Onlangs had eea VolkssUm-miia. het voorrecht eeo onderhoud te hebben mat de Heeren commandant üiratea L T V e i veldkornet Stoffberg, beiden van Rustenburg, onder wier leiding de Boeren bij Derdepoort vochten. De Heer Stoffberg, veldkornet van de wyk Hexrivier (afdeeling bij Derdepoort), verteld* alt volgt;
»Op den 25sten November omtrent dag» breed werden wij gewekt door het geraas van een maxim. Daar wij nog nooit te voren een maxim gehc erd baddlr a, wisten wij eerst niet wat 't was, éoih Lij het 2de salvo waren wjj allen op de been. Toen wij rondkeken ontdekten wij den vijand op een flinken afstand van ons af. Aan de overzijde van de rivier hadden zij een maxim opgesteld, waarbij omtrent een driehonderd-tal Engelsche paardenruiters stonden. Allen waren met Lee Metford geweren gewapend. Commandant Kirsten liet dadelijk drie posities innemen, zoodat de maxim voortdurend onder kruisvnnr was, en wij beantwoordden het vuur met onze Mausers. Hier git de Heer Stoffberg een beschrijving van de positie. De rivier had op de plaats van het gevecht een sterke bocht in den vorm van een hoefijzer. Aan de rechterzijde van de rivier bij de bocht ligt Sekwaansberg en Sskwaansstad. Het verlengde van den Sekwaansberg (den bergrug waarop een onzer drie posities was) wordt hier door de rivier doorsneden en hier heeft men de zoogenaamde Derdepoort. Tusschen dezen bergrug en een ander kop» je (ook een onzer drie posities) is een nek, waarin het lager wis. Nog verder op was de derdeen laatste stelling. Vuurde de maxim nu op positie co, i, zoo werd hij door posi» ties II en 111 onder kruisvuur genomen. «Draaide hij zijn bek", dan kreeg hjj de Mauserpillen van 111 en I. Achter deze drie posities lagen de huizen van de politie eo van verschillende privaatpersonen. •Onze geheele getalsterkte", zoe ging de veldkornet voort, «bedroeg tusschen de 30 of 40. man. Commandant Kirsten reed vóorN durend van de eene positie naar de andere. Slechts ongeveer 20 minuten konden de Engelschen ons zwaar geweervuur verdragen, toen vluchtten zij terug, wild en door elkander, naar Sekwaansstad. Dadelijk na de vlucht blies een hoorn en wij zagen de kaffers van alle kanten opdagen. Wij waren omsingeld.; De kaffers kwamen vijf achter elkander naar; voren toe, gewapend met Martini Henri's en voorladers, en openden een hevig geweervuur op ons." Hier viel de Volksstem-aua den verteller in de rede en vroeg: •Vochten de kaffers goed?" •Wonderlijk goed, hun manier is net noo* als die v n de Boeren." •En was hun schot zuiver." •Prachtig, oneindig veel beter dan dat vao de Engelschen." •Hun aantal schat ik op ongeveer 4000," wi de Heer Kirsten, >doch mogelijk nog meer." De Heer Stoffberg ging voort ¦ >Zij kwamen 100 nabij OD,e posities, dit eenigen onder j aan den rand van het middelste kopje waarop wij ons bevonden doodgeschoten werden. Wij vochten tegen hen tot ongeveer 10 uur, toen trokken zij in wilde vlucht naar Sekwaansstad terug. Wij konden hen onmogelijk achtervolgen, daar wij geen paarden hadden en ons aantal te gering was, Ook hadden wij dien dag geen enkel ka» non. De Engelsehen, die gevlucht waren sinds de maxim tot zwijgen gebracht was, kwamen niet meer te voorschijn, zij stonden in lange ryen in Sekwaansstad het gevecht aan te lien. Met de maxim hebben ch Engelschen slechts eeo van ons, eeo zekeren Franci?, licht gewond. Door de kaffers sneuvelde de Heer Barnafd L. E. V. Hij kre^g drie kogels, waarvan een door bet hoofd Verder hadden wjj drie gewonden. De kaffers hebben oneindig veel zwaarder verliezen gele* den. Alleen in Sekwaansstad waren in een graf over de 75 dooden begraven. Om ons lager vonden wjj 15 lijken. Een gevangen kaffer verklaarde nog, dat de Engelschen hen er toe gedreven hadden om tegen de Boeren te vechten met beloften, en met bedreigingen hen met de maxim te zullen doodschieten. Gedurende het gevecht werden door de kaffers 9 mannen vermoord (meest politie) en 2 vrouwen. De eene vrouw had een schot door de borst, de andere was door een assegaai in het