Vakgenooten werkt allen mee tot het

kelijke stijging verwachten en kan dus naar alle waarschijnlijkheid in 1003 een totale toename van circa 140000 leden vermeld worden, een toename waarmede zij ruimschoots tevreden kunnen zijn. FRANKRIJK. Met i April 1904 trad de bepaling der wet «Millerand-Colliard« in werking, waarna in fabrieksbedrijven enz., waarin of enkel vrouwen, of naast mannen ook vrouwen en jeugdige arbeiders beneden den leeftijd van 18 jaren werkzaam zijn, de dagelijksche arbeidstijd niet langer dan 10 uren mag duren. Deze wet trad, z. a. bekend, 1 April 1900 in haar eerste tijdperk en stelde toen den werkdag op 11 uren vast; 1 April 1902 werd, volgens diezelfde wet, de werkdag op iol/i uur en nu (1 April 1904) op 10 uren bepaald. Zoomede, is nu Frankrijk op het gebied van bescherming van den arbeid verschillende Europeesche landen vooruitgeloopen en hoewel deze wet alleen betrekking op gemengde bedrijven (waar mannen, vrouwen en jeugdige arbeiders werken) heeft, zoo zal het gevolg van deze wet wel zijn, dat spoedig algemeen de ro-urendag in Frankrijk zal ingevoerd worden. Inde naaste toekomst zal het natuurlijk niet ontbreken aan botsingen tusschen kapitaal en arbeid wegens de loonen. De plutokratie wil namelijk overal waar de werktijd ingekort moet worden ook in gelijke evenredigheid de dagloonen verlagen; daarentegen eischen de arbeiders het gelijke dagloon dat tot nu betaald werd. Zoo besloten de textielarbeiders van Roubaix aan de werkgevers een loontarief voor te leggen, dat de arbeiders in staat stelt in der verkorten werkdag hetzelfde loon van vroeger te verdienen, en zelfs de «Confédération du travaik (waarlijk niet met wetgeving koketteerende), noodigt haar leden uit op de handhaving der wet een wakend oog te houden en overal de tarieven overeenkomstig den nieuwen werkdag vast te stellen. ZWITSERLAND. • Op 1 en 2 April had te Luzern het congres van den «Zwitserschen Metaalbewerkersbond* plaats en waren 94 afdeelingen vertegenwoordigd, buitendien waren nog als gasten vertegenwoordigd de Duitsche, de Oostenrijksche en de Hongaarsche Metaalbewerkersbond door hun afgevaardigden : Reichel, Domes en Rady Sandor en nog eenige andere organisaties. Volgens het jaarverslag is de toestand van den bond gunstig te noemen, werd, na een korte bespreking daarvan, aan den beschrijvingsbrief begonnen, waarvan de eerste reeks voorstellen (aangaande het vakblad) de uitkomst opleverde, dat besloten werd de «Schweizerische Metallarbeiter-Zeitung* uiterlijk 1 Jan. 1905 als weekblad verschijnen en niet alleen bij kennisgevingen maar ook bij artikelen rekening met de drie overheerschende talen (Duitsch, Fransch en Italiaansch) moet gehouden worden. Door de grootere werkzaamheden werd tot aanstelling van een tweeden gesalieerden beambte besloten (eischen voor aanstelling: grondige kennis der vakbeweging, bekwaamheid op administratief en propagandistisch gebied, grondige kennis van de Duitsche en Fransche taal en lidmaatschap van den bond); tevens werd het saliaris van den beambte van fr. 2600.— (f1235.—) °P fr- 2800'.— (f 1330.—• en het beginsalaris op fr. 2400.— f 1140.—) per jaar vjistgesteld. Met groote majoriteit werd tot oprichting vaneen bondszieken- en -begrafenisfonds inden geest der voorstellen van het hoofdbestuur tegenover de voorstellen de afdeeling Basel besloten, echter wordt de toetreding tot dit fonds niet verplichtend gesteld. De voorstellen der afd. Arbon en Zürich («verdeeling van het bondsterrein in agitatiedistricten* en «bestrijding van het militarisme«) werden na uitgebreide discussie bijna eenstemmig verworpen, resp. ten eerste aan het hoofdbestuur opgedragen een onderzoek naar de uitvoerbaarheid in te stellen. De eenstemmige verwerping van het tweede voorstel Zürich vond zijn oorzaak inde overweging dat het wel zaak eener vakorganisatie is kracht en klem mede bij de uitvoering van wetten te zetten en er een wakend oog op te houden, maar dat niet op den weg der vakorganisatie ligt zich ineen zuiver politieke agitatie te begeven (zeer juist! —• A. J.) en de bond vooral zijn krachten voor aanwerving van leden en den hechteren uitbouw der organisatie noodig heeft. Een verder voorstel Zürich (reductie der dagelijksche werktijd op 9 uur) werd eenstemmig aangenomen. De zetel van let hoofdbestuur blijft de hoofdstad Bern. Ook werd nog een voorstel tot samensmelting van den «Metaalbew.bd.