Handels opera's zijn wel bijzonder weinig populair. Toch was Handel in zijn tijd de operacomponist bij uitstek. Tegenwoordig vinden we zijn opera's maar langdradige stukken die bestaan uit een eindeloze rij aria's en recitatieven. De Handelspecialist Winton Dean, zoals het een goed Handelkenner betaamd bereid de meester door dik en dun te verdedigen, schreef onlangs een uitgebreid artikel over Handel Vandaag. Hij pleit daarin voor betere uitvoeringen van Handelopera's. Maar als je goed leest, blijkt dat dat beter vooral neerkomt op: sneller. De beste man zal het wel niet zo bedoeld hebben, maar het is of hij ons troosten wil met de gedachte dat een Handelopera ook wel een half uur of dienomtrent korter kan duren. Handels tijdgenoten - eerst wèg van zijn opera's - zagen ze op een gegeven moment ook niet meer zitten. Daar was natuurlijk het onbegrijpelijke Italiaans. Al moet men die handicap niet te zeer opblazen, want er werden bij de uitvoeringen keurig Engelse vertalingen verstrekt. Zo omstreeks 1740 zat er echter een 'geest van vernieuwing' in de lucht. Het statische van de barokopera, hoezeer ook opgeluisterd met de dolste capriolen van solozangers, boeide het publiek niet meer. Dat begon meer te zien in het volkse van The Beggar's Opera (Bedelaars Opera) die als een satire op de serieuze opera grote opgang maakte. Volkstaal en volkslied pakte de mensen. En het maatschappij-kritische onderwerp lag hen nader dan al die mythologische figuren uit de Italiaanse opera. Wat er aan de gang was in Handels dagen was trouwens niet beperkt tot Engeland. Ook in Italië (Pergolesi), Frankrijk (buffonistenstrijd) en later Oostenrijk en Duitsland (Gluck) liep de oude opera op zn eindje.
"Opera". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/12/31 00:00:00, p. 37. Geraadpleegd op Delpher op 21-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010570054:mpeg21:p115
"Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/12/31 00:00:00, p. 37. Geraadpleegd op Delpher op 21-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010570054:mpeg21:p115
Handel ging na de steeds groter wordende debêcles met zn opera's niet bij de pakken neerzitten. Zoals hij zijn hele leven steeds de bakens verzet had als het getij keerde, zo wist hij ook nu op tijd een nieuwe koers te vinden die hem veel roem en dito materiële welstand zou verschaffen. De mensen willen Engels horen? Ze krijgen Engels. Ze zijn al die ver van ze afstaande onderwerpen beu? Dan pakken we de bijbel en halen daar de verhalen uit die iedereen kent. Er moet meer koorwerk komen? Ook dat kan geregeld worden. Handel zal laten zien dat hij Engelsman is onder de Engelsen. Was hij eigenlijk wel Engelsman? Jazeker, in 1726 had hij zich laten naturaliseren. Hij woonde toen 14 jaar in Engeland en besloot voortaan door het leven te gaan als George Frederic Handel (zonder puntjes op de a). Deze naamsverandering leidt tot vandaag toe tot curieuze aanduidingen als George Friedrich Handel, Georg Friderick Handel en welke variaties je maar bedenken kunt. Kijk maar eens op een concertaankondiging of in de radiogids. Naar mijn bescheiden mening is de spelling George Frederic Handel (eerste voornaame met slot-e, tweede met c of ek aan het eind en achternaam zonder puntjes) het meest correet. Evenals de daarbij behorende Engelse uitspraak van zijn naam. Want Handel wilde per sé een echte Engelsman zijn. En geen geïmporteerde Sakser (hij werd geboren in Halle, Saksen, op 23 februari 1685). Als componist heeft Handel zich ook een ware Engelsman getoond. Toen hij eenmaal doorhad hoe hij het Engelse publiek weer voor zich kon winnen, was hij niet meer te houden en vlogen de oratoria uit zijn pen. Met Saul, Messiah, Israël in Egypt (een werk dat bijna voor koor alleen geschreven is en merkwaardigerwijs nog steeds niet populair is) en Judas Maccabeüs veroverde hij de harten der Engelsen. Al lonkte hij in menig opzicht nog wel naar zijn vroegere opera's. Want afgezien van Israël in Egypt bleef de verhouding koren-aria's/recitatieven nog steeds in het voordeel van de laatste. Die aria's schreef hij het liefst voor iedere uitvoering opnieuw. Vandaar dat er zoveel verschillende uitvoeringen van b.v. de Messiah mogelijk zijn. Had Handel toevallig een goede bas ter beschikking, dan componeerde hij voor hem gauw even iets nieuws. Over hoe men in die tijd aria's zong, weten we zo langzamerhand genoeg om te kunnen stellen dat ze heel anders klonken dan ze genoteerd werden. Dat lag niet aan luiheid van de componist, maar de solozangers, vooral de castraten, wensten zich juist te onderscheiden in het aanbrengen van allerlei versieringen. De enige tijd geleden in het ND geïnterviewde dirigent Jack Loorij zong me tijdens het interview voor de aria 'Weep, Israël, weep' (uit Saul, gezongen na de dood van Saul) en warempel, met versieringen wordt dat 'Es ist volbracht' uit Bachs Johannes Passion, gezongen na de dood van Christus. Als je zo te werk gaat bij alle aria's van Handel blijkt Handel daarin veel dichter bij Bach te staan dan je op grond van het notenbeeld zou vermoeden.
"Engelsman". "Nederlands dagblad : gereformeerd gezinsblad / hoofdred. P. Jongeling ... [et al.]". Amersfoort, 1986/12/31 00:00:00, p. 37. Geraadpleegd op Delpher op 21-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010570054:mpeg21:p115