(Over ingezonden stukken fcan niet toorden ffe-correspondeerd- Ze kunnen ook niet tuorden terujjffezonden. .Anonieme tnzendinoen of *tukken zonder 'duideltffc adres van de inzender wordtf» niet in behandeling Genomen. De redactie behoudt rteh altijd het recht voor de stukken in te korten. Red, L.C_)
Uit de berichten en een hoofdartikel van N. in uw krant blijkt dat in de Tweede Kamer en op het congres van DS'7O de frakttevoonzitter wT Drees nogal wat aandacht heeft besteed aan ondermeer de stijgende criminaliteit en verkeersrnisdirijven. De toenemende onveiligheid in de steden — Ook Leeuwarden — alsmede het gevaar op de weg speelden hierbij een voonname rol. Uit uw beriehtgeveing en kommentaar leek het wel dat dr. Drees voor een puur eenzijdige benadering had gekozen: meer politie, hogere straffen (vooral het laatste). In feite keerde dr. Drees zich tegen de eenzijdige benadering van de regering. Den Uyl meent in deze problemen te kunnen volstaan met beter onderwijs en kortere straffen; hoe belangrijk het eerste ook is, kan het toch niet alléén een oplossing brengen voor toenemende onveiligheid en criminaliteit. Een goed bezet polititie-apparaat met moderne apparatuur is zeker zo noodzakelijk en dat zal ook een bijdrage vormen voor het voorkómen van allerlei misdrijven. Uw berichtgeving en commentaar was niet van eenzijdigheid terzake o.i. vrij te pleiten. Opvallend was ook dat Den Uyl, op een vraag van de PSP suggereerde, dat binnen ons politieapparaat het geweld zou toenemen. Als de grote baas zo over zijn personeel spreekt, weet het personeel waar het met hem aan toe is. Wie ging er eigelijk op heksenjacht? Leeuwarden. Provinciaal bestuur DS'7O Friesland.
"INGEZONDEN Wie op heksenjacht? Cox's. Die smaakt. Cox's. Die smaakt". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
"Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
Ik ben zelf van Duits-Joodse afkomst en mijn enig overgebleven familie (2 neven) wonen in Israël, konden in 1939 als 15- en 16-jarige nog net vluchten, maar hebben sindsdien ook nog geen echte rust gekend. Zij waren dus ook vluchtelingen en hebben met eigen handen en primitieve middelen meegevvrarkt aan de opbouw van een kibboets, die in 1948 totaal verwoest en later door beschietingen vanuit Jordanië jarenlang erg beschadigd werd. Ik ben er vaak langere tijd geweest en we hebben heel veel gesprekken over alle problemen gehad, want ondanks alles willen zowel de ouderen (zonder uilzondering vluchtelingen of overlevenden van concentratiekampen) én jongeren niets liever dan in vrede leven.
Toen in 1948 de staat Israël werd uitgeroepen gebeurde dat uitdrukkelijk als gevolg van de Balfour-verklaring voor een Joods Tehuis en het is niet logisch hen dat te willen verwijten, waarbij ik wel wil opmerken, dat de Joodse godsdienst maar een kleine rol speelt. Maar zolang er in de wereld mensen vervolgd worden omdat het Joden zijn — en als je de geschiedenis kent, is haast aan te nemen, dat dat altijd wel ergens het geval zal zijn — zolang moet er ook een Joodse staat zijn om deze mensen op te nemen. Als je er een Palestijnse staat van gaat maken, waarin de Joden weer in de minderheid zijn, dan zal er waarschijnlijk meteen weer de Jodenhaat zegevieren en dan is alles voor niets geweest. Kort voor het uitroepen van de staalt Israël is er in het toenmalige Palestina via radio en pers een enorme antl-propaganda („Greuelprogaganda") geweest, men heeft de Arabieren bang gerr_aiakt en toen bovendien een oorlog uitbrak d.w.z. Jordanië etc. meteen de nieuwe staat aanviel toen sloegen honderdduizendien Arabieren op de vlucht. Israël heeft de Arabieren niet verjaagd, de meesten zijn uit angst gevlucht. Diegenen die gebleven zijn hebben het alleen maar goed gehad en de meesten zijn loyale Israëli's. ledereen, die eens in Israël geweest is, moet het toch zijn opgevallen hoeveel Arabieren er nog wonen (vooral in Nazareth, Tiberias, Akko etc.) en hoe ze meegenieten van de welstand.
