Overeenkomstig het Programma had des morgens een groote Parade plaats, en volgden daarop een Aiatinée Musicale, een Bidstond, een Audiëntie bij dea Vertegeuwoordiger des Konings, een optocht van kermisgasten en een illuminatie. Regea verhinderde het ontsteken vau vuurwerk.
De Paiade, op den Bodjongschen weg ter zijde van de Aloon Aloon gehouden, werd met ingenomenheid door een vrij groot getal ingezetenen aanschouwd.
De Matinéa Musicale is volkomen geslaagd. Duizenden waren in den flinken tuiu bij de residentiewoning vereenigd, duizenden van eiken landaard, van alle staad en van alle rang. De muziekcorpsen lieten volksliederen en Kratonmarschen hooren; dat der Schutterij mtt zijn bekende, dat van het 7e bataillou met een velen verrassende geoefendheid.
Na tienen ving ia de kerk een bidstond aan- De voornaamste ambtenaren, zeer vele officieren en een tal van particulieren waren samengekomen. In een sierlijke rede wees Ds. Prins ziju hoorders op de dankbaarheid, welke de Nederlanders te betooneu haddeu, op ien plicht van toewijdiog aan Konin" en Vaderland. De Nederlandsche troepen iv Atsjin mochten als een voorbeeld wolden gesteld. Nog is de strijd daar niet ten einde, maar het verleden is een waarborg voor de toekomst: de overwinning zal aan de zijde van Nederland en Oranje zijn. Zoo oigeveer waren eenige der denkbeelden, welke de spreker ontwikkelde, terwijl hij zijn hoorders boeide. Met ecu gebed voor het Koninklijke Huis werd de rede besloten.
De collecte ten bate van de nagelaten betrekkingen der in Atsjin gesneuvelden, bracht ongeveer f 65.— op.
Na afloop vau den Bidstond begaven velen zich dadelijk naar het zoogenoemde Groote Huis. Omstreeks half twaalf kwam de Resident, v?n dtn Huize Bodjong geëscorteerd door een eertwacht en djajaog-secars, aan. Bij zijn binnentreden vaa bet Groote Huis had een aandoenlijke plech'igheid plaats: verschillende kindereu uit het Protestantse Weeshuis hieven een lied aan, dat zeer goed werd ui-gevoerd; een der weesjes hield daarna ecu korte toespraak. De Koning leev', de Koning leev'!" zoo begon de kleine spreker, herhaalde vervolgens de overige regels van het bekende, gezongen lied en eindigde met:
Geachte Hr. Resident van Samarang !
Namens al mijn broers en zusjes hier vereeuigd, namens al de weezen van het Protestantsche Weeshuis te Samarang, verzoek ik U, dezen onzen heiiwensch aan de voeten vao den troon van Z. M. onzen geeerbiadigden troon neder te
leggen."
