STAATSBLAD

van het

KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.

(No. I 43) IVE T van 5 Februari 1948, tot wijziging van het twaalfde Hoofdstuk der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1946.

Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzakelijkheid is gebleken van een wijziging van het Xllde Hoofdstuk der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1946, vastgesteld bij de wet van de 28ste December 1946 (Staatsblad no. G 412);

Zo is het, dat Wij, de Eaad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I.

De hiernavermelde artikelen van het Xllde Hoofdstuk der Rijksbegroting voor het dienstjaar 1946 worden verhoogd als volgt:

TITEL A. GEWONE DIENST.

wordt verhoogd en mitsdien met: gebracht op;

AFDEELING II. ARBEID I.

Onderafdeeling I. Arbeids- en Havenarbeidsinspectie.

Artikel 8. Materieele behoeften en overige uitgaven f 80 450,— f 359 640,

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Bijl. Hand. II 47/48, 668; Hand. II 47/48, bladz. 1178;

Bijl. Hand. I 47/48, 668; Hand. I 47/48, bladz. 84.