De gevluchte Arabieren werden, dat weten we allemaal, in kampen gestopt en daar ook gehouden. De haat tegen Israël werd systematisch aangewakkerd en vergroot. Toen men na vele jaren dit probleem dan eens eindelijk wilde oplossen — nadat noch Jordanië noch Egypte deze ..broeders" had opgenomen — toen kon Israël het zich niet veroorloven zon kleine miljoen hun vijandelijk gezinde Arabieren op te nemen, want dan zou het zichzelf van bir_r_enuit ot-dermijnen. Er was toen teveel tijd verstreken. Ik weet dlat velen dit betreurden, maar het kón gewoon niet anders. Israël had toen «elf niet iets over twee miljoen inwoners en zat wél verlegen om méér inwoners, maar niet om mensen die hen haatten. Wie van ons heeft niet vele jaren geleden die timpjes uit de vluchteUngenkampen gezien met scholen waarin de kinderen alleen maar haat tegen de Israëli's werd geleerd? Moest Israël deze mensen opnemen? Nu dreigen deze Palestijnen weer het kind van de rekening te worden, maar als men al dat geld voor wapens voor de guerrilastrijd en het geld voor wapens voor deze oorlog had gebruikt om bijvoorbeeld de Sinai vruchtbaar te maken (vóór 1967!), als de Arabieren gewerkt hadden zoals de vluchtelingen uit Nazi-Duitsland gewerkt hebben toen ze in Palestina kwamen, dan zou er in die Sinai (Gazastrook etc.) een wonder zijn gebeurd, net zoals het op zovele plaatsen in Israël is gebeurd. En het had kunnen gebeuren met hulp van Israël, want zon aanbod is weleens gedaan. Er wordt zovaak vergeten dat de meeste kibboetstim werden gesticht op barre „onvruchtbare" grond, die (voor 1948) door de Jewish Agency gekocht werd van de Arabische eigenaren, die deze grond grif verkochten omdat ze er geen heil in zagen. Alleen maar door heel hard te werken en voortdurend te bewateren werd de grond vruchtbaar gemaakt en moet men hem vruchtbaar houden. Ik weet, door vele gesprekken, dat de meeste Israëli's de bezette gebiedien terug willen geven, maar... dan wél veilige grenzen. Ik heb het — voor die zesdaagse oorlog ln 1967 — vaak genoeg meegemaakt, dat de Syriërs vanuit de Golanhoogten schoten zodra men in de nederzettingen aan de smalle strook langs het meer van Tiberias op het veld ging werken en dat ondanks het feit dat de Golamheights z.g. gedemilitariseerd waren. Israël had toen elke keer moeten protesteren bij de Veiligheidsraad, maar wat „public relations" betreft is de staat Israël erg, heel erg, slecht. Men is er zo overtuigd van hun recht, dat men niet protesteert, maar wél op een gegeven moment terugslaat. En dan protesteert de gestrafte en die krijgt gelijk. Daarom kan ik begrijpen (en iedereen die de situatie een beetje kent) dat Israël een strook van de Golanhoogten wil houden (deze hele hoogvlakte was en is trouwens één militaire vesting!), net zoals de toegang tot de Rode Zee verzekerd moet blijven (Sharm el Sjeik), de afsluiting waarvan de oorzaak tot de oorlog in 1967 werd. Dat alles neemt niet weg dat er een oplossing voor de vluchtelingen uit Palestina gevonden moet worden, die, nogmaals, niet door Israël verdreven weiden. Maar dit mag toch ook niet gaan ten koste van een volk dat eindelijk een eigen staat heeft gekregen en desondanks nog geen rust mocht vinden. Het moet mogelijk zijn een separate Palestijnse staat te stichten. Dat moeten de „Grote Mogendheden" die dieze oorlog over de hoofden van de vechtenden hebben uitgevochten, dan maar uitzoeken. Kimswerd. Kitty van Eijsden-Unterbein
"Niet ten koste van...". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
WERKLOOSHEID schijnt een eeuwigdurend probleem te zijn geworden. Een noodzakelijk kwaad in onze samenleving waar we wel niet meer van verlost zullen worden. Leken en deskundigen hebben in de loop van de tijd hun licht over dit probleem laten schijnen. Regering na regering heeft er aan gesleuteld. Allerlei oplossingen zijn in het vooruitzicht gesteld — al of niet als inzet bij verkiezingen ondermeer. Het bleken alle tijdelijke of in het geheel geen oplossingen. De werklozen zijn nog steeds onder ons. Het ei van Columbus lijkt té goed verstopt en degene die het ooit zou moeten vinden zal wel nooit geboren worden.
