Abonnementsprijs voor Tndië f 15.— en voor Europa f,'^O.— per halfjaar, bij vooruitbetaling. __.d.vertentiegelden behalve het zegel: voor elke ÏO woorden f 1
De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad
- 21-02-1874
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Geen auteursrecht. Er rusten geen rechten meer op dit object.
- Krantentitel
- De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad
- Datum
- 21-02-1874
- Editie
- Dag
- Uitgever
- De Groot, Kolff & Co
- Plaats van uitgave
- Semarang
- PPN
- 852209738
- Verschijningsperiode
- 1863-1956
- Periode gedigitaliseerd
- 1863-1903 / 1947-1956
- Verspreidingsgebied
- Nederlands-Indië / Indonesië
- Herkomst
- KB C 76
- Nummer
- 44
- Jaargang
- 23
- Toegevoegd in Delpher
- 18-11-2014
Advertentie
Samarang. Maanstand gedurende Februari 1874.
Eerste Kwartier 23
POSTKANTOOR SAMARANG.
Engelscl.e _*!.__. ll_. Vi& Batavia, Munto., Riouw bn Sl_SA_oa_ In Je ni.md Februari „ „ 13 en-27 „ Maart „ „ 13 en 27 Fraiisolie MAIL. ViS Hatavia en Singapokk. In de maand Februari „ » Ben 22 Maart „ • Ben 22 Met uur vau «Uiting is jteeds de.3 namiddags te 5 nre. Intusschen ,vorctt aan belanghebbenden vrijgelaten, ook op andere dagen hunne brieven aan bit postkantoor te doen bezorgen. De doonendir.g var, hier heeft steci» plaats per eer>( vertrekkende post. Sa_a_a_-, den 30 December 1873 De Postmeester. H. KLERKS Atsjin. Omtrent de eerste expeditie heeft do gepensioneerde kol. Gerlach in de Tijdspiegel een anikil geschreven, waarvan het Bagldad zegt: De schryver kaa niet verhelen, dat zijn artikel in sommige voorname opzichten teleurstelling moet baren, daar voor het opmaken van een definitief oordeel over den terugtocht van April des vorigen jaars, de gegevens nog ontbreken. Doch met zijne gewone duidelijkheid wjjst hij alvast ecu paar punten aau, waarop de aaudacht vau den historieschrijver der. toekomst zich meer iv het bijzonder zal hebbiu te vestigen. Vooral by het prijsgeven van het op 10 April behaalde voordeel (te weten het besluit vau dan geneTaal Kohier om van het bezet houden der pas genomen messigit af te zien en het aan den overste Biukcs gegeven bevel om haar te verlaten), wordt min of meer uitvoerig stilgestaan. Wel protesteert hij tegeu de onderstelling, als zou hy een ongunstig oordeel willen uitlokken, maar hij draagt niettemin de zaak ep zoodBDige wijze voor, djt dergelijke afkeuring allerminst wordt uitgesloten: „Is het verlaten van eeue belangrijke en duur gekochte positie, (*) zender overwegende redenen, reeds iv 't algemeen moeielijk te rechtvaardigen, hoeveel te meer moet het dan bevreemden een zoo gewichtig punt als dit te sien entruimen om i.ts meer achterwaarts eene even en (naar men zegt_ zelfs) meer aan Ltt vijaid.ly'k vuu> blootgestelde stelling in te nemeD, een bivoiuc zouder eenige beschutting en van alle zijden door de Atsjineezen omringd. Als men den plattegrond van die messigit nag.at, is het niet gewaagd te veronderstellen dat zij ecu vrij wat veiliger eu geriefelijker verblijf voor de troepen zou hebben opgeleverd. In de overdekte ruimte konden wellicht 600 a 800 man ouder dak worden gebracht, teiwijl de dcor hooge mv.ei oinriugde gangeuden overigen gelegenheid gaven zich vrij te bewegen en op ie stellen, niet alleen voor den vei'i°-heidsdienst, maar tevens om zich desverkiezende tot uitvallen of andere offensieve bewegingen voor te bereiden. De vermoeide troepen hadden daar — men zou het althans uit de hie-bijgevoegde teekeniag mogen opmaken — een vrij veilig toevluchtsoord kunnen vinden. Er moesten dus wel vele en overwegende redenen bsstaan, om een met zooveel inspannitig verkregen ma*eriëel voordeel, ten oogenblik later geheel vrijwillig wedr prijs te geven, en de^moreele uitwerking, die er het gevolg van ko i wezen, meet een bevelhebber iv s-oodauig geval dubbel omzichtig doen zijn. De indruk dien het verlaten van de moskee bij onze troepen achterliet, zal dan cok wel \an geheel anderen en minder opwekkeuden aard zijn geweest dan by den vyand toen hij het /eiloien maar zoo gemakkelijk heikregen heiligdom dat voor onneembaar doorging, weder be'rok al werd het hem drie dagen later opnieuw door de kafirs ontnomen. C) Tien gesneuvelden en dertig gekwetsten.
