STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

WET van 29 Mei 1952, houdende naturalisatie van Oskar Bass en 21 anderen.

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat er aanleiding is tot naturalisatie van Oskar Bass en 21 anderen, die aan Ons een verzoek, daartoe hebben gedaan, met overlegging — wat betreft de in de artikelen 2 en 3 genoemden voor zoveel doenlijk — van de bewijsstukken, bedoeld in artikel 3 der wet van 12 December 1892 (Stb. 268) op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 December 1951 (Stb. 593);

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De hoedanigheid van Nederlander wordt bij deze verleend aan:

1°. Oskar Bass, geboren te Wenen (Oostenrijk) 12 October 1913, bontwerker, wonende te Gouda, provincie Zuidholland; 2°. Bernhardina Agnes Becker, geboren te Haselünne (Duitsland) 6 Mei 1890, zonder beroep, wonende te Amsterdam, provincie Noordholland; 3°. Franz Joseph Dolata, geboren te Hamborn (Duitsland) 4 September 1915, mijnwerker-houwer, wonende te Brunssum, provincie Limburg; 4°. Josef Friedrich Wilhelm Donsbach, geboren te Dusseldorp (Duitsland) 1 November 1898, handelaar in machines, wonende te Soestdijk, provincie Utrecht; 5°. Désiré Charles Joseph Fontaine, geboren te Vlissingen (Zeeland) 24 April 1905, bloemist, wonende te Nijmegen, provincie Gelderland;

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Bijl. Hand. II 51/52, 2564; Hand. II 51/52, bladz. 2306; Bijl. Hand. I 51/52, 2564; Hand. I 51/52, bladz. 898—899.