DEN BOER OP! DOOR JAC. SCHOTS S.J.

É geleden kwamen hier twee mooie kisten aan. 1 II projectie-lantaarn met bijbehooren. i |l waar onder een kleine collectie plaatjes het leven van Christus voorstellend. Er heerschte groote vreugde in ons huis te Ambarawa j immers een nieuwe evangelie.- verkondiger was gekomen. Zoo spoedig mogelijk moest de machinale prediker proeven van bekwaamheid afleggen. Nu hebben we een man van ’tvak; onze goede Broeder van Zon, die veel verstand heeft van electriciteit en al heeft onze projectielantaarn niets met electriciteit uit te staan, toch werd de Broeder aanstonds als vakkundige geproclameerd.

Op Zondagavond na zonsondergang werd het toestel uitgepakt ; alles was keurig in orde, zelfs bamboelatten om het doek te spannen waren uit Holland naar het land van de bamboe gezonden.

Het doek moest worden natgemaakt, luidde de instructie, en helpers uit de hoogste klas spoten ras zoo ijverig, dat de vloer van onze grootste zaal in een ommezien onder water stond. En toen: daar zou je het hebben. Neen, dat ware te mooi geweest. Eerst moest er gesukkeld worden, dat hoort bij ’t vak, met opzet waren er dan ook maar enkele bevoorrechte getuigen uitgenoodigd, jongens uit de hoogste klas. Het sukkelen duurde niet lang en daar verschenen op het natte doek twee engelen.... met het hoofd naar beneden. Dat was de schuld van, ja van