Het verslag der Arbeidsinspectie. Wq varnamen, dat hat in da bedoeling van de Regeering ligt, in den vervolge om de drie jaar «en uitvoerig verslag van de arbeidsinspectie te doen verschijnen. Het eerste verslag liep over een periode ▼»n vijf jaar. Waarom de inspectie niet telken jare een overticht zou geven van haar bevindingen ?
We vermogen dit niet te doorgronden. Wellicht meent men, dat er niet altijd ■tof sal iqn, of beschouwt men een jaar *•■ een te korte periode in de ontwikkeling van de arbeidsverhoudingen. Maar we gelooven dat een jaarlqksch venlag vau de arbeidsinspectie, wanneer bet ióó wordt opgevat als de steller van bet rapport over het eerste lustrum het deed, van onberekenbaar rmt kan zijn. Juis omdat het verslag niet is een werktuigelqke opsomming van naast elkander staande fei
"Dit nummer bestaat uil drie bladen. Een=en=ander.". "De Sumatra post". Medan, 1912/09/05 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010324003:mpeg21:p001
"De Sumatra post". Medan, 1912/09/05 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010324003:mpeg21:p001
Het duikt telkens weer op, nu in dezen, dan in genen vorm — het pleidooi voor den Zondag in de Deiische cultures Het sal biqven opduiken, zóó vaak — tot de laatste Hari Bmar is uitgeiuid en de Deliplan.erq sich van de Chineesche tqdsin* deeling heeft losgemaakt. Misschien dat nog eeis diezelfde amen van 't Hemelscbe Rijk, die den hari besar in 't land brachten, straks dan westerschen Zondag met zooveel andere westersche begesrlqkheden komen opeischen.
„Hef is nu opgedoken in den vorm van een schets in de Groene Amsterdammer. lemand, die aicb M. van der M#y Uoger teekent. maar in 't Adrjsboek van Nsierlandsch lndiö niet te vinden is, eeo jJel.-iBsis.ent volgens zijn zeggen, geeft een mijmerijijs over de Zondagochtenden uit zqn j«ogd. Dat 't zu»js, hetwelk hem thee op bed komt brengen an de knoopen in zqn manchettee, doet, een beetj» onwezenlijk is uitgevaiien, doet er niet toe. Zon Hollandscbe Zondag, wil, hij maar itggen, waarop jo nu eeia lekker kunt doen en laten wat j-. wilt, ieder naar zn aeigiogen, daar denk js nog wil eens met «en stillen traan aan terug, wanneer ja op Zjndag in Dcli om 5 uur j« bed uit moet en de velden in. D-ze assistent schijnt nog wel eens op den kalender te kijken.... Het stuk in de Groene eindigt meteen roep om den Zondag in dezen vorm: Hoe anders zou hst leven hier in Indië zijn als wq een Zondag hadden, den Z_„ dag met zqn weldadige rust, de vredige .lemming in de natuur niet verstoord door hard werkende en zwoegende msnsohen, alles rust, vrede.
Wq zouden betere menschen zijn, onze geest kwqnt en wordt omlaag gehaald door het eentonige, alledasgsche van den arbeid. Hoe goed sou het zijn, Maandag met frissche kracht weer te beginnen, uitgerust en verkwikt door den Zwdag. Nu geen prettige Zaterdagavond met terugzien op een ijverig doorwerkte week. Nu geen opwekkende Maandagmorgen met nieuwen lust en verlangen naar het w«rk. Da eerste en zestiende van elke maand is 't wei f/haribesaar", maar dat is meer nog voor de koelies, die volgt ns de koelieordonnantie twee vrije dagen per maand moeten hebben. Op die dagen moet da tmgkeh dikwijls nog het emplacement over wandelen om te zien of alles gosd mar. caeert, en nog andere werk ju doen, die toch js halven dag in beslag nemen. Er wordt gezegd dat het in de culturee niet anders kan, maar dat is „het brullen van den geld wolf, die huilt om meer dividend en nooit verzadigd is.-* Ik zou het willen roepen met de machtige stem van den stormwind: „geeft ons den Zondag l"
Ik sou het willen uitschreeuwen dat de dooven het zouden hooren, en de Oost- Indisch dooven souden staan te trillen op hun futlooae beenen.
En de harde koppen die niets kennen dan dividend, die zou ik tegen elkaar w.-llen beuken, zooals ik het als j.ngen mijn voorsteenen deed; maar er zouden geen gloeiende vorken uitipatten, neen, niets dan lucht, heilig veur bezielt ze al lang niet meer.