Ea gedurende al dien tijd bleven ouze troepen, uitgenomen eenige transporten naar het stTand eu korstondige verkenningen, schier werkeloos ia eea van alle zijden open bivouac, aan hut vuur of de aanvallen der Atsjineezen blootgesteld. „Nadat het gebleken was dat de Kraton bij eene omtrekkende beweging niet of hoogst moeilijk kon wordeu bereikt, moest diezelfde messigit ten koste vau nieuwe offer? herwennen worden, en toen bleek ze, „hoewel ver van veilig", 'och geschikt om „ook de ov. lige troepen, de ambulance u deu verderen trein op te nemen." Dit is het belaugri;k;to wat wij iv de brochure van den kolonel Gerlach aaugetroffen hebben; ten_y men daartoe rok nog de herhaalde verzekering van den schiyver breugen wil (bladz. 5 en bladz. 34,) dat' de sterkte der expeditie allesdns voldoende is geweest. Op laatstgenoemde plaats gaat Gerlach nog iets veider en zegt: „Het blijkt hoe langer hoe meïr, dat de Indische regering bij het famenstellen dezer expeditie haren vyand niet te licht heeft geacht, en mtn die kust niet zoo spoedig had moeten verlaten". Uit de Bataviasche Bladen. — Behalve het vestinggeschut zuilen met de Jason naar hier nog worden overgebracht de kanonnen, die dooT de Atsjineezen in den Kra'on zijn achtergelaten. — Door den luitenant-generaal van Swieten zyn de twee volgende orders bekend gemaakt: Dagorder. Aan de cjjïcieren en minderen va,t de Zee- en Landmacht uitmakende de 2e. Expeditie tegen Atsjin. Zijne Majesteit de Koring draagt mij op Hoogstde3zel_s tevredenheid en gelukwenschen aan de Zee- en Landmacht voor en in Atsjin bekend te maken. Gaarne voldoe ik aan deze aangename taak, aan leger en vloot het beste succes verder toewenschenue. Leve de Koning! Be Gouverneur-Generaal enz. enz. Loudon. Buitenzorg, 28 Januari. h go.der, Aan de officieren en minderen van de Zee en Landmacht uitmakende de 2e, Expeditie legen Atsjin Bij telegram van den 2ben Januari 187. wordt mij het volgende medegedeeld: „Ik acht my gelukkig Uwe Excellentie tt kunnen mededeelen dat het Z. M. b.haa.d heeft, op Uwe voordracht, te benoemen tot ridders van de Militaite Wilh msorde den Adjudant Onderofficier Vaandeldrager von Bredow, den sergeant-majoor Bach eu den Ambo»e scheu sergeant Latoer. «na. „Wil deze uistekende militairen namens my gelukwenschi-o. In hunne onderscheiding worde gezieu de voorloopige erkenning van het beldhafiige eu voorbeeldige gedag van officie!en en manschappen, die onder het Opperbevel »*u Uwe Excellentie de schoone reputatie van het !nd_iclie leger op zoo schitterende wijze handhaven." Het is my aangenaam hiervan mciedeeling te kunnen doen aan de vloot en het leger, uitmakende de 2e Expeditie tegen Atsjin. De Opperbevelhebber enz. van Swieten. _, In Holland schynt groote geestdrift gihcerscht te hebben bij het vernemen dat de Kraton in onze macht is gevallen i men deelt ons althans mede dat te Atsjin telegrammen tot gelukwensching mat die gebeurtenis zijn ontvangen vau den minister san koloniën, de verschillende studenter-corpsen, de Vlissiogeche burgerij en andere vereenigi°_en en corporatiën. _^ln ons nummer van 19 Januaii jl. werd medegedeeld dat bet lijk vau deu matioo3 Waimigt van het Amerikaansche scQip Idella Berry gevonden was bij ecu gardoe iv de stad. Het heeft ons eenige moeite gekost nadere berichten • .mtrent den dooi van den man in te wiunen, 't geen "oorzaak i* dat WÜ eerst nu nad;re bijzonderheden mededeelen, jje man heeft den geheelen Zaterdag avond en nacht in de gardoe doorgebracht, leefde Zondag morgen fden 18 en. nO. ™»ar stierf omstreeks 7 a 8 uur. Het gardoevolk had Zaterdag avond aan den inlandsche» wykmee.te' van kampong Malakka, Jesien genaamd, keuui* gegeven dat een zieke zeeman zich te 7 uur bjj de gardoe vervoegd had. De wijkmeester had zijn plicht, moeten kennen welke hem voorschreef den zieke onmiddelijk naar het Hospitaal te doen vervoeren- De zeen an heeft vreeselijk treleden j hij kermde en kroop als een worm rond. maar als een houd heeft men hem late» sterven. Hoe het mogelijk is dat zulke zaken onder een goed ./eregelde' petitie plaats hebben, w moeilijk le begrypen. Aan den Ass.