ADVERTENTIE Nieuws van Mercedes-Benz is aangepast aan de hoge snelheden, kregen. Hierboven een 280 Sin de De Mercedes-Benz typen 280 Sen die met (leze wagens kunnen worden nieuwe uitvoering. Nadere informa-2SOSE zijn voortaan uitgerust met bereikt. Deze 2 Mercedes-typen heb- ties worden u gaarne verstrekt door halogeen koplampen (zowel groot- ben daardoor ook een opmerkelijke uw Mercedes-Benz dealer of door als dimlicht). Hiermede is een licht- faceliftingondergaan, ze hebben als N.VAGAM, Stadhouderskade 89-90, opbrengst verkregen, die nog meer hetwareeen nieuw vooraanzicht ge- Amsterdam (tel. 020 -7195 55).
De tijd : dagblad voor Nederland
- 26-09-1970
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrechtelijk beschermd. Op dit object rust auteursrecht.
- Krantentitel
- De tijd : dagblad voor Nederland
- Datum
- 26-09-1970
- Editie
- Dag
- Uitgever
- N.V. Drukkerij De Tijd
- Plaats van uitgave
- Amsterdam
- PPN
- 842127143
- Verschijningsperiode
- 1965-1974
- Periode gedigitaliseerd
- 1965-1974
- Verspreidingsgebied
- Landelijk
- Herkomst
- Koninklijke Bibliotheek C 236
- Nummer
- 40662
- Jaargang
- 126
- Toegevoegd in Delpher
- 18-11-2014
Advertentie
Congres Kerk in de Maatschappij SEPTUAGINT: TERUG NAAR AMSTERDAM door H. BRONKHORST
ZELFSPOT spreekt uit de eerste zin van het voorwoord van de jongste uitgave van de oecumenische kerkbeweging Septuagint. Kapelaan J. M. Huyter, woordvoerder van deze beweging, schrijft: „Septuagint produceert meer boeken dan kritiche gemeenten". Misschien moet men hem ook niet letterlijk nemen, want dan zouden er nog geen drie kritische gemeenten in Nederland zijn. Wat is nu een kritische gemeente, volgens de opvatting van Septuagint? Het is: „Een groepering van christenen die," met het oog op de toekomst, met nadruk in verkondiging en stellingname de samenleving onder de voortdurende kritiek van het evangelie wil stellen". Een kritische gemeente is ook: Een groep van gelijkgezinden die elkaar ontmoeten over de grenzen heen van Kerken, structuren en belijdenissen. In maart van dit jaar heeft Septuagint aan alle sympatisanten een „praatpapier" gezonden over dit thema van de „kritische en nktieve gemeenten". Intussen werden er dertien regionale groepen gevormd en in de jongste publicatie van Septuagint brengt H. Verbeek, lid van de stuurgroep, verslag uit van dtf verdere ontwikkelin- Hen. Dit nieuwste en derde boekje van Septuagint heet Van Utrecht vaar huis.'..? Het werd voorafgegaan door twee andere boeken: Septnayint van Chur naar Rome (augustus 19t>9) en Van Rome naar Utrecht (november 1969). Het is opmerkelijk dat het eerste boek de ondertitel had: Dossier van de solidaire priestergroepev en het tweede: Dossier van de internationale priest erg roepen; want vooral na de bijeenkomst van de „Europese Assemblee van priesters" in de Waldenzer Universiteit in Rome heeft de beweging, die in Nederland in Septuagint gestalte kreeg, een internationaal karakter gekregen. Zo wordt dan ook volgende week, van maandag tot en met zaterdag in Amsterdam een internationaal congres gehouden, georganiseerd door Septuagint, en getiteld..Kerk in de maatschappij."