Een meisje, tot de weezen behoorende, bood vervolgens dea Besident eea bloemenkrans aan. De Resident betuigde in hartelijke bewoordingen zijudauk; waarbij hij o. a. tot da weezen sprak dat de Koning hun aller vader was, en waarbij hij den wensch uitte, dat de banier waarmede de weezen waren binnen .ekomen, hem afgestaan mocht worden hij zou ze dan aan den Koning zendtn —en bc. gaf zich vervolgens naar de Landraadzaal, tusschen twee. rijen van eea uit Schutters gevormde eere» acht doorgaande. Toen kwamen de leden der Rechterlijke Macht, de Officieren der Schutte^, die van het Leger en de Marine, de Consuls met de Europeescae vreemdelingen, de verte geawoordigers der K&mer vaa Koophandel en Nijverheid en der Handelsvereniging, de Geestelijkheid, het Bestuur der Loge, de Directie van het Indisch Landbouw-Ganootschap, het Comité van de Spoorweg-maatschappij, het corps ambtenaren, en particulieren achtereenvolgens hun hulde betuigen. Het ii onmogelijk geweest, al bet gesprokene te verstaan, en nog veel meer het te onthouden; wjj moeten ons, ten minste voorloopig, mit eeniga aanteekeniugen tevreden stellen. De grondtoou van alle toespraken was 'nuigj vereeriug vaa het Oraujehuis, vurige liefdevoor Nederland, vreugde nu Nederland en Orauje vijfentwintig jaren vereenigd waren. De President van de Kamer van Koophandel en Nijverheid, tevens bestuurslid vaa de H-tndeU.veiecniging en als zoodanig vertegeuwoordiger vaa dea geheelea handelsstand, da Hr. van deu Berg, wees ia een uitmuntend gestileerde toespraak op het „voorrecht" dat het gansche Nederland, het moederland en zijn koloniën, ondervindt. Nederland bleef ia Europa bewaard voor verwikkelingen. Ia ludië moesieu bloedige oorlogea gevoeld worden, maar door de dapperheid vau het leger hebben zij nieuwen luister bijgezet aan rie regeering van onzen vorst. Doch, zeide spreker, hulde brengende voor hetgeeo door het leger verricht werd aau hem, die daarover het oppergezag voert, zoo past het ons, vertegenwoordigers van handel en nijverheid, meer onze aandacht te wijden aan hetgeen onder het bestuur vaa Z. M. Willem 111 tot bevordering van handel en nijverheid is geschied. Spreker bepaalde zich tot een enkelen groep. Bij al hetgeen aan nijverheid en handel is te bate gekomen, wordt de eerste p'aats ingenomen door hetgeen iv het belaug der inlandsche bevolking, en wel speciaal met dit doel door de Hooge Regeeriog is veiricht. De zoogeuaamde kleine man is de spil waarom alles draait, de werkelijke steunpilaar van handel en nijverheid, zonder hem kan noch iv- noch uitvoerhaiidcl bloeien, en wat tot bevordering van zjjn welvaart is geschud — veilichting van den diukder heeredienjten, verhooging van betaling voor de verplichte levering vaa producten, betere regeling van belastingen, verzekering van veiligheid en wat al niet meer — heeft teveus gestrekt, om meer dan iets anders mede te werken tot bevordering van handel en nijverheid. Spreker wijst verder op de meer directe middelen, voor hetzelfde doel gebezigd: de spoorwegen, da herziening van het tarief der in- en uitvoerrechten, de uitgifte van woeste gronden ia erfpacht, de regeling der suikercultuur — doch waar te eindigen? De Kamer van Koophandel en Nijverheid te Samarang heeft reeds met haar zusterkamer te Batavia per telegram Z. M. den Koning haat hulde betuigd; de Handelsvereeniking te Samarang heeft eenielfden stap gedaan. Thans sluit de geheele handel zich met geestdrift aan bij alle trouwe onderdanen, wier hart, zij het op verren afstand, zvj het nabij, warm blijft kloppen voor Nederland en Koning! Da Hr. Schmutzer bood nameus de vieemdelingem het volgende, door ecu der zusiers van het K. C. Weeshuis meesterlijk gesebreven e.i met zinnebeelden versierde adres aan:
„Mynheer de Resident,
De dag van heden besluit een tijdvak van 25 jaren, in vrede eu toentmende welvaart door het Nederlaudsch: volk onder de regeering van zyn Koniug doorgebracht.
leder Nederlander viert blijde feest, eu wjj, schoon geene Nederlanders zijnde, nemen deel aan het vreugdebetoon van een gelukkig volk, en aan de hulde welke het Z. M. den Koning Willem 111 bewijst.
Te meer voelen wg ons tot deelneming gedrongen, daar onze diepe vereering voor het Doorluchtige Huis vau Oianje, waaraau de beschaafde wereld zooveel is versciiuldigd, samengaat met groote dankbaarheid voor de milde wetgeving, waaronder de vreemdelingen in deze Gewesten mogan leven.