-ttes, is van het voorgevallene per brief kennis gegeven door iemand uit den handel, die het lyk te 9 uur nog in de gardoe zag 1 ggen. Di Ass--B.es. heeft "i-* geantwoord en de wijkmeester Jesien is niet gestraft voor zy'_ nalatigheid. — Van de kettinggangers aan boord van de Vice-President Pii'is, dezer dagen vaa Atsjin alhier aangekomen zijn 61 op "is overleden aan koortsen en sleepende buikziekte (geen cholera.) ■ Gedurende de maanden November, December en Januari jl. _ijn> ten behoed van het Indisch Landbouwgestiehc de navolgende bijdragen ontvangen, t. w. van Batavia, van diversen f 243. idem voor het kerkfeest „ 25. „ Zijn Excell. Mr. J. Loudon. „ 100. » Depok 77 50. „ J. A. Krajenbrink te Kraw. „ 10. .. Tagal „80. „ Pekalongan 142. Soerabaia. . . . „ 98. Blitar . . ' . . „ 32. » ïiouw. . . . . „ 23.50 >, Dcli en Siak . . . „ 5..42--m Bandjarmasin. . . „ 12, Nederland . ... 181.80 Maandelijksche contributiën. . „ 536.50 Totaal f 1.636.72.
— Men schiijft ons van Pontian*k, dato 12 Februari: De Dajaks in het zijn tegen het Gouvernement in openlijk verzet gekomen, Eenige dagen geleden bracht de stoomer Kapoeas hier de tijding, dat zij zich aan de rivier, een paar uren ttoomens boven Siutang, hadden versterkt eu bp de passeerende Gouvernementsstoomer Bennett hadden geschoten. De Resident veitrok daarop onmiddelyk derwaarts. Niet lang daarna kwam hier de tijding dat de Aas. Besident van Sintang, op een tocht derwaarts, door een ongelukkig schot vrij gevaarlijk gewond was, Z. Ms. stoomschip Madura vertrok daarop met den Gewestelyken militairen commandant eu de inmildels van Singkawang gehaalde troepen naar Sintang. De ve'sterkingtn der Dajaks ziju thans geheel vernietigd, eu de vyaadig gezinde kampongs zyn door de troepen verbrand. Er kan echter nog niet met zekerheid gezegd wordeu of dc Pajaks het hierbij zullen laten. — Een Chinees trof Maandagmorgen aan het spoorwegstation op Nocrdwijk een ernstig ongeluk. Terwy'l de treia van 8 uur naar de stad in aantocht was, wilde de Chinees nog even vóór het openen van het ijzeren hek den weg overstekeu. De tijd daartoe was evenwel te kort; de baanwachter wierp het hek reeds dicht, met het ongelukkig gevolg, dat de haastige Chinees daardoor aan bet hoofd getroffen werd. Een diepe wond aan het voorhoofd deed hem onmiddel..k bezwijmd nederialleu. Aan de Notulen der vergaderingen von het Bat. genoots. van kunsten en wetenschappen ontleenen wy onderstaande curiosa . Besluit van den Gouverneur-Generaal dd. 18 Sept. 1873. „Eerstelijk: Aan den inlander Ruaden Koefoema thans te Tjiamis, Regentschap Galoe, residentie Cheribon , ten einde hem in de gelegenheid te stellen zich by den kunstschilder Bhaden Saleh te builenz'rg verder te beknamtn in de teeken- en schilderkunst, gerekend van de maand waarin l.ij zich daartoe bij dien kunstschilder zal aanmelden, tot een nader te bepalen tijdstip, ter tegemoetkoming in de kosten van zyn onderhoud enz. een onderstand toe te kennen vau f 50 's miands; „Ten Tweede: Den Directeur van Onderwys, Eeredienst en Nyveihiidjop te diagen, om uiterlijk onder ultimo Juni iS74, na raadpleging van den kunstschilder Bhaden .ALEH te dienen van bericht, comideiatiën eu advies omtrent den aanleg vau voornoemden Bhaden Koesoeha, om verder voor de teeken- en schilderkunst te worden opgeleid, en e. g. omtrent de defiuiiieve