J. REUTEN
J. M. RUYTER
Ontstaan
SEPTUAGINT werd geboren in het Amsterdamse hotel Americain in een bijeenkomst van ruim zeventig priesters. Het getal van die aanwezigen gaf later de naam aan de beweging. Die eerste samenkomst was op 16 december 1968. Bij die gelegenheid-werd een motie aangenomen, waarin aan de'bisschoppen van Nederland werd voorgesteld: ' „... in een aantal parochies van Nederland, die daartoe na overleg met de plaatselijke geloofsgemeenschap geschikt bevonden zijn, gehuwde priesters, of priesters die het voornemen hebben te trouwen, te laten werken in volledige ambtsbediening". In maart 1969 stuurde Septuagint een open brief aan alle priesters in Nederland, waarin al gezegd werd, dat de beweging zich niet uitsluitend op het celibaatsvraagstuk wilde concentreren. In juni volgde een bijeenkomst in Utrecht en in juli kwamen afgevaardigden van Septuagint met buitenlandse „contesterende" priestergroepen in Chur (Zwitserland) bijeen. Deze vergadering liep parallel met het symposium van Europese bisschoppen. In een „presentatie-papier" werd gepleit voor „herziening van overleefde kerkelijke instituties en structuren als: de' verplichte binding van celibaat aan kerkelijk ambt; de negatieve benadering van de menselijke sexualiteit; de volkomen greep van het kerkinstituut op het persoonlijk leven van de ambtsdragers; de onmogelijkheid van een verantwoord tweede huwelijk binnen de keik; een kerkelijk gezüg' dat niet luistert en inspireert, mc\ar dwingt met gezagsargumenten; de compromitterende rijkdom van de kerk, en het geringe kerkelijke engagement bij de grote wereldvragen." Septuagint heelt zich steeds verzet tegen het eenzijdige beeld van deze beweging „als zou er alleen enige tijd gevochten moeten worden voor het recht van de priester die huwt. De krisis is veel dieper en totaler. Het gaat om de zinnigheid en de oriëntatie zelf van geloof cn christendom".
Dialoog
IN ROME heeft Septuagint, in oktober 1969, deelgenomen aan de bijeenkomst van de Europese Assemblee van Priesters, die tegelijk gehouden werd met de Bisschoppensynode. Bij die gelegenheid hadden zestien priesters van Septuagint in Rome een belangrijk gesprek met kardinaal Alfrink „over de kritieke problemen die reden van onrust in de Kerk zijn". In een com.muniqué werd over dit gesprek tenslotte vastgesteld: „Beide zijden stemden ermee in, dat zij bij eventuele concrete conflicten in de toekomst wilden proberen hun dialoog gaande te houden". Op de bijeenkomst in Rome werden door de aanwezige „solidaire priesters" een aantal teksten behandeld die onder meer betrekking hadden op: de plaatselijke kerken, de christelijke vrijheid, het ambt van de priester, de bisschop en de Petrus-dienst in de Kerk. Van deze bijeenkQmst is verslag gedaan in het boekje Van Rome naar Utrecht (Opmerkelijk is, dat in dit boekje vrijwel voorbijgegaan werd aan de bisschoppensynode, die toch ook voor de „solidaire priesters" niet geheel irrelevant was). Na het Pastoraal Concilie .van begin Januari 1970 volgde op 19 januari het historische perscommuniqué van de Nederlandse bisschoppen inzake voorwaardelijke toelating van de gehuwde priester. Maar op 31 juli lieten de bisschoppen weten, dat de paus de celibaatsverplichting voor priesters wilde handhaven en dat de H. Vader, in een gesprek met kardinaal Alfrink, Keen instemming had betuigd met de Nederlandse opvatting dat mogelijk in bepaalde gevallen gehuwde priesters in het ambt zouden kunnen worden hersteld. _
Op 21 augustus hebben de bisschoppen, in een brief aan hun priesters, nog eens duidelijk gemaakt dat er geen wezenlijke verandering venvacht moest worden inzake het celibaatsvraagstuk. Op 25 augustus kwam Septuagint met een zeer kritische reactie,
waarin onder meer aan de bisschoppen werd gevraagd of zij na 19 januari van inzicht waren veranderd.
