STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

No. 341

WET van 12 Juni 1952, houdende nadere wijziging van het Negende Hoofdstuk A der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1951 (Departement van Wederopbouw en Volkshuisvesting). (Aankoop pand van de N.V. H. Pander en Zn. te ’s-Gravenhage.)

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzakelijkheid is gebleken van een wijziging van hoofdstuk IX A (Departement van Wederopbouw en Volkshuisvesting) der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1951, vastgesteld bij de wet van 1 Juni 1951, Stb. 203, zoals het is gewijzigd bij Ons krachtens artikel 24 der Comptabiliteitswet (Stb. 1927, no. 259) uitgevaardigd besluit van 12 December 1951, Stb. 552;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I

De hierna vermelde artikelen van hoofdstuk IX A der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1951 worden gelezen als volgt:

TITEL B. BUITENGEWONE DIENST H. KAPITAALSUITGAVEN. AFDELING I. MINISTERIE. Onderafdeling III. UITGAVEN VAN ALGEMENE AARD VAN HET MINISTERIE. Artikel 108 Nieuw-, aan- en verbouw en aankoop van gronden en opstallen door bemiddeling en ten behoeve van de Rijksgebouwendienst .....ƒ 1 336 495 waarvan komt ten laste van de diverse artikelen voor nieuw-, aan- en verbouw en aankoop van gronden en opstallen.......... 1 336 495 zodat wordt uitgetrokken . . . .- Nihil Maximum van de verplichtingen, die in 1951 zullen worde n aangegaan f 1 080 000.

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Bijl. Hand. II 51/52, 2474; Hand. II 51/52, bladz. 2221 t/m 2227; Bijl. Hand. I 51/52, 2474; Hand. I 51/52, bladz. 911 t/m 918.