De Maatschappij tot Nut van 't Algemeen in Oost- Indie hield op den avond van den 1-4 dezer, hare gewone driemaandelijksche vergadering, die door verschillende omstandigheden ééne maand later, dan op den bepaalden lijd. plaats greep. De opkomst der leden was talrijker dan wel bij de laatste gehoudenc vergaderingen. De voorzitter deed mcdedecling van het Gnuveruementshc.-duit, waarbij de Maatschappij, gelijk wij reeds vroeger in ons blad vermeld hebben, door hetzelve is erkend, gelijk ook van een bijzonder schrijven van Zijne Excellentie den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch lndië, waarin Hoogstdezclve te kennen geeft, dat aangezien er eene scheiding heeft plaats gehad, Zijne Excellentie het beschermheerschap, hetwelk H. D. in 1851 over het geheel op zich genomen had, thans niet langer kon uitoefenen maar steeds geneigd zou zijn het doel der Maatschappij bevorderlijk te zijn, ten blijke waarvan Z. E. het bedrag van 11. D. jaarlijksche gift van ƒ 500 thans in tweeën splitste en de helft daarvan aan deze Maatschappij toekende. Ten bewijze verder van Z. E. milde bedoelingen omtrent dit ligchaam, werd door den voorzitter vermeld dat het den Gouverneur-Generaal behaagd had toe te staan, het vrije plaatsen van prijsvragen en al wat daartoe verder behoort, alsmede de oproepingen voor de algemeene vergaderingen in de Javaschc courant. Hoogstaangcnaam was het der vergadering van den voorzitter te mogen vernemen, dat de zelfstandig verklaring der Maatschappij grooten bijval onder hare leden had gevonden en hun aantal op dit oogenblik ongeveer twee honderd bedraagt. Daarop werd de rekening van den penningmeester over 1852—53 ter tafel gebragt, die een vrij gunstig resultaat oplevert en eene commissie van drie leden tot hare herziening benoemd. Volgens de wettelijke bepalingen was het tijdstip daar, dat de voorzitter, de heer G. Wassink, de secretaris, de heer J. Jlunnich en de penningmeester, de heer A. J. D. Steenstra Toussaint moesten aftreden, doch streelend was het gewis voor hen en van de zijde der vergadering een groot bewijs van erkentelijkheid voor hunne zoo gewigtige dienslen, in de gegevene omstandigheden bewezen, dat allen met bijna algemeene stemmen herkozen werden.
Vervolgens werd het lid, de heer E. Netscher benoemd tot Lid der commissie over de V olkslees'ribliotheek tot vervanging van het lid, de heer F. von helitich, naar elders vertrokken. , Ilceds sedert eenigen tijd waren de antwoorden op de beide door de Maatschappij uitgc.schrevene prijsvragen , als : 1. Over het nut en vereerende van den ambachtsstand en 2. Over bet onderwijs onder de Javanen, ingekomen en derzelver beoordeeling vergevorderd. Door afvoering van leden was echter de commissie van kiezers tot beoordeelaars onvoltallig geworden, waarom tot hare aanvulling werd overgegaan met dringend verzoek aan die oommissie om alsnu de haar opgedragene taak te willen bespoedigen. Ongunstig luidden de mededeclingcn omtrent de reeds zoo bloeijende meisjesschool op de Bazaar Baroe, door de onvermoeide zorg der Maatschappij opgerigt. Eensklaps was zij door verre het grootste aantal leerlingen verlaten, zonder dat men de drijfveeren daartoe kon doorgronden, doch de hoop wordt gekoesterd, dat door krachtdadige maatregelen die zoo nuttige inrigling weder spoedig zal herleven en haren vorigen bloei bereiken. Vervolgens werd er overgegaan tot het verkoopen van eenige overgeblevene gedruklen, en de hooge prijs door de leden daarvoor besteed, strekt wel ten bewijze, hoe zij ook die gelegenheid zochten te