— Da luitenant ter zee der 2de klasse J. J. W. H. Van der Toorn, dienende aan boord Zr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis, wordt met den lsten Juli a. s. op non-activiteit gesteld en vervangen door den luitenant ter zee der 2de klasse H. J. Pak.
— De heeren Mr. W. A.Van Hoek, te Middelburg, Mr. H. Smeenge, te Meppel en Prof. J. M. Telders, te Delft, in de vergadering van 18 Mei j.l. tot leden van het Bestuur der BLiberaleUnie"gekozen,hebben die benoeming aanvaard. Het aldus aangevuld Bestuur koos uit zijn midden tot Voorzitter den heer Mr.E.E. Van Raalte, te Rotterdam.
— De Staatscourant van heden bevat verschillende overeenkomsten betreffende het telegrafisch verkeer. De eerste is gesloten op 18 Maart jl. tusschen Nederland, België, Duitschland en Groot-Brittannië en lerland, tot regeling van dat verkeer tusschen beide laatstgenoemde landen via het eene of het andere der beide eerstgenoemde, benevens het daaraan voorafgegaan proces-verbaal onderteekend te Keulen 2 Februari 1889. De tweede overeenkomst, gesloten te Londen op 30 Maart 1889 tusschen Nederland en Groot- Britannië en lerland, strekt tot vermindering van het telegrafisch tarief in het verkeer tusschen beide landen. Een gelijk recht per ■woord zal worden geheven, nl. in Nederland 10 cent, in het VereenigdKoninkrijk 2 d. met een minimum bedrag van 50 c. per telegram in Nederland en 10 d. in het Vereenigd Koninkrijk. De derde en vierde overeonkomst heb Ben betrekking op de regeling der telegrafische gemeenschap bij storing der rechtstreeksche verbindingen tusschen Nederland, België en Groot-Britannië, en tusschen Nederland, België en Duitschland.
— Aan den ontvanger vau den waarborg en de belasting der gouden en zilveren werken, J. J. F. Weymar is, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit 's Rijks dienst, behoudens aanspraak op pensioen.
— Aau den heer J. Vanßlarkomis,opzijn daartoe gedaan verzoek, eervol ontslag verleond als kantonrechter-plaatsvervanger in heb kanton Venlo.
— Benoemd bij den waarborg en de belasting der gouden en zilveren werken: tot ontvanger te Amsterdam, D. Schrader, thans commies-stempelaar met den persoonlijken titel van adjunct-controleur aldaar; tot commies-stempelaar te Amsterdam, P. Lentz, thans commies-stempelaar te Schoonhoven; tot commies-stempelaar te Schoonhoven, D. A. J. A. Bondam, thans aide-essaieur te 's Hertogenbosch.
— Benoemd tot adjunct-commio3 bij de directie van de Grootboeken der Nationale Schuld, C. Straub, thans eerste-klerk by genoemde directie.
— DeVereenigingsJohannes,"Pensioenfonds voor christelijke onderwijzers in Nederland, heeft over het afgaloopen boekjaar voor de uitkeeringskas ontvangen aan contributie der leden ƒ 2398,93 aan rente ƒ 1596,50'/:, uit de ondersteuningskas f 305,97, makende met het batig saldo van het vorig jaar ƒ34,103,16. De uitkeeringen bedroegen f 674, zoodat het batig saldo bedraagt ƒ33,429,16. — Beroepen bij de Ned. Herv. Kerk. Te Leeuwarden Drijber te Brielle. — Te 's Gravendeel E. Lazonder te Oosterwolde. Beroepen bij de Ned. Ger. Kerk (doleerende). Te Stad aan 'tHaringvliet (Flakkee) H. H. Veder te Schiedam. —- Te Hoogeveeu P. N. Kruijswijk, cand. aan de Vrije Universiteit. Bedankt voor het beroep bij de Ned. Herv. Kerk. Voor Holten door P. J. Steenbeek te Lochem. — Voor Enter door J. Van den Bergen te Gelselaar. — Voor Wijngaarden door L. Bokma, cand. — Voor Opperdoes door J. J. Eigeman te Hengeloo.
— De Schah van Perzië heeft zich gisteravond in den circus-Carré uitermate geamuseerd. De voorname vreemdoling noodigde den heer Oscar Carré in zijn loge en dankte hem recht hartelijk voor hetgeen Z. M. had gezien. Maar de Perzische Vorst deed meer. Hij verzocht een tweede voorstelling op Donderdag a. s., en verklaarde gaarne een of itiesr van de balletten te willen zien, waar- Vin hij den roem tijdens zijn V9rblijf te Au sterdam heeft hooren verkondigen. Aan dit verzoek wordt voldaan.
