Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland

(ADVERTENTNE 1.M.) ZEKER IS ZEKER MET EEN ZETTLER INBRAAKBEVEILIGING VRAAG DOCUMENTATIE EN ADVIES ZETTLER NEDERL. N.V. ANTW.NR. 1 HOOGEVEEN TELEFOON 05280 - 66370

(ADVERTENTIE 1.M.) ■ Il • A _■ • • lITI 1:1 'Uftff rr-^r-ry^-p^-^ -^—. ----—---------%. ■ IfllA A\\WW\. A\\W\\ BI A\\W IfMh éWk\ FT-t^ y ffij ri''t~ri li^ p i i' -.'; v-;;K;iKt~J''y^t^üÊ^S^'iy' , 16.000 bladzijden tellende en 300.000 onderwerpen behandelende '.. {j& ' plaats: J Grote Winkler Prins encyclopedie. In de vorm van een informatie-set, ■ !^Bf'*s; ' in open envelop zonder postzegel opsturen aan: I compleet met schitterende uitklapkaarten en prachtige foto's in kleur. GratisT^^'J;. ,|g| S^w^^^V-'-Tmï-Z*

(ADVERTENTIE 1.M.) E een kollege van Burgemeester en Wet- ~^ houders dat een afspiegeling is van de uitslag van de verkiezingen. b""""B E Jarig de Jong heeft mede als voorzitter ■il van het bouwteam Aldlan-Oost het wo- S"« ningtempo in belangrijke mater vervolledig programma verkrijgbaar bij: seer.de Duif 107

S. üt Ljouwert skriuwt ünder de titel offisjele staevring yn de Ljouwter fan 13 maeije. dat it yn in demokratyske maetskippij elke skriuwer frij stiet syn eigen skriuwwize oan to halden. Dat wie en bin ik mei him iens. Dan giet er fierder: „Fansels sil de oerheit. dy't sels de offisjele stavering fêststelt, sokke ófwikingen net oanmoedigje." Buten dat „sokke". dat nearne op slacht, bin ik it dêr folslein mei iens. Dêrom krekt bigryp ik net, dat Dep. Steaten subsydzjes jaen wolle soene foar de boeken yn de offisjele stavering. By S. giet it om de oanmoediging en neffens him is dêr by subsydzjes foar boeken fan Riemersma yn in ófwikende stavering gjin sprake fan, om't dy op deselde wize birekkene binne as foar boeken yn de offisiele stavering. Dy birekkeningen wit ik it measte het fan — S. nammerstomear? — mar in subsydzje is üt 'er aerd in oanmoediging. It is in stipe, In jildlike bydrage üt de iepenbiere kas, seit it wurdboek. Dat jildt likegoed foar de offisjele stavering as foar in ófwikendenien. It leit lykwols vn 'e reden, dat in ófwikendenien dwei-s yngeand tsjin de offisjele stavering, net offisieel stipe (oanmoedige) wurde sü. S. wol ha, dat by it takennen fan de subsydzjes nei de litteraire wearde fan de boeken sjoen wurdt. Dêr is by myn witten gjin sprake fan, de provmsiale kommisje bifoardering Frysk taelgebrük bringt altyd üt oan DS mar lit de waerd e of ünwearde foar rekken fan de ütjower. Fansels hiene de militairen, dy't har in bütenmodel unifoarm oanmjitte lieten ek noch in gewoan pakje en krigen se gewoan soldij. Hwat wol S. der einliken mei sizze? Binne boppeneamde boeken fan Riemersma mülk ek yn e gewoane offisjele stavering ütjown. „Hoe wit mefrou Rienks, dat it oan boeken yn syn eigen stavering bistege subsydzjejild mar oan in lytse groep ton goede komt?" freget S. him of. Ik freegje my öf hwer't dat „syn eigen op slacht. Giet it nou oer de stavering fan in lytse groep en net oer Riemersma sinent? „Wy" S. wer „mienden oars dat de món sünder gesicht") ien fan de best forkochte boeken fan de KU wie. Dat léste hoecht wier gjin daverjend sukses to bitsjutten, it hinget der mar fan of, hoe best of hoe min de oare boeken fan de KIJ i'orkocht wurde. It boek wurdt, oan S. to hean-en, binammen in soad lézen troch minsken, dy't noch net in soad Frysk lézen hawwe. Dat soe dus, bigryp ik, fan Riemersma syn stavering komme moatte? ..Forjit it mar", om in tige gongbere ütdrukkimg fan nou to brüken. Ljouwert. D. Rienks-Wallinga.

