„bewerking met den ploeg, het belangrijke voordeel staat, dat jjde grondbewerking met de spade op aanmerkelijk betere wijze „kan geschieden dan zulks door omploegen mogelijk is, wat „ten gevolge heeft, dat de kans op een goeden oogst meer „verzekerd is”. (Bt.-Ct )

Blijkens een mededeeling in de Staatscourant, zal vóór 15 Maart 1919, het navolgende omgezet moeten zijn.

„Groningen 4000 H.A., Friesland 9000 H.A., Drente 3500 „H.A., Overijsel 4000 H.A., Gelderland 7000 H.A., Utrecht „3500 H.A., Noord-Holland 8500 H.A., Zuid-Holland 9000 H.A., „geland 1600 H.A., E"oord-Brabant 6500 H.A., Limburg 1600 „H.A., Nederland 58,000 H.A.

Wy meenen te weten, dat de opgaven van om te zetten land en de definitieve aanwijzing ervan (de boeren kunnen in beroep komen bij een nog in te stellen commissie) slechts langzaam binnen komen. Met scheuren moet spoedig worden begonnen. Of dus alles 15 Maart omgezet is, staat nog te bezien.

De militaire werken worden door de veranderde tijdsomstandigheden stopgezet. Steunt dit deels tot tevredenheid de medaille heeft ook een keerzijde, er komen n.l. heel wat arbeiders door zonder werk. Zoo vestigde de Landelijke Federatie van Bouwvakarbeiders er de aandacht van den Minister van Oorlog op, dat door het stilleggen der werken aan het fort Lunetten, vele arbeiders plotseling werkloos geworden zijn. Adressante verzoekt de arbeiders te helpen. Het resultaat is nog niet bekend.

Waterstaatswerlm. De Eedactie van de Telegraaf had een onderhoud met den Minister van Waterstaat over de uitvoering van waterstaatswerken mede in verband met de langzame werking der onteigeningswet.

De Minister wees op de goede en vruchtbare samenwerking tusschen het Ministerie van Arbeid (Dienst der Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling) eenerzijds en Werkloosheidsraad en Centraal Comité voor Verruiming van Werkgelegenheid anderzpds.

De Minister schatte het aantal werkloozen op circa 30.000 (vaklieden en ongeschoolden) en vreesde, dat bij den terugkeer van normale toestanden in het buitenland, tal van goede krachten zullen emigreeren.

De minister deelde voorts mede dat, met wat velen als een flinke werkverschaffing beschouwen, de drooglegging der Zuidern.l. thans maar niet hals over kop kan worden begonnen. De voorbereidende maatregelen zijn legio. Met andere groote waterstaatswerken gaat het evenzoo. Een wijziging der onteigeningswet, waardoor de onteigening sneller zal geschieden 18 in ; een wetsontwerp tot wijziging der wet voor de bekorting der procedure voor de onteigening van gronden welke niet in cultuur worden gebracht of die door een goede