Ontboden
EERDER, op 23 juli. en dus nog vóór de eerste verklaring van de bisschoppen inzake kardinaal Alfrinks gesprekken met de paus, had Septuagint in een brief aan sympathisanten gevraagd welke gemeenten bereid zijn een gehuwde priester te aanvaarden, welke gehuwde priesters op zo'n aanbod wilden ingain en welke reformatorische gemeenten een gehuwde priester zouden willen laten voorgaan. Twee leden van de stuurgroep vari Septuagint, Jan Ruyter en Joöst Reüten, .'werden op 20 augustus door,.Har'dlnaal 'Alfrink ontboden. Op 23 augustus gaf Septuagint een communiqué uit, waarin het standpunt van kardinaal Alfrink aldus werd weergegeven: „Een gehuwde priester die voorgaat in de eucharistie en een gemeente die dit aanvaaixit plaatsen zich door dit feit buiten de gemeenschap van de kerk". In het boekje Van Utrecht naar huis ...?, dat 25 augustus gedateerd is, werd helaas niet meer opgenomen: een communiqué van het secretariaat van de Nederlandse bisschoppenconferentie dat op 2G augustus in de pers verscheen en dat een verduidelijking was van het ingenomen standpunt. Hierin stond, „dat de bisschoppen het plan gehuwde priesters te laten voorgaan in de eucharistie niet kunnen goedkeuren". De bisschoppen waarschuwden: „Wie rechtens de eucharistie wil bedienen, moet dit doen in verbondenheid met de bisschop, want het is de bisschop die hem daartoe machtigt en zendt".
Op deze verklaring kwam op 2 september een reactie van liet Oekumenisch Aktie Centrum te Driebergen waarin het vermoeden wordt uitgesproken, dat in deze zaak van de bediening van de eucharistie door een gehuwd priester „de wil der bisschoppen de gevangene is van een andere wil welke zich tegen de zienswijze van de bisschoppen en tegen het geloofsgevoelen van een groot ueel van de r.k. geloofsgemeenschap verzet". Tenslotte stelt het Oekumenisch Aktie Centrum nog de vraag, of het juist is „de eenheid van de geloofsgemeenschap te binden aan een eenheid van discipline en juridische structuur, die als zodanig een historisch gegeven is en mede ter discussie staat". Deze verklaring van het OAC staat dus ook niet meer in het jongste „dossier" van Septuagint. Dat is jammer, want het zijn juist de twee laatstgenoemde documenten die het meest relevant zijn voor het vraagstuk van de volledige ambtsuitoefening door de gehuwde priester. Bovendien zou het dossier aan leesbaarheid en objectiviteit gewonnen hebben, als het ook die documenten van de bisschoppen had bevat, waarop Septuagint reageert. Al waren die stukken maar verkort weergegeven.
Predikanten
IN HET DOSSIER leest men ook hoe Septuagint zich in de loop van dit jaar heeft uitgebreid, hoe buitenlandse contacten werden onderhouden cn hoe de beweging zich herkende in de opvattingen van kardinaal Suenens: • Een groep van zestig hervormde predikanten heeft zich, op 6 mei 1970, tijdens een bijeenkomst op Kerk en Wereld te Driebergen bij Septuagint aangesloten. Later meldden zich nog meer predikanten, waardoor het totaal intussen 150 werd. Zo kreeg Septuagint duidelijk een oecumenisch karakter. O Sinds half juni heeft Septuagint steun van een honderdtal Jezuïeten en oud-JeJzuïeten, die zich de Helvoirtgroep noemen. De adhesiebetuiging werd namens de groep ondertekend door Willcm-Albert Beijcr. • In het voorjaar van 1970 haalde Septuagint de banden aan met verwante groeperingen in West-Europa. Leden van de stuurgroep maakten reizen naar Italië, Frankrijk, Duitsland, Engeland en Zwitserland. • Aan kardinaal Suenens, aartsbisschop van Mechelen-Brussel, werd door Septuagint op maandag 11 mei een telegram gestuurd om hem te bedanken voor het interview dat die dag was verschenen in Le Monde. (Tegelijk in De Tijd). Septuagint verklaarde: „Wij delen uw mening dat een wederzijdse en eerlijke dialoog in de kerk, onder andere-inzake het-celibaatsvraagstuk, de vrijheid in diezelfde kerk alleen maar kan die'nen". Namens kardinaal Suenens werd aan Septuagint geantwoord: „Uw blijken van sympathie en waardering deden hem veel genoegen en hij vraagt u te bidden voor de grote pastorale problemen, waarmee de Kerk nu geconfronteerd is". Septuagint, dat bijna twee jaar geleden in Amsterdam ontstaan is, beleeft volgende week in diezelfde stad een hoogtepunt in zijn korte geschiedenis. Zo gaat die historie voorlopig van Amsterdam, via Chur en Rome, naar Amsterdam.
