(ADVERTENTIE 1.M.) Turks Fruit van Jan Wolkers t rTI meer dan 200.000 exemplaren verkocht J |i I i Lees ook!! *—ttUr Kort Amerikaans IJ .(l| |H ; jLT even hartstochtelijk iiiL nu reeds 170.000 exemplaren verkocht I'l i I ' je leeft dit boek mee / t^iii t slechts 9 gulden LLL^LLTLLIj |Y| meulenhoffnederland. U-LlüJ,^j-J
Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland
- 16-02-1974
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrechtelijk beschermd. Op dit object rust auteursrecht.
- Krantentitel
- Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland
- Datum
- 16-02-1974
- Editie
- Dag
- Uitgever
- Stichting Leeuwarder courant 1947
- Plaats van uitgave
- Leeuwarden
- PPN
- 865061483
- Verschijningsperiode
- 1947-
- Periode gedigitaliseerd
- 1947 t/m 1994
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- KBDK
- Toegevoegd in Delpher
- 20-11-2013
Advertentie
Prof. dr Doede Nauta: Ogen open houden voor de werkelijkheid bij samenwerking hervormd gereformeerd Geestelijk Leven
„Je kunt wel erg voor eenheid van hervormden en gereformeerden zijn, maar je moet je ogen wel open houden voor de werkelijkheid". Het is een uitspraak van professor dr. Doede Nauta (75) uit Amsterdam. Hij is een nuchter man. Meer dan dertig jaar heeft hij kerkrecht en kerkgeschiedenis gedoceerd aan de Vrije Universiteit. En van iemand, die zijn leven lang de bewegingen en stromingen in de kerk van het vroegste stadium tot vandaag heeft bestudeerd, kan men moeilijk verwachten, dat hij bij nieuwe ontwikkelingen staat te trappelen van ongeduld.
Uit deze aanhef mag overigens allerminst geconcludeerd worden, dat de zaak van eenwording van hervormden en gereformeerden niet de belangstelling zou hebben van de emeritus hoogleraar. Hij praat zakelijk en „besteklik" over het onderwerp, zich zo weinig mogelijk op zijpaden begevend. Hij formuleert voorzichtig, want de verhouding tussen hervormden en gereformeerden blijft ergens teer w<*»| Woord
te veel, of een uitdrukking, die niet zo goed overkomt, kan veel bederven. Dat is eind januari weer gebleken op de gereformeerde synode, toen daar gesproken werd over een ongelukkige formulering over „de vrijzinnigheid in de Gereformeerde Kerken" in een brief van de hervormde synode van de wijzigingen in de Hervormde Kerk. De gereformeerden liepen toen ietwat rood aan.
Prof. dr. Doede Nauta
Feerwerd/Ferwerd
Dr. Nauta is een geboren Groninger, maar een getogen Fries. Misschien speelt dat ook nog een rol in zijn benadering.Hij werd op 11 april 1898 geboren te Feerwerd in de gemeente Ezinge. Nauwelijks zes weken oud kwam hij in Ferwerd te wonen, waar zijn vader tot gemeentesecretaris van Ferwerderadeel was benoemd. Later werd hij gedeputeerde van Friesland en nog weer later burgemeester van Dantumadeel. De jonge Doede verhuisde dus van Feerwerd naar Ferwerd. Toen hij in 1935 promoveerde op Samuel Maresius en op de titelpagina zijn dissertatie zowel de plaatsnaam Feerwerd als Ferwerd voorkwam, maakte een vriend dr. Nauta attent op de drukfout die ér dus helemaal niet stond.
Zoals bekend heeft de gereformeerde synode de vorige maand de samenwerking of de integratie tussen hervormden en gereformeerden wat afgeremd. Met 48 tegen twaalf stemmen werd besloten die samenwerking eerst kerkrechtelijk wat meer grond onder de voeten te geven. Heeft dat bij de enthousiastelingen voor oecumene niet wat een domper op de vreugde gezet? Vereled en jaar al werd een gezamenlijke vergadering van de beide synodes, de hervormde en gereformeerde, in Utrecht gehouden. Nou houdt men, van gereformeerde zijde, de pas in. Zullen sommigen, misschien velen /.ich niet min of meer teleurgesteld voelen?