Dat is natuurlijk een trieste zaak. Maar het wordt nog triester wanneer je leest, dat een heleboel werklozen er gewoon geen belang bij schijnen te hebben dat het vraagstuk wordt opgelost. De 52-jarige directrice van een textielfabriek in Tilburg, mevrouw Van Puyenbroek-Vroom, heeft daarover deze week een staaltje verteld. Het verdroot mevrouw dat in haar concen weefgetouwen, spinmachines en weet ik wat voor andere machines stilstonden omdat er geen bedieningspersoneel te vinden was. Ondanks de massale werkloosheid in Midden-Brabant.
Mevrouw Van Puyenbroek plaatst een advertentie waarin zij personeel vroeg om de stilstaande machines weer op gang te brengen. Haar oproep leverde haar acht nieuwe werknemers op. Maar bij die acht was maar één werkloze. En dat, zegt mevrouw, is bijzonder spijtig. Want het betekent, dat zij in feite zeven werkkrachten bij collegafabrikanten heeft weggehaald. Dat was haar bedoeling niet. Zij wilde natuurlijk werklozen, met name oud-textielarbeiders, aan werk helpen. Die zijn er bij bosjes in deze streek van Babant.
Enkele jaren geleden namelijk zijn hier honderden mensen uit de textielbranche gevlucht. Deels door fusies, deels door in de lucht hangende bedrijfssluitingen. Een heleboel van deze mannen hebben destijds een goed betaalde baan in de bouwvak gevonden. Maar de bouwvak heeft ook betere tijden gekend en zodoende zijn toch nog velen werkloos geworden. Zij piekeren er evenwel niet over om weer in een textielfabriek aan de slag te gaan omdat ze er dan in loon op achteruit gaan. En mochten ze vervolgens en onverhoopt weer werkloos worden, dan vangen ze nog weer minder.
Mevrouw gaat nu bij de Tweede Ka mer-fractie van de PvdA, die zij eerstdaags op bezoek krijgt, pleiten voor een loon-suppletie. Een aanvulling dus om op het oude loonpeil te komen. Mevrouw heeft de indruk dat velen dan wel weer aan de slag willen. Wel, het is natuurlijk niet het ei van Columbus maar het lijkt wel de moeite van het bestuderen waard. Van al die honderden miljoenen guldens die de regering opzij heeft gelegd om de werkloosheid te bestrijden schieten grif wel wat guldentjes over om deze zaak eens uit te pluizen. Het kan wellicht een heleboel minder chagerijnige mannen opleveren, stilstaande machines weer op gang brengen en wie weet misschien ook nog wel een voordeeltje voor vadertje staat betekenen.
