georiënteerde partijen, dan is o.i. zulk een strijd tegen ons niet minder dan politiek onfatsoen. Als zulk een strijd de „straf" voor de Ned. kiezeres zou moeten zijn, toegediend door mannen-partij-besturen, die hun eigen gepubliceerde feministische program-punten met voeten treden, welnu, dan zullen wij met gerustheid afwachten, welken weg de Ned. Kiezeres —• wakker geschud — zal gaan.
En hiermede hopen wij eene verduidelijking onzer bedoelingen aan onze mede-leden te hebben gegeven. Voor degenen, die zich voor ons standpunt interesseeren mogen wij verwijzen naar de tweede ondergeteekende.
Het Voorloopig Comité voor het indienen eener Vrouwen-lijst:
Mevr. POLAK—KIEK, A'dam.
Mevr. SYPKENS-v. ANDEL, Van Hogendorplaan 3, Amersfoort.
Mej. C. HISSINK, Haarlem.
Mevr. TALENS-EBBENS,
Apeldoorn.
Wij willen de geachte inzendsters de gelegenheid tot „rechtzetting" in onze kolommen niet onthouden en geven ook gaarne daarna weer het woord aan haar die een andere meening zijn toegedaan. Toch dient m.i. de voorlaatste alinea, die over het vijfde contra-argument handelt, alvast niet onweersproken te blijven, daar het tot verder misverstand aanleiding moet geven. Het is immers duidelijk, dat wanneer de links georiënteerde partijen een z.g. vrouwenlijst zouden bestrijden, zij dit niet zouden doen als „straf" maar juist als geestverwanten, waarschuwend tegen een onjuiste tactiek die h.i. de goede zaak, door afscheiding, die onderlinge bestrijding onvermijdelijk meebrengt, ernstig afbreuk zou doen, inplaats van haar te bevorderen.
M. C. T.
UIT DE VEREENIGING
Th. M. Ketelaar f
Weer is een van onze oude vrienden heengegaan, onze trouwe medestrijder voor de gelijkgerechtigdheid van de vrouw.
Ketelaar is op zijn 70sten verjaardag, zoowel als nu bij zijn plotseling overlijden als geestdriftige onvermoeide werker voor de gemeenschap gehuldigd, als volksvertegenwoordiger in Parlement, Staten en Raad, steeds opnieuw door het vertrouwen van de kiezers gedragen.
Warme woorden van dank en hulde zijn hem gebracht voor zijn groote toewijding aan de zaak
van het onderwijs, voor het volkskind en den onderwijzer.
Als penningmeester van het Centraal Genootschap voor de vacantiekolonies heeft hij tot het laatst toe zijn beste krachten gegeven aan de gezondheid van het kind. Echter één kant van zijn arbeidzaam leven, dat bij zijn graf niet belicht kon worden, zou ik hier graag in dankbare herinnering naar voren willen brengen.
Want ook wij vrouwen hebben een groot verlies geleden door het heengaan van Ketelaar. In den strijd om onze rechten stond hij steeds aan onze zijde.
Nooit werd tevergeefs een beroep op hem gedaan. Altijd was hij bereid ons te steunen, zijn gaven aan onze taak te wijden.
En zoo is het gebleven, ook na de invoering van het kiesrecht voor de vrouw.
Wie ook, vooral in crisistijd, de vrouw in den strijd om het bestaan bij den man achterstelde, niet Ketelaar. Hij was een vriend op wien we altijd konden rekenen.
Wij zullen onzen trouwen strijdmakker met groote dankbaarheid blijven gedenken.
B. B. N.
Vrijheid van arbeid voor de vrouw. — Een telegram aan den minister.
Eenigen tijd geleden meldden enkele dagbladen, dat het in het voornemen van den Minister van Sociale Zaken, mr. Slingenberg, lag om het wetsontwerp inzake vrouwelijke arbeidskrachten, zij het in eenigszins gewijzigden vorm, eind Juni in te dienen.
Zooals bekend, werd in het voorontwerp van wet voorgesteld den arbeid in fabrieken en kantoren voor meisjes beneden de zestien jaar te verbieden, terwijl der regeering de bevoegdheid zou worden gegeven bij Koninklijk Besluit bepaalde soorten van arbeid voor de vrouwen te sluiten.
Naar aanleiding van deze berichten had het Comité tot Verdediging van de Vrijheid van Arbeid voor de Vrouw op 23 Juni j.1. een vergadering met de besturen der twintig aangesloten vereenigingen uitgeschreven, ter bespreking van de eventueel te voeren actie.
Zestien der samenwerkende organisaties hadden aan de uitnoodiging gehoor gegeven.
Verschillende plannen werden besproken en vastgesteld. Er heerschte in de vergadering volkomen overeenstemming over de te volgen gedragslijn.
Voorts werd het volgende telegram aan den minister verzonden:
„Het Comité tot Verdediging van de Vrijheid van Arbeid voor de Vrouw, waarbij zijn