Mijnheer de Resident,
Eerbiedig richten wij, vreemdelingen ia de residentie Samarang gevestigd, tot U de bede, bij de Regeering van Nederlandsch Indië de tolk ie willen wezen onzer hulde aan Z. M. dea Kouiag."—
De Hr. Houthuijsen, Voorzitter der Loge La Constante et Fidele, sprak den Resident aldus aan:
„Resident van Sumarang,
Een tijdvak van 25 jaren vrede onder de Regeering van een constitutioneel Vorst, bij wien eerbied voor ieders vrijheid en- gelijkheid van allen voor de Wet de eerste regeeruvsbeginselen zgn, te zien eindigen, is in de geschiedenis van ten volk een te zeldzaam feit, dan dat het niet eene algemeene vreugde zou verwekken.
De Loge der Vrijmetselaren, te Samarang gevestigd, komt op dezen dag, nu het Nederlandsche volk met zgn Kooing en Koningin een vgfentwiutige-jarige vereeniging gedenkt, te dezer plaats, om U.'s Vorsten geëtrden vertegenwoordiger, te betuigen, dat zij in die daukbare vreugde deelt.
Plicht zoowel als neigiug heeft ous herwaarts gedreven: plicht omdat de Vrijmetselarij haar belijders gebiedt, den Koniug te geven, wat des Konings is; neiging, omdat wij iv Z. M. Willem 111 deu waardigen bloedverwant eeren vaa Z. K. H. Prins Frederik dien de Nederlandsche Vrijmetselaren het voorrecht hebben, als hun meester te huldigen, en den nazaat van dea Grooten Prins van Oranje, die streed eu leed, om voor een mishandeld volk de vryheid van geweten te bevechten.
Vergun ons, Resident, het verzoek, dat ook de uiting van deze onze gezindheid het oor des Konings en dat der Koniuriu bereike: de Loge La Constante et Fidele b«-schouwt een gehechtheid aan het vrijheid en verlichting bevorderende Oranjehuis als het ke.nn.erk van ieder in Nederland en Nederlands koloniën, die den naam van Vrijmetselaar waardig draagt."
Een perkamenten rol waarop die toespTaak, door de bestuursleden der Loge ouderteekind, geschreven was, werd ten slotte den Resident aangeboden.—
De Hr. Smid, Vice-Iresident van het Indisch Landbouw genootschap, sprak deze woorden:
„Residentl Vijf en twintig jaren van de Regeering van Z. M. de Koning Willem 111 liggen achter ons. Een aanzienlijk tijdvi in het leven van een mensch; ét-a oogenblii iv het levei eener natie. Waaneer ia latere jarea da rollen der geschit denis we/rden opengeslagen; wanneer men de vraag zal doei naar de beteekenis van het tijdvak dat achter ons ligt —wi zal dan het antwoord zijt? Blonk dat vierde deel eene eeuw uit boven vroegere tijdvakken? Wij schreven 1848. Nauwelijks was geirolg gegeven aa den wen-eb der natie, die hare materiëele en intellect)! eele krachten ging gevoelea, of Willnm 111 nam sceptei eu kroon van nijii ge-toiveu vader over. Hy voldeed aai dea weasch der natie en het streven naar zelfbestuur, he stieren om hare eigene zaken te gaau doen. Wat is er onder dt streven van den landbouw geworden? Zal ik u den vooruil gang van diaa tak vaa nijverheid schetseu? Gy weet dat b( ter dan ik, en roept mij toe: er is een hemelsbreed ondei scheid tusschen deu landbouw van nu en voor 1849. He landbouw-bedrijf is met reuzenschreden vooruitgegaan. Eei groot deel daarvan zijn wij verschuldigd aau ouzea vorst Hjj was het die den landbouw aanmoedigde, prijzen uitloof de, het houden van congressen bevorderde en dia bezocjt landbjuwvereenigingan beschermda. Ouder ziju be.-tuui weideu hier da agrarische aau gelegen lied n voor een groo deel bjj de wet verzekeid, de eifpachtswet bracht rechtsze kerheid, spoorwegen deden het verkeer toenemen, de land bouw ontwikkelde zich, beter onderwijs gaf betere inzichten, de oude sleur maakte plaats voor dea beterea tijdgeest, vereenigingen werden opgericht, ook hier werd den eon* gi eisen hun bestaan verzekerd.