benuttigen, om het edele doel der Maatschappij bevorderlijk te zijn. Hierop verzocht de voorzitter bet lid dat op zich genomen had eene redevoering voor te dragen, daartoe te willen overgaan. Die rede had de strekking om het Stoffelijk nut te doen kennen , dat de Maatschappij in deze gewesten , zoo ten opzigte van den Europeaan en het Europeesch Indisch kind, als van den Inlander kan stichten, door bevordering der nijverheid en algemeene welvaart, ook door middel van het lager onderwijs en alzoo hand aan hand werkzaam te zijn, met de weldra op te rigten Maatschappij van Nijverheid in lndië. Die redevoering boeide de aandacht van alle aanwezigen. De grondige kennis van zaken, de krachtige, overtuigende redenen en de gekuischte taal en stijl die daarin doorstraalden , verwierven een algemcenen bijval, en de spreker genoot voorzeker de schoonste voldoening, het schitterendste loon voor zijne inspanning en moeite, toen, bij het eindigen zijner rede, de voorzitter hem in aller naam en in innig gevoel ademende woorden, den warmsten dank toebragt, herhaaldelijk door alle leden der vergadering luide toegejuicht, en waarlijk, het genoegen dat allen dien avond gesmaakt hadden was groot, en heeft gewis een >blijvenden indruk bij hen achtergelaten. — In den avond van den 15den dezer ankerde ter reede het Nederlandsch koopvaardijschip llendrika, kapitein P. Admiraal, komende van Japan. Die bodem had den 16den November jl. Desima verlaten en met dezelvcn zijn herwaarts overgekomen , de Pakhuismeester, Boekhouder en Scriba P. J. Lange, de Adsistent der Iste klasse J. A. G. A. L. Basale, bet lid der rekenkamer met verlof derwaarts vertrokken J. 11. Vemer , de gepensioneerde ambtenaar J. B. Lange en de Kambang pachter A. J. J. de Wolff. Al de achter gcblevene heeren waren alstoen welvarende. Met leedwezen decleu wij het overlijden mede van den ge achten President der Weeskamer te Batavia de heer Mr. D. G. Beits, mede met verlof naar Japan vertrokken , hebbende dat droevig sterfgeval reeds den 7den Julij in straat Banka plaats gehad. Op den 20sten Augustus waren ter reede van Nangasacki aangekomen en lagen nog bij het vertrek van de llendrika ter reede Papenberg, een Russisch oorlogsfregat , een korvet, een schroefstoomboot en een transportschip, onder het bevel van den admiraal Portianine , brengende een brief van den kanzclier van Rusland aan den keizer van Japan. Den 2lsten September is de admiraal met een groot aantal ollicieren bij den gouverneur van Nangasacki, met alle plegtigheid en eerbewijzingen ontvangen. Die brief is alstoen aangenomen en naar de hoofdstad Jedo doorgezonden , doch op het antwoord waren de Russen bij het vertrek van de llendrika nog wachtende. Van de Noord-Amerikaansche aangelegenheden was te Desima niets anders bekend, dan hetgeen wij reeds vroeger in ons blad deswege vermeld hebben , namelijk dat de Noord-Amerikanen in Junij te Jedo gekomen , beleefd ontvangen zijn, een brief voor den keizer hebben afgegeven en toen weder zijn vertrokken, met belofte in het voorjaar terug te zullen komen , om het antwoord af te halen. De keizer van Japan is overleden. Deszelfs opvolger, de kroonprins was nog niet gekroond. Te Desima was ook een komeet gezien, waarover wij hopen nadere berigten te zullen kunnen geven. — Het doet ons genoegen te kunnen mededeelen, dat de heer J. F. Canter Visschcr het voornemen heeft een vervolg op zijn Index op de Staatsbladen van Nederlandsch-lndië van 18-45—1855 uillegeven , en zich bereids met de zamenstelling van dat nuttig werk onledig houdt.