De zaak speelt natuurlijk niet alleen in Brabant. Ook hier zijn werklozen die best weer aan de slag willen en kunnen. Mits zij er financieel niet op achteruit gaan. Denk alleen maar aan de badmeesters (van de openlucht-zwemmerij) die begin deze maand weer voor zeven maanden de ww zijn ingedoken (om in zwemstijl te blijven). Het is bepaald niet zo, dat er voor hen geen werk is. Integendeel. Het lijkt in dergelijke gevallen (er zijn natuurlijk veel meer seizoenwerkers) voordeliger een suppletie te geven inplaats van een volledige ww-uitkering.
"beurtelings sytze van der wal lc-redacteur Sleutelen aan de werkloosheid". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
Deze uitspraak over inspraak geldt naar mijn mening vooral in Leeuwarderadeel. Daar zijn sinds het begin van dit jaar een aantal werkgroepen bezig met de ruimtelijke ordening. De samenwerking met het gemeentebestuur trachten zij ook nog steeds te bereiken, waarbij zij met voorstellen komen. Helaas waren tot nu toe afwijzende reakties hun deel. Gemeentebestuur en dan met name b. en w. denken dat ze de inspraak best op hun eigen houtje kunnen regelen. Zo ook bij de ontwerpstruktuurschets voor Leeuwarderadeel. Deze schets is het werk van enkele jaren en gemaakt, in opdracht van b. en w., door een raadgevend ingenieursburo. In de schets wordt gezegd, dat de studie in feite beoogt een gedachtenwisseling in te leiden over de toekomstige uitgangspunten voor het gewenste ruimtelijk beleid. Deze zin is nog enigszins hoopgevend, maar bij doorlezen van de struktuurschets blijkt alras dat er maar één uitgangspunt de basis heeft gevormd. Dit uitgangspunt is dat de gemeente moet groeien om een verzorgende funktie te krijgen. Dit uitgangspunt wordt ook vaak omgedraaid in die zin dat de gemeente een verzorgende funktie moet krijgen, omdat er zoveel groei is. Al naar gelang het past in de redeneertrant van het ogenblik. Een gedachtenwisseling over meer uitgangspunten is dan dus uitgesloten, nog afgezien van het feit dat er geen alternatieven met hun uitwerking worden gegeven. De struktuurschets is nu in de fase aangekomen van officieel overleg met diverse instanties en inspraak met de burgerij. Dit wordt ook in het voorwoord gezegd. Verbazend is dan dat de inspraak met de bevolking, voorzover er van inspraak gesproken kan worden, beperkt wordt tot ongeveer één maand, terwijl b. en w. over de voorbereiding enkele jaren mochten doen. De enige reden die hiervoor is gegeven, is dat men de zittende raad nog over de struktuurschets wil laten beslissen. Wat de bevolking zou willen, komt dus helemaal niet aan de orde. Nu is plotseling haast geboden. Dat er enige jaren aan gewerkt ls, blijkt ook duidelijk uit het rapport, dat tot in de kleinste details is uitgewerkt. Zo wordt nu al de plaats én de soort van de beplanting langs de wegen aangegeven. Het is duidelijk, dat de inspraak van de bevolking niet over wezenlijke zaken mag gaan, doch uitsluitend over de details die gevolg zijn van het uitgangspunt van b. en w.: groei ten koste van alles. De schets die oorspronkelijk bedoeld was voor het dorp Stiens is enigszins opgeblazen voor de gehele gemeente. De buitendorpen zijn er echter niet veel beter van geworden. De aandacht die eraan wordt besteed is miniem. Zonder dat over de gevolgen wordt gesproken, wordt gezegd dat dorpen als Jelsum, Finkum, Oude Leye en Hijum niet zelfstandig kunnen zijn. In Leeuwarderadeel wordt, gelijk men zegt in Bokwerd, alles opgezet bij de hoofdplaats. Ook op andere manieren wordt de zgn. inspraak onmogelijk gemaakt. De struktuurschets ligt ter inzage op het gemeentehuis, d.w.z. alleen op werkdagen en dan nog alleen maar 's morgens. Het is dus voor het gros van de mensen moeilijk, zo niet onmogelijk om die schets in te zien. Dit geldt trouwens
"Inspraak? Wassen neus!". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
HET kabinet-Den Uyl wil het autowrakkenprobleem aanpakken. Dat is een nobel en ook zeer noodzakelijk streven. De wijze waarop men van plan is dit te doen, lijkt echter op zn minst verdacht. Zelden heeft geloof ik een regering een zo onoprecht voorstel ingediend als dit van het statiegeld' op auto's. Zelden ook, dacht ik, heeft men zo algemeen het gevoel gehad dat ons een goedkoop smoesje werd voorgeschoteld om een extraatje voor de staatskas te versieren. Want de regering is over het hoe en wat bijzonder vaag gebleven.
