■■ „FILM IS MIJN ROEPING", heeft Renó Clément eens gezegd. De Franse regisseur Iheeft zijn naam in ?de filmgeschiedenis gevestigd met „La Belle et la Béte" en „Jeux intermits". Een man die de laatste jaren beter te volgen was via do filmmusea eri Hga's, maar nu •weer het grote publiek tracht te 'bereiken met een ingewikkelde thriller, naar een origineel scenario \an Sébastien Japrisot. \ ■ Het is soms zo ingewikkeld, dat het er eerder op lijkt' dat de film gemaakt is naar een dik boek, waarvan sommige stukken drastisch zijn ingekort. Omdat Clement (of Japrisot) het vooral gegooid heeft op de psychologische spanning, wordt alles er niet eenvoudiger op. Een merkwaardige kant van de film is nog, dat hij in het Engels gesproken wordt. Reden schijnt te zijn, dat de hoofdrolspeler, Charles Bronson, geen woord Frans spreekt en Clement liever een meisje Engels met een Frans accent laat beluisteren dan een na-geprate Bronson Voor Frankrijk is de film in' zijn geheel nagesynchroniseerd wat' helemaal wel een vreemde indruk zal geven. De fim' heet „Rider on the rain" (hier: „In'de greep van de angst" — geef er maar weer een draai aan —) en poëtisch uitgangspunt is een regel uit Allee in Wonderland: „Of de put was erg diep, qf ze viel erg langzaam, want al vallende had ze ruimschoots de tijd om rond tc kijken". Dat wonderlijke gevoel heeft het meisje Mellie (Marlène Jobert) haar hele avontuur. Ze begrijpt nauwelijks wat er allemaal met haar gebeurt en in welk complot zij verzeild is geraakt. Het publick dat haar volgt, voelt zich nauw met haar betrokken, want het begrijpt er ook weinig van. Het meisje staat aan de vooravond van haar huwelijk. Haar bittere moeder waarschuwt nog, dat je mannen voor geen cent kunt vertrouwen. En jawel, nauwelijks heeft zij dit gezegd of Mellie wordt verkracht door een onmiskenbare psychopaat. Zij schiet hem dood en gooit het lijk in 2ee Mansetjelief bemerkt wel wat zenuwen, maar reageert er niet erg op. Hij is piloot en kiest onmiddellijk het ruime luchtsop. Zijn rol is verder van geen belang. Ook de moeder van Mellie komt slecht uit de verf, Clément beperkt zich in feite tot Mellie en een I plotseling opduikende Amerikaan, Dcbb.v Charles Bronson. Wie is hij, " wat wil hij van Mellie? De spanning van de film is ontleend ) aan de onzekerheid over deze vragen, I die zo lang mogelijk onopgelost blij- L ven. Natuurlijk kan het, niet oplossen , van een raadsel voedsel geven tot spanning. Maar dan moeten er inmiddels zo veel andere dingen gebeuren, dat niet, zoals in „Rider on the rain", de vraagstelling gaat irriteren. Waarschijnlijk ligt dat niet eens aan het scenario, maar aan de regie van Clément, die zelf de spanning niet helemaal aan kon. Dat hij ervaring in film heeft, kan ook nu worden vastgesteld, maar een tweede Hitchcock wordt hij I nooit, ook al wijst de bioscoopreclame in die richting. , Wie cr achteraf nog eens over na, denkt, vsaarom „Rider on the rain" I .toch niet zo'n voldoening geeft, komt , al snel tot de conclusie, dat cr zoveel [ gehamerd wordt op het psychologisch geheimzinnige sfeertje, dat de werkelijke. thriller er te veel bij verliest. j Misschien kan Clement toch beter in t het filmmuseum blijven. Roeping is , ook niet alles. t PETER VAN BUEREN
'Marlène Jobert, als de dood voor een pistool, dat voorlopig nog niet gevaarlijk is (let op de vinger).