Nu, waarde collega's van de Sociale Werkplaats, laat jullie niet langer aan het lijntje houden, maar geef nu eens ronduit jullie mening over het puntensysteem en over het waarderen van jullie werk. Want de een zit in klasse twee en de andere zit in klasse drie en weer een ander zit in klasse vier. En daar moet nu maar eens wat aan gedaan worden, vind ik. Want ze zeggen dan wel van dat werk is wat ingewikkelder dan het andere, maar als ze daar de gehandicapte ook nog voor gebruiken, vind ik dat meer dan treurig. Dus dwing jullie kernleden om daartegen te protesteren. En laat Roolvink dit dan maar een lachertje noemen, maar hij hoeft ook niet op deze basis te werken. Dan zou hij ook niet zo gauw meer zeggen dat het een lachertje is. Heerenveen. J. van Sindcrcn.

In tegenstelling tot o.a. de heer G. H. te Leeuwarden ben ik het in grote trekken eens met de mijns inziens realistische ideeën van dr. Snethlage. Ik heb met opzet G. H. genoemd omdat wel het felst in zn reactie is, of, met andere woorden, de Sovjet-Unie speciaal betitelt als de grote zondaar in deze bezeten wereld. Gemakshalve zwijgt G. H. over bv. Chili, Portugal en koloniën. Griekenland. Zuid-Afrika en meer van die fraai geregeerde landen. Hoofdzakelijk zeker omdat deze landen een zgn. rechtse regering hebben. Ook de kerken spelen in sommige van die landen niet zon mooie rol. Zuid-Afrika b.v. met zijn rassenpolitiek is nu niet direct een voorbeeld van een eerlijk en rechtvaardig Christendom, dunkt mij. Het communisme moet het hier te lande echter meestal ontgelden. Het schijnt alles even slecht te zijn in die landen, als men tenminste onze nieuwsmedia mag geloven. Links, ook het socialisme, is bij velen de grote boosdoener, is 't niet, meneer G. H? Ik zou dit willen zeggen: iemand die daar dan zo fel tegen is. moest eens gaan protesteren bij de directies van diverse bedrijven, die rustig mlljoenenorders in de wacht slepen van die zo verfoeide Oostbloklanden. Deze heren denken echter ook: geld stinkt niet. Dit is geen verhaaltje, zo uit m'n duim gezogen, doch de volle waarheid. Ook in deze provincie zijn zulke bedrijven aanwezig. Persoonlijk bon ik hier absoluut niet tegen, doch het moet de echte communistenen socialistenvreters wel tegen de borst stuiten, dunkt me. Als we nu al deze dingen eens samenvatten: wat heeft deze polarisatie tussen Oost en West ons nu eigenlijk opgeleverd? Een krankzinnige bewapeningswedloop tussen beide grote systemen, het kapitalisme en het communisme. Wat hebben we dus in wezen bereikt met deze hetze-toestand? Enkel en alleen een groot gevaar, de totale ondergang der mensheid. Ik geloof er beslist niet in dat Rusland op een oorlog aanstuurt en dus geen ontspanning /ou willen. Dit land heeft zwaar genoeg geleden in vorige oorlogen. Ik geloof daarom niet in de veiligheid van dat zgn. machtsevenwicht. Dat moet onherroepelijk toteen catastrofe leiden. Is het niet dieptreurig dat medearbeiders over de gehele wereld deze afschuwelijke moordwerktuigen maken. Wat voor resultaat levert geweld, eigenlijk op? In wezen niets anders dan nieuwe haat en wraak. Het Midden- Oosten is een goed voorbeeld hiervan. De zesdaagse oorlog heeft Israël in wezen geen blijvende vrede opgeleverd, getuige de jongste oktoberoorlog en de nu nog aan de gang zijnde strijd met Syrië. Ook daar haat tussen Joden en Arabieren. Wat helpt het dan als men gebied van een ander bezet, dat men toch vroeg of laat zal moeten ontruimen? Ook in dit conflict is de.kiem van een wereldoorlog aanwezig. Ik vraag me vaak af wat bv. de ■, vakbeweging doet aan het bewapeningsprobleem. We laten dat allemaal rustig over aan enkele regerings- en staatshoofden. 1940 moet ons wel geleerd hebben dat deze laksheid van de massa, dus van de arbeidersklasse, fataal kan zijn voor het behoud van de vrede. Sneek. Machinist.

