JESÜ DULCIS MEMORIA.

O Jezus, uw herdenken spreidt

Reeds in de ziele zoetigheid;

Doch meer dan honigzoet bereidt

Ons uwe tegenwoordigheid.

Daar zingt nooit kele liever toon,

Daar klinkt voor de ooren niets zoo schoon,

Daar wordt geen blijder beeld gehoon.

Dan Jezus, ’s Vaders lieve Zoon.

O Jezus, hoop van al wie boet.

Wat zijt Gij wie U smeeken goed!

Wat zijt Gij wie ü zoeken zoet!

Maar wat voor hem, die U ontmoet? .

Geen tonge drukt het immer uit.

Geen teeken, dat het ooit beduidt;

Gelooven kan ’t alleen Zijn Bruid,

Wat Jezus’ liefde in zich besluit.

Wees Gij, o Jezus, onze vreugd,

Gij, die het loon zult zijn der deugd!

Geen glorie zij ons, geen geneugt

Dan Jezus, die ons ’t hart verheugt!

P. J. Koets,