STAATSBLAD

VAN HET

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN

il E S L U I T van 20 November 1952, houdende toepassing van artikel 3, tweede lid, van de Winkelsluitingswet 1951 ten aanzien van het dames- en het herenkappersbedrijf.

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 8 October 1952, no. 39588 MSW, Directoraat-Generaal voor de Middenstand;

Overwegende, dat een aantal organisaties in het dames- en het herenkappersbedrijf het verzoek heeft ingediend om met toepassing van artikel 3, tweede lid, van de Winkelsluitingswet 1951 (Stb. 1952, 38) te bepalen, dat het in artikel 2, onder c, van die wet gestelde verbod een winkel op werkdagen na 18 uur voor het publiek geopend te hebben, niet geldt van 18 tot 18.30 uur voor winkels, waar het bedrijf van dames- of herenkapper pleegt te worden uitgeoefend;

dat in de betrokken bedrijven geen bevoegde hoofdbedrijf- of bedrijfschappen, als bedoeld in artikel 66, tweede lid, van de Wet op de Bedrijfsorganisatie (Stb. 1950, K 22), bestaan;

dat de verzoekende organisaties zijn erkend op grond van artikel 5, eerste lid, van de wet van 22 April 1855 en dat aan het vereiste van representativiteit naar Ons oordeel is voldaan;

Overwegende, dat inwilliging van het gedane verzoek wenselijk is;

Gelet op de artikelen 3, tweede lid, en 14, eerste lid, van de Winkelsluitingswet 1951;

De Raad van State gehoord (advies van 4 November 1952, no. 27);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 13 November 1952, no. 45188 W.J.A.;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Het in artikel 2, onder c, van de Winkelsluitingswet 1951 vervatte verbod, een winkel op werkdagen na 18 uur voor het publiek ge-