« met het «Gieterskartelk aangenomen. Het geheele congres getuigt vaneen goeden geest van vooruitgang inden bond wiens leden ook wel bij referendum deze goed overwogen besluiten zullen bekrachtigen. OOSTENRIJK. De heeren «Scharfmacher« (verscherpers) onder de «slotenmakersbazen« te Weenen schijnen toch belust te zijn op een krachtproef, waarvan de proefstukken wel de kleine bazen en de arbeiders zullen zijn. Reeds enkele weken geleden schreef ik dat alle teekenen wezen op een naderenden strijd en die teekenen hebben niet bedrogen. De «slotenmakersbazen« hebben zich ineen «Genootschap* vereenigd en het bestuur van deze genootschap weigert elke onderhandeling met het bestuur van de arbeiders, hoewel het bestuur der genootschap reeds sinds drie maanden met de «zeer bescheiden« eischen der «slotenmakersgezellen« in kennis gesteld is. Nu hebben ten overvloede den 2 April het bestuur van de «Met.bew bd.« en het «Comité van de Slotenmakersgeze]len« een schrijven aan het bestuur van die patroonsorganisatie gericht, waarin zij hun eischen nog eens omschrijven, zij zijn in ’t- kort: i°. Verkorting van den werkdag op negen uren; 2® Invoering vaneen minimal-loon van 20 Kronen (f 10.20) voor volleerden en 16 Kronen (8.16) voor halfwassen;

30. Vaststelling vaneen in alle, tot de genootschap be- < hoerende, bedrijven geldige tariefovereenkomst; t 4°. Regeling van de leerlingkwestie. ) Deze bescheiden eischen verklaarden zij op de meest hoffelijke wijze en waaruit bleek dat zij, in evenreidigheid met 1 de levensvoorwaarden, levensmiddelprijzen en huishuren, zeer 1 laag zijn. Ondanks deze laatste poging tot vredelijke oplos- j sing bleven de patroons bij haar sarrende en brutale hou- ] ding, zoodat dus de strijd onvermijdelijk geworden is. De «genootschap« omvat circa 1 zoo bazen waarbij circa 10000 gezellen, helpers en leerlingen werkzaam zijn. Spoedig ; zal ik meer hierover berichten, maar in elk geval zijnde 1 meesten voor den strijd toegerust en zullen ook de bazen ( wel zien dat, zooals alles, ook het geduld van de arbeiders haar grenzen heeft. A. J. t , 1 Bonbsnteuws. 1 : Uit NIJMEGEN. In ons blad wordt zoo nu en dan wel eens een patroon ] gepubliceerd welke zich schuldig maakt aan handelingen welke 1 minder netjes zijn tegenover zijn arbeiders. Dit nu heeft zeer ; zeker zijn nut, doch ook kan het zijn nut hebben, wanneer 1 wij ook eens de handelingen vaneen arbeider tegènover zijn , medearbeiders, welke minder netjes zijn, publiceeren. Ter zake. Hier ter stede bevindt zich op een ijzergieterij ; een persoon, luisterende naar den naam van K. Stadman, afkomstig uit Zwolle, deze persoon nu gedraagt zich al heel : eigenaardig tegenover zijn kameraden en ook tegenover de vakorganisatie. Zie hier. In Januari van het vorige jaar kwam aan bovengenoemde ijzergieterij een nieuwe directeur, het was een Duitscher en nog al kort van stof. Op deze gieterij werkten destijds 7 vormers, waarvan er 3 georganiseerd wa- . 1 ren, doch door het optreden van den nieuwen directeur sloten de andere vier zich ook aan bij onze afd., Stadman behoorde hier ook onder. Toen zij echter acht dagen lid waren werden zij allen, om een kleinigheid, op de keien gezet, doch door het optreden van onzen bonds-secr. met het afd.-bestuur werden zij allen, na 1 dag gewandeld te hebben, weer aan het werk gezet; de dag welke zij verzuimd hadden, werd hun door de vereeniging vergoed. Stadman, hoewel pas 8 dagen i lid, ontving dien dag verzuim ook. En wat deed hij ? Hij bedankte direct weer als lid met alleen, maar trachtte ook andere leden afkeerig te maken van onze afd., wat hem dan ook met den kopergieter gelukte. ■ Doch wat wil het geval? In Februari j.l. kwam op die zelfde gieterij een nieuwe baas, welke eens een-twee-drie een geheel andere wijze van werken wilde invoeren, n.l. stuk- of premiewerk. De vormers staken de koppen bij elkander om : daartegen te protesteeren, en ook Stadman werd weer lid. Door het flinke optreden van eenige vormers, met behulp van het afd.