STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

No. 567

BESLUIT van 18 December 1951, waarbij van het Veertiende Hoofdstuk der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1951 (Onvoorziene Uitgaven) een bedrag van ƒ 3 000 000 wordt overgeschreven naar het Elfde Hoofdstuk van dezelfde begroting. (Departement van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening.)

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 5 November 1951, no. 118, Generale Thesaurie, Dienst der Rijksbegroting, Afdeling Begrotingszaken;

Gelet op het rapport van Onze Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening van 11 December 1951, no. LAZ 7549, Afd. Algemene Zaken, D. v. d. L.;

Gelet op de wetten van 21 December 1950 ( Staatsblad no. K629) en 15 Juni 1951 (Staatsblad no. 218) tot vaststelling van respectievelijk de hoofdstukken XIV en XI der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1951;

Hebben goedgevonden en verstaan te bepalen:

Artikel I

Artikel 2 (Kosten Werkgelegenheidspolitiek) van hoofdstuk XIV der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1951 wordt verminderd met f 3 000 000 en dit bedrag wordt toegevoegd aan artikel 313 (Subsidie in de kosten, verbonden aan de uitvoering van cultuurtechnische werken uit te voeren in z.g. „vrij werk”) van hoofdstuk XI van dezelfde begroting.

Artikel II

Ten gevolge van het bepaalde in het voorgaande Artikel van dit besluit wordt: van Hoofdstuk XIV

verminderd en mitsdien met: gebracht op:

de Buitengewone Dienst

I. Uitgaven van aflopend karakter . . . ƒ 3 000 000 ƒ 12 000 000