"Ingewikkelde spanning". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
"De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
v-/ Van onze correspondent MAASTRICHT, 9 okt. — Voor de president van de Maastrichtse rechtbank diende gisteren een kort geding dat namens een groepje inwoners van de westelijke mijnstreek door Dirk de Vroome was aangespannen tegen de n.v. Nederlandse Staatsmijnen. Inzet vormde de voortdurende geluidshinder die door de chemische bedrijven van staatsmijnen wordt veroorzaakt en waardoor tientallen' omwonenden uit hun slaap worden gehouden of er'een chronische hoofdpijn'van zopden krijgen. ■ Op straffe van eeii dwangsom van f 20.000, per keer had Dirk de Vroome gevraagd Staatsmijnen te verbieden tijdens de nachtelijke uren nog geluidshinder te veroorzaken. Mr. H. Pabussen die de belangen van de geïuidsproducerende n.v. diende was wel van mening dat van werkelijke overlast geen sprake is. „Er is nog geen enkel bewijs geleverd dat er mensen zijn die zich hiervoor onder doktersbehandeling hebben moeten stellen," zei hij. Als dat inderdaad zo is zal dat moeten worden aangetoond door middel van dokterattestcn. Dat de klachten overdreven zouden zijn trachtte mr. Paulussen aan te tonen door zijn opmerking dat tijdens een bondszitting over de geluidshinder slechts 34 belangstellenden aanwezig waren, terwijl t*r tevoren toch duizenden pamfletten waren verspreid. Om zijn argumenten kracht bij te kunnen zetten had Dirk de Vroome een geluidsbandje meegebracht dat hij 's nachts in zijn tuin had opgenomen en waarop duidelijk een immens geruis te horen was. Hoewel de president van de rechtbank, mr. P. Jansen, het bandje niet als bewijsmateriaal accepteerde wilde hij het wel graag horen om zich de situatie ter plaatse wat beter te kunnen voorstellen. Over veertien dagen zal mr. Jansen vonnis wijzen.
"Geding tegen mijnen over geluidshinder". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
DEN HAAG, 9 okt. — Iloenet de criminaliteit de eerste helft van dit jaar ten opzichte van de overeenkomstige periode in 1969 is gestegen, zijn de misdrijven tegen dc openbare orde, het openbaar gezag, en dc zedenmisdrijven in aantal afgenomen. Dit heeft het Centraal Bureau voor dc Statistiek bekendgemaakt. Ter kennis van de politie kwamen in do eerste zes maanden van 1970 126.000 misdrijven, 9 procent meer dan in de overeenkomstige periode van het vorig jaar. De stijging komt. grotendeels door de toename van de vermogensmlsdrijven met 13 procent (van circa 81.000 tot 91.000). Ook de verkcersmisdrijven namen toe met 5 proeent tot bijna 17.000. De misdrijven tegen do openbare orde en het openbaar gezag daalden met 15 procent en die tegen de zeden met 11 procent. Het percentage opgehelderde bedrijven liep terug van 43 in de eerste belft van 1969 tot 41 in dc overeenkomstige periode van 1970.
"Aantal misdrijven tegen zeden en gezag verminderd". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
fc'i •* T-fv. Xvav.v.-:v.vv.v 'Tik ■ W .v. - Van onze automedewerker VOOR HET EERST is er in Engeland een auto ,gebouwd op basis van het s metrieke stelsel. Het is de nieuwe Ford Cortina, die de volgende week op de
Londense Motor Show officieel aan het publiek zal worden gepresenteerd. De wagen vertoont grote overeenkomst met de pas geïntroduceerde Taunus-modellen Vvan Ford. De fabriek zegt, dat de internationale service nu gemakkelijker en eco-
•
"NIEUWE CORTINA: VAARWEL, INCHES!". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
ALEXANDER SOLZJENITSYN, aan wie thans de Nobelprijs voor literatuur is toegekend, wordt door velen als de grootste Russische schrijver van deze tijd beschouwd. Men heeft hem op één lijn gesteld met Tolstoi, Dostojevski en Toergeniev en gewezen op zijn psychologisch inlevingsvermogen en zijn beeldende kracht. En inderdaad heeft deze 52-,iarige auteur zich met werken als „Een d<.ig in'het leven van Ivan Denisovitsj", „Het Kankerpaviljoen" cn „In de Eerstfe Cirkel" van een belangrijke plaats in de Russische literatuur verzekerd. Maar Solzjenitsyn is veel meer dan een begaafd schrijver. Hij fungeert als het symbool van het verzet tegen het dogmatische en starre neo-Stallnisme, waarin het individu ten ondergaat in de massa. Voor vele