-bestuur en het P. A. S. hier ter stede, werd er geen stukwerk of premiestelsel ingevoerd, doch werd het uurloon . voor alle vormers met 1 cent verhoogd. Nu echter de overwinning weer bevochten is, nu komt onze vriend Stadman en bedankt weer als lid der afd. en tracht ook weer anderen van ons afkeerig te maken, door de afdeeling een kwajongenstroep te noemen. Een zeer eigenaardige opvatting van het vereenigingsleven houdt Stadman er toch op na; als hij inde modder zit komt hij bij ons en zegt; helpt ons toch s. v. p,, en als hij weer uit de modder getrokken is draait hij ons weer den rug toe. Stadman beschouwd het vereenigingsleven dus als een soort armenkamer of diaconie, waarbij hij aan kan kloppen wanneer hij wil. Doch Stadman heeft ons nu tweemaal te pakken gehad, er kan in het vervolg aan de gieterij. gebeuren wat wil, doch wij willen in geen geval zoo’n persoon weer als lid van onze afd. aannemen. Ik hoop dan ook dat de verschillende afdeelingen van onzen bond van dit schrijven nota zullen nemen, dat, mocht Stadman soms eerstdaags Nijmegen gaan verlaten en hij op andere plaatsen dezelfde streken wil uithalen, men dan van te voren gewaarschuwd is. Nu nog een woord aan Stadman. Waarom tracht gij toch anderen af te houden lid te worden van onzen bond ? is het soms om bij den baas inde geur te komen ? neem dan eens een voorbeeld aan uw vriend Edelman, die is er immers ook tusschen uitgetrapt, en denk er aan; heden hij, morgen gij. Mocht ge soms eenig antwoord hierop willen geven, de red. van «de Metaalbewerker,* zal u op uw verzoek ook wel eenige plaatsruimte’afstaan. Hiermede wensch ik u beterschap. K. Uit ROTTERDAM. Propaganda. De nieuwe metaalbewerkers-vereeniging «Vooruit« heeft besloten, door middel van huisbezoek de vereeniging uitte breiden, waarvoor verscheidene leden zich disponibel stelden. Hiervoor heeft men zich aangeschaft de kiezerslijst voor de «Kamer van Arbeid voor metaalbewer- Bij vakgenooten, die men niet thuis treft, zal een propaganda-geschriftje worden achtergelaten. Dat is een goed voorbeeld van activiteit, dat wel navolging verdient. Uit MIDDELBURG. Onze propaganda. Zondag 27 Maart hield onze afdeeling een openbare vergadering, waar als spreker optrad W. Agenent, die het onderwerp «Vakorganisatie* met flinke woorden uiteénzette. Te betreuren was het echter dat de ongeorganiseerde metaalbewerkers zoo slecht opgekomen waren, vooral daar zij uitsluitend per circulaire tot die vergade-. ring uitgenoodigd waren en zoodoende de woorden van den spreker door hun gemist werden. Spr. zeide, dat wij het niet alleen zijn die weinig vakgenooten op zoo’n vergadering zien, hij heeft het nog wel

erger bijgewoond, echter daarom geven wij het nog niet op en hopen dat het beteren zal, zoodat men een volgende maal eens een volle zaal ten gehoore zullen hebben. Nadat spr, zijn onderwerp voldoende uiteengezet had, sloot hij zijn rede met eene opwekking tot de aanwezige metaalbewerkers om toe te' treden als lid van den bond, waarna gelegenheid gegeven werd tot debat, waarvan door twee personen gebruik werd gemaakt. De eerste debater kon het met den spreker niet eens worden betreffende het stukwerk, hetwelk spr. in zijn rede aauhaalde als zijnde heel slecht voor de arbeiders. Debater meende, dat het zoo erg niet was, daar door het stukwerk de arbeiders veel vrijer tegenover de patroons komen te staan. Maar spr. zegt dat het juist de grootste kanker is die er bestaat voor de vakorganisaties, daar door het stukwerk de minder begaafde werkman dan verplicht is al zijn kracht in te spannen om zijn vluggeren kollega te volgen om zoodoende niet in ongenade te vallen bij den patroon. Spr. meende daarmede genoeg opheldering over gegeven te hebben. Nu kwam de tweede debater aan het woord, die nog al heel wat te vertellen had, maar daar debater en spreker van beginsel verschilden kwam men tot geen vaste