ussie rondom de reageerbuisbaby is zo oud als *'e Brown. Zij werd in 1978 in het Engelse Oldham 'en als eerste 'resultaat' van de zogenaamde IVF'K de (in vitro fertilisatie). Hierbij vindt de bevruch°an de eicel plaats in een laboratorium. Het embryo '&). vervolgens ingeplant in het lichaam van de moen daarna kan het zich ontwikkelen als bij een nor",! zwangerschap. taaltJe zelfbeschikkingsrecht van de mens? Of een *°eliJkneid waarvan e dankbaar gebruik mogen ma"^ De medici en ethici onder ons verdiepten zich in * materie en kwamen tot verschillende conclusies. tft. abortus-bewegingen in het buitenland doen duide_er uitspraken dan de VBOK in Nederland. Tot-nujrinderloze echtparen overwogen en overwegen deze Urelijkheid om een kind te krijgen en komen er niet . is het mogelijk dat men, ook op grond van bijbelse evens, hier toch zo verschillend over denkt? En in * erre zijn de bestaande opvattingen gerelateerd aan Kerkelijkheid?
ede ouders zijn vruchtbaar, c T (je vrouw heeft een ver- J ping in de eileiders en Soor kan erop natuur_l wijze geen bevruchting kLiA komen. Zon verinooing kan sPontaan Ptrer.maar .maar soms ook is deze opk gemaakt (sterilisatie) het gevolg van een ge- Stsziekte. De medische «tenschap heeft de laatste Ln vooruitgang geboekt ,atbetreft het ongedaan maaivaneileiderverstoppin_ _ Dit lukt echter niet altijd »inzo'n geval kan men in werking komen voor IVF. _i de geboorte van de eerste >ajeerbuisbaby ging heel ,a. onderzoek vooraf. Daarnorwerden vele embryo's gemikt, een punt dat in de reajerbuisbaby-discussie nogal jb wordt vergeten. kacht jaarna de geboorte LLouise Brown, is het re- Saat van de IVF-methode «slechts pover en voor aljlei verbetering vatbaar. rof.Th.A. Trautner, van het axPlanck Instituut voor oleculaire Genetica in Beril, zei onlangs op een sympoiminTegernsee: „Dierproejkunnen niet alle proble■joplossen; dus zijn voor idere verbetering proeven 'menselijke embryo's no;" Hij bedoelde daarbij emfo's van één tot twee weken ji,die zich nog niet in de fcmoederwand hebben in■tsteld. Trautner vond het ■(moeilijk uitspraken te «over het al dan niet teh aanvaardbaar zijn van fcproeven.
PROF. DR. W.H. VELEMA ...geen laboratorium naast het lichaam van de vrouw...
PROF. DR. J. DOUMA ...minder afwijzend...
DR. R.G. EDWARD ...ik experimenteer niet
Anicais de Graaf was de eerste Nederlandse 'reageerbuis baby. Op de foto toont de moeder haar pas geboren kind.
"door Lio Roose De reageerbuisbaby: bron van nog groter leed dan ongewilde kinderloosheid?". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
"Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
BH die daar minder R.G. iolooj.it Cambridge en beotópionier van de reaeerbuisbevruchting. Zijn onsnoek op embryo's heeft Min zijn eigen land en daarien de nodige kritiek opgejjwd. Edwards voelt zich eter niet schuldig. Zijn com- Waar is steeds geweest: „Ik ■«onderzoek aan embryo's Wals enig doel de methode Mdc reageerbuisbevruch.te verbeteren. Ik experi«iteerniet. Ik wil alleen * dat er meer zwanger- ontstaan dan nu het dat daaruit ge- We kinderen worden geboft . Fards heeft inmiddels veel F-estanders gekregen, met "■e op het Europese vas- Sjjod. Begin vorig jaar Fitte hi], met onder meer de pjferlandse gynaecoloog dr. jj£* Alberda (over wie meer) en de Belgische rwraar van Steirteghem * turopean Society of Hu- and Em.ology.
