administratie? Bovendien bestaan immers nog andere methoden van prophylaxis, die aan dit bezwaar te gemoet komen?

Geldverlies? Mocht dit argument te zwaar wegen, welnu, pas dan de prophylaxis gedurende 4 maanden slechts op vrouwen en kinderen toe en gedurende het geheele jaar op de troep. Op pag. 109 van deel XLV11 van dit tijdschrift berekent de heer Kiewiet de Jonge de kosten van dezen maatregel; die zouden dan volgens denzelfden maatstaf per man en per jaar bedragen ± ƒ 1.50, dus voor 500 man (Banjoe Biroe) ƒ 750 per jaar. Aangenomen, dat voor de nabehandeling gemiddeld 100 man in aanmerking zouden komen, zouden dë kosten volgens uw stelsel dan bedragen ƒ 250 (4 maanden prophylaxis) + ƒ 100 (nabehandeling) = ƒ 350, dus een verschil van ƒ 400 's jaar ten laste der algemeene prophylaxis voor een garnizoen van 500 man, maar hier staan de betere resultaten tegenover en de eenvoudigheid (in een leger heeft het eenvoudigste systeem steeds het grootste succes).

Men kan immers ook niet alles voor niets krijgen!

Onnoodige plagerij? Dit is een questie van opvatting; U vindt van wel, ik van niet, sinds ik begonnen ben op de kaderscholen het malaria-vraagstuk te behandelen en als resultaat daarvan gezien heb, dat de leerlingen mij volmondig verklaarden, dat niemand onder hen voortaan meer tegenwerking zou toonen (uitspuwen der in den mond gehouden tabletten). Enkelen deden mij zelfs de vraag, waarom de chinine niet aan allen werd verstrekt en toen .... ja toen heb ik noch over tijd-, nóch over geldbesparing durven spreken. Aangemoedigd door dit succes, ben ik voornemens bij genoegzame deelname voortaan ook aan de troepen-officieren geheel vrijwillig een korten cursus te geven en er steeds op te blijven tamboereeren, dat medewerking den hoofdfactor vormt der geheele bestrijding.

Hoe zwaar het spreekwoord, dat het met onwillige honden moeilijk hazen vangen is, bij mij wel weegt, zal ik U met