hoofd getroffen. Hierna vertelde de Heer Stoffberg nog een treurig voorval. •Voor het gevecht vluchtten een achtt 1 mannen met eenige vrouwen weg op het ge* luid van de maxim. Zjj vluchtten in de richting van den Sekwaansberg, denkende alleen met de maxim te doen te nebben, doch zij vielen in de banden der kaffers, die de 8 mannen vermoordden, terwijl een Engelschman, die zyn maats verloren had, later on der bescherming van de witte vlag kwam zeggen, dat de vrouwen aan de overzijde der rivier waren waar de Boeren ze konden halen. De vlucht der Engelschen is zoo verward geweest, dat zij hun maxim io den steek lic ten, iets wat de Boeren eerst te weten kwa - men nadat de maxim door de Kaffers reeds weder aan de roode helden was teruggegeven." Hier eindigde het belangwekkende verhaal van de beide heeren, doch de Voiftstem-man was nog niet tevreden. •Gelooit gij dat de kaffers opgestookt waren door de tfechuana politie alleen of dat't bekend was bij de hoogere autoriteiten ?" •Ik voor mij ben overtuigd, dat het laatste het geval is. Dit is zeker, dat de kaffers ongeveer een week na het uitbreken van den ooi log door de Engelschen gewapend werden en dit kan de politie toch niet uit eigen beweging doen. Wy hebben bet inleidings-artikel in de Volksstern omtrent deze schandelijke zaak gelezen en beamen volkomen wat er ia stond. Het was werkelijk niet overdreven. •Nog een vraag,»' zei de Volksstem-aiao, is Linchwe's stam machtig ?"
»Ik geloof dat zy de beste vechtkaffers zijn in bet Protectoraat. Alle andere k ffers zyn bang voor hen. Hun aantal schat ik op minstens 6000."
ïTusschen liet gevecht van Derdepoort en het gevecht bij Sekwaansstad bielden de kaffers sieh rustig?''
•Neen, zij kwamen neg eenmaal 'sßachts nit, ongeveer een week voor het laatste gevecht, docb toen hadden wij kanonnen en ty gingen dadeljjk op As vlucht.'
En hiermede eindigde het belangrijke onderhoud.
De Volkutem-wan, na beide heeren voor hun moeite bedankt te hebben, ging ver heugd naar zijo kantoor terug, verheugd, omdat hij, hoewel wat laat toch nog aan zyn lezers een feit nauwkeurig zou kunnen mededeelen, dat ongetwijfeld in de van dezen odrfcg een belangrijks rol zal spelen en een overwinning beschrijft door een 40' tal dapperen op een 80' maal sterkeren vijand behaald.
Mogen de EDgelschen in staat zjjn dezen gewetenloozen moord op vrouwen en ongewapende mannen voor den Allerhoogste te verantwoorden, voor de Transvaalsche en Vrjjstaatsche burgers zal het een reden zijn cm den laaghartigen vijand van hun land «>«t intense energie te bestrijden.
"Van twee ooggetuigen.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1900/04/04 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010298186:mpeg21:p001
"De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1900/04/04 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010298186:mpeg21:p001
Een eeresaluut aan den Haer G. jdoll, die den moed bezit openlijk en "lijkbaar als goed viie^d zioh te richten tot die breede schare van Europeanen in Indiê, wier toestand met den da» «tfglijker wordt; die van zich tf schud! oe mijns inziens dwaze vrees, welke veel pur-sang Europeanen het zwijgen doet doen tot vele zaken de lodo's rakende, uit vrees van te zullen »beleedigen". Al moge het. »de waarhe;d wil niet gaarne gehoord zijn", hun een gedeeljelqke verontschuldiging schijnen, sprt - sen wordt plicht in dit land, waar wij Wet alleen het beste deel onzes levens doorbrengen, maar wij.ook ons levens». onderhoud vinden onder zulke gunstige omstandigheden, a)s bijna nergens ter wereld.
Alleen dankbaarheid daarvoor reeds wu den pur-sang Europaaan moetee dwingen tot het in het werk stellen yan al datgene, wal kan leiden tot bel "* beter conditie stellen van zijn minder bevoordeelden broeder, den Indo. De toenemende verarming, moeite otn zich in den strijd des levens ep de bee.j te houden, nemen wij dagelijks bij de indos waar; vele middelen zijn reeds aangegeven om daaraan paal en perk té stelen; tot nu toe evenwel zender resultaat.