Geen automobilist zal er in principe bezwaar tegen hebben om mee te helpen bij het zoeken naar een oplossing voor dit autowrakkenpobleem. Want dat is een urgente zaak, die gigantische vormen dreigt aan te nemen. Voor volgend jaar wordt het aantal autowrakken op liefst 250.000 geschat. En voor 1980 — dat is niet eens zover meer — op niet minder dan ruim 500.000. Dat is niet zo gering. En het is duidelijk dat het de hoogste tijd is om hier iets aan te doen. Anders zitten we met zn allen binnen de kortste keren op één grote schroothoop.
Het hindert daarom niet, dat we ons straks wellicht een beetje genomen voelen als we die f2OO statiegeld moeten betalen. Als we dan maar niet op die schroothoop terecht komen. Wat blijkt echter? Geleerde heren van RAI en BOVAG zeggen: die f2OO is weggegooid, want de chaos en de schrootbult worden door deze regeringsmaatregel alleen maar groter. Dat komt, zeggen zij, omdat de regering niet rept van zaken die in dit verband voorrang dienen te hebben. Zaken als sanering van de schrootbedrijven, concentratie van bedrijven en regionale wrakkenterreinen en vergroting van de vernietigingscapaciteit.
Hoe dan ook, er blijven nog al wat vragen over. Ondermeer de vraag, of de eerste eigenaar van een wagen zijn statiegeld ooit terug zal krijgen. Dat lijkt zeer twijfelachtig. En dan is er ook nog de onbillijkheid. Want de man die zich een Rolls Royce kan veroorloven betaalt evenveel als degene die een Lelijk Eendje koopt. In feite wordt de kleine man (de minder draagkrachtige, heet hij doorgaans) genept. En dat nog wel door een kabinet, dat te pas en te onpas van de daken schreeuwt dat het juist voor deze groep mensen op de bres wil staan.
"Schroothoop". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
„Het is verdedigbaar de z.g. democratische besluitvo-mingsprocedures op zij te zetten..." aldus de heer A. Piersma. Hooggeleerde Piersma, eerbiedwaardige promotor, vereerde opponent. Parel in de Kroon van d'Aloude Leeuwardse Alma Mater, Leidsman op de weg naar dieper en hoger inzicht, met frote schroom wagen wij het, met geogen hoofd en geloken ogen, het woord tot U te richten. Dat wij over onze schroom zijn heengestapt, vindt zijn oorzaak in onze diepe dankbaarheid voor Uw van grote wijsheid doortrokken lessen en aan Uw onnavolgbare colleges, die een mijlpaal in onze gedachtenwereld brachten, aan de vaardigheid, waarmee U ons onbenul afstraft. In onze onnozelheid leefden wij in de absurde veronderstelling, dat demos volk, kratein heersen en democratie heerschappij van het volk betekende. In onze nog verder gaande verdwazing dachten wij, dat parlementaire democratie een volksregering is, waarbij macht berust bij een in vrijheid gekozen volksvertegenwoordiging, die werkt naar de beginselen zoals die in onze grondwet zijn vastgelegd. Op Uw geniale wijze ontmaskert U onze dwaalleer. Glashelder toont U aan, dat democratisch begrip slechts een ideologische, dus verwerpelijke opvatting is. Onze opvatting van democratie leidt tot oneerbare practijken, zoals U bewijst. Democratie kan volgens U niet los gezien worden