Literatuur: Septuagint van Chur 'naar Itome; Van Itonie naar Utrecht en Van Utrecht naar huls...? Alle drie uitgaven van: Archief van de Kerken te Amersfoort.
Soft drugs toch gevaarlijk? door Dr. ir. G. M. M. HOUBEN
De Raad voor de Jeugdvorming heeft aan de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk geadviseerd „soft drugs" uit de Opiumwet te schrappen. De uitspraken van deze raad krijgen door hun openbaarheid een grote draagwijdte; in een artikel in De Tijd (1 aug.) is daar reeds op gewezen. In de uiteenzetting over „Het drugbeleid in Nederland" in De Tijd van 22 augustus verdedigt prof. dr. J. A. Stalpers als voorzitter van de Raad voor de Jeugdvorming dit advies. Het is begrijpelijk dat Stalpers vanuit zijn positie in de maatschappij én als hoogleraar in de sociale pedagogiek ontvankelijk is voor de ideeën en de wensen die leven onder de jeugd en onder zijn studenten. Hij lijkt daardoor geneigd hun houding te verdedigen. Wellicht hierdoor is het voor hem moeilijk voldoende afstand te nemen van de (veronderstelde) belangen van de jeugd.
Een aantal psychologen gaat er Maarbl.ijkeli.jk van uit dat het gebruik van „soft drugs" gelegaliseerd dient te worden, tiet is dan ter controle van de kwaliteit en de prijs noodzakelijk, dat de overheid de invoer, de produktie en verwerking, alsmede de verkoop doelbewust kan beïnvloeden (analoog aan alcohol) en dat de benodigde analyse-methoden bekend zijn. De overheid zal hierdoor in staat zijn de klandestiene handel in minderwaardige en in gevaarlijker produkten te bestrijden. Zo zou voorkomen kunnen worden dat het optreden van de justitie het gebruik van soft drugs in de „sfeer van de misdaad" trekt. Dit alles k'linkt nogal logisch, maar het grote probleem schuilt in het uitgangspunt. Wanneer soft drugs toxisch zijn, dan dienen zij evenals opium radicaal onder veel strengere controle geplaatst te worden, dan dient hierover niet gemarchandeerd te worden. Laten we uitgaan van een vergelijking tussen enkele gekende genotmiddelen. CYCLAMAAT is gunstig bij gebruik in plaats van suiker, doordat het ons helpt het teveel aan calorieën welke wij dagelijks tot ons nemen, t,e verminderen. In bepaalde gevallen blijkt het echter afwijkingen in het lichaam te veroorzaken. Eerst na vele jaren van onderzoek kon het bewijs van deze afwijkingen geleverd worden. Op advies van Warenwet-commissies is deze stof daarom onlangs in vele landen verboden. KOFFIE en THEE hebben als gunstig effect dat zij opwekkend zijn. De kans op blijvende ongunstige lichamelijke gevolgen is uitermate klein. De wettelijke omschrijving van deze produkten zijn vermeld in het Koffieen theebesluit van de Warenwet. TABAK roken kan een prettige, psychisch slechts zwakke werking veroorzaken. Toch weten velen uit eigen ervaring hoe moeilijk het is de gewoonte van sigaretten roken op te geven. Eerst enkele jaren geleden werd bekend dat zich bij inhaleren op de lange duur longkanker, chronische bronchitis en dergelijke kunnen manifesteren. Elk weldenkend mens vindt het matigen van het roken dan ook een logische zaak. De warenomschrijving is vastgelegd in de Tabakswet. ALCOHOL heeft een bewustzijnsverandering ten gevolge, die vaak positief wordt ervaren, maar toch in het algemeen wordt aangeduid als „bewustzijnsvernauwing". Een regelmatig te hoog alcoholgebruik of het drinken van methanol kan gemakkelijk leiden tot lichamelijke afwijkingen. Op vele andere ongunstige gevolgen vari alcoholmisbruik cn op de vele anti-aktics /.al ik niet nyder ingaan. De verkoop van alcohol is dan ook wettelijk aan banden gelegd — al is het slechts in beperkte mate, omdat scherpere maatregelen tegen dit reeds eeuwenoude produkt een ingreep in te veel economische belangen zou