baar vanzelfsprekende verkaveling hier geleid heeft tot een aantrekkelijke wijk, niettegenstaande de zeer hinderlijke aansluitingen op de bestaande bebouwing"? Hier is een wijk, waar de bewoner zich nergens heeft heen te zetten over esthetische parmantigheden van den ontwerper, of ook in het beste geval, zijn aanvankelijk genoegen in deze gezochte schilderachtigheden ziet afstompen door dagelijkschen wederkeer.

Evenals voor het geheele plan zijn ook voor dit verkavelingsplan de straatprofielen ieder voor zich bestudeerd en aangegeven; ik meen dat voor het geheele plan ruim 360 dezer profielen zijn onderscheiden! Dit is zeker een arbeid, die juist bij het eenvoudige stratenschema dubbel de moeite loont.

Eindelijk nog een losse opmerking over wat de ontwerper noemt de „techniek van het plan”; bedoelende de wijze waarop het plan wordt ingeschakeld in het algemeene bestuurssysteem.

Er is buiten het eigenlijke uitbreidingsplan, maar binnen de gemeentegrenzen, een plan-in-hoofdzaak aangegeven met: de mogelijk te verwachten bebouwing als bestemming-in-verdere-toekomst; de verkeersverbindingen die daarbij gewenscht zijn; en de rooilijnen, ook langs bestaande wegen.

’ Nu is de f|fßur zoo,'3at de bouwverordening eigen-

lijk het plan in zich opneemt, het althans omsingelt. Deze verordening onderscheidt verschillende zones. Zoo valt het plan-in-onderdeelen in de 4e zone, en het plan-in-hoofdzaak in de 5e zone. Voor deze 5e zone wordt de geheele bebouwing in de verordening geregeld.

Deze regeling heeft inderdaad voordeelen: er ontstaat een stevig geheel, gemakkelijk door den betrokken dienst te beheerschen. En er wordt een eenvoudig antwoord gegeven op de vraag, de vaak penibele vraag: Wat en hoe mag ik bouwen in het plan-in-hoofdzaak op gronden die in verdere toekomst voor bouwterrein worden bestemd? Daar geeft nu de bouwverordening het afdoende antwoord op in art. 23 sub 5, waar de gebouwen in de 5e zone worden beperkt tot die voor landbouwdoeleinden, villa's of openbare gebouwen, hotels, gestichten, enz. en de afstand onderling op 70 m is vasteesteld.

■ Einfach, abe'r gut? Zou de bedoeling van de Woningwct met het plan-in-hoofdzssk inderdaad toelsten bestemm'ngsomschrijvingen voor dit plan worden gegeven in de bouwverordening 1 Zoodat deze aan een wettelijk voorgeschreven procedure met bijv, openbare tervisielegging zijn onttrokken? Maar ook: is deze uniforme bepaling voor alle wegen, voor alle gronden, voor alle gevallen te aanvaarden? Blijft er dan nog iets van het plan-in-hoofdzaak, dat niet in de bouwverordening of