Erkentelijk voor dat vele goede brengt het Hocfdbestuul van het Ind. Land. genootschap, als vertegenwoordiger van den landbouw, u hare gelukwenschen, u; Resident, als ver* tegenwooTdiger van onzen geearbiedi^den vorst.
Mogen de overige levensjaren van Z. M. eea reeks van vrede, van voorspoed, geluk met zich brengen, ca laat het steeds de volle wensch zijner onderdauen zgn: „Heil Willem 111 eu zijn Huisl"—
Tctzoover over de audiëntie. Toen deze afgeloopen was, deed
de Residjut, opnieuw door de eerewacht te paard en djajang secars begeleid, een rit in een open rijtuig door d( verschillende straten om in oogenschouw te nemen, wat ei hier en ginds door het uitsteken van vlatgeu, het plaatsen van eerebogen. enz. tot eer van Z. M. dea Koniag was gedaan, passeerde daarbij onder, eea donderend hoerah ooit de Sociëteit Amicitia, en trad deze eenigen tijd late! onder davarende toejuichingen der vele aanwezige heerefl biuneu. Daar werden vervolgens nog genoegelijke oogenblikken gesleten.
De kermisgasten troffen het eenige, niet vele uren, later, om vijf uur namelijk, zetr slecht. Onder regen had de optocht der kermisgasten van de Aloon Aloon naar de Sociëteit en van daar naar de Aloon Aloon plaats, ca de hoop, dat de lucht opklaren zou, werd zoo zeer beschaamd, dat ervoor de toeschouwers weldra niets anders te doen bleef, dan in een rijtuig of in een huis te vluchten. Tot over achten hield de regen aaa, ca zóó geducht had hg zich doen gevoelen, dat de geheele Alooa Aloon, do wegen uitgezonderd, blaak stoad, eu de geheele stad ecu bandjir beleefde, zooals de w stmouson, dien meu reeds laag geëindigd wsaade, in dit jaar nog niet over Samarang bracht. Toch was erop de Aloon Aloon tegen negen uur een vrij groote menigte in ecu der teuten aan het dansen, of daaibjj aan het keuvelen en toasten. In de Sociëteit waar talrijke dames en heeren zich bevonden heerschte ecu opgeruimde geest, later door ecu vei tooning vau Jan Klaasseus vermaarde poppekast levendig gehoudea. Omstreeks 12 uur begaf de Resident zich naar de Aloon Aloon, m wist daar door eeni' ge toasten zgn hoorderessen en hoorders genoegen te doen.
Da illuminatie op de Aloon Aloon, in de Sociëteit en bij het Groote Huis voldeed zeer goed. Overigeus viel er, wat illuminatie betref', niet veel te prijzen. De meeste ingezetenen hadden zich onthouden, zelfs de meeste Europeesche ingezetenen. Ook het vlaggen was niet algemeen. Te Soerabua en Madioen viert men zeker anders feest.
Er heefc zich slechts »eiuig enthousiasme geopenbaard; dat valt niet te ontkennen. Maar de orde is, dank zjj deO uitmuntenden geest vau inlanders en militairen, nagenoeg; ia geen enkel opzicht gestoord, en er is veel gedaan, om het feest iv menig opzicht te doen gelukken. Zgal thans ondel wier leiding de tenen op de Aloon Aloou verrezen, en die zich met de volksspelen balastteu, verdienen eere. Zij verder, die zich de vermoeienissen getroostten, om de eerewacht te paard te vormen, hebbeu zich voortreflgk van hun lastige taak gekweten. Nog eeuige anderszins werkende lieden der Commissie zouden met lof genoemd kuunen wol* den; zeker eu vooral hij, die het decoretren en illumi' neeren der Sociëteit Amicitia voor zgn rekening heeft genomen. De Sociëteit was gisteren voor iederen opengesteld, en daarom mag hetgean er gebeurde en to aanschouwen viel, basproken worden: welnu, op de faest* verrieriugen der Sociëteit wgzen, is ecu voorbeeld aanduiden van zeer veel geduld en zeer veel goeden smaak.