betekenen. „HENNEP" heeft evenals alcohol een bewustzijnsverandering ten gevolge; deze wordt door degenen die het regelmatig gebruiken ais positief ervaren (allicht). Over de gevaren van „hard drugs-' (cocaïne, codeïne, heroïne, morfine enz.) bestaan weinig meningsverschillen. Er zijn voldoende objectieve gegevens voorhanden over de toxiciteit, over nadelige psychische effecten, over versla vingsverschijnselen. Over de gevolgen van het gebruik van grote hoeveelheden soft drugs is Stalpers niet al te duidelijk. Ilij haalt de invoering van een distributiebonnen-systeem aan. Zijn soft drugs dan toch niet zo ongevaarlijk? Stalpers schrijft letterlijk: „met het groeiende inzicht stijgt echter de waarschijnlijkheid dat regelmatig gebruik in een matige dosering en in positieve omstandigheden noch onmiddellijk, noch op de lange duur, belangrijke kwalijke, of ongewenste gevolgen heeft" (cursivering van ondergetekende). Deze bijzonder vage omschrijving roept alleen maar sterkere twijfels op. Nog steeds wordt bij de geesteseffecten van de mens het centrale zenuwstelsel ingeschakeld. Het is niet verwonderlijk dat prof. dr. E L. Noach als farmacoloog oordeelt dat marihuana ook voor het lichaam toxische eigenschappen bezit. Als kwalijke gevolgen vermeldt hij: een lichte ademremming. hartstimulering en vaak pupilverwijding. Dij overdosering kunnen hallucinaties en opwindingstoestanden ontstaan, die lijken op zware dronkenschap. Ook desoriëntatie komt voor. Zeer kernmerkend wordt een verstoring van de tijdzin geacht. Hallucinaties, illusies, storingen in de tijdzin. tijdelijke veranderingen in het normale oordeelsvermogen kunnen toch bepaald niet als onschuldige psychische effecten beschouwd worden. In elk geval zijn zij afwijkend van het normale patroon. lemand die een auto bestuurt onder invloed van soft drugs, kan dan ook levensgevaarlijk zijn voor zijn medeburgers. Het Engelse „Cannabis-Report" van het Advisory-comittee on Drug Dependance (19G8) stelt: „Minstens even gevaarlijk als alcohol". Het La Guardia Commissie-rapport over marihuana in 1944 uitgebracht door de Newijorkse Academie der Wetenschappen, wijdt uitvoerige beschouwingen aan sociologische, psychologische en farmacologische facetten. Voornamelijk door het ontbreken van voldoende kwantitatieve en betrouwbare gegevens is het wetenschappelijk niveau van dit onderzoek bijzonder matig. Het Journaal van de Amerikaanse Medische Associatie vermeldde dan ook in haar commentaar: „Overheidsambtenaren zullen er goed aan doen deze onwetenschappelijke, onkritische studie te negeren en voort te gaan marihuana als een bedreiging te beschouwen." Er Is nog een andere reden voor een meer afwijzende houding tegenover soft drugs. Wanneer men suggereert dat een betere begeleiding nodig is van de soft drug-gebruiker, dan herinnere men zich: „Voorkomen is beter dan genezen". Wat weten wij van de redenen van het drug-gebruik? Er is een sociologische hypothese die ervan uitgaat dat de werking van alcohol agressie-ontladend is. Alcohol is een stof die derhalve typisch past bij agressieve culturen, bij culturen waarbij de wedijver. het achternajagen van een carrière. de onderlinge strijd voor het bereiken van een bepaalde positie in de maatschappij, sterk op de voorgrond staat. Daartegenover zijn er culturen van het oosten, die een contemplatieve inslag hebben. Het passieve, vredige, lieve gedrag van jonge soft druggebruikers roept sterke herinneringen op aan de berustende, gelaten, fatalistische sfeer (nu echter als uiting van een cultuurpatroon) van het verre oosten. Als de werkelijke reden beklemtoont de zenuwarts dr. W. G. Mulder dat de jeugd problemen te verwerken krijgt, die zij geestelijk nog niet aan kan en die daarom verwarrend zijn en soms