De Heer S. noemt in zjjn boven door m aangehaald stuk (Loc. 14 Maart jl aQ blad.) twee oorzaken, die volgeus 2|jn zienswijze den ongunstigen toestand beheerscheu.
lo Het zich vastklampen van den Indo : aan de idéé: IJ *dat de Europeaan een hooger we<•zen is dan de Javaan, hij (de Inde) •niet in het oog houdt, dat de volks •naam er niets toe doet, de persoon, •hjkheid daarentegen alles.*' 2o Verder vraagt de Heer S., hoe zij' 89 toch aan de stelling -jekomen: »Hirdenarbeid is den Europeaan onwaardig.' De Hetir S tracht dan aan te toonen, dat de beide stellingen: »de Europeaan hs een hooger wezen dan de Javaan"; l#9a »handenarbeid is den Europeaan .ïnwaardig" valschztjn en bouwt daar' &p zijn betoog om den Indo te bewe< !«n zich met handenarbeid te gaan generen. Het zich vastklampea aan het Euro* >eaanschap en da afkeer van handenarbeid der Indo's worden meermalen langehaali om het toenemende paupe* ¦terne iv lodiê le verklaren, en dan volgt e theorie, die ook de Haar S. hul ligt, en metterdaad toepast: tracht de toenschen van het valsche dier meenio[en te doordringen en ge zijt op den *eg ter verbetering. ik voor mij geloof niet, dat cci een waan, een zich iets diets *n«en oorzaak zou kunnen zgn vat. ' len achteruitgang eener hoele categorie fto menschen. «aten wij de genoemde oorzaken eens 'at nader beschouwen. Zich richtend « het individu heeft de Heer S. gelijk, 's zjj Zegt: »net is de wijze, hoe ziet Het gaat echter niet aan dergelijke geheel individuöele beschouwingen op geheele volksstam men eo klassen van menschen tos te passen. Men denke slechts aan de leer der Manchesterschool: 'tindividij het best gedijend io en bij algeheele vrijheid, welke idéé overgebracht aïa leidende gedachte in den Staat, beheerschande da productie* verhoudingen der rneaschea, jammerlijk fia co maakte. Het zou mij te ver voeren dit uitvoeriger uiteen te zetten, bovendien de feiten zijn daar om 't onhoudbare van 's Heeren S. redeneering aan te toonen.
De Indo voelt in dezen zeer juist en klampt zich volstrekt, niet aan ie!s onwezenlijks vast: de Europeaan is wel degelijk een hooger wezen dan de Ja • vaan, in zooverre mau onder hooger wezen te verstaan heeft van meer ontwikkeling. Men bagrijpe mij goed: een Javaan kan even hoog staan als een Europeaan, daarvan zijt» voorbeelden, doch als volk staan de J .vanen beneden de Europeanen. Eilieve, was zulks niet bet geval, zou dan de Europeaan de ovBr«> heerscher zijn ?
Da Heer S. ouderschrijft de woorden in Soerja Soemiratgtttit:. . , »dat rampzalig verschijnsel moet geheel toegeschreven wordon aan de onnatuurlijk groote voorrechten, die hier aan het Europeaanschap verbonden zijn."
Welnu, waar selfs gewaagd wordt van »onnatuurlijk groote voorrechten aan het Europeaanschap verbonden", is het dan wonder dat de Indo zich mot alle macht vastklampt; aan dat Euro* peaaosebap» zelfs den schijn zooveel mogelijk tracht te vermijden tot eeo ander minder ras te behooren ? De Indo voelt zulks dag in dag uit en is dan ook terecht niet gediend van de theorie : »cht men als Javaan even goed kan zijo als een Europeaan,"
Wat de tweede stelling aangaat: •Handenarbeid is den Europeaan onwaardig," uit de begeleidende vraa? aan de Indo's boe zijt gij toch tot die stelling gekomen?" blijkt voldoende 's Heeren S. meerling, hoe verkeerd hij dit denkbeeld vindt en in absoluten zia geef ik hem gaarne gelijk, maar . . . in de praktijk is het geheel anders. Zelfs in Europa tracht elk arbeider voor zijn kind zoo mogelijk aan den arbeidenden stand te ontkomen, want de ar b ider is er niets anders dan de slaaf van het kapitalisme, 't geen hij gevoelt dag in dag uit aan den lijve; en moge handenarbeid op zich zelve beschouwd buiten de productie-verhoudingen, zoo» als Gladstone boomen kapte, geen schande zija, de ai beider voelt wel degelijk bet schandelijke van het exploitatie-systeem, dat bern tot bandenarbeid dwingt.