"Moeite". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
jßerbuisbaby'is een mis" _aei*de benaming. De beaming vindt plaats in vi■ oat wü zeggen in een pe£ aal.e, en de baby wordt Sjekweekt* in een rea- Srt_UlS'maar groeit normaal '«moeder. Om de kans op a te vergro* wordt meer dan één eitje Qemoeder gebruikt. Nor■nte ,?.roken komt er maar «gelijk vrij, maar door okk». lerenvande eiertjes T i •nnen verschillende a leBelijk worden verkre-
gereformeerde >Hvaaren ethicus prof. dr. .üi* J • a stond vanaf het Wl]zend tegenover het nnage,erbuisbabv- eplaatsdieGod & heeft voor de befc-Jik ?Avan een eicel, is dvi- C'^ftlichaamvande Wer ,Snietaa__C.e Hasttef!nlab,?ratorium .istria- |*?.en"■ Velemaver- Mn i39rblJ onder meer naar ttbi-92iattendeerde hij erop *«Vta « su,ccesvolle inplan"tbaar^.nsevruchte eicel in «n«anSoedersli*imvli«.er D°V*rbli-ivendieniei rmetd?2gZlJn Wat gebeurt f^o's*. cm- SleZ^tpas-ont__dlWorrttmaarweBge t S'teerd'n.ermee geëxperi- ir._o^f worden ze mis- dateren tot het mo- ikyd*ifioersweereens X^_d_WuitEn8e- Syen_SiSioslietdathijer fe^vï!^. brak een Pr°t4erfotestenlos.Dat ien toen pas kwa-
men, is volgens Velema te wijten aan het feit dat tot dan toe nog weinig duidelijk was, welke experimenten in het verleden nodig zijn geweest om tot het ontstaan van een reageerbuisbaby te kunnen komen. Hij vraagt zich af of we, omdat er bij de IVF-methode embryo's teniet gaan, hier niet te maken hebben met 'een zusje' van de abortus. Daarbij erkent hij wel het duidelijke verschil dat er bestaat: Bij de IVF-methode is men uit op het verwekken van nieuw leven. Maar is de prijs die daarvoor moet worden betaald, niet te hoog? Een ander punt waarop Velema wijst, is het gevaar dat men, nog afgezien van de vraag of IVF geoorloofd is, al gauw geneigd is er buitenom het huwelijk gebruik van te maken. Hiermee wordt de door God aan mensen gegeven weg verlaten. „Door schakels uit de voortplantingsketen op zichzelf te zetten en ze als zelfstandig onderdeel te gebruiken, is de monogamie niet meer te handhaven", aldus Velema.
"Misleidend". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
Prof, dr. J. Douma, hoogleraar in Kampen, staat minder afwijzend van tegenover het februik IVF om zwanger te unnen raken. Hij zou bevruchting in vitro veroordelen als ze een verbetering wilde zijn van de gewone weg. „Maar niet als ze slechts een omweg is, omdat zich een barrière voordoet die wij kunnen overwinnen". Volgens hem is een bevruchting in vitro geoorloofd wanneer aan drie voorwaarden wordt voldaan: a. De in te brengen embryo's moeten afkomstig zijn van de vrouw en haar man. b. De embryo's moeten zonder uitzondering ingeplant worden.
c. Dat inplanten moet zo snel mogelijk gebeuren. Prof. Douma is zich ervan bewust dat aan deze voorwaarden lang niet altijd wordt voldaan. Toch is dat voor hem geen reden het goede gebruik van deze methode af te wijzen. Voor een kinderloos echtpaar, dat dolgraag kinderen wil en aan deze voorwaarden wil voldoen, moet bevruchting in vitro volgens Douma mogelijk zijn. Aan de eerstgenoemde voorwaarde kunnen de ouders zelf voldoen. Wat de laatste twee betreft, kunnen ze alleen maar hopen dat de arts hun wens zal eerbiedigen. Hoe werkt dat in de praktijk? Dr. A.Th. Alberda, gynaeco-
loog in het Academisch Ziekenhuis Dijkzigt in Rotterdam, is nauw betrokken bij de ontwikkelingen van de Nederlandse reageerbuisbaby. Desgevraagd verklaart hij dat hij maximaal vier bevruchte eicellen inplant in de baarmoeder van de rouw die een reageerbuisbaby' wil. Hij schat dat er in één op de vier a vijf gevallen meer dan vier van de vrijgekomen eicellen worden bevrucht en dan is er dus een overschot. „Vaak vriezen we dat overschot in. Raakt de vrouw de eerste keer niet meteen zwanger, dan kunnen we die weer gebruiken". Soms worden bevruchte eicellen ook gewoon weggedaan. Alberda: „'t Komt voor dat er twee of drie zaadcellen met de eicel versmelten. Dat is natuurlijk niet de bedoeling, er ontstaat dan een teveel aan chromosomen. Zon eicel planten we niet in". Experimenteren met de overgebleven eicellen wordt door de ethische commissie van het Rotterdamse 'Dijkzigt' niet toegestaan. 'Dat doen we hier niet', aldus Alberda. Wat vindt hij van het wegdoen' van overgebleven bevruchte eicellen? is dat niet het teniet doen van pas begonnen menselijk leven? „De natuur gooit ook veel weg. Menselijk leven begint voor mij pas bij de innesteling. Ik geef toe dat het wel potentieel leven is wat je weggooit". Gedachtig aan de drie voorwaarden van prof. Douma de volgende vraag: Wanneer men u verzoekt alle bevruchte eicellen terug te plaatsen, voldoet u daar dan aan? Alberda: „Als iemand dat per se wil, ja. Maar ethisch is het onjuist. Want wanneer je teveel bevruchte eicellen terugplaatst, is er een veel geringere kans op een geslaagde zwangerschap". Dr. Alberda heeft een dergelijke vraag overigens nog nooit gekregen. „De mensen zijn zo gefixeerd op het krijgen van kinderen, dat ze er alles aan gelegen is daaraan mee te werken. Mocht zon vraag toch komen, wat ik overigens niet verwacht, dan zal ik in ieder geval eerst uitleggen dat het terugbrengen van alle eicellen in verband met het verhoogde risico gewoon niet goed is."