zelfs angstverwekkend werken. De gevaarlijke en angstaanjagende gevoelens en sensaties moeten worden afgeweerd. Het gebruik van soft drugs biedt een mogelijkheid om weg te vluchten uit de onzekere beangstigende werkelijkheid. Onze taak bij het opvoeden van de jeugd houdt ook in hen te leren leven met angstgevoelens en met onzekerheden. Wanneer wij hen daarentegen middelen verschaffen waardoor zij zich aan de werkelijkheid kunnen onttrekken. dan lijkt mij dat een funeste aanpak in een principiële zaak. Het avies van de Kaad voor de JcuKdvorming is mijns inziens onjuist en voorbarig, te eenzijdig opgebouwd en schadelijk voor dc volksgezondheid en de rechtszekerheid in ons land. De Opiumwet is ontstaan als reactie op harde zakelijke feiten. Wanneer w(j hem willen veranderen, dan dient dat ook te geschieden op basis van nuchtere feitelijkheden: toxicologische* en farmacologische gegevens en psychiatrische analyses. Om de Opiumwet te veranderen onder invloed van pressiegroepen lijkt mij volslagen onduldbaar. Wel dient het justitieel beleid ten dele te worden aangepast. Wanneer chemici, toxicologen, farmacologen en medici in staat zullen zijn om wetenschappelijk verantwoorde, dat wil zeggen reproduceerbare en exacte feiten op tafel te leggen, dan is het voor juristen, sociologen en psychologen onjuist om op die feiten te ver vooruit te lopen. Wij zullen er goed aan doen om de „culturele kloof" tussen de alpha-, beta- en gamma-richtingen snel te overbruggen.
ACTIE BURGERS TEGEN WOONOORD VOOR SPANJAARDEN Heerhugowaard voelt zich niet rijp voor Spaanse invloeden Van onze speciale verslaggever JAN VAN HOOF
HEERHUGOWAARD, 26 sept. — Een klein groepje verontruste inwoners uit deze snel groeiende forensengemeente even ten noorden van Alkmaar in het Noordhollandse polderland heeft zich deze week gekeerd tegen het plan in hun gemeente een woonoord te boüwbn voor vijfhonderd Spaanse arbeidskrachten, die bij de Hoogovens in IJrnuiden gaan werken. „W'U verwerpen elke gedachte aan discriminatie," zegt J. FeUtel, de 22- jarige staffunctionaris van de Stichting Sociaal Cultureel Opbouwwerk in Heerhugowaard die de actie van verontruste gemeentenaren entameert en begeleidt. „Maar," constateert hU, ..het is duidelijk, dat onze bedoelingen niet duidelijk zUn overgekomen." Hij kreeg talrijke telefoontjes van mensen, die zeiden blij te zijn „dat er eindelijk eens iets gedaan gaat worden tegen die vuile, vieze buitenlanders":
De „Actiegroep Verontrusten Spanjaardenopvang", zoals hij officieel
heet, heeft zich daarvan direct gedistancieerd. De leden zeggen van dit soort sympathiebetuigingen niet gediend te zijn. Om dat te benadrukken vertelt Feijtel, dat een van de elf leden van het nog geen vijf dagen oude actiecomité op staande voet is geroyeerd toen deze met instemming een. kennis citeerde, die had gezegd dat hij zijn twee dochtertjes niet. meer alleen op straat durfde laten gaan en dat de koopwoningen in Heerhugowaard als gevolg van de komst van de Spanjaarden wel in waarde zouden dalen. Wat zijn dan wel de redenen voor dc verontrusting? Feijtel: „Een gebrek aan voorzieningen en de bevolking is er niet rijp voor. Ondanks de vele import — het aantal inwoners steeg in tien jaar van zesduizend tot zestienduizend — heeft Heerhugowaard nog het karakter van een plattelandsgemeente. Een groot deel van de bevolking heeft sterke vooroordelen tegen alles wat vreemd is. Wij staan daar niet achter, maar het is een realiteit. De gemeente heeft tot taak de inwoners van dat vooroordeel af te helpen. Ze erop te wijzen, dat buitenlandse gastarbeiders niet stinken en meisjes verkrachten. Maar als de gemeente dat niet kan, moet ze de buitenlanders niet aanhalen, anders worden die de dupe van discriminatie."