Wat Indië nu aangaat, zeer zeker is dit land niet gelijk te stellen met da kapitalistische laadeu van over de zee, economisch zijn er de verhoudingen anders. Koloniën zijn 't best te verge' lijken met faudaal-staten, echter io modernen toestand. Hier evenals in 't teudalistisch tijdperk overheerschers en overheerschter», eveneens teekenende verschillen: in uiterlijken vorm, in kleeding ele, die zeer weinig beteekenen, doca de meer innerlijke, de ware verschillen berustende op de productie* verhoudingen.
De overheerschers evenals toenmaals in 't bezit der productie-middelen, en hier komt voor Indië de overeenkomst met het feudalistisch tijdperk zeer duidelijk uU: de Staat in 't bezit van den grond, evenals toenmaals adel en geestelijkheid. De overheerschten van toe i evenals nu de producenten.
Wel heb hen zich de verhoudingen io vorm gewijzigd, doch in wezen zijn ze dezelfde. En daarmede is meteen aangegeven bet verschil dat bestaat tusschen overheerscbers en over heerschten ; tus' schen Europeanen en Javanen; in 't kort, de eersten de werkgevers of leiders, de laatsten de werknemers of arbeiders. Hetzelfle gemarkeerd verschil zien we in de Javan6n«wertld, Toen de Europeaan in Indië kwam, vond hij een feudalistischen toestand ; hij liet dien bestaan, maakte de H?ereu van toen aan zich ondergeschikt er» gebruikte ze om te regieren, 't geen nog geschiedt; thans nog dezelfde teekenachtige verschillen van toen ook bij d ; Javanen : de inlandsche ambteuarea ver« tigenwoordigende het hootd, dat leidt, het volk de band, die werkt. Het schu wen van handenarbeid, zoowel v*u den priayie, als van d=m Indo, krijgt in het licht der historie een zeer reëdle beteekenis, baiden voelen als bij intoï. li* door handenarbeid terug te zinken tot een lagere klasse; hetgeen ik mean historisch-materialistisch io 't voren-" staande voldoende verklaard te hebbeo, da waarheid te zijn. De indo nu klampt zich en met goed recht aan bet Europeaan3chap va? 3t, niet zoozeer om uiterlijken '?orm, al m 0«. ge de schijn in dezen tegen hem aij A. evenmin laat hij zich klakkeloos dr ingen tot handenarbeid in den tige» ,f §f< ken zin van het woord; 't ligt in dt*. historische lijn hem daarin te stem i«& Da onderste la^en in da In4o~ra ja, v schappij vorkeeren in zear boonrde oi». st mdigheden ; wordt de hand tot re ;• ding nist uitgestoken, dan zullen ?-eer zeker die lagen terugrinken tot d*« ca*. tegorie van overbeerschten. Va tor 't behoud onzer kolonie blijven noot lig ds tweecateg>rteên: overheerschei semoverheerschten; 't verschil in int elletiuëele ontwikkeling is voorshands noig zoo groot, ddt een loyale overheer .chi ng my gewettigd lijkt, docti men zorg 'e, dat er geen van de eerste categoi ie te» "ugzinken tot de tweede; zoo spoedig dit terugzin - ken in werking treedt is de kiem tot ontbinding gelegd ; daarom ge biedt niet alleen de menschelijkhed, maa _*» ook een welbegrepen eigenbelang van i ftaatszijde ingrijping, een tot staan brengen van de toenemende verarming van den Indo Na al '<. vorenstaand* zU 't dui.le.ijk zijn, wat 't eenige middel is, dat gekozen dient te worden om de onderste' lagen vao de ludo-Afaaviag, op schoof, middels »Gou/droements voorbereidend onderwijs". Za kennen dan op het zesde levensjaar zooveel Hollandseh, dat er met lager oad^rwijj fcan begonnen wordan; door het beter verstaan van het Hollandseh beklijft het onderwijs beter en zijo ze op hun 13* jaar zeker zoover als nu op hun ld?, 3o Minstens op alle resid.entie-hoofd-. plaatsen gelegenheid tot voortgezet en uitgebr. 1. o.; hoof izake-lijk Hollandseh, 4j In centra, zooals Baadoüig, Djokja en Malang; op bojlUplaatsen zooals Batavia, Semaraag, Sotwabaja en Padang oprichting van technische scholen voor handel, nijverheid en I'andbouw.
