rist zeggen, in geheel Europa zijn erkend geworden. Na deze korte uitwijding, die ik aan de nagedachtenis van Vrijdag Zijnen verschuldigd was, keer ik tot mijn onder"’erp terug, waarvan ik nog enkele bijzonderheden zal mededeelen en inde eerste plaats vermelden, wat ik daarom- bij Gruibourt en Hanbury gevonden heb, doch aatl welk onderwerp ik door den dood van mijn’ vriend ij dag Zijnen niet die volledigheid kan geven, die ik mij W voorgesteld.

Gruibourt vermeldt namelijk t. a. p., dat onder den naam VaQ Boa-tam-payang omtrent een tiental jaren geleden (alzoo ftar zijne éde editie reeds van 1850 dateert, een drie en jaren), dooreen Belgisch officier eene vrucht uit Oost-Indië was mede gebragt, waaraan men aldaar groote Geneeskrachtige eigenschappen toeschreef en wel bijzonderlijk an een specificum te zijn tegen diarrhee en dyssenterie; dat eze vrucht aan de Académie de médecine werd aangeboden het doel om daarvoor eene belooning van de regering ontvangen; dat zij door Martin Solon in het hopital eaujon zijn beproefd geworden, die verklaarde, ten opzigte Taa de beide vermelde aandoeningen, er geenerlei eigenschap ICi hebben kunnen waarnemen, die niet konden verklaard gorden uit den vereenigden invloed van rust, dieet en een lóüerigeu drank. conclusie van het rapport was dan ook negatief, hetechter niet verhindert, zoo drukt de schrijver zich dat onderscheidene geneesheeren, verlokt door de aankkelijkheid van een’ onbekenden oorsprong en vreemden deze vrucht aan hunne zieken voorschreven, die het t;al°ri'egt keza*'en een geneesmiddel zeer duur te kunnen bep ea> (Inde prijscouranten van Me nier, droogisten te 1854, worden deze vruchten genoteerd gevonden tegen fr. het kilo); waarvan de aequivalenten (radix cousolidae, ea lini en psyllii) bijna niets kosten. beschrijft verder deze vrucht als zijnde eirond vorm, in het midden eenigzins gezwollen en dikwijls de beide uiteinden in eene punt uitloopende. Meesta

101