J. FEIJTEL
Bouwroes
„Het gebrek aan voorzieningen speelt ook een belangrijke rol. Als je door de wijken loopt, zie je dat ze nog niet af zijn. Er heerst hier een roes van bouwen. Zelfs voor dc zestienduizend eigen inwoners zUn er nauwelijks voorzieningen. Er is niet eens een bioscoop. En cr is geen echt centrum. Er zijn geen mogelijkheden om de verveling te verdrijven. Zeker niet voor vijfhonderd buitenlanders, die de zaak hier willen verkennen. Die verveling geldt toch evengoed de eigen inwoners als de Spanjaarden? Feijtel: „De gemiddelde Heerhugowaarder heeft het gevoel dat de Spanjaarden zich bij die verveling onmaatschappelijk zullen gaan gedragen." Is dat geer vorm van discriminatie? Feijtel: „De Spanjaarden hebben extra aandacht nodig om zich hier wel te kunnen voelen. Ze spreken een andere taal en hebben een ander cultuurpatroon." Uit de gesprekken heeft de heer Feijtel indruk gekregen, dat de meerderheid van de inwoners van Heerhugowaurd de verontrusting van de actiegroep deelt. Uit een enquête van een plaatselijk dagblad /ou zijn gebleken, dat 75 procent van de bevolking tegen de komst van de Spanjaarden is.
Telefoontjes
„Direct nadat de gemeenteraad op 13 juli besloot aan de Hoogovens grond beschikbaar te stellen voor de bouw van het hotel, kwamen er hier telefoontjes binnen van mensen die vroegen of wij er niets teeen konden doen," aldus de heer Feijtel. „Wij waren daar eerst niet zo erg voor in. Veel reaeties waren zodanig gesteld, dat we ons afvroegen of er geen discriminatie en angst voor buitenlanders meespeelden Dat gevoel hadden velen die belden kennelijk ook, want zij wilden anoniem blijven. Afgelopen maandag hebben we de mensen, die wel bereid waren hun naam en telefoonnummer te geven en die op redelijke gronden tegen de bouw van het hotel waren (elf in totaal), bij elkaar gehaald. Daaruit is de actiegroep ontstaan. De volgende dag stond de telefoon hier roodgloeiend." De heer Feijtel schat het aantal sympathiebetuigingen op zestig.
Belang
Aan de toezegging van de Hoogovens dat het bedrijf, via steun aan de Peregrinusstichting, die de belangen van buitenlandse arbeidskrachten in Nederland behartigt, extra voorzieningen voor de Spanjaarden zal realiseren. hecht de heer Feijtel kennelijk weinig waarde. „Het enige belang dat bij Hoogoven vooropstaat, is het economische," zegt hij. „Alle voorzieningen zijn een doekje voor het bloeden, om te versluieren wat ze deze mensen aandoen. Ze onttrekken de beste mensen aan de ontwikkeling van hun eigen land Als de Hoogovens zo nodig sociaal moet worden, laat ze dan een vestiging in Spanje neerzetten. Laat de Spanjaarden in hun eigen land blijven. Daar zijn ze het hardste nodig." BU de Hoogovens vindt men de bezwaren van het actiecomité „waanzin". „In de IJmond (in een woonoord en op twee woonschepen) hebben we al aardig wat buitenlandse arbeidskrachten ondergebracht en dat heeft nooit problemen gegeven," aldns een woordvoerder van de voorlichtingsdienst.