Wanneer ik nog eenmaal mijn standpunt ten aanzien van een eenzijdige ontwapening van Nederland verdedig, doe ik dit in de hoop dat de redactie van de LC, het thans welletjes zal vinden en de discussie voorlopig zal sluiten. Het is natuurlijk juist wat G.H. in het nr. van 14 mei opmerkt, dat ook indien Nederland uit de Navo treedt, toch in geval van een groot conflict de gevolgen van de radio-actieve neerslag ons niet gespaard zullen blijven. Maar ook G. H. zal moeten toegeven dat onze overlevingskansen altijd groter zullen zijn dan wanneer ons land als oorlogvoerende en als opslagplaats van nucleair materiaal, direct van de kaart geveegd zou worden. Daarnaast echter zijn de onmiddellijke zedelijke gevolgen van onze eenzijdige ontwapening zo geweldig groot dat alle andere bezwaren daaroij vergeleken in het niet verzinken. Voor het eerst /.al dan immers een land de zedelijke moed weten op te brengen om openlijk te getuigen dat het onaer geen omstandigheden meer mee zal doen aan het uitmoorden van burgerbevolkingen, aan het in een vlammenzee doen opgaan van steden als Coventry, Keulen, Dresden of Tokio. Dat het onder geen omstandigheden meer zal meewerken aan het veranderen van vruchtbare gronden in woestijnen en aan het verminkten van duizenden kinderen nog voordat zij geboren zijn. En ik ben naïef genoeg om te menen dat zulk een heldhaftige verklaring weerklank zal vinden in de gehele wereld en aan de waanzin van onze tijd een halt zal toeroepen. En wat nu tenslotte die eis van vrije uitwisseling van gedachten betreft: de Sovjet-Unie is een vurige voorstandster van vreedzame co-existentie, maar dit betekent niet dat zij het Russische volk niet zou mogen beschermen tegen de zedelijke, politieke en religieuze verwildering waaraan volgens haar die zogenaamde „vrije wereld" ten prooi gevallen is. of niét op haar hoede zou mogen zijn tegen de haat en vijandschap van hét westen waaronder zij vanaf de eerste jaren van haar bestaan zo geleden heeft. Volgens Lenin kon geen enkele partij die zichzelf respecteerde en een objectieve grondslag voor haar politiek meende gevonden te hebben, onbeperkte propaganda van onjuist en gevaarlijke meningen gedogen indien het in haar macht stond deze aan banden te leggen. Hij achtte het ontoelaatbaar een volk te veroorloven zich in een afgrond ■ l.orten indien men bij machte was dit te verhinderen. Ook de Christelijke Kerk heeft in haar bloeitijd, toen zij nog de samenleving leidde, steeds gebruik maakt van haar bevoegdheid om voor haar eigen waarheid op te komen, waarbij zij echter niet, zoals de communistische wereld, de wetenschap, doch de „Openbaring" tot maatstaf nam. In de pauselijke encycliek „Immortale Dei" van Leo XIII heet het dan ook, dat de geheel mateloze vrijheid van meningen en drukpers op zichzelf geen voordeel is. maar veeleer de bron en oorsprong van vele rampen. Met deze pauselijke uitspraak ben ik het volkomen eens. Wolvega, Dr. J. L. Snethlage

