– BBnOTÏÏffl'lülM \ j 1""1 ■ ■ll ”• FIUORESCENTIELAMPEN (IV)

11. Stroboscopisch effect Fiuorescentielampen hebben met alle gasontladingslampen voor wisselstroom var. 50 perioden dit gemeen, dat ze per seconde 100 maal aan en uitgaan, want in elke periode is de stroom inde lamp tweemaal op volle sterkte en tweemaal nul. We hebben dus eigenlijk een onderbroken of intermitterende verlichting, daar de lichtsterkte van de lamp met de stroom varieert tussen nul en maximum. Toch bemerkt men gewoonlijk daar niets van. Onze ogen zijn te traag om de snelle veranderingen inde lichtsterkte te kunnen waarnemen. Een lichtflits, hoe kort ook van duur, wordt door onze ogen ongeveer een achtste seconde lang vastgehoudon. Op stilstaande voorwerpen zijn derhalve de snelle lichtflikkeringen niet waarneembaar. Anders wordt het evenwel als ineen bedrijf met snel bewegende machines fiuorescentielampen voor verlichting worden gebruikt. Onder bepaalde omstandigheden schijnen bewegende delen van de machines een veel langzamer beweging te hebben. Soms schijnt het alsóf ze inde verkeerde richting draaien en het kan zelfs gebeuren, dat het schijnt alsof ze stilstaan. Men vat deze verschijnselen samen onder de naam stroboscopisch effect. Met een voorbeeld willen we trachten dit effect te verklaren. Men stelle zich in de figuur voor, dat op een draaiende as, bijvoorbeeld vaneen draaistroommotor, een schijf is bevestigd waarop twee zwarte papieren sectoren zijn geplakt die door witte sectoren zijn gescheiden. Verlichten wede schijf dooreen gasontladingslamp, dan kan het gebeuren., dat op het ogenblik wanneer de lamp haar grootste lichtsterkte heeft, de sector A zich tegenover een vast punt P bevindt. Draait de schijf synchroon, dwz. in dezelfde tijdmaat, met de veranderingen inde lichtsterkte van die inde lamp, dan

zal een halve periode later, wanneer de lamp weer haar grootste lichtsterkte heeft, de sector A zich weer tegenover het punt P bevinden. Telkens dus, wanneer de lamp haar meeste licht uitstraalt, bevindt zich tegenover Peen zwarte sector, zodat deze schijnbaar stilstaat. Draait de as met de schijf iets langzamer dan synchroon, dan zal bij de opeenvolgende maxima’s inde lichtsterkte, de sector A zich eerst bevinden in P, dan in Q, vervolgens in R, enz.; het is alsof nu de sectoren draaien in

een richting tegengesteld aan die van de schijf. Omgekeerd, zou de schijf iets ] sneller draaien dan synchroon, dan i zouden wede zwarte sectoren langzaam i zien draaien inde draaiingsrichting van : de schijf. j Het beschreven stroboscoplsch effect is | ook goed waar te nemen bij tafelventi- 1 latoren, waar de schroefbladen de rol 1 van de sectoren vervullen. Zeer eenvou- 1 dig is het effect te zien als men zijn hand met uitgespreide vingers voor de g lamp heen en weer beweegt. j Om de hinder die het stroboscoplsch