De circus was gisteravond vol. De loges waren ingenomen door de officieel© burgerli' en militaire wereld der hoofdstad, met enkele uitzonderingen. De dames, die op gala,. 'Aden door haar tegenwoordigheid zoo- VG'il luister bijzetten aan de voorstelling of uivoering, met de fraaie toiletten tusschen dt schitterende uniformen, ontbraken bij de Onder het publiek was het getaï dames zeer groot.
Het geheele circus-personeel was getooid li;e de Perzische kleuren, wit en groen, de rr:\ldenloge was met tapijten behangen, de uitvoering gaf van het beste te zien dat Carré te zien kan geven. De fraaie vergulde stoelen van de gsmeente tot het meubilair van den Stadsschouwburg behoorende, waren in de loge geplaatst De Koningsstoel bleek den Schah wat te hoog te zijn. Hij liet den stoel ruilen voor een kleinere, en nadat de Perzische en Nederlandsche volksliederen waren gespeeld, nam Z.M. plaats, links generaal Verspeyck, rechts de burgemeester van Amsterdam. De kleine levende talisman was in een zilveren uniform mee, maar versliep een groot deel der voorstelling. De kleine ging van het eene dutje in het andere.
De Schah droeg diamanten borststukken en een diamant medaillon, hangende aan een kleine ketting. Hij gebruikte een zwarten tooneelkijker, en schoof de bril dan op. Aan toejuiching geen gebrek. De Schah behoort tot het dankbare publiek. Hij bewonderde de dressuur en applaudisseerde, lachte om een clown en applaudisseerde, zag met aandacht naar de toeren der accrobaten, het schoclrijden en het kunstrijden en applaudisseerde. Hij kwam op tijd (half negen) en bleef tot het einde (elf uur), hjj amuseerde zich uitstekend en 't is waarlijk voor Amsterdam een voorrecht dat 't door de medewerking van den heer Carré den Perzischen Vorst een zoo aangenamen avond heeft kunnen bezorgen. Waar de hoofdsteden van Europa zich uitsloven den Schah feestelijk te ontvangen, mocht Amsterdam niet achter blijven en is de stad tot dusverre, dank het initiatief des Burgemeesters, zeer gelukkig geweest in het bieden van verscheidenheid in de bezoeken en de vermaken.
— Leiden werd gisteren bezocht door Zijne Excellentie „le ministre de Ia Presse" van den Schah van Perzië.
Professor De Goeje strekte hem tot gids en bezocht met hem o. a. de inrichting der boekdrukkers-firma Brill, Den Burcht en meer bezienswaardige zaken. Tevens maakten zij in een open landauer een rijtoer in en om de stad, ook langs het Van-der-Werf-park.
De Perzische waardigheidsbekleeder was gedeeltelijk in nationale kleeding, met de nooge zwarte muts op.
Zijne Excellentie gebruikte in het „Hotel Verhaaff" (J. A. Smulders) een déjeunerdinatoire.
— Niet Donderdag maar vermoedelijk Vrijdag zal Rotterdam een bezoek ontvangen van den Schah van Perzië.
— Uit Zevenaar wordt bericht dat de trein, waarmede de Schah van Perzie Zondagavond passeerde, sedert vele jaren de eenige is, welke daar niet ophield om gevisiteerti te worden. Door den Minister van Financiën was autorisatie verleend, om die formaliteit achterwege te laten, waaraan andere vorsten zich steeds onderwierpen.
— Op den dag, dat de Schah van Perzië Haarlem zal bezoeken, zal het geheele garnizoen aldaar in groot tenue gekleed zijn. Zoowel bij de ontvangst als by het vertrek zal een compagnie infanterie als een wacht aan het station zijn opgesteld. Deze compagnie wordt door den kapitein v. d. Koog gecommandeerd en elke sectie staat onder commando van een luitenant.
— Een der heeren van het gevolg van den Schah van Perzie verloor gisteravond op de De Ruijterkade te Amsterdam een rijk met steenen versierde sabel. Dank zij do zorgen van de politie, had de eigenaar het kostbare voorwerp spoedig terug.
— De Schah van Perzië bezichtigde heden ruim halt twee het Koningspaleis op den Dam te Amsterdam, deed daarna een tocht naar IJmuiden in tegenwoordigheid van den Minister van Waterstaat, de Commissaris des Konings in Noord-Holland, den Burgemeester van Amsterdam enz. In het zijkanaal werd met een torpedoboot gemanoeuvreerd op verzoek van den Schah.
— Omtrent den broedermoord te Blesdijke (bij Heerenveen) meldt men nog het volgende: De verslagens is Gornelis Van den Wal, de dader Willem, 22 jaar oud terwijl Cornelis 25 jaar telde. Zondag waren zy uitgeweest, ze hadden biljart gespeeld bij den herbergier De Boer. Des avonds tegen half negen was Ccrnelis vertrokken, Willem eenige oogenblikken later. Ze zijn toen naar Peperga gegaan, waar zij in de herberg van Nijk tot 11 uur vertoefden. Toen is C. naar huis gegaan. Willem bleef nog eenigen tijd praten voor de herberg. De verhouding tusschen de beide broeders was sinds langen tijd niet van de beste.