Op een politieke bijeenkomst in verband met de gemeenteraadsverkiezingen te Houtigehage, zag de FNP-er Geale de Vries, relatie tussen criminaliteit en nieuwe inwoners. Toen gevraagd werd om met bewijzen te komen voor die bewering, moest men (is Geale de Vries en Mevrouw Bosma-Banning) het antwoord schuldig blijven, om de eenvoudige reden dat die er niet zijn. Als de FNP met deze insinuaties propaganda bedrijft, dan zie ik de toekomst van Friesland donker in. Dit is speculeren op de laagste instincten van de mens. Met hetzelfde recht zou ik kunnen beweren, dat de FNP een gevaar voor Friesland is. Als in een democratisch land, waar iedereen zich overal vrij mag vestigen, discriminatie van burgers wordt gepropageerd, dan is dat een bedenkelijke mentaliteit. De duizenden Friezen, die buiten Friesland werken en wonen, worden nergens gediscrimineerd. De vele honderden „buitenlanders" die in Drachten en naaste omgeving wonen, zullen zich wel afgeraagd hebben, waaraan zij deze insinuaties te danken hebben. In mijn naaste omgeving wonen vele „buitenlanders", die zich nooit eigens aan te buiten hebben gedaan en een waardevolle bijdrage leveren tot de leefbaarheid van ons dorp. Het ware te wensen, dat de FNP zich wat meer bekommerde om de eenheid onder de Friezen. Die eenheid is ver te zoeken. Met ongenuanceerde beweringen probeert men zieltjes te winnen, maar dit werpt allerlei weerstanden op. De zwakheid van de FNP is, dat zij meent de wijsheid in pacht te hebben. Het is deze eigenwijsheid, die haar op den duur ten val zal brengen. Een beetje meer bescheidenheid zou de FNP sieren. Terwille van de plaatsruimte zal ik hier niet verder over uitweiden. Ter oriëntatie: ik voel mij één met Friesland en de Friezen, maar wens niet te discrimineren, zoals de FNP doet. Kortehemmen. Sj.'Heldt.

30. De heer Luidop was met h kapotte apparaat naar de werkplaats van professor Kalker gegaan. Daar wachtte hij ongeduldig op de komst van de geleerde, en toen die eindelijk binnen trad sprong de ondernemer meteen op hm af. „Eindelijk!" riep hij. „Je had me vandaag een Herriemaker beloofd — en die heb ik bij toeval gekregen. Maar hij werkt niet meer. Je moet hem maken. Vlug. Deze stilte werkt me op de zenuwen!" „Ja, ja." prevelde professor Kalker. „De Herriemaker. Nu herinner ik het me weer." „Nee — u moet eerst een Geluidzuiger maken!" zei Panda streng. „En ik moet opletten dat u zich niet meer vergist. Dat is m'n nieuwe baantje." „Inderdaad," gaf de geleerde toe. „Een Geluidzuiger. Ik zal er meteen aan beginnen." „Niks daarvan!" schreeuwde de heer Luidop. „Eerst m'n Herriemaker!" „Juist, ja, een Herriemaker," zei de professor knikkend. „Vanzelfspekend."