"BATAVIA.". "Java-bode : nieuws, handels- en advertentieblad voor Nederlandsch-Indie". Batavia, 1853/12/17 00:00:00, p. 4. Geraadpleegd op Delpher op 12-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010482882:mpeg21:p004
"Java-bode : nieuws, handels- en advertentieblad voor Nederlandsch-Indie". Batavia, 1853/12/17 00:00:00, p. 4. Geraadpleegd op Delpher op 12-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010482882:mpeg21:p004
De bevolking van Schotland heeft 80 pCt. toegenomen sedert het begin dezer eeuw, zijnde thans 2,888,7-42 zielen tegen 1.608,-'t2o toen. - De invoer van blaauwe druiven uit het Westland in Holland, heeft een aanvang genomen en wordt in de hoedanigheid zeer voldoende geacht, de vrees voor de druivenziekte in aanmerking genomen. — H. M. de koningin heeft <£ 100 geschonken aan de nationale inrigting, tot redding van schipbreukelingen. De fondsen dezer instelling waren zeer verminderd. — Uit lerland is berigt ontvangen van een verschrikkelijk ongeluk op den spoorweg van Killarney. Een trein van beestenwagens heeft tegen een passagiers-trein gestooten. De bijzonderheden zijn nog niet bekend. Vooreerst weet men, dat vijftien personen gedood en vijftig gekwest zijn. — Londen, 8 Oct. Uit een door de Londensche bladen medegedeeld rapport van den protestantschen bisschop van Tuam, in lerland, omtrent, de inspektie-reis, welke die geestelijke in dit najaar in de gemeenten van zijn bisdom gedaan heeft, blijkt, dat bij die gelegenheid 247 personen, welke vroeger tot de r. kath. kerk behooren , door hem bevestigd zijn als leden der prof tautsche kerk. In de voorafgegane laatste drie jaf had het getal van die overgangen te zamen 2-111 beilr gen. De in 1852 uit lerland, bepaaldelijk uit 1 "nart naar Noord-Amerika vertrokken landverhuizers hebb voor een betrekkelijk groot gedeelte bestaan uit liede die tot de protestantsene kerk waren overgegaan; dalD door is het getal der overgeblevenen veel verminder == maar desniettegenstaande werden op 31 Dec. 1852 l het genoemde bisdom gevonden 20527 protestanten , vHc welke 5992 de r. kath. kerk verlaten hadden. [ei — Londen. 11 Oct. Gisteren is te Dublin van ili|r minister van oorlog het bevel ontvangen, dat drie f c gementen zich gereed moeten houden, om zich oniiii re dellijk naar de Middellandsche zee in te schepen. ,e publieke opinie laat zich ongunstig daarover uit. — Zoo als gewoonlijk, is het publiek niet bekend i< j den uitslag of het behandelde der kabinetsraden, dn' t men weet het somtijds te gissen. Die van gisteren sehij'j eene blijvende vereeniging met de franschc politiek al. te duiden, te oordcelen na het lezen van een dier ad l kels in den Jl. Post, die meestal half olliciëel zijn. M' gaat daarin steeds uit van het stelsel, dat Rusland . geval van oorlog het onderspit delven zou, en het bnl beweert dat de Westersche mogendheden geene voö } slagen aan den czaar gedaan hebben, en ook niet zulJ f doen, maar dat het thans zijne beurt is om voorwaardl ' te vragen, Gewigtiger dan die redeneringen is het v-j I trek van drie regimenten uit lerland naar de Midd«' landsche zee, volgens telegrafisch berigt uit Dublin II gisteren avond, alwaar in den loop van den dag !• j' bevel uit Londen ontvangen was. Het I7de en 9D [ der infanterie zal zich te Cork inschepen. Men vw 1 er bij dat deze beweging in verband staat met de Tun , sche aangelegenheid. Dit zal naar alle vermoeden J beslissende handeling zijn met welker overweging4 kabinetsraad van de vorige week zich op aandrang *4 het Fransche gouvernement bezig hield. — Het lersche dagblad Freeman's Journal spreekt »4» zes regimenten met negen stukken geschut, als gerA om zich in te schepen en deze troepen zouden sleclT de voorhoede zijn van andere. Een ander blad zeffl dat het 9de, 30ste, 89» te. Ude en 17de regement dadel*, naar de Middellandsche zee zullen vertrekken. Volgens sommigen zouden bedoelde regementen m\ stemd zijn ter vervanging van die, welke thans de bj( zetting van Gibraltar en Malta uitmaken en naar 4 West-lndiën en Kanada vertrekken. DeoosterschekW» tic zou dus geheel daar buiten liggen. — Een brief van Portsmouth van den 9 Oct. berigt, m inderdaad eene korvet en andere transportschepen nM Cork in lerland moesteu vertrekken, om er troepen «ï boord te nemen, bestemd ter aflossing der regemenlm iv de Engelsche koloniën. Van een anderen kant z^ de Cork Constitution dat, ten gevolge van de oorl
"ENGELAND.". "Java-bode : nieuws, handels- en advertentieblad voor Nederlandsch-Indie". Batavia, 1853/12/17 00:00:00, p. 4. Geraadpleegd op Delpher op 12-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010482882:mpeg21:p004
Brussel, 9 Oct. Vorst Metternich heeft aan de * Brussel, ter herinnering van zijn verblijf aldaar, e koperen borstbeeld van keizer Karel V geschonk* met verzoek dat het in het museum zou worden I plaatst. Overeenkomstig den wenseh van den buri meester heeft de schenker er echter in bewilligd, <• aan het kunststuk eene plaats in eene der zalen van " stadhuis is aangewezen.
