gewisse praktische Erfolge hat. Es erkrankten zwar 4-20°/o der Geimpften, aber der Krankheitsverlauf war bei den Geimpften nacli dem übe re i nsti m menden Urteil der indischen Aerzte ein wesentlich leichterer und der tödliche Ausgaug w a r s e 1 tener. (De spativeering is van mij).

Men zal mij moeten toegeven, dat dit heel andeis klinkt, dan hetgeen de heer Kiewiet de Jonge mogelijk wil doen schijnen. Ook de andere hier in het Malangsche werkzaam geweest zijnde geneesheeren hebben unaniem het hooge mortaliteilscijfer der gevaccineerden beschouwd als eene uiting van het waardelooze van het vaccin (zie van Loghem in het Ned. Tijdschr. v. Geneeskunde 1912 — le helft No. 4 pag. 230 en 231 en verder Deutmann in het Geneesk. Tijdschr. v. Ned. Indië-deel 52 afl. 4 pag. 473).

De heer K. d. J. vergist zich zeer, wanneer hij meent, dat mijne uitdrukking „in het algemeen" opgevat moet worden, als te zijn een „slip of the pen" of' geschreven is met de bedoeling „een slag om den arm te houden". Noch de eene noch de andere veronderstelling is juist. M. i. is de beteekenis hiervan volkomen duidelijk geweest; nu dit evenwel blijkt niet het geval te zijn, zal ik de gebruikte woorden nader dienen toe te lichten. Met „in het „algemeen" heb ik niet anders te kennen willen geven, dan dat het meerendeel der statistici de getallen van het Haffkinevaccin te klein zal vinden, om aan de over deze getallen berekende percentages veel waarde te kunnen hechten.

Op pag. 523 zegt de heer Kiewiet de jonge, dat de invloed van het stijgende aantal gevaccineerden bij vollediger gegevens had berekend kunnen worden. Het is jammer, dat hierin door hem het begrip: „volledige gegevens" met het begrip „berekening" geheel wordt verward. De gegevens toch zijn volledig genoeg; zij zijn voor het Duitsche vaccin 47131 gevaccineerden in de districten Penangoengan en Karangloo, te zamen in 7 maanden tijds, dat is derhalve