Zq vieren hun Zondag in hun zelfgenoegzame wel ged aai: heid, zich niet vermoeiend door aan hun naaste te denken, de menschen die ook des Zondags moeten werken, de menschen die men noemt planters, boekhouders, singkehi en koelies. Wanneer zal er een goed mensch opstaan an cos Indischen werkkrachten den Zondag geven, den rustdag dia ons van Godswege, toekomt ?
Wanneer de Zondag met iqn geestelijke •n lichamelijke ontspanning? Wanneer d« Zondag met sijn verkwik. Wanneer de Zondag ? wat voor on* hardwerkenden beteekent geluk, vreugde, veredeling. Wanneer gij ons uw stem, uw ateun niet geeft, dan zqt gt mode-schuldig aan onza geestelijke daling, ome varmindering van levenslust en levensmoed.
Allen edelen mannen roep ik tot: r/Helpt ons!•*
Allen goeden moeders vraag ik: -/Doet een goed woord voor ons ?<• Laat ons niet vergeefs roepen: tGeef ons den Zondag I" * *
* We denken wel dat de motdsrs er niet veel aan kunnen verhelpen. E«n optocht van assistenten-moeders naar Frascati op den inschrqvingsdag....? Er zouden uit Djlj nog verwijtende briefjes komen: moeder, aa: me toch den hari-besar—vraag ik om den Zondag...? Want de arsistenten zqn het over dit onderwerp nog niet heelemaal e-!n»: vele der ouderen souden den Zondag niet begeeren, zqn er bang voor. Toch zal de Zondag er komen. Het kan niet anders. Het is ondenkbaar dat dsze uitzonderingstoestand kan blijven bistaao. Ea het zal goed zijn, dat hq er komt. De Zondag zal iets van het gevoelloos-mechanische van bet doodend-eentonige, van het onn&depkend-voorf jachtende uit 'tDeli-leven wegnemen. Ea ala de Zondag er is, zal niemand sioh meer kunnen voorstellen, dat hij er niet altijd ia geweest. Wee hem, die den Deliplanters den Zindag weer zou willen af-
"Voor den Zondag in Deli.". "De Sumatra post". Medan, 1912/09/05 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010324003:mpeg21:p001
(V an onz e me dewerkster). Berlijn, 8 Aug. '12. Van Berlqnschezomergemetiogan sprak ik in mijn laatsten brief. Van 33 graad Celsius en boottochten in geheel of half nitgekleeden toestand in 't gezelschap van vele lotge nooten, van de spes patriae aan den oever in een soort ladianen-gemeenschap, van Rautendelein met lang?, golvende haren over 'n primitief en toch, o zoo bekoorlijk badcostuumpje, van een opleven van atv vistisch bedrijf van 'n natuurvolk...
Eilacie, „über Nacht is.'s g-ikommsn*, de reactie, het slechte weer Westenwind en regen, storm en regen, en de uit de bergen en van 't strand teruggekeerde B.riijner hult sich rillend in zqn diksten regenmantel en de Berlijner zonder kinderen, voor" wie de vacantie nu begiat, die opzetcelijk tot begin Augustus gewacht heeft met zgn reis om niet zoo in 't gedrang te komen, hq tiert en scheldt op het vervl.... weer en pakt zijn ransel plichtmatig, zonder eeaigoa luit. Of hij moet een dikken geldbuidel bezitten en dadelijk over de „Wetteracbeide" keen trekken, ö/er den Gotthard naar 't Noorden van Italië, over den Brenner naar de Dolossieten in Zuid-Tirol. Daar alleen heeft bq nog kana op zon. En wie hésleocail en onherroepelqk thuis moet blijven, voelt onder den invloed van het weer het indolente gevoel van doorstoofd-zijn-met-srarmte wqken, grqpt weer naar boeken, werk, bezigheid. Krupp, het woord alleen klinkt al als metaal, Krupp in Essen viert ztjn honderdjarig bestaansfeest. Groot en ontzagwekkend is de firma, wier gast heden de Duitsche Keize-* is, geworden door haar wapenfabriek, haar kanon nengieterij. De kanonnen van Krupp zijn naar het oordeel van deskundigen de beste ter wereld. Maar terwijl de geweldigs werkplaata in Essen jubileert, dwalen mijn gedachten naar een ander punt. Luid klinkt dit zegelied uit een Duitsche fabriek door Europa, dat onwillekeurig even sidderen moet, als het denkt aan den donder, die uit den mond dier kanonnen over slagvelden daveren kan. Nieuwe strijdmacht heeft de Rijksdag vlak -tóor de vacantie bewilligd, en Krupp viert zijn feest Maar waar is het kanonnen voedsel en e aar is die Btrijdmacht, die er al staat op het papier P In 1910 hebben de volkeren groote volkstellingen gehouden.