Regels
Mogelijk heeft het bij sommigen wel die uitwerking, geeft prof. Nauta toe. Maar ik zou daar niet te veel de nadruk op willen leggen. Ook in dezen moet de zaak formeel op orde gebracht worden. De hervormden hebben het wat dit betreft gemakkelijker dan de gereformeerden. Zij hebben ordonnantiën in hun kerkorde, die samenwerking met andere kerken mogelijk maken. Bij ons ligt dat moeilijker. Dat zal toch eerst geregeld moeten worden. Dat neemt overigens allerminst weg, dat er in de praktijk niet alvast het één en ander kan gebeuren. En dat gebeurt er ook. Er zijn experimenten, soms vi ij vergaande. Men houdt zich daarbij ook niet in alle gevallen aan de geldende Mafir vergeet tegelijk niet waarschuwt de professor dat er hele gebieden zijn, waar de zaak van de eenwording helemaal niet speelt. Voor Friesland zal dat bijvoorbeeld in de Zuidoosthoek het geval zijn. En verderop, ir. Drente, waar door de „oude vrij/innigheid" en andere invloeden helemaal nog geen sprake is van samenwerking. De hervormden hebben dus een basis voor die samenwerking. Die is geformuleerd. Van gereformeerde kant kan men daar nu eigenlijk nog niets tegenover stellen. Vorige gereformeerde synodes zijn nalatig geweest die basis aan te brengen. Dat moet nu gebeuren, maar dat vraagt zijn tijd. Pas op een volgende synode zal een besluit in die zin kunnen worden genomen. Als men de Kerkorde wil veranderen, is daar twee derde van de stemmen voor nodig.
Samenwerking
Wanneer de gereformeerde kerkorde in een volgende synode aangepast zou worden, zou het eigenlijk alleen nog maar gaan om een principebesluit. Later zouden dan nog uitgewerkte bepalingen moeten komen. En bij dat principebesluit zou het alleen nog maar gaan om samenwerking. Volledige integratie, het volledig één worden van de twee kerken, is een nog veel verder verwijderd doel. Het is dus lang nog niet zo ver, dat er straks één en dezelfde kerkorde is voor beide kerken.
Dat de gereformeerde synode (met meer dan twee derde van de stemmen) met de wijziging van de kerkorde aceoord zal gaan, staat voor dr. Nauta eigenlijk wel vast. „Ook de mensen, die het wat kalm aan willen doen, willen de kant van samenwerking wel uit. We zijn uiteindelijk van één stam. Heel anders zou de kwestie liggen als het bijvoorbeeld ging om samenwerking en uiteindelijke eenwording met Rome.
Vrijzinnigheid
Het aantal vrijzinnige predikantsplaatsen in de Hervormde Kerk is de laatste kwart eeuw snel afgenomen en zal over een paar jaar waarschijnlijk nog maar de helft zijn van na de oorlog, maar zal de vrijzinnigheid toch niet een struikelblok blijven voor de samenwerking? De vrijzinnigheid in de Hervormde Kerk is wel een zaak, die de samenwerking bemoeilijkt, vindt prof. Nauta. „En dan denk ik niet zo zeer aan de nieuwe vrijzinnigheid als wel aan die uit het eind van de vorige en het begin van deze eeuw. En dan gaat het mij ook niet zo zeer om de predikantsplaatsen als wel om de mensen zelf. Die hebben vaak een ander gedragspatroon. Ze komen vaak maar heel weinig in de kerk, zoals bij-
voorbeeld in de buurt van dorpen als Rolde en Gieten, om maar een paar plaatsen uit Drente te noemen. Daar is er geen sprake van, dat men dichter bij elkaar komt. Er zijn daar nog tal van tegenstellingen. Er zijn meer voetangels, zegt prof. Nauta. Een andere is bijvoorbeeld de kwestie van de geboorteleden, waar men in de Hervormde Kerk momenteel druk mee bezig is. Dat is nog geen uitgemaakte zaak. Verder is ook niet iedereen in de Hervormde Kerk even gelukkig met de contacten met de gereformeerden. Dat geldt bijvoorbeeld voor de Gereformeerde Bond in de Hervormde Kerk. In weer andere delen van het land, en dan denk ik bijvoorbeeld aan de Veluwe en de Betuwe, is om die reden ook helemaal nog niets van samenwerking terechtgekomen.