5o Einddiploma's van scholen voor ui'gebr. en voorJgazet lag. onderwijs, en technische .inrichtfmgen verleenen toegang tot Staats «betrekkingen. Aan eea enkele H. B. S. met dri«» jarigen cursus, zoo ds er maar luid van öirichten een fe Batavia opgericht zal worden, heeft de In lo heel weinig ol niets; daarvan - profiteeren alleen da kinderen van pur-sang Europeanen ot die der upper ten vaa de ludo's. Après tout heeït bij, de Indo, onder de overheerschors het meeste recht van vragen aan de Regeering; hij woont ten minste op den grond zijner moeder; hij blijft. —de ander is de trekker ; hij kan zijn geboorte-en blijversrecht doen gelden opeen stuk van zijn geboortegrond, zij het in andarea vorm, om te mogen blij ven behooren tot het overbeerscheade ras en dat wel door zooveel mogelijk te worden in staat gesteld zich intellectueel, op te beffen. H. Van Braam. Eembang. Maart 1900.
"laar aanleiding m „Een ernstig woord aan de Indo's".". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1900/04/04 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010298186:mpeg21:p001
Wij hebben bet genoegen de lezers van de Locomotief mede te deelen dat binnen kort een NIEUW STEL LETTERS voor het blad verwacht wordt Nieuwe abonnés op de „LOCOMOTIEF" ontvangen het blad van af IMaart tot ultimo Juni 1900 VOOR / 10. DE ADMINISTRATIE. foor de Ir&asraalsslid Strijders. Bij het Daraei-coJilté ontvangen: Vorige opgaat. f 16.68».08Va Bij De Boe. ontvangen: . \ Vorige opg**t f ±ö"-86
"Advertentie". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1900/04/04 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010298186:mpeg21:p001
(A.angebod«n aan De .Locomotief.) J
ln De Locomotief di. 21 Maart j.l. las ik een stuk orer de Koloniale Reserve, door u overgenomen ui' dj «Groene" Amsterdammer ca ingezonden door den Heer v. d. Pol; daar ik geheel uw meening deel wat de partijdigheid vas dat stuk betreft, deel ik u tuéiiö »v,n tnij": ouder vinding vaa dat korps is; mocht u het de moeite waardig achten dit te plaatsen, zoo zal mij dat aangenaam zyn. Zelf ruim 6 mianien bij de Reconvalescen ten»afde*liog le Zutphen en ruim 2 jaren bij het Valide korpsgedeelte te ?>fijmegen gediend hebbende, deal ik u het navolgende mede.
Een ieder die zich zoowel in Nederland of ia Indië verbonden heeft om het leger zoowel in als buiten Europa te dienen, wordt zoo h\j in Indië ongeschikt wordt bevonden, voor verder te verrichten dieosten mar Ne derland opgesondeo en ingedeeld bij de Reconvalescenten-afdeeliug der Koloniale Reserve ta Zutphen.
Bij zyn. aankomst aldaar wordt hem gevra gd -of hy zijn verband wil verbreken en daarna, eea engagement voor vier jaren wil aaog-^n, waarvoor hij dan f 20 en bij geschvktbevindiog voor het valide korps-gedeelte f 30ontvaogt, terwijl ftöOin 'süijks- Pxjstspaarbaok op zij j naam wordt iogelegd ; wil hjj dat niet doen, dan dieat hij gewoon zijn verband uit.
Bij verbreking van het verband gaat de diensttijd eerst in op den dag van physieke geschiktbeviuding voor het valide korpsgedeelte, doch de tijd telt wel voor gagement, medailles enz.
Na voor een commissie te zijn verseh ïneD, die na den aard der bevinding de militairen geheel afkeurt, of wel in de ziekenzaal ter ob< servatie dan wel in de le of 2e categorie plaatst, moet men om de drie maanden ter keuring verschijnen.
De ziekenzaal is ingericht als een hospitaal en men wordt er zoowit op gelijken voet behandeld.
Komt men in de 2e categorie dan doet men kleine diensten, sooals wandelen ouder geleide, theorie, lichte corveeën enz. en mag men buiten die dieosten tot des n. m. 6 uur wandelen, waaraa men zich lot het avondappèl in de cantine, dagverblijf of kaoiers kan amuseeren.
In ds le categorie worden lichte oefeningen met het geweer, exercitiëo, militaire wandelingen enz. gemaakt en kan mes bii - ten die diensten tot 10 uur uitgaan, op Zonen feestdagen tot 12 uur 's avonds.
De ruimte is daar in de verschillende kazer* nes niet voldoend», dus bepaald onaangenaaam.
