vloeken en een zucht,” zooals zijn vriend Derdinand zou gezegd hebben, was hij gereed, en na Drits den last opgedragen te hebben, die er kwam, te zeggen dat men hem in de Sociëteit kon vinden, stak hij een sigaar aan en vermeidde zich weldra in de frissche morgenlucht.

De wind, die inmiddels oost was geloopen, koelde hem verkwikkend de slapen, en toen hij de opwekkende bedrijvigheid langs straat en grachten gadesloeg, kwam er een oogenblik van weerzin in de kunst bij hem op, en rees de vraag of het maar niet beter ware geweest, dat hij zich in den handel had begeven of een ambacht gekozen. Het was hem in die stonden te moede of hij voortaan nimmer meer met vrucht op het gebied van kunst werkzaam zou kunnen zijn , en hij ontwaarde een leegte en een verlatenheid in zijn ziel, welke hem met een volslagen moedeloosheid en een hopelooze onmacht dreigden.

Hij had het voornemen gemaakt, alvorens zich naar genoemde Vereeniging te begeven, een kleine wandeling in den omtrek der stad te doen, maar het alleenzijn verdroot hem, en snel dit plan weêr latende varen, had hij weldra de sociëteit bereikt, waar tal van vrienden hem met luide kreten verwelkomden.

Onder die allen waren verscheidene brekebeenen in de kunst, wien het atelier een walg was, en die dus liever hier vertoefden, waar het altijd luchtig en vroolijk toeging. Het was hun niet onwelkom dat zij een schib der van naam, als Charles Blung, daar ter plaatse midden op den morgen mochten ontmoeten. De stem van het bitterste zelfverwijt, dat zij hun tijd in ledigheid doorbrachten, werd daardoor eenigszins in hun boezem tot zwijgen gebracht, en even luidruchtig als haastig vormden zij een uitgestrekten kring van lichtzinnige drinkebroers om den jongen schilder, die het in tal ent van hen won, maar in t drinken hun ook niets toegaf.