Naast bepaalde plaatsen, waar men inderdaad naar elkaar toegroeit, waar gemeenschappelijke kerkdiensten worden gehouden en verdere ontwikkelingen zijn, zijn er dus ook talrijke, waar helemaal niets gebeurt. Je kunt wel erg voor eenheid zijn, maar je moet je ogen tegelijk wel open houden voor de werkelijkheid. Andere verschillen zijn de structuren van de Hervormde JCerk en de Gereformeerde Kerken. De namen zeggen het eigenlijk al: bij de hervormden spreekt men van kerk en bij de gereformeerden van kerken. Bij de gereformeerden staat de eigen, plaatselijke kerk centraal. Secundair zijn de classes, particuliere synodes en algemene synode. Bij de Hervormde Kerk gaat het geheel voorop. De plaatselijke kerken zijn daar eigenlijk onderdelen van. Hoewel, ik moet toegeven, dat het centrale element in de Gereformeerde Kerken van lieverlee ook meer betekenis heeft gekregen, waardoor de nadruk op de betekenis van de plaatselijke kerk automatisch geringer werd.
Avondmaal
Wat is vandaag legaal in de samenwerking tussen hervormden en gereformeerden en wat niet? Mag een hervormde aanzitten aan het avondmaal in de Gereformeerde Kerk en omgekeerd? Het gebeurt wel, zegt dr. Nauta, maar formeel is ook dat eigenlijk nog niet in kannen en kruiken. Wanneer men individueel als gast in een kerk is, zal niemand er bezwaar tegen hebben, dat men ook deelneemt aan het avondmaal, noch van hervormde noch van gereformeerde zijde. Maar er zijn bijvoorbeeld van onze kant geen regels voor gemeenschappelijke kerkdiensten met een gemeenschappelijk avondmaal. Toch zal dat moeten. Het avondmaal is een bestanddeel van een kerkdienst. Als men gemeenschappelijk een kerkdienst houdt, zal men principieel ook samen aan het avondmaal moeten kunnen deelnemen.
Dolende mensen
Lucas 18 :10 ... Ik zag Satan als een bliksem uit de hemel vallen
Herinnert u zich nog uit uw krant die foto van dat enorme gebouw (bankgebouw) in Sao Paulo (Brazilië), met die snelle opname van een fotograaf, die een „mens" nam, die van de bovenste verdieping naar beneden sprong? Hij sprong in zijn wanhoop OM redding langs het vuur en sloeg te pletter. Je denkt: Wat een opname.. en wat een tragiek. Nu met die foto en het artikel van Uw hoofdredacteur, de heer Noordmans, over „bezeten wereld", kwam ik tot die woorden van onze Heiland als boven aangegeven. Daar is, jammer genoeg, geen foto van, maar de woorden zijn bewaard.
En die woorden zijn werkelijkheid geworden en zijn het nog. Zie dat artikel (9.2.74): Miljoenen verdiend aan de film Superstar Jezus van Nazareth en
Even Stilte
nu de nieuwe film over de Duivel, Satan enz. Ach, wat hebben we geschreven en getekend over de Deense film? Mag ik nog even Noordmans citeren? „De film over Satan.. weerspiegelt een mensdom, dat geen moreel en geestelijk anker meer buiten zichzelf heeft. Men probeert houvast in zichzelf te vinden: in pseudo-mystiek, drugs en aberratie, ego-trips, sexuele sensatie en „sensitivity-training" Zulke mensen worden psychonauten", dat zijn dolende mensen in de ruimten, zonder uitzicht. En de Kerk ... heeft zij wat te zeggen in deze nood, ook vlakbij in het „schemerig avondland" (Krant 12.2)? Ja.. .ja.. .er wordt opgemerkt dat de zonde meer zit in „wat wij niet doen", terwijl wij als maar wijzen met onze vingers naar „wat zij wel doen"
Is er dan niets anders ... moeten wü de wereld en de mensen aan de vervreemding overlaten? Nee, en nog eens nee! Over het boek Job nadenkend kwam ik de opmerking tegen: We gaan weer iets zien van de transcendentie God's. .dat impliceert tegelijkertijd de aanwezigheid van Engelen.. .en de Kerk heeft die wereld zo lang weggeredeneerd. Je krijgt bij Job een kijkje in de Raadszaal van God in overleg met zijn Engelen, die immers uitgezonden worden? Je zou het een beetje kunnen vergelijken met een Kabinetsberaad, met staatssecretarissen en fractieleiders, in opdracht van de koningin..
