Uit een hoek van het westelijk halfrond, waarvan men het allerminst zou verwachten, is een vcorstel gedaan, welks gevolgen misschien invloed kunnen oefenen op de z.g. „rechten" der neutralen. De regeering van Venezuela heeft n.l. te Washington het denkbeeld geopperd ora een groote internationale bijeenkomst te houden tot overweging en herziening der regelen van het volkenrecht betreffei.de de rechten van onzijdige mogendheden in tgd van oorlog. Venezuels's voorstel is gericht tot den raad van bestuur der z.g. Pan-Amerikaansche Unie, welker bestemming de bevordering is der vriendschaps- en handelsbetrekkingen tusschen de 21 Amerikaansche republieken onderling, schrijft de New Yorksche correspondent van de „N. Rt. Crt.".
Bij het onderhavige voorstel wordt het denkbeeld geopperd om zich bij de te houden beraadslagingen niet te bepalen tot de Nieuwe Wereld, maar allen onzjjdigen mogendheden uitnoodigingen te zenden om zich te Washington te doen vertegenwoordigen. Vervolgens zou de arbeid der daar te houden conferentie worden voorgelegd aan een wereldcongres, waarin afgevaardigden van de onzijdige zoowel als van de thans oorlogvoerende mogendheden zouden zitting nemen.
Generaal Ignacio Andrad;?, de tegenwoordige minister van buitenlandsche zaken te Caracas, die twaalf jaren geleden president van Venezuela is geweest, is feitelijk degene, die den stoot heeft gegeven tot indiening van gemeld voorstel, ofschoon het hierin belichaamde denkbeeld reeds eerder van andere zijde was geuit. Door genoemden aad van bestu ur werd n. 1. met reenparige stemmen besloten tot aanneming van het voorstel, geopperd door dr. Romulo Naon, gezant van Argentinië te Washington, om ecu commissie aan te wijzen ter overweging der nieuwe vraagstukken, welke zich uit den nu gevoerdcii oorlog ontwikkelen en de belangen van het westelijk halfrond betreffen.
Op die vergadering waren 20 van de 21 republieken vertegenwoordigd. Alleen Mexico maakte een uitzondering. Feitelijk had op dien dag de eerste internationale bijeenkomst van vertegenwoordigers van onzijdige mogendheden plaats, welk? sedert het uitbreken van den ooilog word gehouden. Van verschillende zijden werd zij aangemerkt als het begin van eea nieuwe beweging op volkenrechtelijk gebied, ten einde nog verder de rechten der neutralen tegenover die der oorlogvoerenden vast te stellen.
Dit optreden mag voorts worden aangemerkt als het eerste eenparige handelen van de zijde der onderscheidene Amerikaansche regeeringen tegenover de overige wereld.
Door dr. Naon werd de volgende merkwaardige zienswijze ontwikkeld met betrekking tot het door hem ingediende voorstel. „Da belftßgSii der ïiatiën, mM allé ia dss htiidigeri ütrjjci styfi faeirokkea, hebben e?en* goed recht op eerbiediging — ja, mogen even heilig worden genoemd — als die, waarop de nu oorlogvoerende mogenheden zich hebben laten voorstaan. Op de onzjjdige natiën rust de verplichting om den geregelden voortgang van het wereldleven te handhaven en de geestelijke en stoffelijke wereldkrachten te beschermen, ten einde naderhand te kunnen beschikken over een kern tot herstel van het verstoorde evenwicht. tjgze maatschappelijke opdracht, welke even verheven mag heeten als de verdediging van onafhankelijkheid zelf, verhoogt, zoo mogelgk, de aandacht, die dient te worden gewjjd aan de eerbiediging der rechten van neutralen. Indien laatstgenoemde rechten en die van oorlogvoerenden met elkaar in botsing geraken, dan wijzen een geest van rechtvaardigheid, een gevoel van humaniteit, alsook overwegingen van de meest praktische politiek er op, dat de rechten der onzijdige mogendheden in de eerste plaats dieven te worden ontzien, want haar opdracht is het bevorderen van den geregelden gang van zaken en van levensbehoud. Indien oorlogvoering als rechtvaardiging konde gelden voor het terzijdestellen van de rechten der neutralen, zou het handelsleven dezer laatsten worden geknakt en hun oeconomische hulpbronnen ophouden te vloeien. Echter wordt het behoud van genoemde elementen beslist geëischt in het belang van het voortbestaan der onzijdige natiën en het reke^ ning houden met de eischen van de beschaving
Het recht van den oorlogvoerende eindigt, waar dat van den onzijdige begint".
Als grondslag voor de beschouwingen van het vraagstuk, door dr. Naon op den voorgrond gesteld, wenschte de Peruaansche regeering de volgende zienswijze ingang te doen vinden.Oader verwijzing naar de belemmeringen, in dit halfrond ondervonden door den oorlog der Europeesche mogendheden — niettegenstaande dit werelddeel zich niet mengt in Europeesche politieke aangelegenheden — zou Peru alle oorlogshandelingen willen beperken tot een scheidingslijn in den Atlantischen, zoowel als in den Grooten Oceaan, halverwege tusschen dit werelddeel en de oorlogende landen. Binnen deze scheidingenslijnen zou het westelijk halfrond dienen gevrijwaard te big ven voor de gebeurlijkkeden van den oorlog.
Reeds in het jaar 1820 werd door president Thomas Jeö'erson aangedrongen op het. vaststellen van zulke scheidingsmeridianen, ten einde het krijgsgewoel der Oude Wereld zoover mogelijk van het westelijk halirond te kunnen houden.
Van vele zijden wordt de oude bepaling omtrent de grenzsn van territoriale watereu — drie mijlen of pl.m. 5400 meter buiten de kustlijn — overeenkomende met de dracht van het voormalig geschut, als niet langer doeltreifend aangemerkt. Die verboden afstand dient, naar het algemeen gevoelen, minstens vertwintigvoudigd te worden, opdat oorlogvoereude natiën haar gewel.èaarijêii ïöerta&n teï huv èigm gsbim ml* len bepalen, Zelfs vefmeent men, dat — voor het geval dat Duitschland en Engeland tot zulke beperkingen genoopt Èouden zjjn geweest — geen van beide partgen daarbij achterop zou zijn geraakt. De zeeoorlog zou daardoor geen belemmering hebben ondervonden, uitgezonderd wat het prjjsverklaren van koopvaarders, enz. betreft; een bedrjjf, dat veel gelijkt op een soort gebillijkte zeescbuimerij. Bovendien beschouwt men in dit werelddeel het opbrengen of in den grond boren van Duitsche of Engelsche koopvaarders, die ladingen overbrengen van Zuid- of Midden-Amerika naar de Vereenigde Staten of omgekeerd, geen beuadeeling van den Duitschen of Engelschen, maar van den Amerikaanschen handel. Hoe zou men het in Europa opftemen als een oorlog tusschen Amerikaansche republieken leidde tot zeeslagen in Europeesche wateren ? Terecht wordt echter tot het treffen van afdoende regelingen de meiewerking van Europa verlangd, temeer met het oog op de Europeesche koloniën in dit werelddeel.