Toen Willem nu na Cornelis thuis kwam moet laatstgenoemde gezegd hebben „weetje wel dat je morgen vroeg timmeren moet." Daarop is W. driftig geworden heeft een mes uit de keuken gehaald en zijn broeder met twee messteken gedood.
Men gelooft algemeen, dat Cornelis opgestaan is, en met zijn broeder geworsteld heeft in do kamer, want op 't bed vond men geen bloedvlekken. De ouders hebben gerucht gehoord en zijn toen toegeschoten; doch het was te laat. De zuster van beide was met haar minnaar voor de woning, doch durfde er niet in, omdat er ruzie in huis was. Een wond is in het hart, een in den rug toegebracht. Beide waren dood&jjk. Toen de steken toegebracht waren, is Willem op klompen en in de onderkleerön naar den kastelein De Boer geloopen om een pleister. Beide broeders zijn zwaar gebouwde mannen, met flink uiterlijk. Ze verkeerden beiden onder den invloed van sterken drank, zegt mon.
— Behalve om hun saprijke aardbeien zijn de omstreken van Breda ook om de frambozenteelt zeer bekend. Zoo werden door een daar ter stede gevestigde firma dezer dagen niet minder dan circa 40,000 pond onder Zundert aangekocht, zijnde degeheele opbrengst der kweekerijen van de heeren Ch. & W. Van Ginneken, aldaar.
— Van de landbouwvereenigmg „Eiland Goedereede," te Gwdereede zyn de Koninklijk goedgekeurde statuten opgenomen in de Staats-Courant van heden.
Het doel dezer vereeniging is de vooruitgang van den landbouw te bevorderen door aankoop voor gemeenschappelijke rekening van zaaigranen, zaaizaden, legpoters, meststoffen en andere voorwerpen tot den landbouw betrekkelijk. De vereeniging is gevestigd te Goedereede. Leden kunnen alleen zij zijn, die den landbouw practisch uitoefenen, of uitgeoefend hebben te Ouddorp, Goedereede of Stellendam.
— Te Terheiden zijn opmètingen gedaan door een ingenieur en is een onderzoek ingesteld naar de bermen van den straatweg, voor stoomtramlijn van Breda over Terheiden naar Zevenbergen, Klundert en Willemstad.
— Een jongen, die bij Arnhem in een boom klom om een vogelnestje uit te halen, viel er uit en brak een arm. Moge het voor anderen een les zijn!
— Het onaangename inwendig steenachtig worden van peren is, volgens deskundigen, te wijten aan te geringen watertoevoer ten tijde van hun groei. De celwanden verdikken zich dan en vormen de harde plekken, waardoor zoo menige der geliefde vruchten bedorven wordt. Om het kwaad te voorkomen, moet men dus, gedurende den groeitijd van de peren, de pereboomen ijverig begieten.
— In de Betuwe en in Maas en Waal ziet men dit jaar het vreemde verschijnsel, dat bijna alle populieren geheel bladerloos zijn door de groote menigte rupsen, welke zich dezen zomer vertoonen. Het is een vreemd iets, terwijl alle andere boomen van eea rijken bladertooi voorzien zijn, deze boomsoort kaal en naakt als in den winter daartusschen te zien staan.
— Een bejaard alleenwonend heer op den Rozendaalschen weg onder Arnhem werd sedert Vrijdag niet op straat gezien. De eigenaar der woning ging hem gisteren bezoeken. Op zijn herhaald roepen geen antwoord ontvangende, opende hij de deur en vond den bewoner dood in zijn bed.
— Aan de Biltstraat te Utrecht viel eergisteravond een man van vermoeienis en uitputting neder. Uit zijn stamelen kon men opmaken, dat hij 24 uren had geloopen en gedurende dien tijd niets had genuttigd. Spoedig werd hem een flinke boterham gebracht, doch toen de ongelukkige er als een razende in hapte, beet hij twee zijner vingers af. Aan het hulpbureau van politie word hij toen verder verpleegd.
— De bij benadering vastgestelde totale ontvangsten over de maand Mei van de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen bedraagt f 1.104.715.31.
— Begin Mei zijn uit Pretoria naar Holland vertrokken: Pieter Kruger, van Mastenburg; Piet Erasmus, van Lijdenburg; Frans Wolmarans, van Pretoria; Nicolaaa Pretoria, van 't Hoogeveld; Beatus De Ridder, van Rustenburg; Izaak Klein, van Pretoria; Frederik De Lange, van Rustenburg; Elias De Souia, van L\jdenburg : Constantijn Pistorius, van Heidelberg, allen jongelieden aan wien beurzen zijn toegestaan, om in Nederland te studeeren. Zij worden door Landdrost Koek bij jhr. Beelaerts van Blokland, diplót matiek vertegenwoordiger der Zuid-Afrikaansche Republiek, in Nederland gebracht.