Maar in die Goddelijke Raadszaal komt ook de Satan binnenwandelen van een zwerftocht over de aarde. God erkent hem niet, maar laat hem aan het woord, daagt hem uit met de vraag: of er een liefde tot God op aarde is ondanks alles. Satan betwist dit.. ./•■ hebben daar beneden genoeg en daarom kunnen ze U er nog wel bijgebruiken. „WU menen een goede relatie met God te kunnen opbouwen buiten mens en wereld om. .en dat is de meest duivelse verzoeking" En k«k nou, kijk nou Lucas: een zeventig-tal mensen uitgezonden met een opdracht van God door Jezus.. .met het: „Het Koninkrijk God's is nabijgekomen, met het wee u over de „christelijke steden" van die dagen en het „tot de hemel toe verhoogd, .en tot de hel toe neergestoken" En die zeventig kwamen met overwinnende daden terug. Als je dat leest, dan worden wij er beschaamd van: wat kunnen wij als gemeente vandaag nog met de „Transcendente God, die Immanent werd?" Kunnen wij, om het met woorden van vandaag te zeggen, de demo-N-cratische machten nog te lijf. .en ziet U het op uw beeldbuis? Ik heb het vlakbij gezien dat in angst en diepste nood bijvoorbeeld de rand van een ziekenhuisbed door twee handen totaal verbogen, omgebogen werd.. .toen vroeg ik: mag ik met u bidden om een rustige nacht? Dat doe je dan in angst
en vrezen, .en je gelooft je eigen „amen" niet. Hij sliep rustig en lag 's morgens dood op bed. Hij was de zesde op één dag in die afdeling. .Wat een paniek-situatie bij de anderen. Waarop zullen wij roemen in dit „schemerig avondland?" In wat wij niet doen? Wat kan een dominee zich machteloos gevoelen omdat hij zijn Heiland niet na kan zéggen: Ik zeg u sta op! En hoe machteloos onder aan een Kansel. Een JEZUS bij die blijde „70".. .och jongens
.. .Ik zag de Satan als een bliksem uit de „Raadszaal" van God vallen en hij omwoelt hier alles, maakt van kerk en bedrijf en Hollywood onmerkbaar een ondergaande zaak. Maar zeg. .zeg. .zegt JEZUS, .wéten jullie dat je namen in het Boek van God geschreven staan? Dat opschrijven herken ik uit Psalm 139. .opgeschreven, toen ik als een borduursel in de benedenste delen der aarde., .moeder.. .gemaakt werd. En mèt dat opgeschreven zijn kunnen we „samen" de omwoelingen van die neergestorte Satan te lijf. Want, Jezus, Ik heb u macht gegeven tegen de gehele legermacht van de vijand. U zult zéggen, ja, maar Satan werd niet verpletterd in ziin val. En toch, en toch.. .kunnen we met elkaar „op slangen en schorpioenen" gaan staan? Omdat we opgetekend zijn en „ik" mijn naam geborgen weet?! Want.. .vallen doet de Satan, .ik zeg het maar weer met uw krant: Satans zwakte is het geloof, dat hij te verslaan is en in feite al is overwonnen. Want JEZUS leeft! Een verhaal om ijzig stil en stil blij te worden!
