Het onvergankelijk licht

Het verheugt mij buitengewoon, dat wij in siaat zijn aan onze lezers aan te bieden de oorspronkelijke litho van Aart van Dobbenburgh (afmeting 30 bij 21, op Japans papier 50 bij 30. met handtekening van den kunstenaar), waarvan u hierbij een verkleinde afbeelding vindt. Menigeen zal gaarne dit .schone stille sterke getuigenis uit de wereld van den geest willen bezitten. Het staat er: 1940. U ziet niets van de gruwelen van de tijd. U ziet alleen, dat uit het' oude heilige Boek is weggescheurd de bladzijde, waarop 1 Corinthe 13 is geschreven. Zo was het meer ach. zo is het steeds: dat de wereld een hoon is aan het loflied der Uefde. Maar wij verstaan de pijn daarvan in 1940 feller en dieper. U ziet niets van de werkelijkheid van verdrukking, van vrijheidsberoving en gewetensvervolging. U ziet alleen de donkere gewelven waarin het voor de licht en waarheid zoekende geest zwaar is om te ademen. Ook dat is meerdere malen op aarde doorleefd maar wij verstaan het in 1940 opnieuw.

Nog ligt er het Oude Boek. Ook nu spreekt God Zijn woord. Eerbiedig strekt de hand zich uit naar de eeuwige waarheid, naar het heilige licht, dat in alle tijden een weg heeft gewezen. In tijden van druk en nood willen wij vasthouden: dat waarachtige levenskracht is uit den Geest der brandende liefde ..., die op aarde en door mensen steeds wordt gesmaad, en die nochtans onoverwinlijk is.

Ik weet niet of de kunstenaar dit alles zo bewust heeft overdacht, eer hij dit zuivere stukje schoonheid schiep het zal welzijn, dat ik er zo naar kijk. Ik weet ook, dat schoonheidslicht nooit aan één jaar of aan één tijdsgebeuren gebonden is. De stem des gee.stes blijft klinken in alle tijden. Maar in het eerbiedig zich strekken van deze menselijke hand naar de oude geheiligde wijsheid herken ik toch het hunkeren van het eigen hart. dat van het tijdsgebeuren niet los is.

Wie deze litho wil bezitten, girere f 2.50 op nummer 58782 van W. Banning te Bentveld. Ik hoop, dat onze lezers deze zeldzaam goedkope aanbieding zullen willen aanvaarden als speciaal voor Tijd en Taak-lezers. De administratie Tijd en Taak verzorgt de verzending.

Let op de kerk!

Niemand kan schrijven, zonder zich een lezerskring voor te stellen. Eerlijk gezegd: bij elk onderwerp, in deze kolommen aangesneden, heb ik bepaalde mensen, bepaalde groepen voor ogen, tot wie ik mij speciaal wil richten. En nogmaals eerlijk gezegd: wanneer ik over de Kerk schrijf, zie ik deze mensen welwillend hun ogen over de letters laten glijden, zonder dat het ergens haakt. Zij denken daarbij: een dominé moet men zijn genoegen gunnen, te schrijven over zijn eigen levenskring; onze levenskring is de wereld der Kerk nu eenmaal niet. Volgende week eens zien, of het interessanter is.

Tot hen zeg ik: dat is jammer. Gij hebt ongelijk. Let op de Kerk!

In wat volgt wil ik juist voor deze grote groep lezers een gids zijn. En als ze er een tegenzin in hebben, met mij een wandeling over het kerkelijke erf te ondernemen, dan verzoek ik hen, die tegenzin te overwinnen, en puur om schrijver dezes een plezier te doen, mee te trekken.

Wij blijven dicht bij huis. Het gaat ons nu om Nederlandse Kerken. De kerken staan er, en zij doen hun werk. Zij hebben last van de verduistering en het vergaderingsverbod. Maar dat is ook alles. Haar traditie behoedt haar voor allerlei haastige beslissingen. Terwijl politiepersoneel, voetbalbonden, middenstandsverenigingen, vakcentrales elkaar vonden en fuseerden, zijn de enkele stemmen, die om kerkelijke eenheid riepen, verstomd. Wij lezen nog alleen van onderhandelingen tussen de Gereformeerde en Christelijk Gereformeerde Kerken. Wel beraden zich de kerkelijke groeperingen en kerken binnensmuurs met grote intensiteit over wat gebeurd is en gebeuren moet. Daarvan dringt slechts weinig naar buiten. Voldoende echter om vast te stellen, dat de leiders der kerken zich realisten tonen: zij willen geen struisvogelpolitiek bedrijven. Maar zij willen evenmin zich door de loop der gebeurtenissen laten dwingen tot aanvaarding van stellingen, waarin de Kerk niet hoort. Zeker, in de ene kring heeft men het makkelijker dan in de andere. Wie bijvoorbeeld de oorzaak van de Doopsgezinde traditie om zich met politiek niet te bemoeien, kent, zal zich niet verwonderen, dat in de Doops-

gezinde wereld thans weinig discussie over de huidige situatie naar voren dringt.

Anders staat het met de Rooms-Katholieken. Wat in de bisschoppelijke vergaderingen overlegd wordt, weet niemand. Dat hun positie moeilijk is, staat vast. Hitler, in wiens naam thans ons land geregeerd wordt, is door de R.K. Kerk geëxcommuniceerd, d.w.z. afgesneden van het lichaam der moederkerk. In Nederland heeft zij aan N.S.B.’ers de genademiddelen geweigerd. Eén der leden van deze beweging heeft zich schriftelijk tot den Bisschep van Haarlem gewend met de vraag, of het, gezien de gewijzigde omstandigheden, niet hoogst raadzaam is, dit verbod ten spoedigste op te heffen. Hij ontving een diplomatiek antwoord: „Wij delen U mede, dat het Herderlijk schrijven en de Verklaring van het gehele episcopaat van Nederland zó duidelijk zijn, dat het u niet moeilijk zal vallen, daarin het antwoord te vinden op al uw vragen.” Géén discussie met leken over de betekenis van de „gewijzigde omstandigheden”.

Ondertussen hebben de geestelijken in Nederland van hun Bisschoppen het bericht ontvangen, dat dit jaar het zingen van het Te Deum ter ere van de verjaardag van de