is het soms in verworden vorm, het hardnekkig vasthouden aan eeuwenoude godsdienstplechtigheden.

Zoo het spel van Ni Towong.

Ik heb voor de lezers van den Claverbond het verloop van dat spel laten verhalen door een der onderwijzeressen der Zustersschool: Bernardien Kasinah, zooals zij het goed kende uit het verhaal harer moeder. Veel is voor de meisjes, die er aan deelnemen onbegrijpelijk, maar desondanks wordt Ni Towong bezongen met veel animo in den geheimnisvollen tropennacht als de volle maan, de poernama hoog aan den hemel staat. Met de Meimaand heeft de Oostmoesson zijn intrede gedaan, geen regenwolken jagen meer door de lucht, het zachte volle licht schijnt op de erven voor de huizen en teekent witte vlekken tusschen de struiken en boomen rondom. In de huizen walmt een zwak oliepitje. Aan den rand van het erf rijzen statig klapperboomen; hun sierlijk gebogen bladeren, hoog in de lucht, bewegen zich even in den avondwind, de toppen der bladeren trillen als de vingers van een Javaansche danseres. Onder de palmen hun gewone gezellen: de pisangstruiken met groote lappen van bladeren, en tusschen dat alles vruchtboomen en heesters; nangka, blimbing, djamboe. Snerpende krekelgeluiden snijden door de lucht, welluidend als het gepiep van een ongeolied kruiwagenrad!

Op een van die verlichte erven zal Nini of Ni Towong optreden. Wie is die hoofdpersoon Ni Towong? Wilt ge het beslist weten, sla dan een of ander geleerd boek open, dat handelt over Javaansche ethnografie. Misschien vindt ge dan vele geleerde gissingen of meeningen daarover. En verder wordt de zaak onbeslist gelaten, naar geleerden trant.

Vraagt ge het den Javaan, hij zal u antwoorden: „Ik weet het niet” en waarschijnlijk vindt hij het een dwaze vraag.

Ni Towong is Ni-Towong en daarmee uit.

Er wordt dus een heldere maannacht uitgekozen. Deelneemsters zijn uitsluitend grootere en kleinere meisjes. Jongens of mannen mogen zelfs niet bij de voorbereidselen tegenwoordig zijn. Alleen toezien als ’t spel in vollen gang is.

In de middaguren trekken enkele kinderen er op uit om ergens een vischfuik te stelen en een lepel gemaakt van een