van 900 t/m 1200 EPK 3 matrozen 2 machinisten

4. De tenminste vereiste bemanning van motorsleepboten zonder mechanische hulpmiddelen voor de behandeling van zware ankers en sleeptrossen, moet vermeerderd worden met een scheepsjongen, wanneer het vermogen tussen 400 en 600 EPK ligt.

5. De sleepboten waarvan de motor van de brug af wordt bediend, kunnen door de Commissie van Deskundigen ervan worden vrijgesteld om een scheepsjongen aan boord te hebben, wanneer het motorvermogen niet groter is dan 150 EPK.

De sleepboten, waarvan de motor van de brug af wordt bediend, kunnen door de Commissie van Deskundigen ervan worden vrijgesteld om een machinist aan boord te hebben, wanneer de sleepboot bestemd is om bepaalde korte trajecten te bevaren en het motorvermogen tussen 150 en 400 EPK ligt. In dit geval evenwel zal de Commissie van Deskundigen de scheepsjongen, naar gelang van de behoefte, doen vervangen door een matroos-motordrijver of een leerling-machinist.

Artikel 39

Bemanning van motorvrachtschepen 1. De bemanning van motorvrachtschepen, die bestemd zijn voor het vervoer van goederen, moet tenminste bestaan uit:

Laadvermogen:

van 15 t/m 500 t van 500 t/m 750 t van 750 t/m 1000 t meer dan 1000 t 1 matroos 1 matroos 1 jongen 2 matrozen 2 matrozen 1 jongen

2. Het aantal machinisten wordt zo nodig vastgesteld door de Commissie van Deskundigen, rekening houdende met de mate, waarin de machines bediening behoeven.

3. Indien een machinist niet is vereist, moet de schipper of een mannelijk lid der bemanning bekend zijn met de bediening van en het toezicht op de motoren en moet tenminste één ander lid der bemanning voldoende op de hoogte zijn van de bediening van de motor om deze aan te zetten of te stoppen.

4. Beneden de brug van Duisburg—Hochfeld kan, aan boord van motorvrachtschepen met een laadvermogen van niet meer dan 350 ton bij een diepgang van 1,90 m de matroos vervangen worden door een scheepsjongen of, onder de voorwaarden, genoemd in artikel 37, lid 6, door een vrouw.