Pas veel later kondan de statistische resultaten daarvan gegroepeerd en bekend worden. Ea... zq toonen de vermindering der geboorten in bijna alle beschaafde landen.
Van Frankrijk is dit feit al bekend. In 1820 warden op elks 1000 inwoners 31 kinderen geboren, in 1900 slechts 21.
Doch in Europa heeft slechts nog Rut Und bet gp *) 48 ep lOoo* Ia S par-je, Italië. Oja.etirgk-Hongarqe, Duitacbland en Nederland daalt het niveau wal be> steudig, doch het overtreft toch nog 30 op 1000.
In België, Denemarken en Zwitserland ia dit niet meer het geval, terwijl Zweden en Engeland al minder dan 25 hebben.
Toch nermt, of nam, de bevolking in Du.tichland totnogtoe zser enel toe. Het Duitsche rijk telt 64 millioen inwoners, in '70 niet veel meer dan 45 millioen. r.ü toch was daarnaast zoowel in Pruisen als in Duitschland sinds ongeveer 30 jjren al een vermindering der geboortecijfers te constateeren. Immers, in 1876 werden nog 42 kinderen per 1000 inwoners geboren, in 1910 slechts 301 Eu wat het ergste is, in 1910 was deze afname voor 't eerst absoluut, d.w.s. dat ondanks de toename der bevolking over 't algemeen toch minder kinderen geboren werden dan in het voorafgaande jaar. Is dit nu heusch esn zoo bedroevend feitP Ja, zegt bet officieuze RegeeringS" orgaan, de Norddeutsche Allgem. Zeitung, die er zich al bizonder ongerust over maakt. Want daza vermindering is niet het gevolg van minder huwlijken, ook dit toont de statistiek aan. Zij moet dut kunstmatig verkregen zija op de wij te, zooals dit in het aan kinderen-arme Frankrijk geschiedt, waar toch nog meer huwe lij keu gesloten worden dan in het kin derrijke Italië.
En met schrik ziet de r/Norddeotsche' het tijdstip komen, waarop het afnemen dei* sterfte niet meer gelijken tred sal houden met het manquo aan geboorten» surplus, het tijdstip dus, waarop een stilraad of een vermindering van het geheele bevolkingscijfer moet volgen. Zij geloof nog niet aan een uitputting van het ras. Maar wel denkt zq over repressalia : over oeconomische en sociale maatregelen en een propaganda tégen nisuw-Maltbus aanscht neigingen.
Heel treurig werd het feit ook gevonden door een geleerde op een vergadering ter bevordering dor rassen bygiëne in Dresden, die fictrepa bij het voortgaan op dezen weg reeds aan de gele rasisn overgeleverd zag. Ea wat zegt het militarisme als de op 't papier bewilligde recruten ontbreken in de werkelijkheid of voor den dienst ongeschikt blijken ?
Ook voor kanonnen voedsel, ja juist daarvoor, moet de recruut geschikt zijn. Hooge pbyjieke eischen worden hem gesteld. Jaar op jaar neemt de deugdelijkheid voor den diëtist af. Vooral is dit het geval bq de stadskinderen. Welk een verschil met vroegcrl Nog in 1876 vertoonde Berlijn een geboortecijfer vau 47 per 1000 en overtrof daarmee verreweg het platteland van toso an dat van nu. Tegenwoordig is het anders. Een dtrde der gétinnen in de hoofdstad des Rijks bssit slechts é m kind. Ein tweede i/s deel slechts twee kinderen. Eo laar de atea-ja toch grosion, en wel door de sgu. c-Landflucht", die het platteland ontvolkt, moet dit proces voor den staat m zn geheel tot een verdere vermindering van het geboorte cijfer voeren. Deze toenemende ongeschiktheid voor den militairen dienst moest echter jniette denken geven. Wat geeft het of het aantal menschen grooter wordt, wanneer daarbij ook het getal der minde, waardigen wast I R
Daa neemt de getalssterkte der nieuwe bataillons toch af. En daar het in alie beschaafde landen 't geval is of 't naar alie waarscbqnlqkheid spoedig wor den zal, valt het beswaar ook weg, dat een staat uit het oogpunt van zijn macht er anders tegen zou moeten hebben. Want wat bij allen gelijkelijk geschiedt, kan den eenen geen afbreuk doen.
Wie zich bizonder ongerust maakt over het veischijt sil, _og% bedenkeu dat de sterfte nog steeds daaln en dat aan het stabiel-blqven der bevolking op deze wijze groote voordeden verbonden zqn. Ean groot Engelsch wijsgeer, Herbert Spencer, noemde als ideaal een zoo groot mogelyke cultuur, vei bonden met zoomin mogelijk veranderen van personen, de dragers deier cultuur. Het laatste b .duidt slechts krachtaverspilling an staat da bestendigheid dier beschaving en het nalaten daarvan aan het volgend geslacht ia dan weg.