Russische intellectuelen staat de naam Solzjenitsyn synoniem voor onwrikbare integriteit, voor diepe menselijkheid. Het lijken grote woorden om een man te typeren, die zelf wars is van alle sentimentaliteit en lof. En die zich met de nuchterheid en koppigheid van de wiskundige zowel verzet tegen de Russische autoriteiten, die zijn boeken negeren, als tegen de .Westerse uitgevers, die zonder zijn 'toestemming zijn werken, in vaak allefmiserabelste vertalingen, als winstobjekt de boekenmarkt op smijtcri. liet zijn die nuchterheid en koppigheid, gekoppeld aan een groot gevoel -voor humor, die Sozjenitsyn de acht jaar concentratiekamp deden overleven, 'lichamelijk gebroken, geestelijk strijdbaarder dan ooit. Zijn ervaringen in Stalins kamnen cn de daarna ongelonen kanker vormden de onderwerpen van zijn twee voornaamste boeken. Mon kan zich nu, na al die jaren nauwelijks meer voorstellen welk een geweldige indruk zijn eerste publicatie in het literaire tijdschrift „Novy Mir" op het Russische publiek maakte. „Een dag uit het leven van Ivan Dcnisovitsj" was een literair meesterwerk, maar voor de Russische lezers betekende het veel meer. Voor het eerst werd op nuchtere, maar juist daarom zo indringende wijze geschreven hetgeen vijftien miljoen van hen jarenlang aan den lijve hadden ondervonden. Hij werd er beroemd en welgesteld door. Maar het veranderde hem niet. Toen Khroestsjevs opvolgers de gematigd progressieve koers terugdraaiden
en de „doolpcriode" in de Russische literatuur definitief de nek omdraaiden, verhief Sozjenitsyn zijn stem. Hij klaagde openlijk de censuur aan en sprak zijn afschuw uit over het monddood muken van zovele collega's. Het kostte hem zijn welvaart, zijn boeken werden niet meer gedrukt, zijn manuscripten door dc politie in beslag genomen.
"Alexander I. Solzjenitsyn Ruslands eigen geweten". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
„ALLEN LOPEN met de partij in de pas maat- U niet" had dc regionale secretaris van de schrijversbond, die hem als lid royeerde, Solzjenitsyn verwijtend toegevoegd. En hij had het goed gezien. Met zijn fundamentele aanvallen op dc illusie van het, door de partij krampachtig in stand gehouden, „geluk", mot zijn overtuiging, dat een schrijver moet spreken over wat verziekt is cn onrust veroorzaakt was Sozjenitsyn voor de autoriteiten een lastige figuur, waar men niet goed raad mee wist. „Ga toch liever naar het buitenland, daar hoor je thuis", raadden zij hem aan. Maar Solzjenitsyn was niet van plan de aangeboden weg van de minste weerstand te kiezen. „Als het moet sta ik gereed voor de waarheid te sterven", had hij eens gezegd en hij was bereid deze overtuiging desnoodf in daden om te zetten. Maar in het Rusland van vandaag behoeft men niet meer voor zijn overtuiging te sterven. Daar gebruikt men andere, verfijnder strafmethoden. Men stuurt anonieme brieven, onderschept post, houdt toelagen achter. Al deze plagerijen kunnen echter niet verhinderen. dat Solzjenitsyn zijn „eenmansgucrrüla" tegen het regime voortzet TON CRIJNEN
"Uit de pas". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
ALLE MOOIE WOORDEN ten spijt, die soms uit officiële monden rollen, gaat het helemaal niet zo best met de bioscoop in Nederland. Natuurlijk, vorig jaar is de totale achteruitgang in het bioscoopbezoek gestopt. Maar dat is het punt niet. Als alle mensen die een film zien, zich ophopen in Tuschinski, gaat het met de andere bioscopen slecht. Zo'n algemeen optelcijfer heeft een betrekkelijke waarde. Ook het getal van nieuwe of vernieuwde bioscopen zegt weinig. In de laatste twee jaar werden 23 bioscopon geopend of vernieuwd. Maar in 1969 alleen al wei-den er 29 gesloten. Natuurlijk sluitingen van kleine „randtheaters", maar toch: het ene cijfer haalt het andere uit. Binnen de wereld van de bioscoopexploitanten heerst een gespannen onzekerheid. Er blijkt geen peil meer te trekken op de verlangens van het publiek. Het risico van een verhuurdar en een exploitant wordt met de dag groter. Op het ogenblik is iedere film zo'n ~gok", dat het een kwestie is van de Honderdduizend of een Niet. „Een kwestie van alles of niets", zegt een exploitant. De grootste winnaar de laatste tijd is de heer Meerburg, die vorig jaar de „trailer" (voorfilm) van MASH zag in Amerika en deze film per se wilde hebben. Een schot in de roos, want MASH is de grootste klapper van de laatste tijden. Pikant detail is, dat de heer Meerburg de film zelf nog steeds niet . gezien heeft. MASH is ook buiten Nederland een enorm succes. Maar ook daar is geen peil op t« trekken. Neem ~Les Choses de la Vie", die in 'Frankrijk records brak, maar in Nederland nauwelijks publick trok. Neem, findersom „Butch Cassidy and the Sundance kid", hier een opmerkelijke trekker, in Frankrijk veel minder. Maar niet alleen de vergelijking met Frankrijk is zo wisselvallig. Costa Gavras 'Z was vorig jaar hèt succes in Amerika en Engeland, maar kwam in Nederland nauwelijks uit de verf. Voorbeelden, die aantonen, dat het van geen film te voorspellen valt. * VERLEDEN WEEK weer een treffend voorbeeld. De nieuwe film van Costa Gavras, „L'Aveu", heeft onmiskenbare kwaliteiten, kreeg overal een uitstekende pers en behoort bij de meest opmerkelijke films die de laatste tijd in première gingen. L'Aveu heeft het, voorlopig,
maar één week uitgehouden in het Amsterdamse theater Cineac Damrak. Een treurige situatie. Terwijl de bioscopen worden overladen met vulgaire, slecht gemaakte derde rangs films, haalt „L'Aveu" maar één week Amsterdam. En niemand heeft daar schuld aan. Hoe komt dat? Misschien is voor vertoning het verkeerde theater „gekozen". Cineac Damrak is een inloopbioscoop met een groot aantal vaste klanten. Het programma is gevarieerd, maar vooral gericht op een ..lekkere" film met spanning en, als het even kan, wat sex. Op het eerste gezicht niet het uitgesproken theater voor een film die, naast de spanning, toch ook door andere aspekten opvalt. De keuze van een theater voor een bepaalde film is afhankelijk van een aantal factoren Het verhuurkantoor dat een film „slijt" heeft meestal contact met een bepaalde theater-combinatie. In Amsterdam zijn dat de Tuschinski-theaters (waaronder Tuschinski, Alhambra, Royal, Roxy, Nöggerath, Corso), de City-theaters (City, Plaza enz.) en de Meerburg-theaters (Calypso, Leidseplelntheater, Uitkijk, Kriterion. Cinerama, . Rembrandtpleintheater) de Cineaccombinatie (Cineac Damrak, Cineac Reg. Breestraat, Rialto), om wat „circuits" aan te geven. Het verhuurkantoor Warner Bros verkocht „L'Aveu" aan Cineac (als hoogste bieder, of omdat Warner dat graag had, wie zal het zeggen?). Daarom kwam de film niet in bijvoorbeeld Kriterion, of in Alhambra, maar in Cineac Damrak. Waarschijnlijk zit daar al de kernfout, voor zover er over fouten gesproken kan worden. In een contract tussen verhuurder en exploi. tant wordt vastgesteld hoeveel geld een film de eerste dagen, tot en met het weekeinde moot opbrengen om voor prolongatie in aanmerking te komen. Met andere woorden: of een film wel of niet in de bioscoop blijft, hangt niet af van zijn kwaliteiten, maar uitsluitend van hot optelsommetje van de cassière. Nu zijn er bioscoopexploitanten, die een film „nog een kans geven", wat soepeler over de balans van vier dagen denken, met name wanneer die film kwaliteiten heeft. Het gaat in zo'n geval om de instelling van een exploitant. De heer Meerburg heeft al enkele malen getoond (bijvoorbeeld ten aanzien van de Nederlandse film) niet altijd uitsluitend naar de kassa te kijken. De heer Blat van Cineac doet dat wel. „L'Aveu" heeft het niet slecht gedaan, maar haalde niet de afgesproken inkomsten. Dan ook geen pardon. (Deze week is de film nog in Rext Den Haag, te zien en over een paar weken komt hij terug in Cineac Reg. Breestraat of Rialto). Volgens de Cineac-directie is een . Frans gesproken turn bij een grout publiek in Nederland niet zo in trek. Dat zou de voornaamste oorzaak zijn van het falen van „L'Aveu". Uit verhaal zou men kunnen concluderen dat het misschien ook ligt aan het theater (en de eigenaar). Men kan stellen, dat de situatie in de bioscoop het steeds moeilijker maakt voor films, die wat minder gericht zijn op een „zo groot mogelijk publiek." De film zelf is de dupe. Oorzaken zijn er genoeg, schuldigen niet. Men kan er droevig of er zijn dat de „creatieve" film steeds minder kans maakt. Wte in 1970 in Nederland nog beweert dat film „kunst" is of moet zijn, praat voor een heel klein kringetje.