effect bij verschillende werkzaamheden veroorzaakt op te heffen, zijn verschillende oplossingen mogelijk. Bijvoorbeeld door het licht van de fluorescentielamp te mengen met dat vaneen buisvormige gloeilamp. Bij een gloeilamp is het effect veel geringer, omdat de gloeidraad door zijn warmtecapaciteit nog gloeit wanneer de stroom periodiek door zijn nulwaarden gaat. Deze oplossing is echter minder ' gelukkig. Het voordeel van de hoge lichtopbrengst vaneen fluorescentielamp wordt weer voor een deel te niet gedaan door het kleinere rendement van de gloeilamp. Waar een drie-phasen aansluiting aanwezig is, kan men de lampen over twee of drie phasen verdelen, liefst zó, dat twee lampen die op verschillende phasen zijn aangesloten in één verlichtingsarmatuur zitten. Bij drie-phasen wisselstroom zijnde stromen inde lampen een derde periode in phase verschoven en derhalve nooit gelijkmatig nul. – Daar in zeer vele gevallen slechts een éénphase aansluiting bestaat, worden tegenwoordig twee lampen, die in één verlichtingsarmatuur zijn aangebracht, met twee verschillend werkende voorschakelapparaten aangesloten op één phase. Het voorschakelapparaat van de ene lamp veroorzaakt dat de stroom in die lamp na-ijlt op de spanning; het voorschakkelapparaat van de tweede lamp maakt dat de stroom daarin voorijlt op de spanning. Het phaseverschil dat daardoor tussen beide stromen ontstaat, is ongeveer 120°, d.i. een derde periode. Twee voordelen worden verkregen: ten eerste wordt het stroboscoplsch effect bijna 'geheel opgeheven en ten tweede is de arbeidsfactor van de installatie, cos phi, bijna gelijk aan 1. Over deze schakeling, die in het voorgaande reeds als de duoschakeling werd genoemd, ineen slotartikel. v.d. Z.

r Rayon Arnhem 4000 leden en een familiefeest (M.) Op de Iste Mei overschreed het ledental van het rayon Arnhem de 4000. ogenblik stil te staan. of 'zelfs1 be^angr'ij^ ledencijfer overschrijdt, maar het beleden in het rayon Arn ledental '1.7 verauooenng van ne nu t f °jr ... “rTT. 'n ras?n ® s ..’ Te, L™ a vel®Preid w overeen tiental afdelingen. Direct na evnj ng werden deze afdelmge we“' °Pgencht, e« er kwam tevens een vler a. meuw® afdelingen bij, Bij dez vlbr meuwe afdelingen is het echter nie m r’ want het rayon telt momentee 19 afdelingen en een groep Bijna alle afdelingen hebben hun voo * oorlogse ledental weer terug, en er zijn er. zelfs bij, die bijzonder sterk gegroeid zijn. Wij zouden gaarne de afdelingen stuk voor stuk noemen, want van elke afdeling valt wel iets bijzonders te vertellen. Wij moeten echter volstaan met te constateren, dat wij verheugd zijn in deze omgeving een groep werkers te hebben, die onze Bond mede sterk gemaakt hebben, en er voor hebben gezorgd, dat het rayon Arnhem thans meer dan 4000 leden telt. Dit heuglijke feit zal niet ongemerkt voorbij gaan, want op Hemelvaartsdag (26 Mei) vindt er voor dit rayon een familiebijeenkomst plaats in het Open- I luchttheater te Arnhem, waar een prachtig programma wordt uitgevoerd, Alle afdelingen uit het rayon nemen hieraan deel, en zullen op deze wijze mededelen inde vreugde over het be* reikte resultaat, N ; monteur dermate werden beledigd, dat hij waarschijnlijk voor de verdere duur van zijn leven blind zal zijn. Ook inde oorlogsjaren hebben zich soortgelijke ontploffingen voorgedaan, waarbij in één geval tot amputatie moest worden overgegaan, terwijl ineen ander geval de verwondingen van dusdanige aard waren, dat de 16-jarige leerlingelectricien twee dagen later in het ziekenhuls overleed.