beschikbaarstelling der daarvoor benoodigde fondsen." Memorie van gerequireerde Rariteijten voor Zijne Conincklijke Hoogtieijt den Prince van Oranje. (In hun brief van 28 September 1675 aan Gouverneur Generaal en Rade schreven Bewindhebberen der Ccmpagnie o. a. ook het volgende: „UEd. rullen wel doen die orde te stellen en soodanige voorsieninge te deen, dat voor en ten behoeve van Syn Hooght. d' Heer Priuce van Orange iaerlijcx mette retourvloot kerwaerts werden overgesonden eenige raere tamrre gediertens en gevo^eltens neffeus 't gene UE. verder sullen meijnen Syn Hooggedaclite Hooght. aengenaem te sullen wesen, excuserende alle wilde en woeste gedierten." Gouverneur Generaal en Bade antwoordden hierop bij brief van 28 NovembeT 1676. „Om Zy'n Hoogbeyt de Heere Prince van Orange succesrive met de retourschepen van eenige rare tamme gedierten en gevogelten, mitsgaders andere curieusheden te dienen, hebben wij voort op den ontfaigst van UE. boveneeciteerde brief allerwegen ordre en last gegeven, daer het effect van wort verwacht om voor aanstaande jaers besendiuge te dienen." In verband biermede werd by missive van Gouverneur Generaal en Bade van 13 Februari 1677, onder den in hoofde dezes afgeschreven titel, de ondervolgende Memorie aan Bewindhebberen ingezonden.) In Bengala heeft men meijna-vogels die aardig, en perfect leeren dapper», zoo mede een soort van mooije kleene vogeltjens reijmonds genaamt, gynde niet grooter als canarie-vogels, bruijn van couleur, met vermelioen-roode spickeltjens en ook roode bekjes, maakende (een goct getal in een vlugt te samen wesende) al een soete harmonie en aangenaam geschal. In Souratte, op de cust van Cormandel en ook in Bengala zyn mede te krijgen verscheijde slagh van croonvegels, ook harten van veelerhande aard, en werden aldaar medegevonden een zoort van harten die men steen-bocke_ noemt hebbende lange zeer rierlyek gedrayde hoorens, en zyn ongemeen schoon v«n leest. Hare tortelduiven, met vale hoofden, en pap^gaij groen eu roode veeren, zouden oock (als een rare vogel) in Zourat'e wesen. ' In Persia berigt men dat Besoarherten souden we9en. Immer zyn aldaar to krijsen ongemeen groote schapen en stootiammen van vyff quanieren zoo men die neemt, en met meer als dobbele hoorens. In Mocha zijn rare A'abische bocjens, als luipaarden geprick-lt, en gevleckt, schoon en glad vin haar, gelijck als harten die oock van dar somwylen in Souratte wel worden overgebragt. Voorts ook noch soodanigh ander gevogelte en gedierte (maar geen versliudende) schoon in degen niet genoemt als men soude kon.eu oordcelen ia 't vaderlant voor wat raars en wat vremts te mogen passeren. Item oock soodanige zaden, bollen en planten van bloemen, vrugten aart gewassen, boomen, etc. als di. landen uytgeven en in 't vaderlant niet gevonden worden. Soerabaia 1 Februari. 'Vjj vernemen dat de stoomer Conrad, welke Zondag Batavia verliet, op de hoogte van Pasoeroean aan den grond zit. — Men beweeit dat de officier van Gei. lste klasse G. Luchtmans, benoemd is tot inspecteur van den civielen geneeskundigen dienst. — Dezer dagen werd by de politie een klacht ingebracht tegen een brievenbesteller, die port had gtëischt van ecu brief, waarop duidelijk- zichtbaar een postzegel was geplakt geweest en ook den indruk droeg van den vernistighi-s---stempel. De brief kwam van Weltevreden, waar het port voor ongefiankeerde brieven er met inkt wordt opgeschreven, terwyl op bedoelden brief met rood potlood het cijfer 20 was gezet; ook werd door den besteller dat geld niet veiantsrooid. Daar niettegenstaande deze aanwijrigingen er volgens den politierechter geen. termen bestaan om den man te vervolgen, blykt de invoering van expediiieboekjes des te noodzakelijker. (Soer. Hand.)