"GOEDE FILM ZO MAAR WEG". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
-mr w» JL M. -m. jl J*. DE BELANGSTELLING voor het filmmuseum is bij de aanvang van het nieuwe, historische, seizoen, zo groot, dat deze week zelfs een extra nachtvoorstelling moest worden ingelast. Nog even geduld en nog meer mensen kunnen erbij, als het Vondelparkpaviljoen wordt betrokken. Vo'lgende week woensdag valt er weer te smullen bij twee oude werkjes van Jean Renoir: „La Chienne" en „Boydo", uit 1931 en 1932. „La Chienne" heeft een aardig historische anecdote. Renoir had de film, naar een roman van George de la Fouchardiere, al eerder willen verfilmen. Daat kreeg hij geen steun voor, hij moest eerst een andere geluidsfilm (zijn eerste) maken, „On purge Bébé". Hij vond het geluid daarin zo amateuristisch, dat hij tijdens de opname de w.c. liet doortrekken, „zodat er tenminste één normaal geluid tussen zou zitten." Dat was zo'n revolutie, dat Renoir verder zijn gang mocht gaan. In beide films speelt Michel Simon de hoofdrol en „vooral in ..Boudu" doet hij dat zo nadrukkelijk, dat niet iedereen met zijn aanwezigheid was ingenomen. Na zo veel jaren valt er alleen maar van te smullen. In Boudu is Simon een Swiebertje, zo natuurgetrouw, dat Joop Doderen deze figuur wel moet hebben afgekeken. „La Chienne" is een soort volks melodrama over een kassier, die om de liefde voor een prostitué te gronde gaat en verwatert tot clochard. Er komt een moord in voor, wat in de jaren dertig tot hevige protesten (en succes bij het publiek) leidde. „Boudu" is, net als onze NCRV-Swebertje, een satire op kleinburgelijkheden. Twee alleraardigste films, al was het maar om een weemoedig napretteren. v. B.