"Voorwaarden". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
Het is al bijna twee jaar geleden dat de chelatietherapie als geneesmiddel bij hart- en vaatzieten volop in de belangstelling stond. De Gezondheidsraad publiceerde een rapport waarin hij deze therapie als 'medisch ongefundeerd handelen' bestempelde. Deze strijd is als een nachtkaars uitgegaan. De vereniging van chelatie-artsen schreef een lijvig tegenrapport. Deze strijd is als een nachtkaars uitgegaan,. De chelatie-artsen gingen door met hun behandeling. Een van deze chelatie-artsen, prof.dr. J.G. Defares, schreef een boek over deze therapie. De schrijver is arts en studeerde verder wis- en natuurkunde en biologie aan diverse universiteiten in binnen- en buitenland. Hij heeft een eigen praktijk waar hij chelatietherapie veelvuldig toepast.
Het boek 'Chelatietherapie' wil de lezer informeren over de vele kanten van deze therapie. Het behandelt de geschiedenis van de chelatietherapie en de verschillende aandoeningen waarbij chelatietherapie toegepast wordt. Deze aandoeningen zijn aderverkalking (hartvaatziekten), reuma en „het ouder worden". Het boek bevat vele patiëntenbeschrijvingen. Soms komen deze patiënten zelf aan het woord, een andere keer wordt hun ziektegeschiedenis beschreven. Prof. Defares beteedt ook aandacht aan de tegenstanders van de chelatietherapie die het aanvaarden van deze methode door de reguliere artsen hebben tegengehouden. Het rapport van de Gezondheidsraad komt hierbij ook ter sprake. Uiteraard zijn er hoofdstukken gewijd aan het ontstaan van 'aderverkalking' en aan de werking van de chelatietherapie. Volgens de schrijver kan chelatietherapie in veel gevallen een operatie overbodig maken. Bij een vernauwing van de kransslagaders en bij 'etalagebenen' geldt dit volgens hem in negen van de tien gevallen!
Het boek besluit met een lijst van chelatieklinieken in Nederland en de kosten van chelatietherapie. Deze zijn gemiddeld zon ƒ 5000,--. Ter vergelijking noemt Defares de kosten van een hartoperatie (bypass-operatie), die circa ƒ 50.000,--kost. Twee jaar geleden heb ik het gevecht rond de chelatietherapie besproken. Ik heb toen gezegd dat we in het belang van de patiënt de waarde van chelatietherapie goed moeten onderzoeken. Tot nu toe is dat niet gebeurd en dat is jammer. Uit het boek van Defares krijgt men het idee, dat medisch-politieke argumenten een veel te grote rol spelen. Dat zou me niet verbazen.
Ik vind het dan ook jammer dat het boek van Defares van een matig gehalte is. Het is rommelig geschreven, met veel herhalingen. De 'gewone' tekst wordt afgewisseld met aanhangsels voor artsen. De gewone tekst is voor een arts goed te begrijpen, maar voor de leek slechts met heel veel moeite. De medische tekst zal voor veel artsen een aardige kluif zijn. Jammer vind ik ook dat Defares zich er weer toe laat verleiden zich af te zetten tegen de 'gewone' geneeskunde. Dat maakt zijn betoog er niet sterker op. Hij pleit terecht voor een onafhankelijke beoordeling van deze therapie, maar de manier waarop hij dat doet, is zwak.