T.legeahe. De communicatie langs de Japansche lijn is ondeibroken tusschen Nagasaki en Kobe, door de insurgeuten te Hiogo.
Gedurende de storing te Hiogo, kunnen depêches per posl van Nagasaki naar Simonosaki gezonlen worden en vervolgens per drasd naar Kobe en Yokohama.
Te Tawang schijnt zich eene dievenbende te hebben georganiseerd in een ledig staand onbewaakt huis. Eiken nacht wordt bij de buren gestolen, nu eens meer dan eens minder, maar zeker altijd wat. De schout der wyk mag zich daarmede wel eens bemoeien.
Men verzoekt ons aaa de politie in herinnering te brengen, dat er eene bepaling bestaat, die het stil houden van rijtuigen op den grooten weg langs het Hospitaal, Zondags middags tijdens de muziek-uitvoeringen, verbiedt. Die rytuigen kunnen plaats genoeg vinden tp de alonalcn. Zeer tot last en gevaar van het wandelend publiek, wordt die verordening tegenwoordig niet meer nageleefd.
Dondeedag middag omstreeks lalf vier werd hier eensklaps een harde donderslag gehoord, zonder dat er van onweer iets aan het firmament te bespeuren was. De bliksemstraal die den slag voorafging sloeg in de kampong Patolcngan iv, in de woning van Hadjie Taib, waar zich drie vrouwen bevonden, die bezig waren eten te koken. Eene van haar, eene Chineesche, viel bewusteloos neder, terwyl de beide andere sprakeloos werden, en een vogel dood van zijn kruk viel. Brand ontstond gelukkig niet, en door de hulp der spoedig bijgekomen buren, herstelde dtojoDJa ias van hare bezwyrr.iig, en kregen de beide andere vrouwen hare tongen weder Ie harer beschikking.— Sedert ongeveer tien dagen reeds wordt zekere Intje Abdoel vermist, die in de kampong Pettean -ijn verbly'f hield en zyn brood verdiende, door vo ir rekening van Bantjoe der kampong Karang-Assem, goederen te venten. Het laatste factuur hem ter uitventing gegeven was nog al van waaide, als bevattende zyden goeieren en preciosa _. Men weet niet, of hy met die goederen is doorgegaan, dan of hem een ongeluk getroffen heeft. Alleen weet men, dat hij sedert tiea dagen hier niet .eer gezien is. Onveiligheid. Eenige dagen geleden werd in een huis, dat dichtby den weg ligt, die van Bodjong naar Pendrean leidt, een ongemeen brutale diefstal gepleegd. De dief of dieven brakoa een gat in de muur van de voorgalerij, kropen daardoor vaar binnen, haalden een geldkist met f 800 en verscheiden papieren van waarde uit de kamer waarin de eigenaar sliep, en namen ook nog een geladen geweer mede dat zy echter de vriendelykheii hadden, in de voorgalery achter te laten.— Boomzaken. Bij het inklaren van een paitij blikken paté de foie gras ontstond over de grootte der blikken quaestie: de koopman beweerde, dat het halve en kwartblikken, maar de boomambtenaar hield vol, dat het heele en halve wartn. 't Hielp niet, dat de koopman zyn factuur overlegde; dat werd onvoldoende geacht; maar wel werd het door den ambtenaar afdoend gevonden, om de zaak door zekeien tokohouder te doen beslissen! Een fraai middel inderdaad!— Uit Magelang schryft men ons dd. 19 Februaii: Hedea morgen nam de Hoofdonderwijzer D. Feikema, die door ziekte genoodzaakt is geworden een verlof naar Europa aan te vragen, afscheid van de leerlingen van de openbare lagere school alhier. By die gelegenheid werd hem door de gezamenlijke leerlingen een kjurig souvenir aangeboden, nadat hem eerst door hen een voer die gelegenheid vervaardigd afccheidslied was toegezongen, waarin hem een hartelijk vaarwel werd totgeroepen. De Heer Feikema dankte aangedaan voor dit blijk van genegenheid, en gaf de boop te kenaen, dat ?yn leerlingen ook zijner steeds in vriendschap zouden gedenken. Gedurende by'na vier jaren stond hij aan het hoefd dor school, en niemand van hen, die het voorrecht hebben hem te kennen zal het verwonderen, dat hij zich ia dien lijd by oud en jong te Magelang geacht en bemind heeft gemaakt. Met leedwezen zien wij hem vertrekken I Moge het hem toegestaan verlof inderdaad strekken om zyn geschokte gezondheid te herstellen! Onze beste wenschen vergezellen hem en zijn gezin! Uit Sintang zijn gelukkig per laatste boot geruststellende berichten ontvangen, vooral wat den gezondheidstoestand van den Assistent Besident Sioll betreft, die, zooals men weet, een schot in den schouder kreeg. Het gevaar dat Toor het behoud van het leven van dien verdienstelijken ambtenaar deed vreezen, schynt geweken.—
Eigenaardige Javanenliefde.
In de jongste tien jaren is ]Sederlandsch-i ndië door twee ziekten bezocht, welke bet, betrekkelijk althans, te voren niet kende: de eene heet dc, knokkel koorts, de andere Javanenliefde. Geen van die benamingen munt door haar juistheid uit; zelfs is de laatste bedriegelijk; trouwens anders ware de Javanenliefde niet onder de ziekten te rekenen. Xn duidt zij don gemoedstoestand aan van ainbteu.re;i, die eiken inlander, op een particuliere onderneming werkzaam, als een slachtoffer van willekeur plegen te beschouwen; die altijd gereed schijnen, den inlander ten koste van den Europeaan te bevoordeelen; die x.ich steeds bij voorkeur als deu vriend der Javanen aandienen, maar daar^ entegen met slappe handen een misgewas zien komen, waarop voor duizenden Javanen hongersnood moet volgen; maar daarentegen den inlander onbeschermd laten zelfs tegen de onbeschaatndsle dieven; maar daarentegen werkeloos blijven bij de nadering van een epidemie, die honderden inboorlingen zal wegmaaien in één dag. Het doet ons leed, ook den ' llesideat van Japara door die of een dergelijke Javanenliefde aangetast te zien, en den toestand van dezen patiënt zorgwekkend, te moeten noemen. Van nature het liberalisme niet genegen, heeft hij langzamerhand verschijnselen geopenbaard, waaruit men moet opmaken, dat hij zich veel moeite heeft gegeven, om zijn oud geschil met den tijdgeest l] te, leggen, maar in die poging tot verzoening is . niet geslaagd. Zijne vriendschap voor den inlanis oorzaak geworden, dat menigen schuldigen Javaan een lotsverzachting te beurt is gevallen, maar ZIJ heeft hem niet kunnen bewegen, om in 1872 den ingezetenen der afdeeling Japara al de verschrikkingen van een hongersnood te besparen, welke door een beleidvolle plichtsbetrachting misschien geheel te bezweren, zeker aanmerkelijk te lenigen zou zijn geweest. Zijn vriendschap voor den Javaan maakt hem tot bondgenoot van vele schijnliberalen, maar tot tegenvoeter van mannen als de thans fungeerende Assistent-Resident van Japara, die terecht begreep en volkomen juist nog begrijpt, dat de erwaarloosde afdeeling, zal ze opgebeurd worden, in de eerste plaats een krachtige en vaste bcstuurshand behoeft, en die tegenwoordig met een benijdenswaardige zelfvoldoening op feiten kan wijzen als deze: dat er in -*872, onder zijn voorganger, 25:1 buffels werden gestolen, van welke de politie ter nauwernood achtentwintig achterhaalde, terwijl er in 1878 slechts 53 buffels werden geroofd, van welke nog zesentwintig aan de eigenaren werden teruggegeven, en dat in 1873 over geen enkelen diefstal van suikerriet viel te klagen, hoewel in 1872 dergelijke misdrijven zeer menigvuldig waren, zóó zelfs dat in een enkelen nacht acht karrevrachten riet werden gestolen ! 