"Jean Renoir". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
Van onze verslaggeefster
UTRECHT, 9 okt. — Het ziekteverzuim in de ondernemingen, dat in 1948 gemiddeld nog maar 3,5 pet. bedroeg, is opgelopen tot ongeveer 8. De welvaart en de gezondheidstoestand waren in 1948 minder dan nu. Daarom acht dr. A. Jongbloed, directeur van de Koninklijke Garenspinnerij te Gouda en lid van de commissie bedrijfsgeneeskundige dienst van het Verbond van Nederlandse Ondernemingen, een percentage van 4 normaal en redelijk. Hij vroeg zich af of het geen aanbeveling zou verdienen „gezondheidstoeslagen" te geven. Een bedrijfsarts zou leiding kunnen geven aan „gezondheidscampagnes". Dr Jongbloed zei dit op een symposion van de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde met als onderwerp „het ziekteverzuim in de onderneming en de rol van de bedrijfsarts hierin." Dr. Jongbloed zei, dat de werkgevers de stijging van het ziekteverzuim zien als een vermindering van het normbesef bij hun werknemers, maar dat dit hen vaak verhindert zich te bezinnen op de aan de gang zijnde veranderingen en de positieve mogelijkheden te benutten. De bedrijfsgebondenheid van dc werknemers wordt door allerlei omstandigheden steeds kleiner. Dr. Jongbloed oordeelt, dat alle aandacht moet worden besteed aan versterking van de bedrijfsgebondenheid, onder meer door maatregelen die de sfeer en het arbeidsklimaat gunstig beïnvloeden. Op het punt van de interne milieuhygiëne valt volgens hem voor bedrijfsartsen nog veel te doen. De sociale maatregelen ingeval van ziekte noemde hij goed voor de bonafide zieken, „maar we moeten ons wel realiseren dat een gelijke loonbetaling bij ziekte en bij werken beslist niet meehelpt om het ziekteverzuim te beperken. Er zijn aanwijzingen dat ongeveer 10 procent van het personeel zestig procent van het ziekteverzuim veroorzaakt. Hij acht het nuttig wanneer bedrijfs- en controleartsen van de bedrijfsverenigingen gegevens uitwisselen en wanneer er contact bestaat tussen de bedrijfsarts en de behandelend arts. Een jaar of tien geleden was het ziektepercentage onder de buitenlandse arbeiders het laagst. Nu dreigt dit cijfer dat van het verzuim onder de Nederlanders te overtreffen. Hij noemde een bijzondere begeleiding van de gastarbeiders door de bedrijfsarts gewenst.
"Gezondheidstoeslagen? Ziekteverzuim in bedrijven neemt voortdurend toe". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
VEENDAM, 9 okt. — In de nacht van woensdag op donderdag is ingebroken bü ccn alleenwonende vrouw. De dader (5) vcrschafte(n) zich door inkliniming toegang: tot de woning. Er wordt een bedrag van vermoedelijk ƒ 50.000 aan geld vermist.
"50 mille uit woning weg". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
IN DE LOOP van de komende tien jaar zullen de Noorse posterijen drie series uitgeven van postzegels met de portretten van Noorse geleerden die een toonaangevende rol hebben gespeeld ln de internationale en Noorse natuurwetenschappelijke onderzoekingen. De eerste serie komt op 15 oktober in omloop en bestaat uit vier zegels: van 40 öre (sepia), 50 örc (violet), 70 öre (rood-bruin) en 100 öre (blauw). Op de zegels zijn de portretten afgebeeld van bekende zoölogen: Georg Ossian Sars (op de 40 öre, zie afbeelding), Hans Ström, Johan Ernst Gunnerus en Michael Sars (op de 100 öre, zie afbeelding). De zegels zijn ontworpen door Knut Lökke-Sörensen en worden gedrukt bij Norges Banks Seddeltrykkeri in Oslo.. Acht nieuwe zegels staan er op het uitgifteprogramma voor de komende maand van de FRANSE POSTERIJEN. Maandag wordt de reeks geopend met een nieuwe zegel van één franc in de serie beroemde kunstreprodukties. Dit maal is het een weergave van het schilderij „Diana, terug van de jacht" van Boucher (zie afbeelding). De „danseres met boeket" van Degas staat gereproduceerd op de zegel van een franc die op 16 november in omloop komt. Op 19 oktober verschijnen er weer drie zegels in de reeks die gewijd is aan de Franse historie. Alle drie hebben een frankeerwaarde van 0.45 francs. Een ervan toont de zonnekoming Lodewijk XIV met het Louvre als achtergrond. Op een ander exemplaar staat kardinaal Richelieu en de derde zegel geeft de slag van Fontenoy weer. naar een schilderij van H. Vernet. De 25ste verjaardag van de Verenigde Naties wordt op 26 oktober herdacht met een zegel van 0.80 francs, waarop het embleem van de volkerenorganisatie voorkomt, links geflankeerd door het VN-hoofdkwartier in New York en rechts door het Palais des Nations ln Genève. Op 9 november volgt een zegel van 0.80 francs, gewijd aan de honderdste verjaardag van de „emission de Bordeaux", een van de vroegste Franse series met de kop van Ceres (Demeter), de godin van de landbouw en vruchtbaarheid. De zegel toont een vergezicht van de stad Bordeaux. De zegel van 20 centimes uit de Bordeaux-emissie staat rechts boven in de hoek gereproduceerd.