overtuiging, zoodat debater zjn debat staakte, waarna de voorzitter nog enkele woorden ter opwekking sprak tot de aanwezige ongeorganiseerde metaalbewerkers om lid te worden van onzen bond, sloot hij deze vergadering, waarna zich een persoon aanmeldde als lid. Een collecte voor de slachtoffers der Aprilbeweging bracht 85 cent op. G. Uit ARNHEM. Een goede geest. ’t Wordt, geloof ik, wel tijd eens eenige regelen over «den goeden geest« die heerscht, zooals ten minste «de Echo« schreef, onder de oogen der lezers te brengen. Volgens «de Fcho« moet hier onlangs de directeur der Stoomsleephelling zijn zilveren feest hebben gevierd en daar in hebben de werklui ook mee gedaan; zij boden n.l. den jubelaris een souvenir aan en deze gaf hun een dag vrij, na hun een flesch wijn en een zak met bruidsuikers meegegeven te hebben. Dit meldde dat lieve blaadje «niet ah eene bijzonderheid* maar ter kenschetsing van «den goeden geest.« Dit is dan een «goede geest« tusschen patroon en personeel. Dat die geest ook zoo goed is tusschen dat personeel en andere personeelen blijkt uit het volgende: Op eene vergadering waartoe alle metaalbewerkers van Arnhem waren opgeroepen, gehouden in ’t begin van April van ’t vorige jaar, waren er van de helling ik geloof wel 3 of 4 aanwezig (goede geest) en toen daar de staking bij Thomassen besproken was, er ieder opgewezen werd dat er met lijsten gewerkt zou worden, omdat de bondskas was uitgeput en dat zij ’t alleen nu moesten hebben van hunne solidaire vakgenooten hier, toen, ja toen werd door die 3 of 4, die de stoutmoedigheid nog hadden gehad op die verg. te verschijnen, openlijk verklaard, dat niemand van de helling zou durven teekenen al was ’t maar voor 5 cent, want dat ze wel wisten, als men ’t gewaar werd, dat die «durvert* er uitging. Doch ik geloof, als ze het voor hun strijdende vakgenooten over hadden gehad, dat ze wel kans genoeg hadden kunnen vinden. Maar dat hadden ze niet. Doch dat wilden ze niet openlijk laten blijken en daarom er maar op zoo’n manier zich van afgemaakt. Als er dan niemand weer in was gekomen dan was er voor meer dan 1 misschien kans geweest in hun plaatste komen. Misschien hunkerden ze naar de kluif, die door hun makkers even was neergelegd, (goede geest). Dat ze ’t voor hun directeur wel over hadden, geloof liet lezer, evenmin. Maar dat moest ook niet b ijken en dat was ook niet noodig. Als ze wat gaven kregen ze immers ook wel weer wat terug en dan erbij ze kwamen dan meteen goed inde geur en dat is toch ook wel wat waard. Dit ter verduidelijking van den «goeden geest,« de Echo was daarin zoo kort. Tevens beveel ik dat ten zeerste bij de vakgenooten aan, dan komen ze nogal op de hoogte van de toestanden hier. «Goede geest« is ’t zeker toch ook dat er zoo velen deelnemen aan de Spaarkas tot steun der slachtoffers der Aprilbeweging. Als men, de goeden niet te na gesproken, de lui er over spreekt is het: och ja, het doel is wel mooi, maar ik weet niet waarvoor of ik het doen zal en wat zal dat oplevéren en het doet de anderfe neringdoenden weer afbreuk (waar maken ze zich al niet bezorgd over) en dan ’t kan wel weer net zoo’n stelletje worden als vroeger ’t Comité van , Verweer, enz. enz., alles maar smoesjes om er af te komen. En als men ze dat nu weerlegd heeft, dan hebben ze er toch maar liever niet mee te doen. (Brrr die socialen ook.) «Een goede Geest.« Uit HILVERSUM. Nauwelijks vereenigd, hebben we reeds een staaltje van patroons-vriendelijkheid te vermelden. Patroon ten Dam ontsloeg een gezel, die voor het geheele personeel loonsverhooging vroeg. Een tweede, omdat hij voor zich zelf een reparatie aan een lij wiel had gedaan. Nu moet men weten, dat ten Dam zeide toen er om loonsverhooging werd gevraagd, tegen den tweeden die ontslagen is: gij kunt best een paar cent per uur meer verdienen, want in uw eigen tijd kunt ge doen en laten wat ge wilt. De man maakt daar gebruik van, en wordt nu toch daarvoor ontslagen. Ten Dam is rijwielfabrikant, humaan en nooit dronken. Hilversumsche vakgenooten, niet gedraald. U aangesloten bij uw vakvereeniging. Henk.