Copyright K.L.M. NEDERLAND ZAL HERRIJZEN

Een vreemdeling bezoekt Amsterdam

E9" ‘bijzonder mooie foto van de oude vesting Naarden, waarop duidelijk te zien is hoe zulke vestìngen plachten te worden aangelegd met hun ringmuren en bastions. In het midden de oude kerk uit de 15e eeuw.

pEN REDACTEUR van het Aartgauer Tagesblatt heeft Amsterdam een bezoek gebracht. Als Zwitser is hij altijd een Vriend van de Nederlanders ge'veest en hij zag Amsterdam f>iet voor den eersten keer. Hij Is een wandeling gaan maken , door de Kalverstraat en zegt dat die, oppervlakkig bezien, eruit ziet als vroeger. Nog altijd heeft daar de pantoffelparade plaats en staan menschen belangstellend te kijken in de vitrines. Het is trouwens nog altijd prettig daarin te kijken, want» een rhenigte mooie dingen liggen daarin uitgestald, maar als men goej* toeziet, dan ontdekt men kleine papiertjes met “ verkocht ” erop. Dat zijn n.l. de laatste mooie dingen, die de Winkelier uitstalt, opdat de firma kaar oude goede reputatie niet Verliest. Speciaal merkte de bezoeker een befaamden leerwinkel op, vlak bij dien kleurigen gevelsteen van het burgerweeshuis, Plet het gedicht van Vondel erop. Daar waren nog prachtige leeren taschjes, karwatsen, koffers, enz.

“Echte diamanten ziet mra meer in deze klassieke diamantstad ”, zegt de Zwitser. " Eigenlijk kan men wel zeggen, dat alle juwelierszaken zijn gesloten”. Op de' markten en levensmiddelenwinkels vond de 'vandelaar “dezelfde misère als

in andere oorlogvoerende en bezette landen, n.l. leege manden, geen fruit, geen groenten, dan alleen wat voor de distributie daar lag en reeds heel vroeg was uitverkocht.”

Waarin Amsterdam nog geheel gelijkt op het Amsterdam van vredestijd is volgens den schrijver in het verkeer op fietsen. Hoe de Hollanders al die fietsen nog in elkaar weten te wurmen, begrijpt de Zwitser niet, zij hebben geen rubber meer, zij hebben niets meer dat daarop lijkt, maar zij hebben plaatsvervangers voor hun banden, die zij zelf schijnen uit te denken. . . .

Rumoerige Arbeiders

\Y/OUDENBERG heeft voor W 1200 arbeiders van de Amsterdamsche Publieke W erker gesproken nadat Ir. W. A. de Graaff hem op een noga nuchtere manier had ingeleid De N.S.B. pers js boos over die inleiding, die overigens hee correct was, maar js yoora 'boos op de 1200 arbeiders Deze menschen, die gedwonger worden om naar den land verrader te staan luisteren waren n.l. nogal rumoerig Uit de verslagen blijkt, da Woudenberg een enkelen kee zelfs eenvoudig werd uitge

lachen. Eenige dagen tevoren had de man 300 Amsterdamsche gemeente-ambtenaren bijeen laten trommelen en was ook bij hen van een koude kermis thuisgekomen. Het uitelkaar springen van een Blitzlichtlamp had reeds eenige vreugde verwekt, maar toen de ambtenaren zich hoorden toespreken als “ kameraden van den arbeid” ontstond er werkelijk beroering. De N.5.8.-ers klaagden, dat de ambtenaren zich van zulke “ bezielende ” redevoeringen altijd weer afmaken met schouderophalen.

Het geval von Balluseck

UIT PARTICULIERE berichtgeving is gebleken, dat indertijd zoowel de hoofdredacteur van het Algemeen Handelsblad van Balluseck, als de directeur Planten door dp bezetter – gearresteerd zijn. Directeur Planten werd voor de keuae gesteld, een N.5.8.-er als hoofdredacteur aan te stellen, waarbij enkele niet-N.5.8.-ers als redacteur mochten blijven fungeeren, dan wel het, blad geheel over te doen aan de N.5.8., die het dan “ zou gebruiken, om lezers uit de betere kringen te kunnen bereiken. Planten koos het eerste.

Leiden’s universiteit nog steeds gesloten

xrOLGENS BERICHTEN in V de Nederlandsche pers is de universiteit te Leiden nog steeds gesloten. De Leidsche studenten, die in de theologie, philosophie en letteren studeeren, mogen hun studie aan de Amsterdamsche universiteit voortzetten. Over de faculteit der medicijnen zal later een beslissing genomen worden.

De vlucht in Kunstwerken

De vlucht in kunstwerken, die overigens niet beperkt blijft tot de bezette en onbezette gebieden van Europa, veroorzaakt een groote opschroevmg van de prijzen voor kunstwerken. Den eersten September werd op de veiling van de collectie-Chabot in den Haag een prijs van f 1.300.000 betaald voor het vroegste historiestuk, dat van den toen nog jeugdigen Rembrandt bekend is. Koopster was de firma Mensing. Deze prijs is zéér hoog voor een werk van Rembrandt, dat nog dateert uit den tijd, toen eigenlijk nog niets van den lateren grooten meester in zijn schilderijen te ontwaren was. Een klein schilderijtje vah Adriaan van Ostade, een doedelzakspeler voor een herberg, bracht f 1.46.000 op.