van aantasting van de bezitsverhoudingen, van kwalijke practijken en invloeden van de Amerikaanse Overheid en zelfs van de droevige heer Alliende. Letterlijk zegt U dat het „zelfs verdedigbaar is de z.g. democratische besluitvormingsprocedures op zij te zetten om een maatschappij te bereiken, waarin grotere rechtvaardigheid heerst". U zult mij wel oerdom vinden, doch ik kan nog steeds niet begrijpen, dat het op zij zetten van de z.g. democratische besluitvormingsprocedures, iets met democratie te maken heeft. Zelfs niet met neo-democratie. Het ruikt meer, om Uw geurbeeldspraak aan te houden, naar neo-nazisme. Oldeberkoop. Drs. P. Kooperberg. voor alle gemeentelijke plannen die officieel ter inzage moeten liggen. Daarnaast is de struktumrschets te koop voor f 9 In de raadsvergadering ls eerst door b. en w. toegezegd dat de prijs f 5 zou bedragen, maar dat kon blijkbaar niet uit, hoewel de schets al f 40.000,— heeft gekost Het is duidelijk dat slechts een klein groepje mensen hier geld voor over heeft. Wanneer het in het algemeen belang is, dan iedereen meedenkt over het standpunt van b. en w. kan dan geen geld uit de algemene middelen komen om de schets voor iedereen verkrijgbaar te maken? Een andere mogelijkheid is, dat er in de schets zoveel vaktaal, cijfers en tabellen voorkomen. Dit is niet direkt een uitnodiging om verder te lezen. Mede gezien de tijd is het voor de bevolking daardoor vrijwel onmogelijk om zich voor de eerste hearing al enigszins een mening te vormen over de materie. Over de manier waarop ln onze gemeente met de mening van de bevolking wordt gesold, kunnen nog vele voorbeelden worden gegeven. Hopelijk weet een ieder die naar de hearing gaat, waar hij aan toe is. Hij kan zich echter troosten met de gedachte dat deze gemeente geen uitzondering is. Stiens. Bilbo.
"De neo-democratie". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
GENERAAL-Majoor Kranenburg is getemd. Hij zal doen wat de minister wil en laten, wat hem is verboden. Generaal IJsselstein, chef van de generale staf en bevelhebber van de landstrijdkrachten — Kranenburg zijn baas — heeft hem bevolen op te houden met donderjagen. Dat is natuurlijk anders gezegd. Die heren spreken zo alleen tegen nóg ondergeschikten. Kranenburg krijgt een bevel. Hij gehoorzaamt. Zo hoort het. Die kous is af. Het is een zeer keurige Nederlandse kous. De minister doet de generaal-majoor een verzoek. De generaal-majoor legt dat naast zich neer. De minister verzoekt opper-generaal IJsselstein een bevel te geven. Dat doet generaal IJsselstein. Een bevel is iets heel anders dan een verzoek. Een verzoek kun je weigeren, een bevel moet je gehoorzamen. Dat weet Jan Soldaat al, daarvoor hoef je niet eens generaal te wezen. Het zou anders ook zeker niet goed zijn afgelopen. Minister Vredeling heeft dat gistermiddag voor alle duidelijkheid nog even gezegd. Als generaal Kranenburg het bevel niet had opgevolgd, dan was hij ontslagen. Het lijkt een omweg, maar dat is nou net zo mooi. Het voelt tegenwoordig lekker als je leeft in een land, dat niet door generaals pereffeerd wordt.