Da soldij bedraagt f 0.10 per dag voor eea soldaat; het eten is er uitstekend, terwijl de dokters aan sommige zieken, zooals leverzieken, bloedarmoede-lijders enz nog extra melk, eieren, witte-brood en kaas doen verstrekken.
Bij de dar ingedeelde militairen bevinden zich natuurlijk een massa, die liever dadelijk definitief afgekeurd zouden willen wor den, doch dat gaat niet gemakkelijk dair de commissie het recht heeft ieder waarop nog ki ns tan behoud voor dio dienst bestaat, twee jaren in observatie te nemen, om daarna een eindbeslissing te nemen.
Ik heb er measchen gekend die op alle mogelijke manierea trachtten den dokters wat wijs te maken en daar dat in den beginne vooral na den Lombok-oorlog wel eens gelukt 3chijat te zijn, blijven anderen hardnekkig probeeren, sommigen liggen maanden lang in de ziekenzaal.
Het aantal simulanten is er dan ook erg groot, en zien deze categorie van militairen dat hun doel onmogelijk bereikt wordt, dan zorgen zij zich straifschuldig te maken, om op die manier uit het leger verwijderd te worden.
De discipline is er over het algemeen streng te noeman ; dronkenschap wordt te allen tijde zeer streng gestraft en bij da vierde herhaling bianen het jaar wordt men uit het I'ger verw iderd, terwyl gegradueerden gewoonlijk bij de 2e dronkenschap gedegradeerd worden. Op onbehoorlijke behandeling der minderen wordt streng gelet en zoo is er vloeken en schelden streng verboden ca wordt bij overtreding steeds ges'raft; kortom het is er dienen zooals bij het Nederlandsche leger te» Ke^woordig gebruikelijk is. Daar nu in Indië het vloeken en razen steeds nog niet güstnft wordt, men zelfs vooi' k'einzielig wordt aangekeken, als men er wat v*n zegt; men meestentijds iv dechambrée's zonder toezicht is en tegen dronkenschap bniten dienst, trots aile mogelijke orders ca büpalingen, verschoonead wordt opgetreden maken de militairen in Zutphen zich, te meer daar elke categorie in één kazerne woont en steeds kader aanwezig is, dit ook waêr door de officieren op de handen gekeken wordt, eerder strafschuldig dan in de Indische kampementen, waar men bovendien op slioksche wV)ze wel op 10 manieren met een halven roes in binn-n kan komen.
Bovendien wordt elk gegradueerde aldaar op het hart gedrukt dat hij ook ep straat verantwoordelijk is voor het gedrag zijner on« dergeschikten voor zooveel dat mogeljjk is. Voorts loopt er elkeo avond een patrouille ca steunt de politie de militaire autoriteiten. Militairen met een goeden wil en oppassend van aard hebben daar natuurlijk niets te vree' zen. doch toch gebeurt het w^l eens, dat men io handen der gevaarlijke sujetten vallende wordt medegesleurd, vooral door de verkeerde uitlegging van het woordje «kameraadschap". "ele worden er zoowel te Nijmegen als te Zutphen met ecu briefje van ontslag uit de gelederen gewmdea; te Nijmegen zelfs jongelieden van 17 of 18 jaar wegens aanhoudende dronkenschap; het leger verliest m. L niet veel aan die sujetten, waarvan enkele soms een heele compagcie in de war staren en het pleit dankt mij voor de ernstige bedoeling der Regeering om het Ind. leger zooveel moge* lijk te zuiveren van sujetten die toch niet geschikt zijn voor militair. De tijden zijn reeds ver achter den rug, dat iedereen maar soldaat kan worden. Is men nu door de geneeskundige commissie geschikt bevonden dan gaat men naar Nijmegen, ontvangt f 30 ca krijgt eenige dagen verlof eo wacht op de uitzending van een detachement, wat gewoonljjk drie maal per jaar gebeurt. Ongeacht van welk w;pen of dienst men zij, by de Koloniale Reserve is, behoudens de Artillerie, daar alles iofanterist, doch bg terugkeer in Indiê wordt men op verzoek en zoo er plaats is bij het vroegere wapen of dienst weder teruggeplaatst. Onmogelijk kan men toe'i de duizend cc één baantjesgasten daar gaan employeeren. Voorts is er te Nijmegen een uitstekand muziekkorps, zoomede een werkwinkel