Een Septemberdag op de heide bij Bussum.
Tal van menscheu uit Bussurn en omstreken, tot zelfs uit Amsterdam, te voet eu te paard of wel gezeten in rijtuigen, hadden zich reeds iv den vroegen morgen van 17 Sept. vereenigd op de hoogte bg de voormalige renbaan, ten Z. O. van genoemd dorp gelegen, ten einde vandaar de groote militaire manoeuvre te aanschouwen, die daar zoude worden uitgevoerd. Er werd verondersteld, dat eene Oostpartij te Baarn overnacht had eu laugs denkortsten weg over de heide op Bussurn moest aanrukken, terwül haar dit moest belet worden door eene Westpartij, die daartoe stelling had genomen ten Z. O. van Bussurn, op de heide, ongeveer ter hoogte van den Doodweg. Verder werd aangenomen, dat de spoorweg van Hilversum naar Bussurn eene rivier zonder overgang was en de Postweg en Doodweg een kunstweg. De Oostpa.rtij bestond uit het bg Laren gekampeerde regiment grenadiers en jagers, de Westpartij uit het 7e reg. infanterie ; aau beide partijen was de noodige arlilleiie en cavalerie toegevoegd, terwül de verdedigende partij kenbaar was aan witte banden om de schakó's.
Te 9 uren had de verdedigende partg hare stelling ingenomen, rechts eu links van den Doodweg, de artillerie op dien weg eu eene sterke reserve achter den rechtervleugel der stelling. Uit de door de tegenpartij gedane verkenningen bleek het reeds spoedig, dat een frontaanval op die stelling weinig kans van slagen zoude hebben, en er werd dus getracht door eeue demonstratie in front de aau- dacht des verdedigers af te leiden, maar in werkelijkheid een aanval te doen op den linkervleugel der stelling.
Dit was trouwens geen gemakkelijke zaak op een open heide, waar de verdediger ook door patrouilles geheel op de hoogte bleef van de bewegingen des vüands. Toen dan ook, nadat de artillerie tot zwügen was gebracht, de aanval in front gelüktijdig met dien op de linker flank plaats had, had de verdediger bijtüds dien bedreigden vleugel zoodanig versterkt, dat de leider de beslissing.nam, dat de aanval was afgeslagen. De afgeslagen vijand moest terug'rekken, maar konde dit geregeld en zonder overhaasting doen, terwijl de verdediger hem nog eenige honderden passen vervolgde, waarmede de manoeuvre geëindigd was.
De eigenlijke aanval op de stalling, die verondersteld werd kunstmatig versterkt te zijn, leverde een prachtig schouwspel op. De lauge, eerst duune, doch hoe langer hoe meer gesloten tirailleurliuie, in hare geheele uitgebreidheid vooruitgaande, lateimet afdeelingen en sprongsgewijze, het gebulder van het kanonvuur eu het hevige geknetter van het geweervuur, dit alles maakte een overweldigenden indruk. Ook het bijwonen van deze manoeuvre heeft bij ons de meening versterkt, dat de aanval met ontzettende verliezen gepaard moet gaan, als de verdedigende stelling goed gekozen, maar dan ook goed verdedigd wordt. Tot dit laatste hebben wij echter een goed geoefend leger noodig, niet alleen bekwame aanvoerders, maar ook goed gedisciplineerde en goed geoefende, vooral in het schieten bedreven soldaten. Moge een nieuwe legerwet ons die spoedig bezorgen! Z.