Een zekere Lugtmeier te Heerenveen vindt, blijkens een ingezonden stuk, een eenzijdige ontwapening kolder: hij vindt het voorstaan daarvan een zeer dom ideaal, en hij vindt de aanhangers van dat ideaal gevaarlijke lieden voor ons mooie Nederland. Tot die „gevaarlijke lieden" behoor ik dan ook. Er zijn al heel wat van die „gevaarlijke lieden". en ik durf te voorspellen dat zij nog talrijker zullen worden. En ik durf hieraan ook nog het woord „gelukkig" toe te voegen. Ik ontken echter dat ik „gevaarlijk" zou zijn voor ons mooie Nederland. Zou ik gevaarlijk zijn voor al die bloeiende boomgaarden, voor al die weilanden vol paardebloemen of voor de prachtige avondnevel over de velden? Of zou ik gevaarlijk zijn voor de mensen van ons mooie Nederland? Zou ik hen in gevaar brengen door geen oorlog te willen maken ingeval soldatenbenden van een ander land ons mooie Nederland tegen wil met een bezoek vereren zouden? aande deze laatste vraag zou meier (en zouden velen met hem) er goed aan doen om daarover eens goed door te denken. Ik doel hier op het an de mensen van ons mooie Nederland! Wat zou voor deze mensen het minst ongunstig zijn ingeval van zon onwelkom soldatenbendenbezoek? Wat is voor deze mensen het minst erge? Is het ditaangaande (aangaande de mensen dus) het beste dat er een militair apparaat (óók al weer bestaande uit mensen) gereed staat om de onwelkome soldatenbenden te verwelkomen met een „sta-of-ik-schiet!"? Die soldatenbenden (ook al weer bestaande uit mensen) zullen niet staan blijven; zij gaan hun onwelkome gang vervolgen; in opdracht van een stelletje „hoge" (lees: lage) bliksems, ergens tamelijk veilig achter de schermen zittende. De soldatenbenden eaan dan door; de opwachting van het militaire apparaat van ons mooie Nederland ten spijt. De soldatenbenden raken dan met dat militaire apparaat slaags (in oorlog; en zij zullen dan ons mooie Nederland iets minder snel Inmarcheren dan wanneer er in dit land geen militair apparaat zou zijn om oorlog mee te kunnen voeren. Ja, iets minder snel; in 1940 bedroeg de totale tijdsduur vijf dagen. lets minder snel, maar meer dan een ietsje verschrikkelijker dan bij absentie van een militair apparaat. Oorlog is alleen maar mogelijk ingeval van meer dan een daar toe bereid zijnde partij. Als er niet teruggeslagen wordt, is er geen oorlog. Allerlei andere (ook erge) dingen zijn dan mogelijk, doch geen oorlog. Die andere dingen kunnen ook erg zijn; onze vrijheid zou wellicht minder groot zijn dan zij nu is. Mogelijk zouden wij b.v. stukken als dit schrijven niet in de publiciteit krijgen. Mogelijk zelfs zouden we er om vervolgd worden. En dat is erg; vrijheid is bij mij een zeer hoog goed. Maar aan vrijheid heb je niets ingeval je er niet (meer) bent. En hoe een hoog goed vrijheid ook is: het behouden ervan is niet het afslachten en het onbeschrijfelijke lijden van mensen waard! Zo raar is het niet te wenden of te draaien: aan vrijheid kan een mens alleen iets (veel) hebben indien hij er (nog) is! Veel mensen blijken helaas nog te secundair denkend te zijn. Ook betreffende hun denken laten zij zich voor het karretje spannen van een stelletje „machf'-hebbers. Dat stelletje kopstukken heeft die macht dank zij hen. die zich voor dat karretje laten spannen. En dat karretje is niet zo veel fraais. Het voert de vlag van „onze vrijheid", maar het wezen ervan is iets zeer verwerpelijks: het beschermen van de grote hebbers enerzijds en het winstbejag van de wapenfabrikanten anderzijds. Niet zo veel fraais; integendeel. Nog duidelijker tekent dat lelijke zich af, als we ons realiseren dat de betreffende dikzakken zelf wel ergens zo veilig mogelijk verblijf houden als er stront aan de knikker komt te zitten! Blik maar terug in het verre en minder verre verleden. Doch alles voltrekt zich dankzij het karretje waar de vele niet-fundamenteel denkenden zich voor laten spannen. Door dit alles te zeggen, word ik door laatstgenoemden, en meer nog door diverse dikzakken, gebrandmerkt als „gevaarlijk". Niet gevaarlijk voor de weilanden met paardebloemen, niet gevaarlijk voor de avondnevel over de velden, ook niet gevaarlijk voor de mensen, maar gevaarlijk voor de.. „staat"; staats-gevaarlijk. Niet gevaarlijk voor de mensen (integendeel juist) maar gevaarlijk voor de staat. Maar de mensen zijn er niet terwille van de staat. Het is zeer belachelijk en ergerlijk absurd dat de mensen er zouden zijn ten behoeve van een dergelijke instelling. Omgekeerd is het: een instelling zou er kunnen zijn ten behoeve van de mensen. Er is zon mooie leuze in zwang van „verbeter de wereld, begin bij jezelf". Nu heeft zon leus alleen maar logica waar men zulks tegen zichzelf zegt. Je kunt niet zeggen: „begin bij jezelf" en dan bedoelen dat het bij anderen beginnen moet. Dat zou kolder zijn. Als wij, mensen van ons mooie Nederland, nu eens tegen onszelf zeiden: „Ontwapen de wereld; laten we beginnen bij onszelf", dan zouden wij, mensen van Nederland, aan de wereld tonen hoe Nederland in edeler hoedanigheid een mooi Nederland kan zijn. In Nederland wordt (als ik goed ingelicht ben) per dag zon zestien miljoen gulden (opgebracht door ons wroeten en zwoegen) naar de bliksem gejaagd door het bestaan van het militaire apparaat. Een gedeelte van dat beding wordt omgzet in spullen en daden waarmee en waardoor ons mooie Nederland ontsierd en verreden wordt. Zestien miljoen per dag; om de oorlog te leren. Als datzelfde bedrag eens besteed werd om de vrede te leren? Wolvega. Hendrik Bron