's Eesidents vriendschap voor den Javaan kan hem verlokken, om een inlander, die, van diefstal overtuigd, tot twee jaren gevangenisstraf veroordeeld is, de helft van den straftijd te doen kwijtschelden, maar wanneer de cholera komt, en huis aan huis binnensluipt, om overal verderf te brengen, dan schijnt de gloed zijner Javanenliefde verdoofd, zoodat de lijders tegen den dood weerloos zijn en weerloos blijven. Iv tien dagen tijds stierven in een district, het district Joana, 102 inlanders; in zes dagen tijds bezweken in een ander district in één huis vijf menschen. Weer tien'dagen later moest officieel aangaande Joana gerapporteerd worden, dat er na de 102 nog 99 inlanders door cholera warei omgekomen. Het geheele oostelijk gedeelte der residentie door steeg het sterftecijfer tot een ontzettende hoogte. Maar nergens waren, naar vermogen, middelen tot wering van de cholera verzekerd.
Doctoren ontbraken. De geneesheer — en, zegt een onzer berichtgevers, ik mag .er wel bijvoegen: onze goede doctor —de geneesheer van Patti deed in den allertreurigsten toestand zelfs meer dan de zorg voor eigen gezondheid veroorloofde, maar Patti alleen telt boven de 50.000 zielen, en ook de bewoners van het geteisterde Joana moesten geholpen wordeu, en ook Japara had hij te gedenken! Hoe kon in zulke omstandigheden iedere lijder op verpleging rekenen? Er moesten velen sterven, die door de behandeling van een geneesheer behouden hadden kunnen worden! Maaide Resident, trots zijn Javanenliefde, bracht in de leemte, die menigeen onvergetelijk noodlottig moest z.n, geen enkele voorziening aan!
Dan nog werd de ziekte bevorderd door den weerzin der Javanen in de medicijnen, van gouvernements- Wege verstrekt. Een hooggeplaatst inlandscli ambtenaar _lng iv het versmaden van die geneesmiddelen voor : de cholcradrank mocht door geen Mohamedaan gebruikt worden, heette het, omdat hij een geestrijk vocht bevatte. Wij zullen de woorden niet herhalen, welke zich spotters over die houding vergunden. Men plaatst vooreen lijkwagen geen. dartel e paard en. De bespreking van deze _a' k verbanne alles wat vreemd is aan ernst. We willen vermelden, dat hetgeen te voorzien was gebeulde: dat domme en dweepzieke hadji's het gedweei: volk het slechte voorbeeld deden volgen; dat de ziek t 3 hoe langer hoe algemeener, sterker eu gevaarlijker werd; dat de sterfte, die, waar de geneesmiddelen gebruikt werden, niet meer dan 30% bedroeg, elders klom tot 80%, en dat desniettemin de bijgeloovige inlanders voortgingen, door het verwerpen van medicijnen niet alleen hun eigen leven op het spel te zetten, maar ook dat van anderen te bedreigen. Want de Besident van .lapara, door zijn eigenaardige Javanenliefde geleid, onthield zich van elke bemoeienis, die heilzaam hal kunnen zijn! Er was van bestuurswege niets gedaan, om de ziekte den toegang tot de residentie Japara te versperren, en er werd nagenoeg niets gedaan, om haar, toen zij eenmaal gekomen was, te bestrijden. „Waar veel menschen zijn, iioeteu veel menschen sterven," was de cynische troost. Toch vreesde men het getuigenis^ dat door het sterftecijfer, indien het naar waarheid werd gepubliceerd, omtrent het .plichtbesef van het bestuur der residentie Japara zou norden afgelegd. Den Hen Februari had men daa-om o.a. het bericht verzonnen, dat de cholera van Patti reeds geweken was, en weldra werd die tijding openbaar, schoon daartegen nog dienzelfden dag een twintigtal lijken protesteerden. De' Javanenliefde van dezen of genen had vermoedelijk ook aan dien leugen deel