Voor geheel Europa bedroeg het atarftecqfer gedurende het tqdpark 1801—1820 ongeveer 32 per 1000. in 1891 slechts 25, ca het daalt nog voortdurend. In Engeland bet bv. in 2911 tléCaia 13 per 1000, soodat het geboortecijfer (2ö) nog een haal eind kan dalen töo: de «tilstand begint.
En of men voor of tegen beperking ie, ie immoreel vindt of integendeel een bewijs van een sterk ontwikkeld verantwoordelijkheidsgevoel, men zal zich mat dergelüke overwegingen moeten troostsn. Immers da; gedeelte der bevolking, dat de noodzakelijkheid van beperkende maatregelen voor sich heeft ingfz'en, zal ar door dwang van Regeeringawege niet van afwqken. Blijft de mogelijkheid van het bevorderen (of tenminste niet beperken) der geboorten bij bet gedachteloos voort vegeteerend proletariaat in den wijden zin van het woord, dat slechts volgens den stelregel: „aprè; moi le déluge" handelt. Blijft dus de vermeerdering van een menechenmateriaal, det getoond beeft niets over te hebben voor den heiligen ernst van de procreatie, dat uit slechte, phyiiek en psychisch minderwaardige elementen bestaat. Want de bsstsn onder hen, de Eagelsche arbeiders, hebben het getoond, huldigen al lang andere opvattingen. Zij en han kroost varen er wel bij. Ei bq bet feit, dat lichamelijke en gees'elijke eigenschappen aan een erfelijkheidswet onderworpen zqn, sal da. leker niemand wenschen. J. L.
"Bevolkingstoename en militairisme.". "De Sumatra post". Medan, 1912/09/05 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010324003:mpeg21:p001
Naar men aan 't Bat. N b 1. van welingelichte zijde mededeelt, ligt het in de bedoeling om binnenkort, gelet op de voortdurende uitbreiding van het aantal daikbooten, bq de Kon. Ned. Marine van het onderzeewezen een aparten dienst te maken, sooa'.s bqv. de torpedodienst, de byirog'afiichs dienst enz. afzonderlijke onderdeelen zijn.
N*»a«t dc twee onderzeceche booten, die reeds in dienst gesteld zqn en zich in het midden van het jaar, waar de gelegenheid zich aanbood, met onze oorlogsschepen op de reede van den Helder druk oefenden, sal binnenkort een derde gaan proef varen en is voor een vierde de kiel gelegd. Voorte wordt de eerste duikboot voor Indië in Fiume bij Whitehead gebouwd onder het rechtstreeksch toezicht van den directeur, den oud-luitenant ter zee der Nei. marine Koster en ie bet het plan om spoedig daarna nog een tweetal voor de koloniën te doen aanmaken. Deze sullen dan kunnen beschikken over drie vaartuigen, die echter meer capaciteit zullen krijgen en dieper onder den waterspiegel zullen kunnen zinken dan de scheepjes, die bistemd sqn om aan de Hollandsche kusten werkzaam te zqn. Natuurlijk is reede de vraag gerezen, hoe de nieuwe scheep jis naar de tropen zullen moeten worden vervoerd.
Het voorzichtigst en zeker ook het goed • koopst sal natuurlijk weien om hen in hun geheel aan boord van een mailstoomer te hijschen en se ale vrachtgoed naar Java te doen zenden, maar onder deskundigen gaan ook stemmen op, om de onderzeeërs op deielfde wqze naar Indië te zenden als de torpedobooten worden gedaan, d. w. s. in geselschap van een vrachtstoomcr van de Rotterdamsche Lloyd of van de Maatschappij Nederland, waarbij se ten hoogste bq Ceylon kunnen worden losgelaten om verder alleen en op eigen gelegenhsid naar S:raat Soenda koers te zetten. Door soo te handelen wordt de manoeuvreer vaardigheid van gezagvoerder en bemanning ontwikkeld en geleerd vertrouwen (e stellen in de zeewaardigheid van de wel is waar uiterst kleine, doch ook buitengewoon stevig gebouwde note* dopjes. Alleen de kwestie van de berging van de noodige brandstof, petroleum, ie nog on* opgelost en naar het sich laat aansien, zal deze vermoedelijk wel verplichten cm de trajecten, waarover alleen kan worden gevaren, aanzienlijk tt beperken-
"Koloniale Zaken. Onderzeeërs.". "De Sumatra post". Medan, 1912/09/05 00:00:00, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 26-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010324003:mpeg21:p001