Er schijnt een ware hetze op gang te zijn tegen prins Claus. Dit blijkt o.a. uit bepaalde dagbladen (waaronder De Telegraaf) en onlangs op een bijeenkomst van de WD in Bolsward. Hier zei senator Van Riel namens de partij in niet mis te verstane woorden de activiteiten van Claus ten zeerste af te keuren. Als men nu eens nagaat dat er dagelijks nog zeker de helft van de wereldbevolking honger lijdt en er nu eens iemand van hoog aanzien zich duidelijk inzet voor deze stichting, dan is dat niet meer te tolereren, aldus deze „democratische" senator. ledereen is er nu wel van overtuigd dat men hier in de geïndustrialiseerde landen in de waan leeft dat men het hier nog niet zo goed heeft. Integendeel, men leeft op een te grote voet. Het is hoog tijd dat men bet systeem van leven gaat veranderen en dan wel zo dat men eindelijk eens een rechtvaardiger verdeling krijgt onder de hele mensheid. Het feit dat de regering in Portugal bereid is om met verzetsbewegingen in Mozambique te onderhandelen gaat waarschijnlijk lijnrecht in tegen de wens van onze Van Riel. Het is een belachelijke zaak dat een blanke minderheid de wil oplegt aan de eigen (!) bevolking in die landen. Blijkbaar is minister Pronk dus een voorloper op de rechtvaardigheden die gaan gebeuren in die bezette gebieden. Dat is toe te juichen, net zo goed als de stap die Claus gemaakt heeft naar de SNV. Mensen als Van Riel worden steeds spaarzamer, alhoewel een aantal van deze reactionaire mensen toch nog een te grote macht bezitten. Ook vaak in het bedrijfsleven, wat een complete aanfluiting is. Sneek. Daan v.d. Veen