ER ZIJN nog simpele zielen, die geloven, dat het hele verhaal hiermee verteld is. Echt. Die mensen zouden het niet in hun hoofd halen vraagtekens te zetten achter wat generaals doen of zeggen. Tenslotte rijn die hoog zowat het hoogste van het hoogste. Zij rijn er voor óns, net als de politie. Dus zullen zij óók wel weten wat goed voor ons is. Als een genreaal zegt „zus", dan moet jij niet vragen: „of zo?" Hij spreekt. Uit. Het is helaas anders en ingewlkkelder. De generaals zijn niet de baas. Hier niet. Zij rijn in dienst van de burgerij. Zij hebben, behalve in oorlogstijd, niets, maar dan ook helemaal niets over de burgerij te vertellen. Dat is niet gemakkelijk. lemand, aan wie direct wordt gehoorzaamd, als hij met de vinger knipt, kan er moeilijk aan wennen, dat hij zelf ook moet gehoorzamen. Dat is nog moeilijk, als hij denkt, dat hij wèl en die ander er géén verstand van heeft. Dat denken generaals gemakkelijk. Zij hebben een zeer speciaal vak, naar de eisen van de tijd geheel technisch ontwikkeld. De strijdkrachten, dat zijn "al lang niet meer de arme jongens, die de vijand op zijn donder slaan met stokken, zwaarden of andere instrumenten. De strijdkrachten zijn een technische samenleving, op zichzelf, met rangen en standen, met óp- en verleiding. Oorlog is geen vechten meer, zoals we op school geleerd hebben. Oorlog is een moeilijk bedrijf. Er komt heel wat kijken voor je het vak beheerst. Daarom ls ook overal te zien, dat de militairen-van-beroep zichzelf als een aparte kaste beschouwen. Meestal, denk ik, als één van de betere standen. Ze vinden hun eigen onderworpenheid aan bevelen maar zo-zo en ze rijn niet direct geneigd aan te nemen, dat burgers, dat wil zeggen: ntet-niilitairen, dat wil zeggen: normale mensen, kunnen denken over militaire problemen.
Minister Vredeling heeft gewonnen langs een omweg. Het is een vergissing te denken, dat de ruzie in de top van onze strijdkrachten daarmee is afgelopen. Let maar op: het gedonder gaat gewoon door.
"Laurens ten Cate DAGELIJKS Bevel, maar alles gaat gewoon door". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
HET IS daarom veiliger het optreden van generaal-maj oor Kranenburg een beetje in te passen in wat er dit jaar zoal in het leger en vloot gebeurt. Dit jaar? Al jaar en dag. Er is grote herrie geweest, de afgelopen zomer. Op 25 juni nam luitenant-generaal Van Rijn ontslag als voorzitter van het „comité verenigde chefs man staven". Hij zou op 1 januari 1975 met pensioen gaan, maar hij wou niet meer. Hij wou, zoals hij dat zelf zei, rijn naam niet meer veribonden elen aan ~ve_ml__der___g van de gevechtokracbt van de strijdkrachten en van de discip-ine''. Hij zei er toen bij, dat rijn besluit niks te maken had met de persoon van de minister, maar wel met de politiek van het vorige kabinet en ten dele ook van dit kabinet Goed 14 dagen later bleek er a-ierlei verschil van mening tussen generaal Meijnderts, de commandant van het eerste legercorps en de chef van de generale stal, generaal Usselstein. Dat was eigenlijk al een hele tijd zo. Een jaar eerder, 22 juni 1972, had de PvdA-er Stemerdink er minister De Koster al over ondervraagd. Kortom: allerlei gedonder, waarvan het fijne niet naar bulten kwam- Kranenburg had met deze dingen niet direct iets te maken. Het is aan de andere kant duidelijk, dat de ruzie in de top van onze verdediging niet losgezien kan worden van wat er nu weer is gebeurd. Generaals rijn net lastige kinderen. Als ze niet meteen hun zin krijgen beginnen ac te dreinen. Dait helpt blijkbaar, anders deden ze het niet. Zo ontstaan de ruzies tussen de hooggeplaatste miaa-nen, die elkaar met argwaan en weerzin' zitten te begluren. Ze zijn stuk voor stuk uit op macht, maar dat zullen ze nooit toegeven. Dus heten het meningsverschillen en het veiligste is dan die verschillen van mening te zoeken op het eigenste vakgebied. Je kunt proberen de anderen vliegen af te vangen. Lukt dat, nou, dat is dan mooi. Lukt het niet, dan heb je het in de hiërarchie verloren. Dat is niet schandelijk. Het is een vreemde club van heren, die hun isolement binnen een beschaafd volk maar heel moeilijk kunnen aanvaarden. Ze rijn gevormd en opgeleid om baas te spelen. Als zij spelen, dan willen ze winnen. Dat willlen ze ook, wanneer ze niets anders zijn dan de dienstbaren van het volk. Dan moeten ook zij wel eens door de bocht, net als iedereen. Ze hebben dat niet geleerd. Niet op school, niet bij de troep, niet in de mess.