"BELGIE.". "Java-bode : nieuws, handels- en advertentieblad voor Nederlandsch-Indie". Batavia, 1853/12/17 00:00:00, p. 4. Geraadpleegd op Delpher op 12-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010482882:mpeg21:p004
Parijs, 23 October. Het Russische manifest bestal wel , maar is niet te vinden. — De groothertogin Stephanie is op haren doort"W te Straatsburg, Metz , Bar-le-Dnc en bij hare komst Parijs met de grootste eer bc wij zingen ontvangen, keizer had den slipsteu lust gegeven om haar in al'1 deele als een lid der keizerlijke familie te behandel* — De dagbladen der departementen , waardoor ' spoorweg van Orleans naar Tours loopt, vallen vo"f. durend met de grootste hevigheid de administratie *''' dien weg aan , die door hare zorgeloosheid en verkeek zuinigheid de oorzaak zou zijn van al de ongelukk^j! die plaats grijpen. In België zegt men , worden spoorwegen door den staat bestuurd; daar vallen $c i ongelukken voor, maar het gouvernement behoeft '' ■ geene groote winsten of te sparen en men besluit dil,l uit dat het bestuur der spoorwegen door den sta' verkiezclijk is boven particuliere ondernemingen. — Men leest in het dagblad van het arrondisscif' du llavre: De heer jR leed sedert longen tijd aan eene zeer "j vige pijn , die langs de ribben opklom en in den scb".|j der eindigde. In den nacht van Zondag op Maandajf„ die pijn toegenomen zijnde, zoo liet de heer M- f smartelijke plaats onderzoeken . welke zeer ontstof was. liij die bet onderzocht vond een zweertje '"'i een zwart kopje. Naauwkeurigcr toekijkende zag j de punt van eene naald die hij, na eene kleine insi'^j gemaakt te hebben . uit den schouder trok. De B. herinnert zich niet op welke wijze , tijd of onis" dighcden , die naald zijn ligchaam is ingedrongen. .. Ofschoon zeldzaam , zijn daarvan echter meer »<' , beelden en in de geneeskundige tijdschriften wof* dikwerf voorvallen van gelijken aard medegedeeld- f, Eenige weken geleden is een gelijk geval een 'e' ajj zetter overkomen. Eene naald door hem met de k 0 f ingeslikt, zocht na veertien dagen een uitweg niet o den schouder, maar, hetgeen nog zonderbaarder "' in het dijbeen , iets boven de knie. i — Eene verschrikkelijke gebeurtenis heeft in de s' Auxerre plaats gehad. In den morgen vau den jje dezer, vond men tusschen de Parijssche poort en * van Troupouche op de openbare wandelplaats het { eener vrouw , die reeds sedert eenige dagen dood rt> zijn en waarvan het hoofd afgescheiden was. .±c Oogenblikkelijk verwittigd , zoo begaf de keizer"^, procureur met den regter van instructie zich derwa* j. Het hoofd werd weldra in een sloot langs den wan weg, onder een hoop bladeren en modder verboY,, en in een staat die het kenmerk droeg dat die ver ging reeds lang plaats had gehad, gevonden. fit De eerste uitslag van het onderzoek wees aan dn ,(J, ongelukkige de vrouw was van zekeren Frederik vadon , een handwerksman, wonende in de straat'J^. canpoux. Geroepen en ondervraagd, zoo verkla
"FRANKRIJK.". "Java-bode : nieuws, handels- en advertentieblad voor Nederlandsch-Indie". Batavia, 1853/12/17 00:00:00, p. 4. Geraadpleegd op Delpher op 12-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010482882:mpeg21:p004