Etsen van staal Onder etsen willen we hier verstaan het langs scheikundige weg aanbrengen van inscripties, verdelingen, enz. ineen of ander metaal. Om te etsen heeft men nodig een zg. etsgrond en een etsvloeistof. De etsgrond dient om er dein het metaal te etsen letters, cijfers, verdelingen of andere voorstellingen in te tekenen en om het overige metaal af te dekken en daarmede te beschermen tegen de inwerking van de etsvloeistof. Het tekenen inde etsgrond geschiedt met een etsnaald, waarmede op de te etsen plaatsen de etsgrond zorgvuldig wordt verwijderd, zodat het metaal bloot komt. Het materiaal dat voor de etsgrond wordt gebruikt, bestaat uit; 2 delen asphalt of mastiek. X deel hars, 1,5 deel bijenwas. Men smelt eerst de tot poeder gestampte mastiek en voegt er achtereenvolgens de hars en de was bij. Dan laat men het mengsel wat bekoelen, om het vervolgens in warm water te kneden en tot een staafje te vormen. Het af te dekken metaal wordt verwarmd tot het staafje er op smelt. Men smeert het metaal er mede in en zorgt, dat er na bekoeling een dunne gelijkmatige etsgrond ontstaat. Zwarte Japanlak, die na 24 uur droog is, wordt ook wel als etsgrond gebruikt. Als etsnaald neemt men een stukje staal, 3 a 4 mm dik, waaraan overeen lengte van 20 mm een punt is geslepen. De punt moet niet scherp zijn, maar afgestompt tot 0,1 a 0,2 mm. Hette etsen gebied wordt omringd door een walletje, de zg. etsrand, die men ongeveer 1 cm hoog maakt. Als materiaal daarvoor dient kleefwas, dat zich bij handwarmte gemakkelijk laat kneden en vormen. Kleefwas bestaat uit: 100 delen bijenwas, 5 delen Venetiaanse terpentijn, 1 deel machineolie Ook gebruikt men voor de etsrand een mengsel van: 6 delen bijenwas, 7 delen pek, 2 delen Venetiaanse terpentijn, 4 delen talkvet. Voor het étsen van staal worden ver-

schillende etsvloeistoffen gebruikt. Een eenvoudig recept is het volgende; 1 deel geconcentreerd salpeterzuur (niet rokend) verdunnen met 1 deel gedestilleerd water. Een andere etsvloeistof, geschikt voor fijne verdelingen, bestaat uit: 1 deel zilvernitraat, 8 delen salpeterzuur met een s.g. 1,22, 30 delen methylalcohol (wijngeest), 60 delen gedestilleerd water (met delen wordt bedoeld gewichtsdelen). Hette étsen oppervlak wordt zoveel mogelijk horizontaal geplaatst. Met een haarpenseel of met een druppelbuisje brengt men er de etsvloeistof op. De duur van inwerking bedraagt 5 tot 10 minuten. Wil men dieper etsen, dan zuigt men met een sponsje of filtreerpapier de uitge– werkte vloeistof weg en herhaalt het met nieuwe etsvloeistof. Meestal is tweemaal opbrengen van etsvloeistof voldoende. Bij het etsen is het aan te bevelen de vloeistof in beweging te houden om het vastzetten van gasbellen en slikvormige etsproducten te vermijden. Behalve door schudden, kan dit ook geschieden door een haarpenseel inde vloeistof te bewegen. v.d. Z.

LEVENSGEVAARLIJKE RA 010-ONDERDELEN De Electrotechnisch Adviseur bij de Arbeidsinspectie verzoekt ons om opneming van het volgende. Een ongeval met ernstige afloop, dat kort geleden een radio-monteur ineen Brabants dorp trof, heeft de aandacht gevestigd op de aanwezigheid hier te lande van „radio-onderdelen”, welke levensgevaarlijk blijken te zijn en bedrieglijk veel lijken op onschuldige toestellen, die inde huidige radiotechniek worden toegepast. In het onderhavige geval zou een 22- jarige monteur zulk een „radio-onderdeel” doormeten en hij sloot hiertoe de aanslultdraden er van aan op een accumulator met een klemspannlng van 2 volt. Het gevolg was, dat het voorwerp ontplofte, waardoor de beide ogen van de

