STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

WET van 10 Juli 1952 ter verzekering van het beschikbaar blijven van goederen voor het geval van oorlog, oorlogsgevaar, daaraan verwante of daarmede verband houdende buitengewone omstandigheden.

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is, maatregelen te kunnen treffen ter verzekering van het beschikbaar blijven van goederen voor het geval van oorlog, oorlogsgevaar, daaraan verwante of daarmede verbandhoudende buitengewone omstandigheden;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Deze wet verstaat onder:

a. goederen: alle zaken, roerende zowel als onroerende, lichamelijke zowel als onlichamelijke; b. rechthebbenden: personen of lichamen, die goederen in eigendom, in bezit, in gebruik of uit anderen hoofde onder zich hebben; c. bevel: een last, gegeven krachtens artikel 2, eerste lid van deze wet.

1. Ieder van Onze Ministers is bevoegd — indien dit naar zijn oordeel noodzakelijk is ter verzekering van het beschikbaar blijven van goederen in geval van oorlog, oorlogsgevaar, daaraan verwante of daarmede verbandhoudende buitengewone omstandigheden —

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Bijl. Hand. II 51/52, 2419; Hand. II 51/52, bladz. 2355 t/m 2369, 2373 t/m 2380 en 2383; Bijl. Hand. I 51/52, 2419; Hand. I 51/52, bladz. 1029 t/m 1035, 1039 t/m 1044 en 1047.

Artikel 1

Artikel 2