Al met al een boek dat naar mijn mening alleen geschikt is voor doorzetters en voor artsen!
N.a.v.: Prof dr j c Defares. Chelatietherapie Uitg Strengholt, Naarden 251 pag , prijs. 29,90.
"Defares verdedigt chelatietherapie door E.J. Messelink". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
Bij de IVF-methode moeten vele technische moeilijkheden overwonnen worden. Zo komen veel embryo's, wanneer ze terug bij de moeder zijn ingebracht, niet tot innesteling. Dat is op zichzelf niet bevreemdend, aldus prof. Douma, „want ook via de gewone bevruchting komt het vaak niet zover". Hij erkent dat in vitro bevruchting een kunstmatige weg is. Maar, zo vraagt hij zich af, is er een principieel verschil tussen deze kunstmatigheid en de vele andere ingrepen die er op de weg van bevruchting tot geboorte gepleegd worden? Daarbij wijst hij op kunstmatige inseminatie met sperma van de echtgenoot, aan het stimuleren van de eierstokken, het opereren van de eileiders en aan de geboorte via de keizersnede. Een duidelijk verschil kan echter niet worden ontkend: Bij al deze ingrepen blijft de plaats van bevruchting het lichaam van de moeder. Volfens prof. Velema is dat een ijbels gegeven waarmee rekening gehouden dient te worden. Onlangs kwam de reageerbuisbaby ter sprake op een ledenvergadering van het Nederlands Artsenverbond. Prof. M.F.Th. Arts, medewerker in vitro fertilisatie aan de VU, betoogde dat IVF niet verworpen dient te worden, maar wel aan strenge regels gebonden moet zijn. De regels die hij noemde, komen overeen met de door prof. Douma gestelde voorwaarden. Arts verklaarde dat de VU zich aan deze regels houdt. Drs. W.G.M. Witkam, oogarts en docent humane anatomie en embryologie aan de Rijksuniversiteit Limburg, sprak op dezelfde vergadering. Hij wijst het kunstmatig verwekken van kinderen af: „Dit doet denken aan een produktieproces. Het kind is het produkt, er wordt gedaan aan kwaliteitsbewaking en kosten/baten-analyse".
"Kunstmatig". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
Dr. Witkam vindt het onzorgvuldig dat IVF al op grote schaal wordt togepast, zonder dat de methode voldoende is getest. Het erfelijk materiaal van de reageerbuisbaby kan volgens Witkam door de straling in het laboratorium beschadigd worden. „Om dit te kunnen vaststellen, moeten we wachten tot de kinderen van de reageerbuisbaby's geboren worden." In december vorig jaar schreef dr. Witkam in het Nieuwsbulletin van de Nederlandse Patiëntenvereniging een artikel met als titel: „De prijs voor de reageerbuisbevruchting is te hoog". Hij bedoelde daarmee met name de ethische prijs die wordt betaald. Witkam ziet meer in alternatieven voor IVF, zoals het herstellen van de eileiders. Hij veest dat „acceptatie van IVF op ruime schaal een ontkoppeling van seksualiteit en voortplanting zou kunnen betekenen. En een selectie - zo vroeg mogelijk - van gewenste en ongewenste kinderen". Volgens Witkam wordt kunstmatige bevruchting zeker niet alleen tot stand gebracht met de bedoeling het embryo altijd terug te planten, maar ook om aan onderzoekmateriaal' te komen. Voorstanders van IVF eisen onderzoek op bevruchte eicellen te mogen
doen, omdat dat naar hun zeggen de enige manier is om informatie te verkrijgen over de vroegste ontwikkeling van de mens. Diezelfde voorstanders gaan er tegelijkertijd van uit dat er vóór de implantatie nog geen sprake is van echt menselijke leven! (Zie in dit verband de opmerkingen van dr. Alberda). Wat men volgens dr. Witkam werkelijk met dit onderzoek nastreeft, is: „de ontwikkeling van nieuwe geboortebeperkende middelen (feitelijk abortiva); het gebruik van embryonale cellen en weefsels voor transplantatie; de verbetering van de mens door het uitschakelen van individuen met ongewenste eigenschappen". Witkam waarschuwt terecht. Onlangs nog (14 april jl.) berichtte deze krant over vervanging van hersenen die door ziekte of ouderdom zijn gedegenereerd. Amerikaanse en Zweedse onderzoekers meldden positieve resultaten van het overbrengen van hersenweefsel van embryo's in de hersenen van een levend wezen. De embryonale cellen blijken daar normaal te functioneren: Ze geven elektrische impulsen van de zintuigen door en produceren hormonen. Slechts zelden komt het voor dat de hersenen het vreemde weefsel afstoten. Dit is één van de vele voorbeelden van activiteiten van wetenschappers waarbij de door de Schepper zo duidelijk gestelde grenzen worden overschreden. Begin en eind van menselijk leven wil men in eigen hand nemen. Om ziekte en aftakeling te bestrijden worden vele embryo's, pas ontstaan leven, moedwillig gedood. De Nederlandse academische ziekenhuizen die met IVF begonnen zijn, moeten een deel van hun medisch-biologisch en laboratoriumpersoneel bij het onderzoek aan dit 'unieke menselijke materiaal' betrekken. Dr. Witkam maakte van nabij mee dat onderzoekers hier om hun geweten niet op in konden gaan. Hij schrijft: „Hoezeer ook ongewilde kinderloosheid een bron van leed kan zijn, toch zullen de betrokken echtparen, denkende over IVF, de prijs voor deze nieuwe medische technologie in hun besluitvorming moeten betrekken.
