elkander te schakelen en op deze wijze de verschilpunten uittewisschen.

Men kan dus overtuigd zijn, dat alle paratyphus-B-bacillen afstammelingen van één moederstam zijn, zonder voorbij te zien, dat de aanpassing aan bepaalde gastheercn wijzigingen tot stand brengt, die onder gunstige omstandigheden nog in het laboratorium zijn aan te toonen.

Beschouwen wij van dit standpunt de vier paratyphusB-stammen, welke in dit opstel zijn ter sprake gekomen. Nagenoeg onontvankelijk voor Europa-B-serum, worden zij allen op volkomen specifieke wijze geagglutineerd door DeliB-serum, dat eveneens een zekere werking op Europa-Bstammen bleek uit te oefenen. Eenerzijds dus duidelijke zelfstandigheid en onderling verband, anderzijds een zekere verwantschap met Europa-stammen.

Ik aarzel dan ook geen oogenblik, onze stammen bij de paratyphus-B-groep onder te brengen, zonder intusschen verschil en overeenkomst te willen prijsgeven als een toevalligheid. De onderlinge verwantschap van een in Deli gevonden varkensbacil met een drietal paratyphus-B-stammen uit bloed en organen van menschen, en de gemeenschappelijke zelfstandigheid van deze vier stammen ten opzichte van Europa-stammen schijnt mij dan ook van bacteriologisch standpunt verdere aandacht waard. ').

In de derde plaats nog iets naar aanleiding van de omstandigheden, onder welke wij onze paratyphus-B-stam B 4345 hebben ontmoet. Geval 4345 levert zeker geen gemakkelijk te waardeeren bijdrage tot het paratyphus-Bvraagstuk op, doch is, naar ik meen, desalniettemin zeer leerzaam. Hoe vaak zijn reeds paratyphus-B-bacillen uit het bloed van koortsende zieken gekweekt, wier bloedserum

!) Op verdere onderzoekingen betreffende deze stammen, met name over het verminderen der specifieke agglutinabiliteit na lange voortkweeking op kunstmatige voedingsbodems en immuniseeringsproeven kom ik later terug.