede vrouw voor Douglas zou zijn, en Douglas heeft eindelijk ingezien, dat Ombra wel eens gelijk kon hebben. De Prinses heeft er alle eer vau, en heeft nu de handen vol om alles in bide te brengen voor het huwelijk, dat eerstdaags plaats zal hebben.—" Au vevoir" dus—of hoe noemen de Franschen dat ook weer, als ze willen zeggen, dat ze spoedig komen zullen! Hoerrah ! Ham" P. Dawson." Einde.
"FEUILLETON. Wat Anna te lijden had.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1873/09/23 00:00:00, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 17-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010297720:mpeg21:p002