2° Karol Bluszcz, geboren te Pszów-Kokoszyce (Polen) 25 April 1898, mijnwerker, wonende te Brunssum, provincie Limburg, met bepaling, dat zijn geslachtsnaam en die van zijn wettige minderjarige kinderen wordt veranderd in: Blusch, en met last op de ambtenaren van de burgerlijke stand om in hun registers van de verandering melding te maken op de kant der acten, waarin de geslachtsnaam in zijn oorspronkelijke spelling voorkomt;
3° Gertrud Bïittgen, weduwe van Hermann Rosenberg, geboren te Keulen (Duitsland) 11 Februari 1891, ontwerpster van corsetten, wonende te Aerdenhout, gemeente Bloemendaal, provincie Noordholland;
4° Luigi Copic, geboren te Fontana del Conté (Italië) 16 Juni 1914, kleermaker-coupeur, wonende te Geleen, provincie Limburg;
5° Rudolf Fischl, geboren te Libesice (Tsjecho-Slowakije) 21 November 1896, procuratiehouder, wonende te Rotterdam, provincie Zuidholland;
6° Andreas Theodorus Georgiades, geboren te Buca, Izmiz (Turkije) 29 November 1921, magazijnchef, wonende te Amsterdam, provincie Noordholland;
7° Bernhard Haun, geboren te Oberbalbach (Duitsland) 25 Januari 1882, winkelier, wonende te Eindhoven, provincie Noordbrabant;
8° Johan Wilhelm Sijlvester Hemme, geboren te Assen (Drenthe) 5 Maart 1914, wever, wonende te Denekamp, provincie Overijssel;
9° Maria Johanna De Ketelaere, geboren te Terneuzen (Zeeland) 19 April 1907, hulp in de huishouding, wonende te Zwijndrecht, provincie Zuidholland;
10° Johann Josef Krings, geboren te Klinkheide-Kohlscheid (Duitsland) 21 December 1900, mijnwerker, wonende te Kerkrade, provincie Limburg;
11° Georg Lindemaan, geboren te Emden (Duitsland) 27 Februari 1888, boekbinder, wonende te Vlaardingen, provincie Zuidholland;
12° Frigyes Ott, geboren te Boedapest (Hongarije) 15 October 1914, metaaldraaier, wonende te Hengelo, provincie Overijssel;
13° Jessie Price, geboren te Chester (Groot-Brittannië) 13 Februari 1898, hulp in de huishouding, wonende te ’s-Gravenhage, provincie Zuidholland;
14° Paul Röring, geboren te Vreden (Duitsland) 15 Juli 1902, smid, wonende te Neede, provincie Gelderland;
15° Johan Hendrik Schmets, geboren te Wittem (Limburg) 25 April 1909, mijnwerker, wonende te Wittem, provincie Limburg;
16° Franz Statucki, geboren te Recklinghausen (Duitsland) 30 September 1913, smeerder in een garage, wonende te Heerlen, provincie Limburg;
17° Auguste Emilie Strohwald, geboren te Snieciska (Polen) 18 September 1894, huishoudster, wonende te ’s-Gravenhage, provincie Zuidholland;
18° Hanna Margarete Edith Helene Winter, geboren te BerlijnCharlottenburg (Duitsland) 3 Juli 1913, in- en verkoopster van confectie, wonende te Amsterdam, provincie Noordholland.
Artikel 2. Met afwijking voorzoveel nodig van het bepaalde bij artikel 3, tweede en vierde lid aanhef en onder 2° en 3°, der Wet van 12 December 1892 (Stb. 268) op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, laatstelijk gewijzigd bij de Wet van 21 December 1951 (Stb. 593), wordt bij deze de hoedanigheid van Nederlander verleend aan Robert Julian Bilski, geboren te Posen (Polen) 1 Juni 1913, chef van een benzinestation, wonende te Leidschendam, provincie Zuidholland.
Artikel 3. Met uitbreiding van het bepaalde bij artikel 6 der Wet van 12 December 1892 (Stb. 268) op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 December 1951 (Stb. 593), wordt bij deze de hoedanigheid van Nederlander verleend aan:
1° Adriana Goverdina Lindemann, geboren te Vlaardingen (Zuidholland) 23 December 1928, kantoorbediende, wonende te Vlaardingen, provincie Zuidholland;
2° Bernhard Hermann Lindemann, geboren te Vlaardingen (Zuidholland) 19 April 1926, chemicus, wonende te Vlaardingen, provincie Zuidholland.
Artikel 4. Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging.
Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven ten Paleize Soestdijk, 8 Juli 1953.
JULTANA.
De Minister van Justitie,
L. A. DONKER.
Uitgegeven de zeventiende Juli 1953.
De Minister van Justitie, L. A. DONKER.
Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal: Bijl. Hand. II 52/53, 2892; Hand. II 52/53, bladz. 2651; Bijl. Hand. I 52/53, 2892; Hand. I 52/53, bladz. 2231.
329
WET van 8 Juli 1953, houdende naturalisatie van Viliam Gustav Bedrich Angermeyer en 19 anderen.
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat er aanleiding is tot naturalisatie van Viliam Gustav Bedrich Angermeyer en 19 anderen, die aan Ons een verzoek daartoe hebben gedaan, met overlegging — wat betreft de in artikel 2 genoemde voor zoveel doenlijk — van de bewijsstukken, bedoeld in artikel 3 der wet van 12 December 1892 (Stb. 268) op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 December 1951 (Stb. 593);
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel 1. De hoedanigheid van Nederlander wordt bij deze verleend aan:
1° Viliam Gustav Bedrich Angermeyer, geboren te Bratislava (Hongarije) 1 Juli 1890, importeur en exporteur, wonende te ’s-Gravenhage, provincie Zuidholland;
2° Johann Wilhelm Bulten, geboren te Suderwick (Duitsland) 22 Maart 1906, smidsknecht, wonende te Zelhem, provincie Gelderland;
3° Léon Calle, geboren te Hontenisse (Zeeland) 4 Februari 1910, schilder, wonende te Terneuzen, provincie Zeeland;