— Zondag was een vreemdeling des morgens in de vroegte te Tilburg bezig socialistische producten te verspreiden. De politie had hem spoedig in het ootje, daar zy procesverbaal zou hebben opgemaakt wegens „het verspreiden van gedrukte stukken zonder verlof van den burgemeester", en voor tien ure was de man weêr verdwenen.
— Toen Zaterdagavond omstreeks 6 uur de heer Ed. De Beaumont te Maastricht zich van zijn wapenfabriek naar huis begaf, werd hij onverhoeds van achteren aangevallen door een werkman van zijn fabriek, Moreau genaamd, die uit een koffiehuis op hem toevloog, met een steen in een zakdoek zoodanig aan het hoofd verwond, dat hij bloedende in een modderpoel neerviel, terwijl Moreau hem verder mishandelde. Den heer De Beaumont gelukte het na een korte worsteling zich van zijn aanvaller te bevrijden. Moreau zette het op een loopen, maar zal wel spoedig in handen der politie vallen.
's Morgens werd den aanvaller zjjn loon uitbetaald, zonder dat hij eenige aanmerking maakte, 's Middags kwam hij aan de fabriek terug en vroeg toen aan den heer De Beaumont ander werk, waarmee hij moer verdienen kon. Toen de heer De Beaumont daaraan niet onmiddellijk wilde voldoen, uitte Moreau reeds de bedreigingen, die hij weinige uren daarna ten uitvoer bracht.
Die aanval heeft niet alleen by de Maastrichtsche bevolking, maar vooral bij de werklieden der geweerfabriek, die allen hun patroon hoogschatten, diepe verontwaardiging gewekt. De heer De Beaumont werd Maandagavond (na reeds Zondag van een aantal ingezetenen talrijke blijken van belangstelling ondervonden te hebben) door een betooging van al zijn werklieden verrast. Deze begaven zich gezamenlijk, vergezeld van vele hunner vrouwen en kinderen naar het woonhuis van den heer De Beaumont, waar zij hem te gelijk met een paar prachtige bloemruikers aanboden een lijst, voorzien van ongeveer vierhonderd handteekeningen, waarop stond te lezen:
„Protest tegen den aanval door een werkman gepleegd op onzen Geachten Patroon, den heer Eduard De Beaumont, op Zaterdag 15 Juni."
— Te Groenloo is een slang gevangen van een meter lengte.
— Volgens het 102 e verslag der Weesinrichting te Neerbosch werd in het le kwartaal 1889 aan giften ontvangen ƒ25499,76, terwijl de ontvangsten voor druk en bindwerk bedroegen een som van f 30361,55.
— Gistermorgen ongeveer acht uur, wilde de oppasser G. Wezenberg te Harderwijk zich naar den buiten de stad gelegen stal van zijn meester begeven, ter verzorging van het aldaar voorhanden vee, toen hij onverhoeds met een mes een diepe snede in den buik ontving van zekeren te Maastricht thuisbehoorenden smid, Th. Franciscus Amouri, onlangs uit Ommerschans ontslagen en Belg van geboorte. De dader werd gegrepen door den heer De Vroom, die hem met behulp van den politieagent De Wette overbracht naar het politiebureau. De verslagene werd hevig bloedende naar zijn woning vervoerd, doch verkeert gelukkig niet in levensgevaar.
— Te Utrecht werd jl. Maandag een dienstbode, J. v. S., genaamd, aangehouden, als verdacht zich te hebben schuldig gemaakt aan diefstal van een zakje met geld, ten nadeele eener aldaar wonende oude vrouw, die haar, toen zij onlangs uit de gevangenis werd ontslagen en geen onderkomen had, uit medelijden huisvesting verleende. Zij werd ter beschikking der Justitie naar de cel overgebracht, waar zij gelegenheid zal hebben om over haar slecht gedrag natedenken.
gebracht, waar zij gelegenheid zal hebben om over haar slecht gedrag natedenken. — „Dat is toch onbehoorlijk, heer Pacha, dat gy, Mohammedanen, alle Christenen,Giauers" noemt, want dat beteekent immers „honden!" „Zoo, meneer, dat is niet veel erger, dan wanneer gij Christenen, uw honden „Sultan," „Turk" of „Moor" noemt!" — Luitenant,(in bed tot zijn oppasser): „Wat voor weer is het buiten, Straatman?" Oppasser: „'kKan 'tu niet zeggen luit'nt, want 't regent zoo fermeus, dat je geen drie passen voor je uit kunt zien."