onder toezicht van een opzichter der Genie, waar een ieder die vroeger een ambacht heeft geleerd, Ket kin onderhouden en aanleeren. Te Nijmegen hebben de soldaten f 0.15 per dag te verteren, een uitstekende voeding eo hoewel een strenge, toch een zeer humane behandeliog,de diensten nemen ongeveer 6 uur in beslag en na 4 uur 's middags heeft iedereen vrij af, behalve de wacht natuurlijk. Te Nijmegen is bovendien nog een op grootsche wij ie ingericht Militair Tehuis, waar des avonds steeds een greot aantal reservisten hun ledigen tijd zoek brengen. Op geloofsgebied wordt men er nooit lastig gevallen, de Regesring geeft die instelling dan ook jaarlijks een subsidie. Ook kan men bij de reserve in eeo jaar het van soldaat tot sergeant brengen. De reserve is gelegerd in een der schoonste oorden van ons land, de burgers zya uit die s reken recht hartelijk en militair gezind het kader wordt om beurten gedetacheerd bij de Normaal Schietschoolte sGravenhage. Het korps neemt jaarlijks deel aan de manoeuvres. Er zijn schietvereenigiogen, tooneelvereenigingen, voetbalclubs enz.; b_ goed gedrag wordt steeds van Zi terdag tot Zondag-avond permissie verl >eod en van tijd tot tijd verlof zooals met Kers mis, oude en oieuwjaar, Paschen, Pinksterea bg vertrek naar IndiS enz.; ik kan mij ook niet begrijpen er zooveel menschen iets tegen die instelling hebben. Vroeger kwam men als tijdelijk gegageerd militair met een ziek lichaam in Nederland en moest dan soms van f 2, doch hoogstens f 5 in de week ma r zien rood te komen, want een tijdelijk afgekeurd militair krijgt zoo gemakkeijk maar geen betrekking. Verder dien ik nog te vermelden, dat men behoudens ht recht om na 12 jaren dienst (24 Ind.) bet leger met gagement te verlaten, met 30« jarigen dienst (Lid. jaren tellen dubbel) en 46 j rigen ouderdom een gagement krijgt van f 352 als soldaat, f 418 als korporaal f 462 als sergeant, f 4J5 Us sergt.-maj en f 528 als adj.-oaderofficier; wo dt men voor dien afgekeurd dtn tellen de dienstjaren, en wordt de ouderdom buiten beschouwing gelaten. G. S., Onderof. der Kol. Reserve.
"De koloniale Reserve.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1900/04/04 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010298186:mpeg21:p001
Fancy-fair. — In een liefdadig heidsbazaar vroeg een aardig jong meisje aalmoezen. Zij kwam met haar schaal bij een galant oad heer.
Hij legde een goudstuk op de schaal en sprak: >Voor uw mooi* o igen, freule." Zij glimlachte en sprak : •Ik heb er twee. mg oh er. . . .'»
Arsenicum.— Prof. Armand öauthier heeft aan de Akademie van Geneeskunde te Parjjs behngrjjke mededeelingen gedaan omtrent onderzoekingen betreffende het voorkomen van arsenicum in het menschehjk lichaam, en wel in de schildklier (aan den hals), de huid en de haren. Hg heeft toen nagegaan, of dit vergif ook in het voedsel te vinden was. In brood ontbreekt het geheel, evenzoo in eieren, visch, ook in de spieren, het bloed en het merg, in de lever en de zieren van .geslachte dieren. Wel echter ontdekte bij het in de hersenen, in zwezerik, de schildklieren, en ook io de melk.Ook inwortelen, aardappelen en koolsoorten. Dr. Gauthier neemt dus aan dat de mensch door deze voedingsstoffen arsenicum in zjjn lichaam brengt.
Opleiding van Kinderjuffrouvoen.— In Denemaruen bestaat sedert November van bet vorige jaar een school voor de opleiding van kindermeisjes, en wel te Hellerup. Het leer* plan behelst ongeveer dezelfde vakken als in Nederland worden voorgesteld, terwijl de leertijd éen jaar duurt. Het onderwijs wordt voornamelijk in Hellerups kindertuin gege» ven, wat het pratisehe doel betreft. Aanbevelenswaardig is het, dat vele huismoeders geneigd zijn aan de meisjes kost en huisvesting te verleenen, indien ze in den tijd, dat het onderwijs geen beslag op haar legt, behulp* zaam willen zijn in de huishouding. Het on* derwijs zelf is geheel kosteloos.