"AL jaar en dag". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
BINNEN dit vreemde wereldje gelden maatstaven, die wij in onze wereld helemaal niet kennen: respect voor een opleiding; indeling bij een bepaald regiment; de eigen povere levensgeschiedenis. Al zulke dingen zijn daar erg belangrijk. Niet-soldaten maken vaak de vergissing, dat zij onvoldoende gevoel hebben voor de „code". Zij denken dan, dat de „code" eigenlijk niets anders is dan een lege huls, een holle fles, een vorm. Waar het om gaat, dat is de inhoud. In die hoge militaire kringen gaat dan anders. Het is onzin te beweren, dat de inhoud er daar helemaal niets meer te doet. Natuurlijk wel. De vorm heeft alleen een heel eigen en onbegrijpelijke waarde. Allerlei vormen: gedrag, indeling; naam; geschiedenis; carrière enzorneer. Die hebben een eigen betekenis, die niets meer te maken heeft met wat ze werkelijk betekenen. Generaal Kranenburg heeft op zn donder gekregen, zou je buiten de dienst denken. Vergeet dat maar meteen. Wat heeft hij gedaan? Een bevel opvolgen. En verder? De minister net zo lang pesten, tot hij dat bevel kreeg. Langer kon ook hij niet, de held. Als niet-militiair ben ik geneigd het gedrag van de heer Kranenburg misselijk en laf te vinden: óf je denkt, dat je gelijk hebt en dat zeg je dan. Of je houdt je mond. Maar je laat je niet via-via op de vingers tikken door een landbouw-ingenieur, die net uit Straatsburg ls binnengestapt. Als hoge militair is men blijkbaar geneigd in deze onderdanige gehoorzamer een held te zien, een echte militair, die het burger-gezag, dat op dit kritieke moment in onze geschiedenis wederom niet heeft ingegrepen tegen het „dreigende verval", goed op zn nummer heeft gezet. Vanuit dit laatste gezichtspunt ls Kranenburg precies zover gegaan als hij kon gaan. Hij is pas opgehouden, toen hij niet meer kón doorgaan. Hij heeft zich goed gedragen. Hij heeft veriloren. Zeker. Maar denk niet, alsjeblieft, dat daarmee ook DE ZAAK verloren is.
"Code". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005
HET is om deze reden verstandig even te wachten, want het vervolg komt zonder twijfel. De kaste der militaire gelijkhebbers laat zich zo niet behandelen. Die Kranenburg heeft het hem dan toch maar geflikt. Er komt straks wel een andere flikker. Geloof maar niet, dat oorlogshelden zomaar toegeven aan Vredeling Het ware conflict rit diep. Het zou niet verkeerd zijn als eens en voor al werd vastgesteld wie er in en om het leger eigenlijk de baas is. Dat is volgens mij het volk. Zij zijn er voor ons en wij zijn er niet voor hen. Zij moeten onze spelregels gehoorzamen, anders wordt er niet gespeeld. Dat is nog niet vastgesteld en daarom alleen al is het conflict nog niet afgelopen. De afloop moet nog komen. Liefst gauw, anders krijgen we weer zon idiote toestand, waarin hoge militairen vergeten te bedenken, dat zij er alleen maar zijn als nood-hulp,
"Stil maar, 't komt nog". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 1973/10/26 00:00:00, p. 5. Geraadpleegd op Delpher op 04-03-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010619474:mpeg21:p005