Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 1979

292

Besluit van 3 mei 1979 houdende aanwijzing van het verpleeghuis voor geestelijk gestoorde bejaarden «De Landrijt» te Eindhoven als een inrichting, welke niet als een gesticht voor krankzinnigen wordt beschouwd

Wij Juliana, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid en Milieuhygiëne van 23 april 1979, DG Vgz/VKG/VE, nr. 20806;

Gelet op artikel 7, onder 2°, van de wet van 27 april 1884 (Stb. 96), tot regeling van het staatstoezicht op krankzinnigen;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

1. Het verpleeghuis voor geestelijk gestoorde bejaarden «De Landrijt» te Eindhoven wordt aangewezen als een inrichting, welke niet als een gesticht voor krankzinnigen wordt beschouwd. 2. Aan deze aanwijzing worden de voorwaarden verbonden, vermeld in de volgende artikelen. 3. Deze voorwaarden kunnen door Ons worden gewijzigd of aangevuld.

Artikel 2

In de inrichting mogen niet meer dan 140 patiënten worden verpleegd.

Artikel 3

1. Zondertoestemming van Onze Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne mogen in de inrichting geen veranderingen worden aangebracht, welke ten gevolge zouden hebben dat de inrichting niet meer geheel overeenkomt met de door het bestuur van genoemde inrichting overgelegde tekeningen. 2. Een kopie van deze tekeningen, aangepast aan de werkelijke toestand, dient in de inrichting aanwezig te zijn.

Artikel 4

Zonder toestemming van Onze Minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne worden op het terrein van de inrichting geen opstallen, tenzij overeenkomstig de tekeningen bedoeld in artikel 3, opgericht en mag niet aan derden de beschikking over enig deel van dit terrein worden gegeven.