W. J. Musch
Richtingen
De „richtingen" in de Hervormde kerk zouden de integratie van de beide kerken belemmeren. Zijn de Gereformeerde Kerken eigenlijk ook geen richtingenkerk geworden? Er zijn sommigen, die zeggen van wel, constateert prof. Nauta. Maar zo ver ben ik zelf nog niet. Er is wel meer verscheidenheid gekomen. Verscheidenheid was er trouwens bij het begin van deze eeuw ook al. Denk maar aan de Aen B-kerken voor afgescheidenen en dolerenden. Dat waren stromingen en geen richtingen uit zal gaan. Bij richtingen wat minder geprononceerd. Er zijn wel symptonen van richtingen. Maar ik hoop niet, dat het de kant van richtingen uit zal gaan. B- richtingen organiseert men zich. Verschillen zijn gewoon, die hangen met het mens-zijn en christen-zijn samen. Tot nu toe zijn wij in de Gereformeerde Kerken gelukkig nog niet verder dan groepen, die zich scharen rond een blad als Voorlopig of juist andersom — rond een blad als Credo.
Prof. dr. Frits van der Meer: Het vale paard
(Van een onzer redacteuren)
„De grauwe pest, die sinds dat opzienbarende en in zijn nasleep zo hachelijk gebleken Concilie door de Nederlandse Kerk sluipt en die doet denken aan de Skeletruiter op het Vale Paard van Openbaring 5, heeft nog geen naam. Maar iedereen die zijn spoor kruist, waar dan ook, ruikt een bepaalde lucht, en ziet ineens een tuin vol geestelijke bloemen verdorren. Het sacrament van de boete is verdwenen; het misleidende surrogaat, de „oefening", is niet in trek. De jonge mensen, die edelmoedig zijn begonnen, geven het maar op; niemand gelooft meer in roeping. De kloosters sterven uit en waar ze nog naleven ruimt de versterving het veld voor het gemak en de verborgenheid wijkt voor de toegankelijkheid: de open deuren laten niets uit en de wereld binnen... De bisschoppen vinden zo goed als niemand meer die zij in geweten de handen opleggen; wie zegt er nog onvoorwaardelijk: hier ben ik? Maar is een kerk, die geen priesters meer voortbrengt geen dode kerk?"
Dit is een tirade uit een vernietigend oordeel, dat pro,, i-rits van der Meer (ofm) uitspreekt over de gang van zaken in de RK Kerk in Nederland ia het concilie in een Open brief over Geloof en Eredienst. Frederik Gerben Louis van der Meer werd in 1904 in ard geboren en promoveerde In 1934 in Rome, Hij is één van de grootste kunsthistorici van ons land. een kenner van de christelijke oerkerk van internationale faam en een fijnzinnig, dichterlijk schrijver, die voor zijn litekwaliteiten de P. C. Hooftprijs u. De vernieuwingsbeweging, die in de RK Kerk van Nend vooral na het concilie op gang komen, vervult hem met grote Wat vernieuwing heet is, volgens hem, voor een groot deel verval.
„De heiligen worden doodgezwegen," aldus prof. Van der Meer; „de Moeder Gods wordt niet meer toegezongen noch aangeroepen; het is een wonder dat- er hier en daar temidden van die doodslucht, in verborgen hoeken nog zoveel kaarsen bij haar branden — want de vromen in den lande gaan hun gang, ook als de pest rondwaalt en het Angelus wordt vergeten. Het is geen builenpest, die iedereen in paniek brengt, het is een tergend langzame en verkapte tering. Een juiste naam is misschien: „eigengereid halfgeloof"; een betere wellicht: „vrijzinnigheid", een woord dat iedereen in ons land verstaat."
Vrijzinnigheid is wat nieuws in de RK wereld. Maar dat paard van Troje wordt nu binnengehaald. „De nieuwlichters zijn er wonderwel in geslaagd, de niet zo theoretisch onderlegde rechtgelovigen voor te stellen als een kudde Dolerenden; zij onderhouden de legende, dat alle rechtgelovigen boven de vijftig zijn en teren op onoverwinnelijke jeugdherinneringen; zulke lieden sterven dus uit; voor hen geen tolerantie, voor henzelf daarentegen alle vrijheid. Nu, daar ontbreekt het niet aan."
„Maar het is niet gemakkelijk, het geloof van een oud en beproefd katholiek volk aan te tasten. Die handvol getitelde aggiornamentisti (aanpassers) op eigen vuist, die, meest in abject Nederlands, hun gedachten verspreiden onder ons volk, bereiken niet veel meer dan wat Johannes de Doper zag onder het beeld van de wanner op de dorsvloer: zij scheiden het kaf van het koren en onder het part dat blijft blazen ze wat verwarring."