Sicco Mansholt sprak 9 mei voor de Friese Plattelandsvrouwen over ontwikkelingshulp, die volgens hem tot nu toe een mislukking is geweest. Als ik het verslag hierover in de Leeuwarder Courant van 10 mei lees mi herlees is het mij niet mogelijk in het gesprokene iets concreets té ontdekken, iets wat houvast geeft met betrekking tot de naar de ondergang snellende hedendaagse wereldsituaties. Waar M. spreekt: „We zijn bezig de wereld uit te putten", laat hij daar niet op volgen: „deze is reeds zo goed als uitgeput en daar heb ik persoonlijk voor een niet onbelangrijk deel aan bijgedragen". Hij volgt niet het voorbeeld van de Bouwmeester van Sllness (toneelwerk van Hendrik Ibsen), die de toren die hij heeft gebouwd, beklimt om hem in te wijden. Aangekomen aan de top spreekt hij tot de verzamelde menigte: „Ik ben niet de man die gij meent dat ik ben", en als hij zijn leven van valse schijn en verborgen misdadigheid heeft opgebiecht, stort hij zich naar omlaag en wordt verpletterd. Alzo echter geen Mansholt noch een Addeke Boerma. Het komende geslacht zal oordelen (en veroordelen) het veroorzaakte leed en de ellende waarvan nu reeds velen op aarde als slachtoffer vallen, waaraan beide genoemde mannen zulk een buitensporig groot aandeel hebben. Terugkerend naar bovenstaand opschrift vraag ik: waren die vrouwen knettergek, dat zij uitgerekend Mansholt vroegen om te spreken over genoemd onderwerp, terwijl ze ook nog met het gesprokene wegliepen en zich alzo om den tuin lieten leiden? Of was het verslag in deze krant een beetje te rozig gekleurd? Drachtsteir Compagnie. A. Hartmans. het Wageningse Binnenveld sinds 1950 en op tellingen in het gehele land — gesteund door het Rijksinstituut voor Natuurbeheer — sinds 1962." Dus: tellingen in het hele land al vanaf 1962. Het is mogelijk, dat er dit jaar minder kievitseieren worden gevonden dan verleden jaar, maar dat komt dan volgens mij door de langdurige droogte. En het is ook geen bewijs dat er minder kieviten zijn dan vorige jaren. Er worden immers ook lang zoveel scholekster-eieren niet gevonden als vorig jaar. En dit is toch niet een vogel die in tal achteruit gaat. Er wordt ook niet op geschoten in zuidelijke landen. Het komt door de abnormaal droge lente van dit jaar. Prof. dr. De Vries kan dus bewijzen aan de hand van cijfermateriaal dat er meer kieviten komen. Douwe van der Werf en anderen veronderstellen dat de kievitenstand achteruit gaat en willen naar aanleiding daarvan maatregelen nemen ter bescherming van de kievitenstand. Maar ik hecht aan bewijzen nog altijd veel meer waarde dan aan veronderstellingen. Garijp, M. van der Weide

Zowel Douwe van der Werf uit Bozum als een natuurliefhebber uit Leeuwarden hebben mijn ingezonden stuk met als onderwerp „Steeds meer kieviten" niet helemaal goed gelezen. Beiden menen namelijk dat prof. dr. D. M. de Vries zijn stelling: „Steeds meer kieviten" alleen maar baseert op tellingen in het Wageningse Binnenveld. Daarom citeer ik de zin waarom het gaat nog één keer: „Professor De Vries baseert zijn bevindingen op vogeltellingen in

(ADVERTENTIE 1.M.) /is®*2/\ wie door de week zn auto eens laat staan en >*-<ƒ) 7 die gele FRAM -bus pakt, heeft zn zondagse /Q^qCs plezier-rit al gauw terug verdiend. ( vySX zie net daarom ook eens geei! f f^ Postbus 565 H. 15130 22841

(ADVERTENTIE LM.) NEEMT U MEE... NAAR BUITEN heerlijk ontspannen op onze patio in de open lucht. Lunchen - fonduen - grillen. • SPECIALITEITENRESTAURANT Eewal 50 - 52, Leeuwarden Telefoon 38372 Vanaf 's morgens 11 uur geopend. Tevens zalen voor vergaderingen en recepties.