"Onzorgvuldig". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
Al lijkt dat op het eerste gezicht misschien niet zo, de problematiek rondom de reageerbuisbaby raakt voor een deel ook de doelstelling van de VBOK, de vereniging ter bescherming van het ongeboren kind. De 'overgebleven' bevruchte eicellen, die worden weggegooid, ingevroren, waarmee wordt geëxperimenteerd, zij zijn nog-ongeboren leven, leven dat om bescherming vraagt.
Prof. Douma is voorzitter van de VBOK. Zijn mening ten aanzien van de reageerbuisbaby ziet men vaak als dé mening van de VBOK. Dit is echter niet helemaal juist. De VBOK onthoudt zich van een oordeel over een bevruchting in vitro. Ze staat daar - als vereniging - noch positief, noch negatief tegenover. Dit betekent niet dat er binnen de VBOK geen uitgesproken gedachten over bestaan. De opvatting van de VBOK, in het beperkte kader van haar doelstelling, is dat menselijk leven vanaf de bevruchting bescherming verdient, hoe die bevruchting ook tot stand is gekomen. Medische experimenten en vernietiging van overtollige embryo's wijst de VBOK af. De anti-abortusorganiatie Pro Vita, gevestigd in Mechelen in België, gaat verder. Woordvoerder de heer Convent: „De mens wil op deze manier meesterschap krijgen over het voortplantingsprocedé. Dat is een kwalijke zaak. En dan al die embryo's die zo worden weggegooid, schandalig is het. De bevruchting hoort thuis in de moederschoot, niet in een laboratorium. We moeten deze methode afwijzen". De SPUC, de Society for the Protection of Unborn Children in Londen, is één van de twee grote anti-abortusorganisaties in Engeland. Paul Tully van de SPUC: „We waarschuwen de mensen tegen de IVF-methode, die in ons land op steeds groter schaal wordt toegepast. De experimenten die daarmee gepaard gaan, proberen we zoveel mogelijk tegen te gaan". , ,We staan positief tegenover andere mogelijkheden om kinderen te krijgen, zoals bijvoorbeeld adoptie. In vitro fertilisatie wijzen we echter af, omdat lang niet bekend is welke gevaren dit voor het nageslacht kan gaan opleveren. We vrezen ook dat door deze IVF-methode in de toekomst meer genetisch gemanipuleerd zal worden.
"VBOK". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011
Binnen de lezerskring van deze krant blijkt een ouderpaar met een reageerbuisbaby moeilijk te vinden. Dat betekent niet dat er geen vragen over bestaan.
Allereerst de vraag of een bevruchting buiten het lichaam van de vrouw in overeenstem ming is met Gods Woord. En mocht dat al zo zijn, kan een IVF dan werkelijk onder genoemde drie voorwaarden
plaatsvinden? Of moeten ouders op een gegeven moment - hoe moeilijk het ook is - hun kinderloosheid accepteren? Misbruik heft het goede gebruik niet op, maar is het wel zo reëel te veronderstellen dat een goed gebruik van IVF van daag de dag mogelijk is9 Twijfel daaraan lijkt niet ongegrond.
"Vragen". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/05/17 00:00:00, p. 11. Geraadpleegd op Delpher op 18-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010569982:mpeg21:p011