„Maar voor en na gaan enkele miljoenen, oudergewoonte, naar de vertrouwde kerk waar zoveel niet meer vertrouwd is. Friese, Groningse, Twentse boeren en stadsmensen, grotestadsmensen in de beide Hollanden, laten hun vroomheid niet storen door wat fratsen en zij hebben wel geduld met soms verrassende, soms ergerlijke nieuwigheden. Maar zijn zij er gelukkig mee? Worden zij gesticht?"
„Het huis Gods is niet meer veilig. Ook de lieden met de rotsvaste overtuiging en zij die het kunnen opbrengen om kalm vooruit te zien en betere tijden af te wachten, voelen zich in de flauwe, volgeprate en soms letterlijk ver-„lieder"lijktc diensten niet meer thuis. Het huis staat er nog, loopt halfleeg en soms nog, per uitzondering. vol; maar het is niet veilig meer." Zo ziet prof. Van der Meer een nieuw soort pelgrims ontstaan: gelovige huisvaders die hun gezin 's zondags in een auto laden om elders gesterkt en getroost te worden in een huis, waar zij zich wel veilig kunnen voelen.
Deze open brief van prof. Van der Meer is een verzameling vlammende artikelen, vrome meditaties, felle aforismen, dichterlijke beschouwingen: over het eigengereide geloof der Nederlanders, de mysteriën Gods, satan en de engelen, de verwereldlijking, het jargon der wereld- en kerkvernieuwers („Komen de dingen des geloofs vandaag ter sprake, dan stroomt het, natuurlijk in een zwak aftreksel, voor de onnozele halzen haast onherkenbaar, uit alle boeken, uit alle babbelkastjes, uit alle robot-papegaaiensnavels, uit alle loketten van de wisselkantoren dei discussie-fora, want het is het kleingeld van de vrijzinnigheid.") over de veelvormigheid, de boycot van het sacrale, („Hoe komt de Nederlander, toch al een slecht acteur en een nog slechter spreker, de poëtisch minst inventieve van alle Europeanen en met de slechtste manieren, aan het denkbeeld, dat hij het beter kan dan zijn tweeduizendjarige, de hele wereld omspannende Kerk hem gebiedt te doen?", de nieuwe liturgie, het gebrek aan eerbied, de dodelijke banaliteit, de massa, de inspraak, de roeping van priesters en gelovigen en de rots van het geloof). Nog enkele citaten: „Er is weinig stemming en er is te weinig stilte in onze kerken."
„Maar in de kerken van Nederland praten ze, eindeloos. Waarover?"
„Ik heb wel eens gedacht dat de kerken van de Reformatie voortleven krachtens twee dingen: het stille lezen van de Schrift en het niet aflaten van met man en macht samen te zingen." „lemand die wij voor ons sterven nooit zullen zien is ons niet vergeten en heeft nog altijd deernis met de schare."
„De typische katholieke leek weet in de regel weinig van zijn geloof, nog minder van de Schrift; hij hoort wat in de kerk, hij leest wat uit de derde hand en laat de zaak verder over aan zijn priester, juist zoals een brave koopman in de vorige eeuw. Hij beleeft zijn geloof, hij is een „doener"; kortom hij is zeer onwetend. Dat is niet ineens veranderd."
Prof. Van der Meer ziet een beeldenstorm door zijn kerk gaan. Hij lijdt vooral pijn als man die de schoonheid en het mysterie van de kerk mint. Als zodanig heeft hij ook nog hoop: „Wordt onze Nederlandse kerk ooit, op haar beurt, een ruïne, dan zijn de Mysteriën allang weer veilig in een andere kerk, de zoveelste totdat Hij terugkomt; dat heeft de Heer beloofd en daarover, lezer, waakt Zijn Geest." Prof. dr. Frits van der Meer: Open brief over geloof en eredienst: uitg. Lannoo, Tielt en Utrecht; 140 blz.; prijs f 9.90.
Prof. dr. Frits van der Meer