Nog twee hg tonder heden moeten hier vermeld worden.
Een van de aangenaamste iudiukken welke de viering van het Krouingsfeest op ons maakte, gevoelden wij gisteren avond, toen wg omstreeks negen uur het keurig verlichte, met bewonderenswaardig nette transparenten getooide Roomsch-Catholieke Weeshuis genaderd waren en daar het schoone gezang hoorden, door de kinderen onder de uitnemende leiding van eea der zusters aaugeheven. HedeP avoud wordt die feestviering heraaald; wij radeu iedef dringend aan, zich derwaarts te begeven. Hij zal cc* groot genot smaken. Aleer zeggen wg er heden niet van-
De tweede bgzonderheid is deze, dat ouder de Europeesche ingezetenen die gistereu het Kroniugsfeest modevierden éeo was, die vjjfemwiutig jaar te voren, als meae-directeur def Sociëteit ia Constante et F.dèie, lid uitmaakte van het Comié, dat het feest der inhuldiriug van onzen Koning leidde. De decoratie in 1849 gedrageo was bewoard, en sierde hem ook ia 1874. (gisteren. De bedoelde ingezeten» is de Hr. D., oud-kapi ein der Samaraugsche schutterij.-* Vaudaag is*het feest op de Alooa Aloon voortgezet, »' stonl zg ook nog ten deele blaak. Wij betreuren het, nie' alleen voor den houder van het „Non plus ultra der 8»' marangsche kermis," voor dien van het „Theatre francobeige", voor de „Kaartlegster", voor den man van „de Menagerie" voor den „Koekhakker", voor „Generaal Torn Pouce" en al hun collega's of concurrenten, dat het weer zulk een vijandige houding beeft aangenomen, maar ook voor hun, gewis vele, begunstigers. Moge het nu ten minste mogelgk zgn, dezen avond het vuurwerk te ontstaken, waarvan het gehalte zoozeer geprezen wordt! De flinke maatregelen vau den Waterstaat hebben bewerkt, dat heden morgen reeds weer de wegen te bewandelen waren.
De Hoofdredacteurs van de Java Bode, Indiër, Bal. HB. Eu Locomotief hebben per telegram rechtstreeks aan Z. M deu Koniog de betuiging hunner hulde aangeboden.—
Niettegenstaande de hevige regenbiuen die gister avond tusscnen zes ca acht uur zijn gesallen, bewogen zich toch, na genoemd uur, nog vele menschen en rijtuigen op deu weg. Op de brug achter het hospitaal had tusschen twee voertuigen, waarvan dc koetsiers, vertrouwende dat. het slechte weer de passaga vrg zou doen ziju, geeu zweepgeklap tot waarschüwiag dedea hoorea, eene carambollage phats, waarbij eea der paarden een wageuboom zoo onzacht tegeu de borst kreeg, dat hij er diep indrong en het beest op de plaats dood viel. Zakkekollers hebben gister van het nu en daa op d-alooii-alom heerschend gtdrang, gebruik gemaakt om hunne indust-ie te oefeneu. Ontdekt en opgepakt is er intusschen geen. Een Cbiuees, die zgn portemonnaie wilde uithalen om entree te betalen voor een der tenten, ontdekte dat deze hun weinig minuten te voren was ontvreemd, en de koetsier Kromo die vaa zijn meester verlof had ontvangen om te gaan nontou op de aloon-aloon, en voor deze plechtigheid zijn horloge iv een der zakken van zijnbaadje had gestoken, ontdekte, te huis komeude, dat die zak aau de buitenzijde was doorgesneden en het hor'oge was verdwenen. Aan vijftien tot tuchthuis-of gevangenisstraf veroordeelden is op 's Kouiugs jubelfeest kwijtschelding van strai verleend —