Genoemde ongevallen deden zich alle voor in werkplaatsen van radio-ondernemingen. Uit de gevonden overblijfselen van de ontplofte voorwerpen en uit verklaringen van personen die dergelijke voorwerpen in hun bezit hebben gehad kan worden opgemaakt, dat zij bestaan uit met bruin papier omwikkelde pakketjes van 5 a 6 cm lengte, 2 a 2J cm breedte en 6 a 7 mm dikte, voorzien van twee samen aan één – contactpen vebbonden rode draden en van twee witte draden, eveneens samen aan één contactpen. De pakketjes zijn kennelijk met springstof gevuld en werden inde oorlog vermoedelijk gebruikt voor het vernietigen van radio- en radartoestellen van neergeschoten vliegtuigen door de bemanning, om de constructie geheim te houden. De eigenaar van de radiowerkplaats, waar zich eerstbedoeld ongeval voordeed, had nog tal van andere onderdelen in zijn bezit, weike van de geallieerde legers afkomstig waren. Degenen, die eveneens over dergelijke voorraden mochten beschikken wordt dringend aangeraden, na te gaan of zich daaronder gevaarlijke voorwerpen bevinden en bij enige twijfel de bevoegde autoriteiten te waarschuwen. Men zij dus op zijn hoede!

N.V. „Industrie” opent nieuwe fabriek te Nunspeet

(G. E.) De directie van de N.V. „Industrie” te Vaassen nodigde ons uit aanwezig te zijn bij de opening van haar nieuwe fabriek te Nunspeet. Ineen ruime hal, welke voorheen de fa, Obbes toebehoorde, is nu de afdeling metaalgieterlj gevestigd, d.i. de aluminiumgieterij, die tot nu toe in Vaassen een (benauwd) onderdak had. In zijn welkomstwoord tot dp genodigden en arbeiders liet de directeur, dé heer Achterberg, optimistische klanken horen. Als vandaag deze fabriek in bedrijf gesteld wordt, zo zei hij, zullen er een 80 man arbeid vinden. Het is echter de bedoeling, dit aantal zo spoedig mogelijk uitte breiden. Over één of twee jaar hoopt de N.V, „Industrie" 200 man in Nunspeet aan het werk te hebben. De vooruitzichten zijn goed, daar de

N.V. „Industrie” één van de weinige fabrieken in Nederland is, die aluminiumgietwerk verrichten en de enige fabriek, die een aluminium-spuitgietinrlchtlng bezit. Deze laatste afdeling staat in Vaassen en kan nu door het overplaatsen van de metaalgieterlj naar Nunspeet, de zo hard nodige uitbreiding ondergaan. Er staat nog altijd een aantal nieuwe spuitgietmachines ingepakt. Deze zullen nu uitgepakt en geplaatst worden. Als dit geschied is, zal de N.V. „Industrie” de grootste spuitgieterij van Europa bezitten. De heer Achterberg sprak er zijn vreugde over uit, dat ook de organisaties bij deze mijlpaal inde geschiedenis van de N.V. „Industrie” vertegenwoordigd zijn. Er zijn wel eens moeilijkheden, maar met een goede wil aan weerskanten en de be-

reidheld om de nodige concessie te doen, konden alle moeilijkheden tot een oplossing gebracht worden. Onze vrienden van de „Industrie" zullen dit verstaan. Wij beluisteren in deze woorden van de directie de wil om de kernmoeilijkheden zo spoedig mogelijk op te lossen, waarbij van de zijde der directie een tegemoetkomende houding wordt aangenomen. Na deze woorden werd het bedrijf in werking gesteld en konden wij zien hoe het vormen en gieten van aluminium voorwerpen geschiedt. Des middags was er voor het personeel een gezellige bijeenkomst en een „vroegertje”. Wij wensen de N.V. „Industrie” geluk met deze nieuwe fabriek en hopen dat de woorden der directie spoedig 200 arbeiders aan het werk in vervulling mogen gaan.

6