(Over ingezonden stukken kan niet worden gecorrespondeerd. Ze kunnen. ook niet worden teruggezonden. Anonieme inzendingen of stukken zonder duidelijk adres van de inzender worden niet in behandeling genomen. De redactie behoudt zich altijd het recht voor de stukken in te korten. Red. LC.) Ik ken een kleine boerinne, zij is weduwvrouw en woekert met haar inkomen. Jarenlang heeft zij haar snel volgend kinderkroost (zeven in getal) op flinke wijze door de tijd Uien. Al moet er direkt bijgezegd worden dat de vader erg wordt gemist. Het voorbeeld van haar man volgende, bespaarde deze vrouw haar gezin de jaarlijkse vuilheffing door het huisafval steeds zelf te verbranden. Volgens verstandelijke logika zou men zeggen dat dit één van de mensen is die zeker geen tegenwerking doch eerder een lintje verdient, ook al omdat zij de eindjes aan elkaar weet te knopen met een inkomen wat een fraktie is van b.v. haar regerende gedeputeerde bestuursambtenaren (kolom ingezonden LC 7-5-74 f 1342 per week). U bent echter wel abuis. Zelfs na korrekte uitleg kwam twee maal een deurwaarder met dwangbevelen om in naam der Koningin de heffing te eisen. Ook werd haar gezegd dat zij de bakker en slager wèl kon betalen! Een boer die net zo min als U een automatische overschrijving had getekend om de landbouwheffing af te honden, en wiens fabrieksbestuur eveneens had geweigerd zonder toestemming van rechthebbende aan derden uit te betalen, wordt met 50 medestanders voor afperser uitgemaakt wanneer hij niet meer dam zijn eigen melkgeld, komt vragen. Was hij alleen, bij de fabriek gekomen dan had men waarschijnlijk ook tegen hem gezegd: U kunt de bakker en slager wèl betalen! Zo zie je maar weer. dat in ons demokratisch nivellerend landje de vinger nog steeds afleidend wijst naar het buitenland. En dat burgerlijke ongehoorzaamheid slechts ongestraft weggelegd is voor rijksgroten en benzinemaatschappijen. Goutum. Opmerker.

Soms lees je hier in diverse kranten over gerechtelijke beslissingen, die de tijd gewoon een eeuw terug zetten. Het feit alleen al dat de vader bij echtscheiding het kind, dat de moeder is toegewezen, gewoon een halve dag mag afhalen en geheel tot zijn beschikking krijgt zonder toezicht van de moeder, die voor het kind alles opgeeft en opoffert en kans krijgt dit gewoon geestelijk te vernielen wat de moeder er met veel liefde in brengt is een van deze misplaatste beslissingen in een gerechtelijke uitspraak. Meestal heeft deze man de vrouw zelf al mishandeld en dan wordt hem ook nog eens gelegenheid gegeven het kind te vernielen en te ontvoeren wat dan een peuleschil is. Dat huwelijken mislukken komt meer voor en vooral huwelijken met buitenlanders, vooral Turken en andere zuidelijke landen, Italië, Spanje en andere gaan aan de lopende band stuk. Dan krijgt meestal de buitenlander privileges, die hem helemaal niet toekomen. Dat doet men zeker om het buitenland gunstig te stemmen. De vele rellen met Surinamers, die hier meestal komen om alleen van onze goede voorzieningen te profiteren, zijn in stijgende lijn en meestal zijn ze vaak betrokken bij dingen die onze samenleving afbreken en het gezag ondermijnen. Milde straffen doen de misdaad zienderogen aanwakkeren. Steeds weer worden we geconfronteerd met vergrijpen van buitenlanders die weten dat in Nederland de straffen erg licht zijn en die dus wel wat wagen kunnen. Het smokkelen van verdovende middelen is bij ons het ergst omdat hier de straf zodanig is met het buitenland vergeleken/dat ons land gewoon het handelscentrum is. Het rijden onder invloed is zoiets alledaags, dat men hier niet meer van opziet. Het aangereden en overleden slachtoffer deert de beschonken rijder meestal niet en voor hem is het gewoon een uitje naar Veenhuizen waar men soms vaste klant is. Ook de ontzegging van een maand of acht is niets bij het leed vergeleken dat men veroorzaakt door het verlies van een vader of moeder waardoor een gezin levenslang in ellende is gedompeld. Het wordt nodig tijd dat men het strafbeleid op de helling neemt, zich niet laat imponeren door stom gezwam van psychiaters en maatschappelijke werkers of werksters, veel zwaardere straffen gaat invoeren en desnoods op dodelijke aainrijdingen ook de doodstraf zet, vooral op roofmoorden en de in doorsnede lustmoorden, aanrandingen enz. Onkruid dient met wortel en al vernietigd te worden, doet men dit niet dan houden we een zieke samenleving waar niemand mee gediend is. Dit doet de andere rest dan wel afschrikken. "Wolvega. W.