oc geschiedenis miL.

Vervolg van bladz. 116.

Ten laatste ging onze boer naar huis. Bij het avondmaal vertelde hij, hoeveel moeite en werk die arme lui zich getroostten, om de kerk voor den Zondag mooi op te sieren. „Dat is best te begrijpen,” zei de vrouw van het hotel hierop „want morgen heeft er in de kerk ook een niet alledaagsch feest plaats. Een jong priester leest er morgen zijn Eerste H. Mis.” De boer en Mariannc namen niet verder meer deel aan ’t gesprek; maar hun gedachten verwijlden bij Karei; de gebeurtenis, die men zoo even besprak, was nu ook juist niet geschikt, hen op iets anders te doen denken.

Toen het avondmaal was afgeloopen, begaven ze zich ter ruste, en toen hij wakker werd, herinnerde de boer zich niet, dat hij ooit rustiger geslapen had dan dien nacht. Marianne begaf zich al vroeg naar de bedevaartkapel en naar de kerk. Den boer liet ze maar slapen, want ze wist, dat hij ook nog later kon communiceeren. Toen die ten laatste ontwaakte, voelde hij zich juist, alsof hij veel jaren jonger geworden was. Nog vóór de klokken hadden geluid voor de Mis van den pas gewijden priester, was hij al in de kerk en begon zich ijverig voor te bereiden tot de H. Communie. Zijn gebed was zoo