Een radikaal Geneesmiddel. — Michael Tobias, een zeer welgestelde herbergier in Keghslom, Hongarije, was aan den drank verslaafd. Zija vrouw wis hierover zeer bedroefd, en toen duzer dagen een dojr het dorp trekkende Zigeunerin haar Mfde, dat zq een elikster tegen dronkenschap bad, nam Tobias' vrouw dit middel g ame aan. De Zigeunerin moest hiervoor hebben 5 kronen direct, en na rdloop van de kuur, als deze geholpen had, wéér 5 krocen. En het middel werkte wezenlijk goed. De Zigeunerin nam haar 5 kronen, eo de vrouw goot nat fleschje leeg in den wjjc vao haren man. Sedert dien dag dronk b\] geen droppel meer, want den volgenden dag was hij dood. Hg wis vergiftigd. De overheid zoekt nog naar de Zigeaoerin.
Hoe éen geit cm vcolf kan vangen, ondervond dizer dagen een weduwe Sigalard in eeo plaatsje bij Aogoulême in Frankrijk. Zij was bezig salade te snijden en de geit graasde op eenigen afstand aao den zooaa van een bosch. Op eenm»al sprong een wolf op bet dier af, maar tegelijk verhief de geit zoo snel den kop, dat de kop van den wolf tas* schen haar horens beklemd raak'e. Op het jammerlijk geblaat der geit schoot de vroaw toe en bijaa tegelijk eeo bnur nan van haar, die den wolf van xchterer; aangreep, waarop de weduwe dezen herhaal lelijk hiar mes in de zijde stak, zoodat hij >1 spoedig den geest g?f. — De geit lijdt sed rt het geval aan een soort vitusdans: blijkbaar zud 'ia»r zenuwen geheel van streek. Ma r de weduwe troost er zich mcd, dat het dooden vaa een wolf hiar een premie van vyftig gulden heeft bezorgd.
Een Russische Staatsgevangenis.— Ongeveer vgftien mijleo van St. Petersburg staat op een granieteiland ia het L»dogameer een fort. Dit is hit fort Schlas^elburg, de vreeselijke Staatsgevangenis, n viiecd gegeven. HQ vertelt daarop, dat van de 52 gevangenen, daar de laatste acht jaren heengezonden, 40 pCt. gestorven is. De overigen zjjn meerendeels krankzinnig.
Snds jaren is men bezig met opgra» vingen te Suza, d* hoofdplaits van het oude koninkrijk Elamiot. Men vo id er overblijfselen van bedelven paleizen der Koningen Arttxerxee, Menon en Dir insen het is, voornamelijk een Engelseh ma , Kennet Lofus, die deze onderzoekingen met sncees leidde. In den laatsten tijd is men nu echter bs» gonnen met het blootleggen van Suza zelf, dat een groote stra egische waarde bezit door zijn liggi g nabij twee groote heuvels. De onderzoekers begrepen, dat in deze heuvels tal van merkwaardige bijzonderheden konden worden gevonden, waarop ze hun onderzoek begonnen met het gra en van vijf tunnels. Bn in de laagst geleden tunnels vond men nu inderdaad de merkwaardigste resten, voornamelijk pottenwerk, dat merkwaardig ts door de fijnheid van het glazuur en versierd is met figuurtje* io rood, zwart en bruin. Hoe hooier de tunnel gegraven werd, hoe meer zy den top van den heuvel naderde, des te grover werd de groedstof der potten, zijnde meestal vazen van ruwe klei. Acht-en-zestig voet boven den heuvel voet werden later de eerste overblijfselen van gebe :wen gevonden en ook vond men daar de resten van gebruikte brandstof. Op de huizenMOverblijfeels werden echter geen inschriften ontdekt. Op 13 voet hooger vond men de overblijf* selen van het oudst bekende Suza. Veel gaafs bood de blootgelegde ruïne daar niet; de verwoestingen door het vuur hadden er versehr kkeljjk huisgehouden. Toch vond men muurstukken, die van grootte arehaeologische w iarde bleken door inschrtftee en teekeningen van menschen en dieren; ca groote overblijfselen, die door bun ge* wicht aan de algerneene verwoesting waren ontsnapt, brachten zeer bijzondere merkwaardigheden aan het Hcht. Zoo vond men een monument ter eere van den veldtocht van Naram-Sin, omstreeks 3750 v. Chr. gehouden. Dr. Schiel onderstelde aangaande dete vondst, dat dit monument door de Blamie* ten uit Chaldea gestolen was. Mee heeft echter meer geloof voor de onderstelling, dat de Ghaldeesche Koning het daar zelf had laten oprichten. Een groote obelisk werd nog ontbloot beschreven over ruim 1300 regels, in Archaiseh schrift.
"Blek wat Wis.". "De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad". Semarang, 1900/04/04 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 25-02-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010298186:mpeg21:p001