behandeld werden, nooit vibrionen hebben uitgescheiden, ofschoon zij onder dezelfde omstandigheden als de andere konijnen dagelijks groote hoeveelheden vibrionen in het maagdarmkanaal hebben moeten opnemen.

Daar het therapeutische vraagstuk van de cholera zoo belangrijk is, beschouw ik het resultaat van mijn onderzoek als een aansporing om, zoodra ik weer daartoe in de gelegenheid ben, de hierboven beschreven experimenten voort te zetten.

Een hartelijk woord van dank aan Prof. Dr. R. H. Saltet voor de groote bereidwilligheid, waarmede hij mij in de gelegenheid stelde mijne proeven te doen en aan Dr. J. J. van Loghem voor de groote belangstelling, waarmede hij mijne proefnemingen steeds gevolgd heeft, mag hier een plaats vinden.