Wordt teruggekaatst, doch zich tusschen de dwarsstrooken door kan verliezen. Verder zou een langsbebouwing het Beatrixpark geheel van de wijk afsluiten en omgekeerd ook van dit park uit als een veel te hooge en te gesloten afscheiding werken. Uit het lengteprofiel van afbeelding d (bijlage), waarin een schematisch aanzicht van de zijde van het park gezien naar de Beethovenstraat tusschen Zuider-Amstelkanaal en ringspoorbaan is weergegeven en uit de beide afbeeldingen van de maquette van het geheele plan is duidelijk te zien, dat de koppen der dwarsstrooken met de daartusschen geplante hoornen niet als afsluiting werken, doch het park harmonisch bij de wijk doen aansluiten en als het ware daarin doen overgaan.

Deze groepeering der flatgebouwen brengt mede, dat de daarin gelegen woningen alle op het Zuiden komen te liggen, een situatie, die bij de tot nu toe gebruikelijke rooilijnafstanden, bouwbloklengten en woningindeelingen steeds een gebrekkige lichttoetreding ten gevolge heeft. In dit geval, waar de bouwstrooken 28 meter uit elkander staan, de gebouwen alle van sousterrain met bergplaatsen worden voorzien en de bouwstrooken zeer kort en onderling verspringend zijn ontworpen, zullen de zonnestralen steeds langs de afdekkende bouwstrook tot de achtergelegen woningen kunnen doordringen. Niettemin zal de indeeling der aldus gelegen woningen natuurlijk aan deze gunstige situatie moeten worden aangepast, opdat alle voordeelen daarvan worden benut en de na-

deelen zooveel mogelijk ondervangen. Aangezien de Bouwverordening geen bepalingen ten aanzien van deze materie bevat, is in de bebouwingsvoorschriften (art. 5 lid 1) bepaald; ~Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eischen stellen aan de indeeling der woningen ten einde een doelmatige bewoning te bevorderen”. Dat deze bepaling, zelfs voor de woningen van welgestelden, waarom het hier gaat, niet overbodig is, heeft de praktijk uitgewezen.

Een soortgelijke ligging der 4 hoog flatgebouwen is ook toegepast aan het einde van de Minervalaan en bij de kruising van den Parnassusweg met de Oost-West gerichte straat en voor de 3 hoog bebouwing ten Westen van den Parnassusweg; in deze gevallen heeft in hoofdzaak de behoefte aan afwisseling in het stadsbeeld voor de oriënteering den doorslag gegeven. De foto s der maquette geven een indruk van het te verwachten resultaat.

Bij de eengezinshuizen is de Oost-West oriënteering toegepast langs de randen van het ontworpen kanaal, dat ten Westen van den Parnassusweg in Zuidelijke richting van het Zuider-Amstelkanaal naar de wijken buiten de ringbaan zal voeren. Ook hier gold weder het motief, de open ruimte door dit kanaal met de ten Westen daaraangrenzende begraafplaats gevormd, niet door een rij woningen af te sluiten. |

I Overal is de wijk aan de randen zooveel mogelijk open-

Afb. 5. Maquette van het plan. gezien uit Noord-Oostelijke richting. Op den voorgrond links het Beatrixpark; aan de rechterzijde van het Zuider-Amstelkanaal het bestaande stadsdeel ..Zuid