Het Beleg van Belfort (1870-1871) wordt herdacht met een zegel van 0.45 francs die op 16 november verschijnt. De zegel toont onder meer een portret van kolonel Denfert-Rochereau, die zich bij dit beleg heeft onderscheiden. VICTOR HAFKAMP
"postzegels Noorse serie met natuurkundigen". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
Rider on the Rain in Tuschinski Amsterdam, 18 jaar. O-cangaceiro in Cineac AD Rotterdam, 14 jaar.
"nieuwe films in nederland". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
REGISSEUR Giovanni Fago heeft met O, Cangaceiro! niet alleen eei> avonturenfilm willen maken, maar ook protest willen aantekenen tegen da onderdrukking en uitbuiting van bepaalde bevolkingsgroepen in Brazilië". De ambitieuze Italiaan heeft echter jammerlijk gefaald, want zijn ongetwijfeld goede bedoelingen komen vrijwel geen moment over. In deze Spaans-Italiaanse eo-produktie is Tomas Milian de leider van de Cangaceiros, die een niet aflatende strijd voeren tegen corrupte staats- en zakenlieden, regeringstroepen en be' roepsmoordenaars. Dat gaat dan ge* paard met eindeloze vuurgevechten eii ontelbare doden. De romantiek ont-, breekt volkomen, de humor suddert op een laag pitje. De muziek, zowel de titelsong als de gitaarpassages, vormen nog het beste deel van dit teleurstel-- lende menu uit de Romaanse keuken;
"Bloederig". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
SINGAPORE, 9 okt. — Mevrouw, Ratna Sari Devi, een der weduwen van president Soekarno, heeft hier doen weten, dat zU erin Reïnteresseerd is om filmactrice te worden, maar dat, haar besluit nog niet vast staat. Mevrouw Devi kwam naar Singapore uit Hongkong en werd op het vliegveld opgehaald in een Rolls» Royce van de Shaw Brothers, de, grootste Aziatische filmproducenten.- Deze gebroeders zouden haar willert voorstellen de rol te gaan vervullen van Hsiang Niang Niang, een klassieke. Chinese schoonheid.
"Weduwe Soekarno wordt filmster". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
ROME, 9 okt. — Taryn Power, de 17' jaar oude dochter van wijlen Tyrone Power en de actrice Linda Christian, zal haar filmdebuut maken bij regisseur Franco Zeffirelli in de rol van St. Clara, de oprichtster van de Clarissen, in een film over het leven van Sint Franciscus van Assisi. De film heet. „Brother sun, sister moon".
"Debuut voor dochter van Linda Christian". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009
VATICAANSTAD, 9 okt. (KNP) — Onder voorzitterschap van kardinaal Garrone, prefect van de Curie-congregatie voor het katholiek onderwijs, zal de plenaire vergadering van deze curiesectie zich bezig houden met wat zij noemt „de dramatische crisis in de priester- en kloosterroepingen". De plenaire vergadering is gepland voor de tweede helft van oktober. Het Vaticaan deelt naar aanleiding van dit overleg mee. dat een enquête onder de bisschoppen in de wereld heeft uitgewezen, dat de kerk zich op het ogenblik voor wnt betreft de priestei- cn kloosterroepingen in een zeer ernstige crisis bevindt Aan dc leden en consul-
toren van de congregatie voor het onderwijs is reeds een werkpapier gezonden, dat samengesteld is ip basis van de informaties uit diverse landen. Het stuk bevat ook de meest recente statistieken over priesterwijdingen en kloosterintredes, alsmede de meningen van bisschoppenconferenties over de oplossing der problematiek. Kardinaal Altrink is lid van het 42 man sterke hoofdbestuur van deze congregatie. Of hij aan vergadering zal deelnemen, is nog niet bekend. Dc vergadering der Nederlandse bisschoppenconferentie is in ieder geval gepland voor l'O oktober.
"Crisis in priesterroepingen". "De tijd : dagblad voor Nederland". Amsterdam, 1970/10/09 00:00:00, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 20-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110612244:mpeg21:p009