2. Met ingang van de datum van herindeling worden: a. de volgende nieuwe gemeenten gevormd: I. Wester-Koggenland, van welke deel uitmaken het gebied van de op te heffen gemeenten Avenhorn en Oudendijk alsmede gedeelten van de op te heffen gemeenten Ursem, Berkhout, Opmeer, Wognum en Obdam en van de gemeente Heerhugowaard, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het derde lid; II. Obdam, van welke deel uitmaken gedeelten van de op te heffen gemeenten Hensbroek, Obdam en Opmeer alsmede een gedeelte van de gemeente Heerhugowaard, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het vierde lid; III. Wognum, van welke deel uitmaken gedeelten van de op te heffen gemeenten Wognum, Berkhout, Zwaag, Nibbixwoud, Midwoud en Sijbekarspel, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het vijfde lid; IV. Opmeer, van welke deel uitmaken gedeelten van de op te heffen gemeenten Opmeer, Hoogwoud, Wognum, Sijbekarspel en Abbekerk, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het zesde lid; V. Noorder-Koggenland, van welke deel uitmaken het gebied van de op te heffen gemeenten Opperdoes en Twisk alsmede gedeelten van de op te heffen gemeenten Sijbekarspel, Hoogwoud, Abbekerk, Midwoud, Wervershoof en Nibbixwoud, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het zevende lid; VI. Wervershoof, van welke deel uitmaken gedeelten van de op te heffen gemeenten Wervershoof, Nibbixwoud, Westwoud en Hoogkarspel en van de gemeente Medemblik, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het achtste lid; VII. Stede Broec, van welke deel uitmaken gedeelten van de op te heffen gemeenten Grootebroek, Bovenkarspel en Venhuizen, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het negende lid; VIII. Bangert, van welke deel uitmaken gedeelten van de op te heffen gemeenten Blokker, Westwoud en Hoogkarspel, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het tiende lid; IX. Hoorn, van welke deel uitmaken het gebied van de op te heffen gemeente Hoorn alsmede gedeelten van de op te heffen gemeenten Zwaag en Blokker en gedeelten van het IJsselmeer, een en ander in dier voege dat de grens van deze nieuwe gemeente komt te lopen als is omschreven in het elfde lid; b. aan de gemeente Andijk toegevoegd gedeelten van de op te heffen gemeenten Wervershoof, Grootebroek en Bovenkarspel, alsmede een gedeelte van het IJsselmeer, een en ander in dier voege dat de nieuwe grens van de gemeente Andijk komt te lopen als is omschreven in het twaalfde lid; c. aan de gemeente Venhuizen toegevoegd gedeelten van de op te heffen gemeenten Blokker, Westwoud, Hoogkarspel, Grootebroek en Bovenkarspel, een en ander in dier voege dat de nieuwe grens van de gemeente Venhuizen komt te lopen als is omschreven in het dertiende lid. 3. De grens van de nieuwe gemeente Wester-Koggenland wordt gevormd door een lijn, beginnende in een punt gelegen in het IJsselmeer, zijnde het meest oostelijk gelegen punt van de gemeentegrens tussen de op te hefffen gemeenten Hoorn en Avenhorn en volgt vanaf dat punt in ongeveer westelijke richting de grens tussen de op te heffen gemeenten Avenhorn en Hoorn tot het punt waarde bestaande grenzen tussen de op te heffen gemeenten Hoorn, Berkhout en Avenhorn tezamen komen. Hierna volgt de nieuwe gemeentegrens in ongeveer noordelijke richting de bestaande grens tussen op de op te heffen gemeente Berkhout enerzijds en de op te heffen gemeenten Hoorn en Zwaag anderzijds tot het punt waar de percelen,